Groeiend ongenoegen over de hypocrisie van Netanyahu na tragedie in Libanon

Neen, dit is geen foto van de verwoestingen na de ontploffing van vorige week. Het is een foto van verwoestingen na een Israëlisch bombardement op Beiroet in 2006.

Artikel door Yasha Marmer, Socialistische Strijdbeweging (ISA in Israël-Palestina)

“Beiroet zoals we kenden is weg en de mensen zullen niet in staat zijn om hun leven weer op te bouwen,” zei Amy, een van de bewoners van de stad aan persagentschap AP terwijl ze hielp om gebroken glas te ruimen op straat. Het aantal dodelijke slachtoffers is opgelopen tot 145 en er zijn nog heel wat vermisten onder het puin. Meer dan 5000 inwoners raakten gewond bij de explosie en de huizen van ongeveer 300.000 mensen zijn beschadigd of vernield.

De gouverneur van Beiroet, Marwan Abboud, zei in een interview met Sky News dat de ramp hem deed denken aan Hiroshima en dat hij nog nooit zo’n ernstige en wijdverbreide verwoesting had gezien. Hij voegde eraan toe dat de helft van Beiroet door de explosie werd geraakt. Volgens verschillende schattingen was de explosie het equivalent van tussen de 800 ton en 1 kiloton explosief. Ter vergelijking: de explosie in de haven van Tianjin in China in 2015 kwam overeen met 0,02 kiloton. De kracht van de atoomexplosie in Hiroshima 75 jaar geleden was 15 kiloton. Dit geeft een indicatie van de omvang van de ramp.

Niet alle details van de ramp zijn al duidelijk, maar de Libanese autoriteiten schatten dat de omvang van de explosie te wijten is aan de grote hoeveelheid ammoniumnitraat die sinds 2014 in de haven van Beiroet was opgeslagen nadat het in beslag was genomen. Nu is gebleken dat slechts een half jaar geleden Libanese functionarissen de locatie waar 2750 ton ammoniumnitraat was opgeslagen hebben gecontroleerd en waarschuwden dat het “heel Beiroet zou kunnen opblazen.”

Woede in Libanon

Het is niet verwonderlijk dat de schok en het verdriet in Libanon zich nu vertalen in woede tegen de nalatigheid en de politieke elite die er verantwoordelijk voor is. Er hebben al verschillende protesten plaatsgevonden op straat en voor het Libanese parlement in Beiroet, waar veiligheidstroepen traangas hebben afgevuurd op demonstranten. Woensdag hebben betogers in Zuid-Beiroet het konvooi van ex-president Saad Hariri, die eind oktober 2019 is afgetreden vanwege de massale opstand in Libanon, geconfronteerd.

Die massabeweging van arbeiders en jongeren brak uit tegen het corrupte politieke en economische systeem in het land, onder meer door de criminele nalatigheid rond infrastructuur, milieu en volksgezondheid. De opslag van zeer gevaarlijk materiaal in het hart van een dichtbevolkte stad ligt in het verlengde van een hele reeks scherpe sociale en milieucrises die Libanon de afgelopen jaren hebben getroffen, waaronder lange perioden waarin het afval niet werd opgehaald in Beiroet en problemen met de water- en elektriciteitsvoorziening.

Ook de Israëlische regeringen hebben in de loop der jaren ‘hun steentje bijgedragen’ aan de verschrikkingen van het leven in Libanon, een land dat is getroffen door armoede, crises en oorlogen. Beiroet is nooit volledig hersteld van de massamoorden – waaronder het bloedbad van Sabra en Shatila – de vernietiging en afbraak van de infrastructuur tijdens de invasie van het Israëlische leger in de jaren 1980 en de bombardementen en beschietingen van de oorlog met Israël in 2006.

In 2006 werden ongeveer 1.400 Libanese inwoners gedood tijdens de oorlog. Volgens UNICEF waren 30% van die slachtoffers jonger dan 13 jaar. Het wijdverbreide gebruik van witte fosfor en clusterbommen, wapens gericht op zoveel mogelijk vernieling, heeft langdurig schade aangericht. Velen zijn gedood door granaten die blijven ontploffen, zelfs in de jaren na de oorlog.

Netanyahu’s hypocrisie

In de eerste uren na de explosie in de haven van Beiroet waren Israëlische functionarissen vooral bezig met het ontkennen van elke betrokkenheid. Dat was nodig omdat het regime van Netanyahu Libanon blijft bedreigen met militaire aanvallen. De Israëlische luchtmacht heeft het Libanese luchtruim vele malen geschonden op weg naar haar beruchte bombardementen op Syrië.

In de afgelopen weken is de confrontatie tussen Israël en Hezbollah opnieuw geëscaleerd. Netanyahu en minister van Defensie Gantz dreigden de infrastructuur van Libanon te vernietigen als Hezbollah zich zou durven te wreken op de moord door Israël op een van zijn commandanten in Syrië vorige maand.

Dit is de context van het ‘aanbod’ van Netanyahu om humanitaire hulp te verlenen aan Libanon. Het motief daarvoor is public relations: Netanyahu’s regime wil de staat van dienst van het Israëlische regime in Libanon en tegen de Palestijnen vertroebelen. Bezalel Smotrich, het uiterst rechtse racistische lid van de Israëlische Knesset van de Yemina-partij, beschrijft de logica van het Israëlische regime goed, hoewel hij niet in de regering zit: “Als we hier politiek voordeel uit kunnen halen en we punten scoren op de internationale arena, dan is dat toch in ons belang – dan is dat prima. Maar moreel gezien zijn we niet verplicht om hulp te bieden aan een duidelijke vijandelijke staat.”

Het is niet verwonderlijk dat het aanbod van hulp door Netanyahu cynische reacties uitlokt en op sociale media wordt afgewezen door zo goed als alle Libanezen. Sommigen van hen zijn tweede of derde generatie Palestijnse vluchtelingen die tijdens de oorlog van 1948 en de Nakba-catastrofe zijn gedeporteerd of gevlucht.

Libanese vlag in Tel Aviv

Terwijl ze Netanyahu’s aanbod tot hulp steunen, hebben Smotrich en heel wat andere rechtse politici, zowel van de regering als van de kapitalistische oppositie, zich fel uitgesproken tegen de beslissing van de burgemeester van Tel Aviv om aan het stadhuis een Libanese vlag op te hangen. De zoon van Netanyahu twitterde dat “Libanon officieel een vijandelijke staat is. Het is een misdrijf om de vlag van de vijand te hijsen.” Hij riep op om geen gemeentebelasting meer te betalen in Tel Aviv.

De beslissing van burgemeester Ron Huldai is natuurlijk hypocriet: hij is een voormalige commandant van de Israëlische luchtmacht die zeker geen sympathie zou betuigen met de inwoners van Libanon of Gaza als die gebombardeerd worden door het Israëlische regime. Bovendien heeft zijn gemeentelijk beleid geleid tot gentrificatie en discriminatie van de Arabische-Palestijnen met een Israëlisch staatsburgerschap in Jaffa en van asielzoekers. Maar die rechtse elementen die hem aanvallen vrezen zelfs zo’n solidariteit. Ze zijn bezorgd dat een deel van de Israëlische samenleving weigert om de Libanezen als “vijanden” te zien.

Tegen de achtergrond van de groeiende politieke polarisatie in de Israëlische samenleving is de enorme Libanese vlag in het hart van Tel Aviv een ander symbool van protest tegen de rechtse regering geworden. Veel Israëliërs deelden het op de sociale media om hun solidariteit te betuigen, ondanks de nationalistische ophitsing tegen de Libanese massa. Dit is vooral van belang nu er sprake is van een groeiende maatschappelijke onvrede en betogingen tegen het bewind van Netanyahu.

Solidariteit van de gezondheidswerkers

Tegelijkertijd bieden een groot aantal grote openbare ziekenhuizen in Israël, ondanks de coronapandemie en het ernstige tekort aan middelen als gevolg van het besparingsbeleid van Netanyahu, medische hulp aan de Libanezen die door de explosie gewond zijn geraakt. Volgens de Israëlische media gaat een delegatie van artsen de komende dagen naar Cyprus om de behandeling van de gewonden uit Libanon te ondersteunen.

Medisch personeel in Israël, zowel Joods als Arabisch, en hun beroepsorganisaties en vakbonden hebben sinds het begin van de pandemie vaak kritiek geuit op het beleid van de regering en hebben zelfs protest- en stakingsacties ondernomen voor meer personeel, loon en uitrusting.

Deze organisaties hoeven niet te wachten tot de regering-Netanyahu en het ministerie van Defensie hen toestemming geven om de internationale hulpinspanningen te coördineren met hun collega’s en de arbeidersorganisaties in Cyprus en in andere landen.

Dit soort inspanningen zal niet alleen humanitair zijn. Het is een belangrijke politieke verklaring van klassensolidariteit tegenover het nationalistische cynisme en de hypocrisie van Netanyahu’s bewind. De betogingen in Israël tegen het vreselijke asociale beleid van Netanyahu moeten ook een principieel standpunt innemen in solidariteit met de protesten van de arbeiders en de armen in Libanon, in de bezette Palestijnse gebieden en in de rest van de regio, en voor een alternatief van socialistische maatschappijverandering en vrede.

0
    0
    Your Cart
    Your cart is emptyReturn to Shop