Jordanië. Duizenden betogers in Amman

Afgelopen zondag waren er 6.000 betogers in Amman, de hoofdstad van Jordanië. Dat was meteen de grootste pro-democratie betoging in de acht weken van protest die het land intussen kent. Het regime zetten maar liefst 3.000 agenten in om de “dag van woede” onder controle te houden.

Rukhsana Manzoor (Lahore, Pakistan)

De betogers eisen in navolging van het protest in Tunesië en Egypte een grotere politieke openheid en economische veranderingen. Sommigen komen op straat om hun steun aan de Libische beweging te betuigen.

De betogers trekken op met Jordaanse vlaggen en krijgen de steun van de grootste politieke oppositiegroep, het Islamitisch Actiefront. Een betoger verklaarde in de media dat hij wil opkomen voor lagere prijzen, nieuwe verkiezingen en veranderingen aan de grondwet die koning Abdullah absolute macht geeft.

De bevolking heeft hard te lijden onder de wereldwijd stijgende voedselprijzen. Bovendien is 12% van de bevolking werkloos. Eerder deze maand beloofde de nieuw aangestelde Jordaanse regering om een aantal hervormingen door te voeren, maar dat gaat voor de betogers niet snel genoeg.

Afgelopen vrijdag vielen er acht gewonden in Amman toen aanhangers van het regime honderden jonge betogers aanvielen. Terwijl de jongeren opkwamen voor politieke hervormingen was er elders in de hoofdstad een bijeenkomst ter ondersteuning van het regime. Na het vrijdaggebed was ook opgeroepen tot een protestactie die was georganiseerd door de linkse oppositie in het land. Het kwam op verschillende plaatsen tot confrontaties, waarbij de ordediensten meermaals ingrepen.

Een aantal betogers raakte ernstig gewond. De oppositie stelde dat relschoppers waren ingehuurd door het regime om de betoging te stoppen. Bij de confrontaties werden stokken gebruikt tegen de betogers, de politie weigerde dit tegen te houden.

De betogers droegen spandoeken mee met slogans als “Brood en vrijheid. Sociale rechtvaardigheid”, “We willen een verkozen regering”, “Stop de corruptie”, “Stop de honger”.

Vrijdag waren er duizenden betogers doorheen Jordanië. Dit protest is geïnspireerd door de onrust in de hele regio en vormt een uitdrukking van het groeiende ongenoegen als gevolg van de economische crisis en tegenover de alomtegenwoordige corruptie.

Een van de leiders van het protest, Bani Irsheid, verklaarde: “Abdullah’s antwoord tot nu toe is beperkt tot public relations zonder te antwoorden op de crisis.” Het regime wil een oplossing zonder echte veranderingen door te voeren, er worden enkel beperkte hervormingen voorgesteld. “We hebben hem gezegd dat wat gisteren aanvaardbaar was, dat vandaag niet meer is. Wat vandaag een oplossing kan vormen, zal dat morgen niet meer zijn,” aldus de actievoerder.

De kritiek richt zich momenteel vooral op de premier en de andere ministers. Volgens de oppositie hebben deze politieke leiders persoonlijk voordeel gehaald uit de verkoop van overheidsbedrijven in het kader van de privatiseringen en de markthervormingen die worden doorgevoerd om buitenlands kapitaal aan te trekken. Criciti stellen dat het beleid van de koning en de bijhorende corruptie de kloof tussen arm en rijk nog sterk heeft vergroot. Bovendien heeft dit beleid geleid tot een grote openbare schuld, werkloosheid en armoede.

Ali Habashnah, een gepensioneerde generaal die hervormingen eist, stelde dat het ongenoegen algemeen verspreid is. Ook op het platteland waar de Bedoeïenen stammen traditioneel steeds de monarchie hebben gesteund. Het is voor het eerst dat Bedoeïenen samen met andere groepen verandering eisen.

Zondag waren er solidariteitsacties met duizenden studenten die van aan de universiteit in Amman naar de Israëlische ambassade trokken om te protesteren tegen het bloedbad tegen de Palestijnse bevolking. De actie werd georganiseerd door een studentengroep die door islamisten wordt gedomineerd.

Er waren eerder al honderden betogingen om het einde van het vredesakkoord tussen Jordanië en Israël te eisen. Op de betoging van afgelopen zondag was er een aanval door de politie waarbij heel wat arrestaties vielen.

Verder waren er bloedige confrontaties tussen betogers en veiligheidsdiensten in het vluchtelingenkamp Baqaa in het noorden van Amman. De 18-jarige Osama Abdul Karim werd bij de confrontaties dood geschoten. De politie wordt verantwoordelijk geacht voor deze dood. Het vluchtelingenkamp wordt nog steeds belegerd door de politie die de duizenden actievoerders wil tegenhouden.

Om deze beweging verder te ontwikkelen, is er nood aan een massale socialistische partij die zich baseert op een verenigde strijd voor echte democratische rechten en een fundamentele sociale verandering.

0
    0
    Your Cart
    Your cart is emptyReturn to Shop