Een ander lokaal beleid kan: de voorbeelden van Poplar (1921) en Liverpool (1983-87)

Een vaak gehoord argument is dat een beleidsniveau op zich geen verschil kan maken tegenover het asociale beleid dat van bovenaf wordt opgelegd. Daarbij wordt doorgaans voorbijgegaan aan het feit dat vaak dezelfde partijen ook de hogere niveaus domineren. Maar los daarvan is het ook nuttig om eens te kijken naar voorbeelden van stadsbesturen die wel een ander beleid hebben gevoerd. We publiceren een artikel uit The Socialist hierover alsook video’s vanop een Londense meeting.

De studentenafdeling van de Socialist Party organiseerde aan de Queen Mary University in Londen een meeting naar aanleiding van de 90ste verjaardag van de arrestatie van de gemeenteraadsleden van Poplar, een wijk in Londen die nu deel uitmaakt van Tower Hamlets. De meeting werd bijgewoond door een 80-tal mensen, zowel studenten als lokale inwoners die lessen wilden trekken uit de geschiedenis van de arbeidersstrijd in hun buurt.

De meeting werd geopend door Vik Chechi, vakbondsafgevaardigde aan de universiteit die in eigen naam sprak. Hij legde uit hoe George Lansbury en 39 gemeenteraadsleden in Poplar in 1921 niet alleen ingingen tegen de toenmalige nationale regering maar ook tegen de leiders van hun eigen partij.

In de gemeenteraad zaten dokwerkers, spoorarbeiders en socialisten. Ze gebruikten de slogan: “het is beter om de wet te breken dan om de armen te breken”. Ze weigerden de wetten toe te passen zolang ze niet meer middelen kregen om de armoede in hun wijk aan te pakken. De gemeenteraad legde gelijke lonen voor mannen en vrouwen in de gemeentediensten op, het aantal banen bij de gemeente nam toe als onderdeel van een uitgebreid programma van publieke werken. Vik legde het verband met de strijd tegen de besparingen aan de universiteit vandaag.

De strijd in Poplar vormde een inspiratiebron voor de Labour-gemeenteraad van Liverpool tussen 1983 en 1987. Die gemeenteraad werd geleid door leden van de Militant, de voorloper van de Socialist Party. Tony Mulhearn, een van de 47 gemeenteraadsleden die toen de strijd voerde, sprak op de meeting en legde uit dat de raadsleden bereid waren om hun eigen middelen en positie op het spel te zetten om de strijd tegen Thatcher te voeren.

Tony legde uit dat de retoriek over socialisme werd vertaald in stenen en mortel als onderdeel van de strijd om 60 miljoen pond extra middelen te krijgen van de centrale regering. De raadsleden werden niet via de stembus van hun positie verdreven. Ze werden uit hun functie ontzet en kregen een boete die werd opgelegd door een onverkozen orgaan onder leiding van rechters en conservatieven die de steun kregen van de pro-kapitalistische leiding van de Labour Party die toen werd geleid door Neil Kinnock.

Suzanne Beishon, de Londense organisator van Youth Fight For Jobs, had het over een andere verjaardag dit jaar. In oktober is het 75 jaar geleden dat werklozen van Jarrow in het noorden van Engeland naar Londen optrokken. Dit jaar herhalen jongeren die optocht.

De laatste spreker was Peter Taaffe die uitlegde wat de impact van de strijd in Liverpool was. Het legde de basis voor de massale niet-betalingscampagne toen de Poll Tax werd ingevoerd. Die massale campagne leverde Thatcher en haar gehate belasting een nederlaag op. Onder leiding van Militant gingen 18 miljoen mensen over tot het niet betalen van de belasting, waardoor de Poll Tax op zich niet langer houdbaar was.

Peter stelde dat de recessies die aan beide belangrijke strijdbewegingen voorafgingen, onvermijdelijk verbonden zijn met het kapitalisme. Ook de huidige economische crisis is onlosmakelijk verbonden met hoe dit systeem functioneert. De strijd in Poplar en Liverpool leverde de arbeiders belangrijke hervormingen op, maar er is meer nodig: een socialistische samenleving waarin de rijkdom en middelen van de samenleving democratisch kunnen worden gepland en beheerd om een definitief einde te maken aan recessie en tekorten.

Lees ook:

Videos:

0
    0
    Your Cart
    Your cart is emptyReturn to Shop