Your cart is currently empty!
Sociale verkiezingen: Stem op strijdbare kandidaten!
Pamflet van LSP
Niet zo maar verkiezingen
In mei is het zover! In meer dan 7000 bedrijven zullen sociale verkiezingen plaats vinden: in bedrijven met meer dan 50 werknemers voor een comité voor preventie en bescherming op het werk (CPBW), in bedrijven met meer dan 100 werknemers ook voor een ondernemingsraad (OR). In de deze verkiezingen kan je stemmen op kandidaten die dichter bij jou staan, op de werkvloer en in een zelfde verhouding tot de werkgever.
De sociale verkiezingen hebben het grootste aantal kandidaten, zo waren er in 2016 132.750 kandidaten. Dat is ongeveer dubbel zoveel als bij alle gemeenteraadsverkiezingen samen! De arbeidersbeweging heeft door strijd afgedwongen dat het eigen vertegenwoordigers in enkele controle- en toezichtsorganen verkiest, vertegenwoordigers die bescherming genieten tegen patronale willekeur als gevolg van hun rol als afgevaardigde. Het is belangrijk voor alle werkenden dat ze over vertegenwoordigers beschikken die hun belangen verdedigen en de grieven en zorgen van het personeel naar voren kunnen brengen.
Verkiezingen in tijden van ontslagen: de race to the bottom stoppen!
Voor heel wat werkenden is dit verkiezingsjaar er één van grote onzekerheid. Het ene na het andere bedrijf kondigt ontslagen aan. Een belangrijk deel daarvan gaat ook richting faillissement. Het zijn allemaal kenmerken van vertraagde groei en recessie.
Zo zouden in het ‘meest gunstige’ scenario 1100 van de 2500 jobs bij Van Hool geschrapt worden. Het bedrijf trekt de stekker uit de productie van bussen in ons land. Het faillissement bedreigt de overige werkenden en hun families. Het geld is op, zegt het bedrijf. Waar zijn de miljoenen die vanuit het bedrijf naar de familieholding Immoroc getransfereerd zijn? Die holding gebruikt het bedrijf als financiële melkkoe voor de familie Van Hool. Jaren van inhaligheid door de familie Van Hool, die zich daarmee (en eerder al met koloniale uitbuiting) op de lijst van de rijkste Belgen plaatste, is de voornaamste reden voor deze situatie.
Gelijkaardige scenario’s zien we bij andere grote bedrijven. De recessie in Duitsland en de crisis in de autoindustrie leiden tot het in vraag stellen van de tewerkstelling van 3500 werknemers bij Audi Brussels. Algemeen zien we een toenames van faillissementen: het aantal in februari 2024 ligt hoger in vergelijking met dezelfde maand in 2023 (+20,0%) en 2022 (+35,1%). De gigantische Duitse chemiesector produceerde vorig jaar 8 procent minder dan het jaar ervoor, de productie ligt nu al 11 procent lager dan in 2015. Dezelfde tendens zet zich door bij ons: bij BASF daalde de omzet vorig jaar met 21 procent en bij Covestro met 20 procent, bij Tessenderlo werden die gehalveerd naar 114 miljoen euro afgelopen jaar.
Toch blijven er positieve berichten komen over de economie. De rem op de neergang kwam er vooral door het vele overheidsgeld dat sinds de covid pandemie werd gespendeerd aan crisisplannen. Het ‘NextGenerationEU’-plan bedraagt zelfs meer dan 2.000 miljard euro. Daardoor doet de economie het minder slecht dan verwacht. Dit wordt versterkt door de lopende schulden van bedrijven die nog aan lage rentes worden afgelost.
Het kapitalisme ligt al een hele tijd aan het infuus! Zonder dergelijke investeringen en een – zij het wel ingeperkte – index zou de krimp van de economie veel groter zijn. Waarom het kapitalisme nog redden als het ons geen welzijn en vooruitgang biedt? De ongelijkheid neemt steeds verder toe. Volgens de Nationale Bank van België zouden alle Belgen samen een vermogen van 2.852 miljard euro hebben, waarbij de 10% rijksten 55% van het vermogen in handen hebben. Het kapitalisme draagt deze neerwaartse spiraal in zich, dus moeten we het kapitalisme aanpakken!
Dalende winstvoeten mogen geen excuus vormen om te besparen!
In de afgelopen periode bedroegen de bruto winstmarges meer dan 40%. Er is dus geld om lonen te verhogen, degelijke jobs te realiseren en te investeren. Zeggen dat er geen geld is, mag geen excuus vormen. De krimpende economie zal echter aangegrepen worden door kapitalisten om te stellen dat het niet anders kan dan te besparen!
We moeten wijzen op deze winsten en wie die toe-eigenen. Tegelijkertijd vormt het een grote valkuil om ons afhankelijk te maken van de winsten op zich. Want zo blijven we de speelbal van kapitalisten die binnen de markt het spel meespelen. Als hun winsten dalen, kunnen wij minder vragen. Het systeem aanvaarden betekent dus ook de onderdrukking aanvaarden!
Een steeds groter deel van de winsten wordt geïnvesteerd in vast kapitaal (machines, gereedschap, gebouwen). Daardoor moeten kapitalisten meer kapitaal inzetten om dezelfde winst te behalen. Om hun winstmarges op peil te houden, verhogen ze daarom de uitbuitingsgraad van wie werkt. De vele aanvallen op onze werkvoorwaarden kaderen daarin!
Beter dan afhankelijk blijven van deze perverse marktmechanismen, bouwen we best een strijd op om sectoren uit de markt te halen. Op dat ogenblik kan de geproduceerde rijkdom ook terugvloeien naar de werkende klasse, waardoor ongelijkheid afneemt en investeren in welzijn op alle domeinen mogelijk wordt. Dit staat haaks op een begroting in evenwicht houden waarbij volgens het IMF en de EU 30 miljard euro moet bespaard worden in België.
Democratische betrokkenheid
Gedurende de weken campagne voor de sociale verkiezingen kunnen onze eisen besproken worden met de collega’s. Welke eisen vinden zij het belangrijkste? Welke kunnen op niveau van het bedrijf afgedwongen worden? Waarvoor zouden ze zich engageren in een bredere strijd?
Deze campagne biedt een kans om iedereen te betrekken. Ze kunnen onmiddellijk bijdragen: 1. Ze kunnen stemmen en daardoor de werknemersdelegatie versterken 2. Ze kunnen stemmen op strijdbare kandidaten 3. Ze kunnen zich opgeven als actieve militant om zo in alle volgende stappen van syndicaal werk betrokken te blijven.
Bouwen op de werkvloer vraagt ook een perspectief op verandering. Per bedrijf en per sector kunnen de belangrijkste eisen die het meest relevant en urgent zijn in de eigen setting voorop gesteld worden. Acties kunnen bediscussieerd worden op personeelsvergaderingen. Als die nog niet bestaan, is het zinvol om deze traditie te herstellen. Het verhoogt het democratisch karakter en de actieve betrokkenheid van collega’s!
Opmaken voor een verdere strijd tussen twee klassen: wat zeggen de vakbonden en het VBO?
Zowel de vakbonden als het VBO stomen zich klaar voor de politieke verkiezingen. Ze doen dit door in hun memoranda hun verwachtingen te formuleren in concrete maatregelen. Deze memoranda geven steeds een zicht op de richting die beiden willen uitgaan in deze clash.
Het VBO legt de focus op innovatie en een groene economie, en uiteraard een competitief België. Daarmee bedoelen ze zo weinig mogelijk lasten voor de bedrijven. Hiervoor verwacht het VBO een sterkere overheid én grondige investeringen om bedrijven te faciliteren hierin. Die overheid moet bovendien de ‘systeemcrisissen’ opvangen, iets waar zij zelf de veroorzakers van zijn. Tegelijk doet het VBO een reeks voorstellen om die overheid net ‘efficiënter’ te maken, waarbij ze de lopende kosten over een tijdspanne van 8 jaar met 8 procentpunten van het bbp wil terugdringen, zonder in te boeten aan dienstverlening. In 2030 verwacht het een uitgavenratio onder de 45% van het bbp. Kortom, besparingen op overheidsdiensten, die in hoofdzaak in functie van de winsten van bedrijven moeten ingezet worden.
Investeringen in dienst van de winsten, maar niet betaald vanuit die winsten. Het geldt moet komen uit een opdrijving van de uitbuitingsgraad, via verdere aanvallen op werkvoorwaarden: o.a. een afschaffing van index tegen 2030, via het verder aanscherpen van de loonwet van 96.
Daarnaast wordt een groot aanvalsoffensief ingezet tegen de vertegenwoordiging van werkenden op de werkvloer. Het VBO wil collectief overleg inbinden door het CBPW en de OR samen te voegen (met een afbouw van mandaten en vertegenwoordiging), CAO’s te sluiten met één vakbond, directe overeenkomsten te maken met medewerkers zonder CAO, de ontslagbescherming inperken … Samen met een dalend aantal werkenden met een contract onbepaalde duur tast dit de vertegenwoordiging grondig aan!
Het hele pakket van aanvallen samen kunnen voor hen perfect aansluiten op de vraag van Europa om een begroting in evenwicht te hebben. Het VBO wil bovenop de eerder vernoemde maatregelen de sociale zekerheid afbouwen, waarbij het zelfs de verhoging van de nettolonen (via een afgeslankte sociale zekerheid) gebruikt om het ‘progressief’ voor te stellen. De geldstroom van arbeid naar kapitaal wordt via al deze voorstellen verder versterkt.
De grote vakbonden ABVV en ACV antwoorden in hoofdzaak defensief. Er is nergens sprake van een reële breuk maken in het systeem of om de controle van werkenden te vergroten. Niettemin zijn er belangrijke strijdpunten die ook effectief kunnen opgepikt worden. Daar kunnen afgevaardigden en delegaties een rol in spelen!
Naast het behoud van de index gaat het ABVV voor het afschaffen van de verlagingen van werkgeversbijdragen en een vermogensbelasting om middelen vrij te maken. 17 euro per uur, 2800 euro per maand als minimum en een herziening van de wet van 96 om loonsverhoging te koppelen aan de ‘economische realiteit’ moeten de koopkracht verhogen. Er is ook een antwoord op de VBO-roep om de flexibiliteit van arbeid te maximaliseren: de eis voor een 32-urenweek zonder loonverlies en bijkomende aanwervingen is een speerpunt, evenals een extra week betaald verlof en een einde aan onvrijwillig deeltijds werk en flexi-jobs.
Eisen voor een publiek energiebedrijf lijken ons een belangrijk discussiepunt. In het verleden gingen dergelijke oplossingen verloren door de concurrentie binnen de markt. In navolging van wat verschillende centrales tijdens de koopkrachtcrisis eisten, kan het voorstel van een publieke energiesector door nationalisatie en democratische controle een oplossing bieden. We gaan graag in discussie om te bespreken hoe dat er kan uitzien!
Voorbereiden op een veralgemeende beweging die wint!
Deze periode is niet zonder protest of beweging. Nu al is er verzet tegen de aangekondigde besparingen en in sectoren zoals het openbaar vervoer, gevangenissen, onderwijs of de zorg volgen de acties elkaar op. Daarnaast zijn er grote acties tegen onderdrukking, in Gaza, ten aanzien van vrouwen en LGBTQI+ personen …
Na de politieke verkiezingen zullen echter veel zaken concreet worden. Als besparingen effectief worden, is een opbouwend actieplan nodig om dit te stoppen en om de sociaal-economische agenda te bepalen. Daar waar de ontslagen (dreigen te) vallen moeten we op elkaar kunnen rekenen en massaal solidariteit uitbouwen.
We kunnen leren uit eerdere bewegingen, zoals die van 2014: strijd kan lonen, als de leiding van de vakbonden daar ook toe bereid is. Ook daarom bouwen we best samen nu al aan een steeds grotere kracht die solidair en strijdbaar is!
Naar de sociale verkiezingen met een sociaal programma om op extreemrechts te antwoorden!
De sociale verkiezingen worden niet los gezien van de daaropvolgende politieke verkiezingen. Het failliet van de traditionele partijen die systematisch voor de belangen van kapitalisten opkomen en de daaruitvolgende opgang van extreemrechts vormen een belangrijk thema voor de sociale verkiezingen. Een sociaal programma dat aansluit op de reële noden van mensen die afhangen van een job, en dat breekt met de marktlogica, is een noodzakelijk antwoord op extreemrechts.
No Pasaran! Stop de besparingen op onze sociale zekerheid, het onderwijs en de zorg! Investeer in uitgebouwde basisdiensten om iedereen een degelijk leven te bezorgen! Red jobs door bedrijven in publieke handen te leggen en ze ten dienste van de noden in de samenleving te stellen!
Het ‘Vals Belang’ belooft sociale vooruitgang voor eigen volk, maar verdeelt werkenden en stemt in het parlement voor verdere uitbuiting van hen. Antifascistische netwerken kunnen door delegaties versterkt worden om hen geen controle over de werkvloer te geven.
