Kapitalisme in crisis: hoog tijd voor een socialistisch alternatief! (2)

Het kapitalisme toont iedere dag opnieuw haar falen aan. Een groot deel van de wereldbevolking leeft in extreme armoede, we kennen oorlogen en hongersnood, het milieu wordt om zeep geholpen. Linkse socialisten leggen zich daar niet niet bij neer. Wij verzetten ons tegen het kapitalisme en komen op voor een andere samenleving, een socialistische maatschappij. We baseren ons daarbij op het marxisme. In dit dossier willen we je laten kennis maken met onze kritieken op het kapitalisme alsook onze socialistische visie. Dit dossier is grotendeels gebaseerd op het boek “Socialism in the 21st century”, geschreven door Hannah Sell.

Het kapitalisme slaagt er niet in om de overgrote meerderheid van de mensheid een waardig leven aan te bieden. Dat komt niet alleen door de inhaligheid van individuele miljardairs of het falen van de politici. Moest dat het geval zijn, zou het volstaan om de uitwassen van het kapitalisme aan te pakken en de rotte appels weg te hervormen. Maar ongelijkheid en armoede maken deel uit van de fundamenten van de kapitalistische samenleving.

Kapitalisme leidt tot crisis

Meer dan 150 jaar geleden schreven Karl Marx en Friedrich Engels “Het Communistisch Manifest”. Dat werd een van de meest invloedrijke politieke brochures ooit. “Het Kapitaal” van Marx werd eveneens erg breed verspreid, dit jaar kwam er nog een nieuwe Nederlandstalige uitgave van op de markt. De marxistische klassiekers waren de eerste werken met een wetenschappelijke analyse van hoe het kapitalisme werkt, hoe dit systeem leidt tot een polarisatie van rijkdom en vooral ook hoe het kan worden omver geworpen.

Vandaag wordt Marx opnieuw boven gehaald, ook in de rechtse media. Ideeën mogen dan al oud zijn, indien ze accuraat zijn blijven ze modern. Dat geldt voor het marxisme. Uiteraard was niet alles wat Marx en Engels in de 19de eeuw schreven volledig correct tot in de details en de samenleving ziet er vandaag anders uit als toen. Maar toch zijn heel wat zaken die toen reeds werden geschreven erg relevant voor de situatie vandaag.

Marx en Engels analyseerden het kapitalisme en legden uit hoe dit systeem steeds opnieuw leidt tot overproductiecrisis. Het kapitalisme is een cyclisch systeem waarbij een aantal factoren tot crisis kunnen leiden, maar de onderliggende redenen voor de crisis zijn de fundamentele tegenstellingen van het kapitalisme zelf. Zo is er de tegenstelling tussen het collectieve karakter van de productie aan de ene kant en het private bezit van de productiemiddelen aan de andere kant. Er is ook de tegenstelling tussen de wereldmarkt en de beperkingen van de natiestaat.

Het kapitalisme is gebaseerd op productie voor de winst en niet voor sociale behoeften. De arbeidersklasse creëert nieuwe waarde, maar krijgt slechts een deel van deze waarde terug als loon. De kapitalisten houden de rest, de meerwaarde, voor zichzelf. Hierdoor kan de arbeidersklasse niet alles wat het geproduceerd heeft terugkopen.

De kapitalisten kunnen dit deels oplossen door een stuk van de meerwaarde terug in de industrie te investeren, maar dat maakt het probleem van overproductie enkel nog groter. Uiteindelijk kunnen de kapitalisten de overproductiecapaciteit niet overkomen en komt het systeem in crisis.

De wereld veranderen

Marx en Engels beperkten zich niet tot een analyse van het kapitalisme. Marx stelde: “Filosofen hebben de wereld enkel geïnterpreteerd, het komt er op aan haar te veranderen.” Hij erkende dat het kapitalisme ondanks al haar wreedheden een historische rol had gespeeld in het ontwikkelen van de productiekrachten en de wereldmarkt. Het was een stap vooruit tegenover de feodale samenlevingen die haar voorafgingen. Maar het kapitalisme was geen eindpunt. Het heeft met de enorme technologische en wetenschappelijke ontwikkelingen de basis gelegd voor een nieuwe stap vooruit in de vorm van een socialistische samenleving.

Onder het kapitalisme zijn de rijkdom en de macht in de handen van een kleine minderheid, de kapitalisten. De ontwikkeling van nieuwe technologie en van productie gebeurt niet op rationele basis, maar enkel voor de winsten. Hierdoor wordt het bestaande potentieel niet benut. Vandaag zijn er minder kapitalisten dan in Marx’ tijd, maar ze zijn wel veel rijker geworden. Er is een steeds grotere concentratie van kapitaal. De afgelopen 50 jaar is de kloof tussen de rijkste en de armste 20% van de wereldbevolking verdubbeld. Zowat 100 grote bedrijven controleren 70% van de wereldhandel.

Om de winsten op te drijven, willen de kapitalisten ons steeds langer en harder laten werken. Arbeiders zijn diegenen die hun arbeid voor een loon verkopen. Onze arbeid is net als al de rest onder het kapitalisme een koopwaar geworden. Het verschilt echter van andere koopwaar in die zin dat arbeid zorgt voor nieuwe goederen en nieuwe waarde. De arbeidersklasse is vandaag niet aan het verdwijnen, ze is numeriek en relatief veel sterker dan in de tijd van Marx en Engels, ook al zijn een aantal voormalige bastions van de arbeidersklasse in de industrie verzwakt (in de Westerse landen).

Het klopt dat de arbeidersklasse de afgelopen jaren haar kracht niet of toch weinig heeft gebruikt. Maar dat komt niet zozeer door een objectieve verzwakking van de potentiële kracht, het is eerder het resultaat van subjectieve redenen die kunnen worden samengevat als een tijdelijk gebrek aan zelfvertrouwen na de zware nederlagen van de arbeidersklasse in de jaren 1980 en 1990 en het daaropvolgende neoliberale offensief.

Het kapitalisme ondermijnt het leven en de gemeenschappen van de werkende bevolking. Dat gaat gepaard met het harder worden van de samenleving en een “morele achteruitgang”. De arbeidersbeweging zal ook daar tegen in moeten gaan met collectieve strijd om onze gemeenschappen te beschermen.

Een alternatief op het kapitalisme

De heersende klasse wil ons doen geloven dat het kapitalisme of de klassensamenleving het onvermijdelijke resultaat is van de menselijke aard. Biologie kan bepaalde elementen van ons gedrag bepalen, maar de menselijke aard is geen permanent onveranderlijk gegeven dat op magische wijze uit de lucht is komen vallen.

Gedurende miljoenen jaren hebben mensen in egalitaire nomadische jager-verzamelaarssamenlevingen geleefd. Voedsel, onderdak en alles wat nodig was om te overleven werd gelijk gedeeld. Het was pas na de agrarische revolutie, toen de nomadische stammen zich vestigden om gewassen te verbouwen, dat een overschot aan rijkdom werd gecreëerd waardoor voor het eerst in de geschiedenis een heersende klasse kon ontwikkelen.

Verschillende heersende klassen hebben sindsdien beweerd dat het de “menselijke aard” was die ervoor verantwoordelijk was dat de ene mens een slaaf was en de andere een koning, die door God was aangesteld om over alle anderen te heersen. In werkelijkheid waren het materiële omstandigheden en productiewijzen die de basis vormden voor de verhoudingen tussen verschillende klassen.

De arbeidersklasse beschikt vandaag over een nooit geziene potentiële kracht. Omwille van haar plaats in het productieproces is dit de enige maatschappelijke kracht die fundamentele verandering kan bekomen. Het zijn immers de arbeiders die aan de basis van de productie van alle waarde liggen.

Door de huidige moderne technologie voor de belangen van iedereen in te zetten, zou het socialisme de basis creëren om de menselijke cultuur fundamenteel te veranderen. In de plaats van een samenleving die inhaligheid en egoïsme beloont, zou een socialistische samenleving gelijkheid en rechtvaardigheid centraal stellen.

Beslissingen zouden democratisch worden genomen, niet door om de vier jaar een andere rijke figuur te verkiezen, maar door op regelmatige basis gewone werkenden te verkiezen op massale bijeenkomsten en rechtstreekse verkiezingen. Diegenen die macht uitoefenen, zoals managers of publieke vertegenwoordigers, zouden worden verkozen en permanent afzetbaar zijn. Ze zouden niet meer verdienen dan een gemiddeld loon van de mensen die ze vertegenwoordigen.

Een kortere arbeidsweek waarbij het beschikbare werk wordt verdeeld, het voorzien van de basisbehoeften van de meerderheid van de bevolking zou de vrouwen en mannen bevrijden en toelaten om eindelijk de controle over hun eigen leven in eigen handen te nemen. Ontdaan van alle hindernissen voor de ontwikkeling van hun creatieve en intellectuele mogelijkheden, zou dit leiden tot een explosieve ontwikkeling van het immense creatieve potentieel van de mensheid.

0
    0
    Your Cart
    Your cart is emptyReturn to Shop