Your cart is currently empty!
Naar een volwaardig sociaal statuut voor gedetineerden
Wanneer er wordt gesproken over sociale rechten, worden gedetineerden stelselmatig over het hoofd gezien. Vaak steken in discussies daarover snel bepaalde vragen de kop op: is het nodig dat we daar zo veel middelen aan spenderen? Is het nodig dat we “dan medelijden met hen hebben”?
door Lena (Antwerpen)
“Medelijden hebben” staat echter los van het feit dat we ook van gedetineerden nog steeds hun mens-zijn moeten erkennen. Gedetineerden zijn en blijven mensen die als mens behandeld moeten worden, los van hun daden, hoe moeilijk dit in sommige gevallen ook te aanvaarden is. Een degelijk sociaal statuut is hierbij van belang, vooral omdat dit ook een invloed heeft op de gezinnen van gedetineerden, en dit bovendien kan helpen om recidive te voorkomen.
Ter illustratie eerst en vooral wat cijfermateriaal over de Belgische gevangenisbevolking (Bron: Directoraat-generaal Penitentiaire Inrichtingen). In 2022 zaten er in totaal 11.050 gedetineerden opgesloten. In onze gevangenissen zijn er 9.614 plaatsen. Er is dus sprake van een significante overbevolking. Van het totale aantal gedetineerden waren 6.059 personen effectief veroordeeld en zaten 4.031 personen in voorarrest in afwachting van hun proces. Er waren 783 mensen geïnterneerd, hetgeen wil zeggen dat zij te maken hebben met een ernstige psychische problematiek. Behalve de gedetineerden stonden bovendien ook 1.828 personen onder elektronisch toezicht, wat inhoudt dat zij hun straf met een enkelband uitzitten.
De overgrote meerderheid, 95,5% van de gedetineerden, zijn mannen. Iets meer dan de helft van de gevangenisbevolking, namelijk 56,5%, heeft de Belgische nationaliteit. Van de niet-Belgen is 70% (oftewel 31,15% van de totale gevangenisbevolking) illegaal.
64% van de gevangenisbevolking is jonger dan 30 jaar. Een minderheid (22%) is alleenstaand, dus vele gedetineerden laten een partner of gezin achter. De overgrote meerderheid (80%) heeft een onvolledige schoolloopbaan. 65% is werkloos op het ogenblik van de detentie, 72% heeft schulden, en 46% zat al eerder in de gevangenis.
Het cijfermateriaal schetst een weinig rooskleurig beeld. Gedetineerden bevinden zich vaak in een zeer negatieve vicieuze cirkel van slechte leef- en werkomstandigheden die hen (mede) aanzetten tot criminaliteit. Een verblijf in de gevangenis maakt de omstandigheden nadien enkel nog precairder, waardoor het voor iemand die zijn straf heeft uitgezeten erg moeilijk wordt om definitief het criminele milieu te verlaten.
Wanneer iemand in de gevangenis terechtkomt, verliest hij elke aanspraak binnen de sociale zekerheid. Werkloosheidsuitkering, ziekte- of invaliditeitsuitkering, pensioen, leefloon en dergelijke meer worden volledig geschorst. De motivering hierachter is dat een gedetineerde “kost en inwoon” krijgt in de gevangenis. Hij valt ten laste van de staat, en mag geen dubbele kost voor de gemeenschap vormen.
De Belgische wetgeving stelt expliciet dat een gedetineerde geen detentieschade mag ondervinden. Dit wil zeggen dat een persoon die veroordeeld wordt tot een gevangenisstraf, van deze veroordeling geen enkel ander nadeel mag ondervinden dan de vrijheidsberoving, aangezien een bijkomend nadeel in feite een soort “extra bestraffing” inhoudt, die niet door een rechter is uitgesproken. En hier wringt het schoentje!
Het afnemen van de socialezekerheidsuitkeringen om een dubbele kost voor de gemeenschap te vermijden is één ding, maar een gedetineerde ondervindt na zijn verblijf in de gevangenis vaak enorme problemen om de uitkeringen opnieuw aan te vragen. Vaak zal hij op dat ogenblik namelijk niet meer voldoen aan de voorwaarden. Zo moet je bijvoorbeeld een bepaald aantal dagen gewerkt hebben voorafgaandelijk aan een werkloosheidsuitkering, of moet je een bepaalde tijd ingeschreven zijn geweest bij een mutualiteit voor je recht hebt op een ziekte- of invaliditeitsuitkering. Voor een ex-gedetineerde, zeker iemand die langere tijd in de gevangenis heeft verbleven, is het vanzelfsprekend niet mogelijk om hieraan te voldoen. Ook werk vinden is vaak een gigantisch probleem wegens het stigma. Het kan voor een ex-gedetineerde dus een ganse tijd duren om zichzelf van een inkomen te verzekeren, als dit al lukt. Een ex-gevangene zal zichzelf op deze manier heel snel in armoede zien terechtkomen. Er is hier dus in grote mate sprake van detentieschade! De gedetineerde ondergaat niet enkel de vrijheidsberoving als straf, maar ziet zichzelf na zijn detentie ook beroofd van de kans om een nieuwe start te maken. Opnieuw de stap zetten naar criminaliteit is dan ook zeer klein. Het huidige sociale systeem voor gedetineerden zet dus aan tot recidive.
Een tweede belangrijke punt: wanneer we even terugkeren naar het cijfermateriaal zien we dat 78% van de gedetineerden een partner of een gezin heeft. De overgrote meerderheid van de gevangenen zijn mannen, en demografisch onderzoek wijst uit dat de gezinnen meestal afhankelijk zijn van het inkomen van de man. Deze gezinnen bevonden zich vaak voor de detentie van de man reeds in precaire situaties, waar de vrouw niet werkt en nooit gewerkt heeft, de taal niet machtig is, laaggeschoold is en thuisblijft om voor de kinderen te zorgen. Wanneer de man in de gevangenis terechtkomt, betekent dit bijgevolg een verlies van het volledige gezinsinkomen. De vrouw voldoet in vele gevallen niet aan de voorwaarden voor bepaalde uitkeringen, zoals een werkloosheidsuitkering. Bovendien is er de kinderlast. Door de taalbarrière en de geringe opleidingsgraad speelt ook het Mattheüseffect, waardoor zij niet de toegang vindt tot de hulp en mogelijkheden die er voor vrouwen in deze situaties bestaan. Ook voor deze vrouwen dreigt armoede en dakloosheid, en ook zij zien criminaliteit soms als enige uitweg.
Volgens de wet mag er geen detentieschade zijn voor de ex-gedetineerden zelf, maar het Belgische sociale statuut laat blijkbaar toe dat niet alleen zijzelf, maar ook hun gezinnen detentieschade ondervinden van een misdaad die zij niet eens hebben gepleegd! Een uitgewerkt sociaal statuut is dan ook onontbeerlijk om deze problemen te voorkomen.