Barnard-rel. Eenzijdige verzoekschriften in vraag gesteld

In het kader van de rel rond het protest tegen de poging tot anti-islammeeting van Benno Barnard, verscheen een interessant opiniestuk van twee professoren van de Gentse universiteit. Ze nemen daarin de procedure op eenzijdig verzoekschrift waarbij dwangsommen worden opgelegd aan wie een toekomstige meeting van Barnard verstoort op de korrel. De argumentatie is interessant en ook nuttig voor iedere syndicalist die zich wil verzetten tegen de beperkingen op het stakingsrecht door patroons die met eenzijdige verzoekschriften en dwangsommen afkomen.

Het standpunt is van de hand van de professoren Dirk Voorhoof en Eva Brems (en is na te lezen op de site van De Standaard). De eerste auteur is professor mediarecht en is expert op het vlak van vrije meningsuiting. In die hoedanigheid werd hij zelfs in Japan opgeroepen als enige buitenlandse expert in een betwisting waar de vrije meningsuiting werd ingeroepen. De tweede auteur is professor mensenrechten en was onder meer actief bij Amnesty International. Beide professoren kunnen dus de nodige deskundigheid voorleggen als het gaat om vrije meningsuiting en mensenrechten.

Dat was het argument dat werd ingeroepen om naar de rechtbank te stappen met een eenzijdig verzoekschrift om een dwangsom op te leggen aan al wie een toekomstige meeting van Barnard zou verstoren. En net twee van de belangrijkste deskundigen op het vlak van mensenrechten hebben daar een probleem mee. Ze noemen het een “beslissing ‘erga omnes’ waardoor de rechter zich even gaat gedragen als een wetgever.” De rechter legt immers een maatregel op tegenover “iedereen die de rust zou komen verstoren of intimiderend gedrag zou vertonen”. Volgens de professoren is dit een “zeer omstreden vorm van rechterlijk activisme.” Er worden vragen gesteld bij het eenzijdig karakter van het verzoekschrift en ook bij de algemene werking ervan.

Dit is van belang bij stakingacties en poortblokkades waarbij de eenzijdige verzoekschriften van het patronaat eveneens dwangsommen “erga omnes” willen opleggen. Er wordt geen tussenkomst gevraagd in een specifieke betwisting met iemand anders, maar tegen iedereen die mogelijk zal deelnemen aan een stakingspiket. Indien een rechter daarin mee stapt, begeeft hij of zij zich op het terrein van de wetgever. En dat botst met de scheiding der machten die zo hoog in het vaandel van wordt gedragen binnen dit systeem.

De professoren zien nog een fundamenteel probleem. “Het rechterlijk bevel laat bovendien wel erg veel ruimte aan een gerechtsdeurwaarder om te interpreteren wat zoal als rustverstorend kan worden beschouwd en als ‘een handeling die indruist tegen de vrijheid van meningsuiting’. Om dan vervolgens tot invordering van 25.000 euro over te gaan. Een wettelijke bepaling met een dergelijke vage omschrijving zou alvast niet veel overlevingskans hebben bij het Grondwettelijk Hof en al helemaal onaanvaardbaar zijn bij het Europees Mensenrechtenhof in Straatsburg.”

Het feit dat een beslissingsmacht wordt verleend aan een deurwaarder – die zelf betaald wordt door zijn opdrachtgever – botst met de transparantie die een verbodsmaatregel zou moeten hebben. Geldt dit niet even zeer voor de dwangsommen bij stakingspiketten? Die worden opgelegd indien een deurwaarder vaststelt dat er een inbreuk is op het eigendomsrecht van de patroon. Alsof een stakingspiket op zich het eigendomsrecht van de patroon in vraag stelt. Maar het oordeel van de deurwaarder is ook hier van doorslaggevend belang.

Toen eind 2008 deurwaarders naar de piketten bij Carrefour werden gestuurd, hadden ze een rechterlijke uitspraak op eenzijdig verzoekschrift op zak waarin werd gesteld dat de politie moest “gevolg geven aan de opdrachten die de gerechtsdeurwaarder haar zal geven, desnoods door fysieke dwang te gebruiken om de vreedzame toegang tot de gebouwen te verzekeren.” De door de directie betaalde deurwaarder kon dus ook beslissen over de werking en het optreden van de politie.

In het geval van de Antwerpse discussie rond de Barnard-rel merken Voorhoof en Brems nog fijntjes op dat de rechterlijke uitspraak er kwam “op verzoek van de stad Antwerpen en burgemeester Patrick Janssens, terwijl het toch uitgerekend de burgemeester zelf is die in toepassing van de gemeentewet geacht wordt, met bijstand van de politie, de openbare veiligheid of rust in de stad te waarborgen." De professoren stellen vast dat de rechterlijke tussenkomst “overtrokken en overdreven” was omdat de feiten “niet zo uitzonderlijk” waren, “van fysieke geweldpleging of oproer was geen sprake.” Deze uitspraak kan een precedent vormen bij andere meetings en lezingen: “Na dit precedent ziet het ernaar uit dat de voorzitters van de rechtbanken van Brussel, Leuven, Antwerpen, Hasselt, Kortrijk en Gent straks de handen vol zullen hebben met vorderingen van linkse en rechtse, nationalistische en socialistische, profane en religieuze studentenorganisaties die willen vermijden dat hun debatavonden of lezingen verstoord worden.”

Los van de discussie rond wat er in Antwerpen is gebeurd en de vraag wat de gevolgen van dit precedent kunnen zijn, is het voor syndicalisten nuttig om de argumenten van de professoren Voorhoof en Brems te noteren. Toen Inbev naar de rechters trok voor eenzijdige verzoekschriften, haalde het geen gelijk. Zo stelde de Leuvense rechter dat een stakerspost en blokkade “tot de normale uitoefening van het stakingsrecht” behoren en dat de steun van de grote vakbonden aangaf dat de actie uitging van een groot aantal arbeiders van het bedrijf. Deze uitspraak ligt in de lijn van het aanvaarden van het derdenverzet bij eerdere eenzijdige verzoekschriften die door de directie van Carrefour werden ingezet eind 2008.

In die uitspraken was het basisargument dat het niet aan de rechter was om te oordelen in een collectief geschil. Dat is een belangrijk argument. Maar nu worden ook de syndicale argumenten tegen het gebruik op zich van een eenzijdig verzoekschrift dat maatregelen met algemene uitwerking preventief oplegt onder controle van een deurwaarder, bevestigd door twee eminente juristen met een grote deskundigheid op het vlak van mensenrechten en vrije meningsuiting.

0
    0
    Your Cart
    Your cart is emptyReturn to Shop