Your cart is currently empty!
Haïti. Een ramp die de stempel van het kapitalisme draagt
Eens te meer werd de arme bevolking van Haïti getroffen door een ramp. Maar de omvang van deze ramp was niet zo onvermijdelijk als men laat uitschijnen. Haïti is het armste land van de Westelijke hemisfeer. Maar wiens schuld is dat? Het is de rol van het VS-imperialisme, samen met die van de corrupte pro-VS-regimes in het land, die Haïti zo kwetsbaar hebben gemaakt voor natuurrampen.
[box type=”shadow” align=”alignright” width=”100″]
De rotte rol van het imperialisme
In 1780, toen Haïti onder controle van Frankrijk stond, exporteerde het land 60% van alle koffie en 40% van alle suiker die in Europa werd geconsumeerd. Het is bijna 200 jaar geleden sinds de zwarte massa’s de slavernij konden afschaffen en onafhankelijkheid van Frankrijk afdwongen. Sindsdien intervenieerden de verschillende wereldmachten in de “zwarte republiek” om deze onder controle te krijgen. Tussen 1915 en 1934 bezette het Amerikaans leger het eiland. Tussen 1957 en 1986 steunden de VS het notoire dictatoriale regime van eerst Papa Doc en nadien Baby Doc (Duvalier) tot deze werd omvergeworpen door een massabeweging van arbeiders en jongeren.
Jammer genoeg hebben de radicale bewegingen in de steden niet geleid tot de ontwikkeling van een revolutionaire socialistische leiding die een einde kon maken aan het kapitalisme en de eisen van de arbeiders kon realiseren. Er volgden een aantal onstabiele regimes die het nooit lang vol hielden.
Het politieke vacuüm werd deels gevuld door Jean-Bertrand Aristide, een volkse priester die in de sloppenwijken van Port-au-Prince werkte en in 1990 de presidentsverkiezingen won met de belofte om de armoede aan te pakken en sociale rechtvaardigheid te brengen.
In 1991 werd het Aristide-regime omvergeworpen door generaal Cedras, maar het werd in 1994 terug in het zadel geholpen door de VS toen die hun geduld verloren met de onbetrouwbaar gebleken Cedras. In 2000 werd Aristide terug verkozen met meer dan 90% van de stemmen. Ondanks beperkte hervormingen werden de beloften inzake strijd tegen armoede echter niet waargemaakt omdat hij niet aan de positie van de kapitalisten durfde te raken. Hierdoor ging de situatie er verder op achteruit met chaos, ontvoeringen, geweld, het sluiten van fabrieken,…
De Bush-administratie verzette zich tegen Aristide en blokkeerde alle internationale hulp. De rechtse oppositie startte een revolte die werd ondersteund door de Amerikaanse republikeinen. Uiteindelijk diende Aristide het land te ontvluchten.
[/box]
Zelfs al mat de aardbeving 7.0 op de schaal van Richter, dan nog was de omvang van het menselijk drama hoofdzakelijk te wijten aan de armoede in Haïti. Het land heeft slechts twee brandweerkorpsen en de huisvesting is niet bestand tegen aardbevingen. 80% leeft onder de armoedegrens. De overlevingskansen voor baby’s zijn er de laagste van de hele wereld.
Ook de hulpoperatie draagt een stempel
Veel gewone mensen hebben genereuze en belangenloze bijdragen geleverd voor de hulpoperaties. Vergelijk dit met de houding van de rijksten in de samenleving. De Amerikaanse bank Citigroup beloofde 250.000 $ (hoofdzakelijk in een poging om haar blazoen wat op te poetsen), peanuts in vergelijking met de bonussen ter waarde van 5.3 miljard $ die de topmangers van die bank in 2009 ontvingen, of 21.000 maal het bedrag dat aan Haïti wordt gegeven. Fiscale paradijzen als de Kaaimaneilanden zijn vlakbij Haïti, waarom worden de vele middelen die daar aanwezig zijn niet aangesproken?
Volgens een artikel in de Washington Post werden internationale reddingwerkers in eerste instantie naar de hotels met internationale gasten en de rijke wijken geleid. De rijke wijk Petionville waarvan delen lijken op een met prikkeldraad omheind Beverly Hills, is zo goed als ongeschonden uit deze natuurramp gekomen. Hun apotheken en supermarkten worden door militairen en privé-milities bewaakt. Het zijn de 1% rijksten die in dit soort wijken wonen en meer dan 50% van de rijkdom in handen hebben en wellicht ook het leeuwenaandeel van de internationale hulp zullen ontvangen.
In de plaats van een massale hulpoperatie te organiseren, concentreert de VS zich op een militaire interventie, met reeds meer dan 10.000 militairen op het eiland. Ze namen de controle over het land en dus ook over de luchthaven, waar militaire vliegtuigen uit de VS voorrang kregen op hulpgoederen uit andere landen. De schrik voor plunderingen en rellen, als resultaat van een falende hulpoperatie, is het excuus voor de VS om met haar troepen voor “orde en rust” te zorgen in het land.
In tegenstelling tot wat de op sensatie beluste media vertelden, zag men de eerste uren en dagen na de ramp een enorme vorm van solidariteit onder de armsten, voeding en water werden gedeeld, gewonden werden verzorgd door vrijwilligers, mensen hielpen zoekende familieleden van vermisten in de ruïnes. Maar aangezien de hulpoperaties onvoldoende waren om tegemoet te komen aan de noden van de miljoenen daklozen, liepen de spanningen op sommige momenten op.
In de dagen na de ramp stierven dagelijks nog honderden tot zelfs duizenden gewonden wegens een gebrek aan verzorging en medicatie. De heersende elite, het VS-imperialisme en andere regionale machten zullen niet de hulp bieden die nodig is voor de bevolking na deze aardbeving, laat staan dat de middelen zullen voorzien worden om het land terug op te bouwen en te ontwikkelen.
Bovendien dreigt steeds corruptie bij het aanwenden van de hulp. In Sri Lanka werden heel wat hulpgoederen na de tsunami van 2005 aangewend voor persoonlijke verrijking van de machthebbers en het opbouwen van een sterkere militaire macht die in 2009 de oorlog tegen de Tamils heeft opgevoerd. Dat was uiteraard niet de bedoeling van de duizenden die na de tsunami solidair steun gaven. Het toont de noodzaak van democratische controle op de verdeling en organisatie van de hulp.
Neoliberaal beleid leidt tot armoede
Met grote trom kondigde het IMF een nieuwe lening van 100 miljoen $ voor het getroffen land aan. Wat ze er aan het publiek niet bijvertelde, was dat aan deze lening voorwaarden waren gekoppeld. Het gaat onder meer over een verbod om de lonen van de ambtenaren te verhogen. Dit is de manier waarop de kapitalistische heersers naar humanitaire rampen kijken: als opportuniteiten om hun belangen te versterken.
De armoede van het land is het resultaat van imperialistische onderdrukking en uitbuiting. De handelspolitiek die sinds 1994 door de internationale financiële instellingen werd opgelegd, heeft ertoe geleid dat bijvoorbeeld de belastingen op rijstinvoer zijn afgenomen van 36% tot 3%. Vroeger was Haïti een netto exporteur van rijst. Sindsdien dumpen de VS hun rijstoverschotten in Haïti, met als resultaat dat drie op de vier borden rijst uit de VS komen, met het argument van ontwikkelingshulp. De lokale boeren slaagden er niet in om te concurreren met de ingevoerde rijst en de economie stortte in elkaar.
Enkel indien de massa’s van Haïti hun eigen toekomst in eigen handen krijgen, kan een uitweg worden gevonden uit de armoede, werkloosheid, staatsgrepen en dictaturen.
Haïti heeft een lange geschiedenis van revolutie en strijd, het was de eerste “zwarte republiek“. Vandaag is er nood aan onafhankelijke arbeidersorganisaties: vakbonden en partijen. Daarmee moet worden opgekomen voor:
- een kwijtschelding van de buitenlandse schulden,
- democratische controle over de hulpoperaties en de heropbouw
- de bouw van kwaliteitsvolle infrastructuur en woningen
- de publieke controle over de economie
- echte verandering op basis van een socialistisch alternatief, dat aansluiting vindt bij de arbeiders en armen in de regio en op het hele continent.