De Grote Recessie – Een tijdperk van verhevigde klassenstrijd vangt aan

12de LSP-congres

Dossier uit de decembereditie van De Linkse Socialist

Van 29 oktober tot en met 1 november hield LSP haar twaalfde congres (sinds 1992). Het was een succesvol congres met een goede aanwezigheid en heel wat politiek discussie. Het centrale thema was het toeslaan van de recessie en de reactie van de arbeidersbeweging hierop. Een congres is voor LSP een gelegenheid om grondig te discussiëren om tot politieke opheldering te komen. We publiceren hierbij twee verslagen en verwijzen verder naar de centrale congrestekst die in brochurevorm verkrijgbaar is en ook online beschikbaar wordt gemaakt op marxisme.be. De verslagen hieronder zijn gebaseerd op de inleidingen door Nicolas Croes over het internationale onderdeel en Anja Deschoemacker over de Belgische situatie.


Wereldwijde crisis

De woordvoerders van de financiële en economische top weten het ook niet meer. Al hun voorspellingen over het einde van de crisis worden door de realiteit achterhaald. Intussen worden ook de financiële topfiguren zelf in vraag gesteld. De Britse krant The Guardian vroeg zich af of de vooruitzichten van het IMF beter zijn dan die van de eerste de beste zatlap. De New York Times stelde dat de gekken de macht bij het IMF hebben overgenomen. De kapitalisten hadden nog een geluk dat de arbeiders en hun gezinnen geen eigen massale partijen hebben. Als het kapitalisme de crisis overleeft, dan komt dit niet door de eigen sterkte. Het is het gebrek aan een alternatief op het kapitalisme dat dit kreupele systeem recht houdt.

Speculatie en krediet boden geen uitweg

De motor van het kapitalisme sputtert al langer. Toch werden de afgelopen jaren grote winsten geboekt. Dit gebeurde niet zozeer door het uitbreiden van de productie, maar wel door het verlagen van de belastingen voor de grote bedrijven en het opdrijven van de flexibiliteit van de werkenden. De gemaakte winsten werden speculatief gebruikt. Om alle goederen verkocht te krijgen en de economie gaande te houden, werden de arbeiders aangemoedigd om niet alleen hun huidige loon maar ook al hun toekomstige lonen uit te geven. De toename van speculatie heeft de financiële sector doen groeien.

De tegenstellingen van het systeem werden een tijdlang weg gemoffeld, ze werden onder het krediet ondergesneeuwd. Maar op een bepaald ogenblik verdwijnt de sneeuw en komen de tegenstellingen terug aan de oppervlakte. In 2008 is 50 miljard dollar aan waarde als sneeuw voor de zon verdwenen door de financiële crisis.

Het spook van de crisis van de jaren 1930 dook terug op, maar er werd onmiddellijk op gereageerd door massale overheidstussenkomsten waarbij de gemeenschap de tekorten van de banken op zich nam. Het gaat daarbij om enorme bedragen, in de buurlanden ligt het telkens op 1400 tot 1600 euro per persoon. Dit volstond niet om het kapitalisme uit de crisis te trekken. De wereldhandel viel in 2008 terug met 11%, de werkloosheid is wereldwijd toegenomen en is steeds meer structureel. In de VS gingen 8 miljoen jobs verloren met een verdubbeling van de officiële werkloosheid.

Tegenstellingen aan de oppervlakte

Alle tegenstellingen die voordien onder het krediet en de speculatie naar de achtergrond verdwenen, duiken nu terug en versterkt op. Zo staat de Europese Unie onder druk en wordt duidelijk dat een eenmaking op kapitalistische basis op langere termijn geen optie is. Er is geen nivellering geweest doorheen de Europese landen. Landen die in de problemen komen, kunnen geen devaluatiepolitiek voeren. En er zijn conflicten tussen de centrale machten, onder meer tussen Merkel en Sarkozy.

Met de beperkte economische heropleving, is de hoop op beterschap ijdel. De heropleving volstaat niet om goed te maken wat verloren ging. Dit leidde meteen tot discussie over het al dan niet voortzetten van een politiek van stimulusmaatregelen of het bovenhalen van de botte besparingsbijl. Terwijl Obama op de G20-top in Toronto een stimulusbeleid verdedigde, wordt in de VS zelf door heel wat staten een hard besparingsbeleid gevoerd. In bepaalde staten is het openbaar vervoer bijvoorbeeld gewoon afgeschaft!

Waar blijft de georganiseerde arbeidersbeweging?

De sociaal-democratische partijen waren vroeger burgerlijke arbeiderspartijen (partijen met een burgerlijke leiding maar een actieve basis onder de arbeidersbeweging), maar zijn nu steeds meer volledig verburgerlijkt. Ook de syndicalisatiegraad of de actieve betrokkenheid bij de vakbondswerking heeft in veel landen klappen gekregen. Er is geen breed socialistisch bewustzijn meer. Dit zorgt voor een grote kloof tussen de materiële omstandigheden en het bewustzijn van de massa’s.

Zelfs waar bewegingen ontwikkelen, blijft het probleem van de leiding als remmende factor overeind. Zowel in Griekenland als Frankrijk speelde dit een rol. Ook de sterkste linkse formaties brachten er geen ordewoorden naar voor over hoe de beweging kon worden uitgebouwd en met welk programma stappen vooruit konden worden gezet. Gevraagd naar het alternatief van zijn partij, stelde een woordvoerder van de Griekse KKE (Communistische Partij) dat zijn partij voor revolutie staat. Maar omdat de arbeiders daar niet klaar voor zijn, moet maar worden gewacht.

Aan bewegingen en mobilisaties is er geen gebrek. De algemene staking in Spanje op 29 september bracht 10 miljoen betogers op de been, bij de Franse actiedagen waren er tot 3,5 miljoen betogers. Ook waar de vakbondsleiding geen acties organiseert, wordt massaal betoogd: 40.000 studenten in Ierland of 50.000 studenten in Groot-Brittannië. De Europese actiedag van 29 september was op zich goed, eindelijk was er een Europese actiedag, maar er kwam geen ordewoord voor een Europees actieplan met een Europese algemene staking. Dat idee werd ook niet door de nieuwe linkse formaties in Europa (NPA, Syriza,…) naar voor gebracht. De Financial Times merkte begin dit jaar terecht op dat de linkerzijde afwezig blijft op een ogenblik dat er net zoveel kansen voor links zijn.

Kapitalisme bedreigt onze toekomst

Het kapitalisme heeft enkel crisis aan te bieden. De economische crisis is rampzalig voor onze levensstandaard, maar ons leven wordt ook bedreigd door de ecologische crisis. Het kapitalisme maakt de gevolgen van iedere natuurramp erger, rampen worden als “opportuniteiten” gezien om nadien grotere winsten te maken.

Onder dit systeem zal onze levensstandaard enkel verder bedreigd worden. Het zal er op aankomen om krachten op te bouwen waarmee we in staat zijn om het verzet tegen dit systeem mee te organiseren en politieke richting te geven om tot de noodzakelijke maatschappijverandering te komen.


België: van crisis naar besparingsbeleid

De afgelopen drie jaar heeft de crisis zich op verschillende vlakken geuit: een bankencrisis, een crisis van de reële economie en een schuldencrisis. De werkloosheid is toegenomen en er is geen dienst meer die geen tekorten heeft. Dat was dominant in ons land, maar toch werd vooral nadruk gelegd op de politieke crisis. De sfeer vandaag is anders dan in de crisis van 2007. Toen dacht de internationale media dat België op korte termijn zou splitsen. Vandaag wordt beseft dat dit niet zo makkelijk zou gaan en tevens is ons land geen uitzondering meer op het vlak van politieke crisis.

Economische crisis is niet van de baan

De politieke crisis bij ons maakt dat de draai naar een hard besparingsbeleid nog niet is genomen. Er wordt al jarenlang een besparingsbeleid gevoerd met een onderfinanciering van alle infrastructuur (wegen, scholen,…) en alle diensten. Het doel hiervan was de afbouw van de schulden. Dit proces werd versneld door de druk van de EU en de Maastrichtnormen. De staatsschuld is 30 jaar lang als argument gebruikt om geen toegevingen te doen en niet te investeren. Toen de schuld uiteindelijk was terug gedrongen tot 80% van het bbp moesten de banken echter worden gered en zaten we terug aan 100%. Twee decennia van gestaag verlies van koopkracht, steeds minder goed functionerende diensten voor steeds meer geld werden op een weekend van tafel geveegd toen de banken werden gered.

Wat in Ierland gebeurt met de nieuwe reddingsoperatie voor de Anglo Irish Bank maakt duidelijk dat we ons nog kunnen verwachten aan nieuwe problemen in de sector. Dat kan betekenen dat ook een groot deel van de garanties kunnen worden aangesproken, de Belgische staat heeft zich voor 25% van zijn bbp garant gesteld. Intussen bevindt de economie zich in de problemen. Er is een chronische werkloosheid van 700.000 mensen (indien de oudere werklozen worden meegeteld) terwijl 100.000 mensen met een systeem van dienstencheques werkt en veel jongeren en vrouwen deeltijds werken of met interim-contracten: van het ene onzekere contract naar het andere.

Sociale kaalslag leidt tot verdeeldheid

In de jaren 1980 beweerden de sociaal- en christendemocraten dat ons land een toegankelijke en degelijke gezondheidszorg kende en een voorbeeld van een welvaartstaat was. Dat was overdreven, maar sindsdien zagen we een spectaculaire aanval op de gezondheidszorg die openingen bood aan de privé daar waar de overheid niet langer tussen kwam.

Tekorten leiden tot verdeeldheid. Er wordt ingespeeld op nationale verdeeldheid, maar ook op verdeeldheid tussen bijvoorbeeld de vakbonden en de mutualiteiten, om de groeinorm in de gezondheidszorg te beperken. Nochtans zijn steeds meer mensen verplicht om gezondheidszorgen uit te stellen. Mensen met een chronische ziekte of een handicap hebben een groot risico op armoede, zeker indien ze zelfstandig wonen. Maar ook indien ze bij een mantelzorger wonen, leidt dit er vaak toe dat het armoederisico wordt doorgegeven. Iedere verdere regionalisering van de gezondheidszorg zal tot verdere besparingen leiden.

De Vlaams-nationalistische partijen willen de bestaande subnationaliteiten (de gemeenschappen) versterken en omvormen tot deelstaten. Dat is de achterliggende idee bij de Copernicaanse revolutie van CD&V. Een verdere opsplitsing van de gezondheidszorg zal tot verschillen leiden. Als de lonen en vergoedingen ook beginnen te verschillen, zal het voor de armste regio nog moeilijker worden om om voldoende personeel te betalen. In Brussel zullen er door de vele pendelaars drie verschillende systemen bestaan.

Politiek instrument van arbeidersbeweging nodig

Er zijn antwoorden van de arbeidersbeweging op de voorstellen en maatregelen die al worden doorgevoerd. De vakbonden hebben alle argumenten, maar ze beschikken niet over een politiek instrument om deze argumenten te dragen en te ondersteunen. De volgzame opstelling van de vakbondsleiders voor de politieke partners vormt een rem op de ontwikkeling van de arbeidersbeweging.

Een schoktherapie tegen de verworvenheden van de arbeiders en hun gezinnen is contraproductief in ons land gezien de potentiële sterkte van de vakbonden. Er wordt eerder gekozen voor een salamitactiek: stap per stap en door het uithollen van verworvenheden en niet zozeer de afschaffing ervan. Dat wordt gekoppeld aan een tactiek van verdelen om te heersen. Alle grote partijen gebruiken elementen van racisme. Het onderscheid katholiek versus niet-katholiek heeft aan belang verloren, maar de organisatorische uitdrukking ervan in het bestaan van twee grote vakbondsfederaties wordt wel nog steeds uitgespeeld en is van belang.

Staatshervorming voor sociale afbraak

Een politiek van verdeeldheid kan in het gezicht van de burgerij ontploffen. Dat was het geval met de schoolkwestie, maar ook vandaag zien we dit met de communautaire tegenstellingen. Deze tegenstellingen werden de afgelopen jaren gebruikt om een confrontatie op nationaal vlak te vermijden. Het beste voorbeeld daarvan is het onderwijs waar er steeds per regio werd bespaard, met als uiteindelijk resultaat dat er niet genoeg plaats is op school. En het enige antwoord daarop was nog meer leerlingen per klas of ‘tijdelijke’ containerklassen.

De burgerij wil een verdere staatshervorming om de sociale zekerheid verder af te breken. De aanvallen op de pensioenen van de ambtenaren zullen makkelijker kunnen worden doorgevoerd op regionaal vlak. Eens het in een regio lukt, dan zullen de anderen wel volgen. De poging om een verdere staatshervorming te bereiken en het uitspelen van de nationale tegenstelling is ontploft in het gezicht van de burgerij. De prijs die moet worden betaald voor het terug in de fles krijgen van de geest is hoog: drie jaar onstabiliteit (waarbij het onduidelijk is hoe lang dit nog verder kan duren) en het verder ondermijnen van het traditionele instrument van de burgerij, de CD&V.

Alle traditionele partijen in Vlaanderen zijn gediscrediteerd, wat ruimte creëerde voor allerhande kleinburgerlijke populistische krachten. Met het kartel met N-VA en het sterk uitspelen van de nationale kwestie heeft de CD&V zich ver van haar traditionele vrienden van het ACV opgesteld. Bij de laatste verkiezingen heeft het ACV opgeroepen om voor de “democratische krachten” te stemmen en vooral om niet om voor N-VA te stemmen. Het is opvallend dat niet meer voor CD&V werd opgeroepen. Het programma dat het ACV verdedigt voor de staatshervorming stemt niet overeen met dat van CD&V. Een volledige breuk tussen de partij en de vakbond is niet voor morgen, maar op termijn is dit onvermijdelijk. Hetzelfde voor ABVV/FGTB, ook al werd daar wel nog opgeroepen voor SP.a en PS. Maar Gennez is duidelijk: om te groeien, zal de partij zeker niet naar links opschuiven en de ABVV-campagne tegen het N-VA programma noemde ze “dom”. Zowel SP.a als Groen vonden de nota van De Wever een goede vertrekbasis voor onderhandelingen. Wat is er nog links aan die partijen?

Naar nieuwe verkiezingen?

De regeringsonderhandelingen zitten nog steeds vast. N-VA heeft heel wat spelletjes gespeeld en de PS heeft grenzen getrokken. De PS doet dat niet enkel als sterkste Franstalige partij maar ook als vertegenwoordiger van de Belgische burgerij. De operatie-beschadiging van de N-VA is al enige tijd opgestart. Het is niet uitgesloten dat de N-VA nog tot een akkoord komt en tot een regering toetreedt. Maar dan zal De Wever zijn broek moeten afsteken. Zijn nota noemde hij een minimumbod, ook al werd het nadien afgebroken door academici. Als de partij zich daartoe zal willen beperken, dan zal ze steeds meer geïsoleerd staan. Dat is de strategie van alle andere traditionele partijen, zelfs Open VLD weigerde om de hoogdringendheid van de splitsing van BHV te aanvaarden.

Een electoraal fenomeen als N-VA kan op verschillende manieren verbrand geraken, deelname aan een regering is er maar een van. Het is ook mogelijk dat N-VA steeds opnieuw de verkiezingen wint, maar daar nooit iets mee kan doen. Dit scenario wordt goed mogelijk na afloop van het Belgisch EU-voorzitterschap. Zelfs indien de N-VA tot de regering toetreedt, zal het wantrouwen dermate groot zijn dat een snelle val van de regering waarschijnlijk is. De burgerij wil komaf maken met de N-VA en wil een herschikking van het politieke landschap op rechts of centrum-rechts vlak met een pragmatisch Vlaams-nationalisme als bindmiddel.

Nood aan nieuwe arbeiderspartij

De kwestie van een nieuwe arbeiderspartij zal steeds meer op de agenda komen te staan. De kritiek op SP.a en Groen is al aanwezig, maar ook het krediet van de PS zal steeds meer verloren gaan. De komende regering zal een besparingsbeleid moeten voeren en zal geen ruimte hebben om de besparingen wat te verzachten. Een eerste test komt er alvast met de onderhandelingen voor een Interprofessioneel Akkoord, indien het al mogelijk zal zijn om tot een IPA te komen. In de IPA-onderhandelingen is een veralgemeende strijd niet uitgesloten. Indien er geen akkoord komt, kunnen er acties plaatsvinden in die sectoren waar grote winsten werden geboekt.

LSP moet voorbereid zijn op een periode die nog steeds complex en moeilijk zal zijn. Ondanks de verwarring is er een ondergrond van ongenoegen en woede. Wij moeten aanwezig zijn waar het ongenoegen en de woede naar boven komt. Het is daar dat we onze partij moeten versterken, zowel op het vlak van leden als invloed als autoriteit bij bredere lagen. Wij moeten aanwezig zijn om klaar te staan eens de mist van de verwarring optrekt.

0
    0
    Your Cart
    Your cart is emptyReturn to Shop