Your cart is currently empty!
Recensie. “Jean-Marie Dedecker. De buffel” door Raf Sauviller
[box type=”shadow” align=”alignright” width=”100″]
RECENSIES op SOCIALISME.be
Boek
- “Cuba na Castro, een eiland in omwenteling" door Lode Delputte
- “Stalin’s Terror of 1937-1938. Political Genocide in the USSR” door Vadim Z Rogovin
- “Das Kapital van Karl Marx” door Francis Wheen
- “Het andere Duitsland. De voormalige DDR 20 jaar na de val van de Muur” door Jeroen Kuiper
- "De beschavingsmachine. Wij en de islam” door Ico Maly
- "Grenzeloos India. De achterkant van de globalisering" door Patrick De Vos
- “Luisteren naar de sprinkhanen” van Arundhati Roy
Film
- Avatar. Als de aandeelhouders de wereld verslinden
- "The People Speak" van Howard Zinn
- "Het Titanic-syndroom" van Nicolas Hulot
- "District 9" van Neill Blomkamp
- "Capitalism: A love story" van Michael Moore
Muziek
- Veertig jaar geleden: de split van de Beatles
- Anti-Flag: “The people or the gun” en Interview met de drummer van Anti-Flag
[/box]
Dedecker blijft een controversieel figuur die de nodige media-aandacht kan opwekken. Een boek over Dedecker schrijven, is dan ook een garantie op een zeker succes. Zeker indien het kan aangekondigd worden als een boek dat eens de schandalen van Dedecker zelf zou blootleggen. Dat gebeurt ook in het boek, maar het blijft steken in een vrij populistische stijl die voor rechts-liberalen als Dedecker misschien geen probleem vormt maar voor een ernstig antwoord op Dedecker wel.
Raf Sauviller is doortastend te werk gegaan. Dedecker kloeg er zelf over dat iedereen uit zijn omgeving de kleren van het lijf werd gevraagd door Sauviller en die grondige aanpak werpt ook zijn vruchten af. Als het nu gaat om de sportieve, politieke of zakelijke carrière van Dedecker: overal worden wel enkele deksels van stinkende potjes gelicht.
Misschien eerst even wijzen op iets ergerlijk in het boek. Het is niet duidelijk waar Sauviller eigenlijk naar toe wil: kiezers van Lijst-Dedecker waarschuwen, politieke tegenstanders van Dedecker munitie bezorgen? Sauviller beperkt zich tot het beschrijven van schandalen aangevuld met eigen commentaren die soms niet bepaald fijngevoelig zijn.
Zo omschrijft hij Dedecker als “de kapelmeester van het asociaal gedrag, de erevoorzitter van de zeikburgers die de cafétogen in dit land occuperen met hun klaagzangen en hun reet vegen aan elke regel die de medemens voor de gevolgen van hun recht op individuele vrijheid moet behoeden.” (p.169) Als alle ontevredenen “zeikburgers” zijn, verdedigt Sauviller dan het huidige establishment? Het is makkelijk om politieke tegenstanders af te blaffen of te beledigen, maar wat bereik je daarmee? Door ver te gaan in het "afzeiken" van Dedecker en co, wordt het makkelijker om de ernstige elementen in het boek meteen af te doen als vuilspuiterij.
Sauviller brengt nochtans heel wat interessante voorbeelden van onfrisse praktijken van Dedecker die tal van initiatieven opstart en via de nodige connecties en vrienden ervoor zorgt dat deze initiatieven steeds de eigen portemonnee ten goede komen. Dat is de rode draad doorheen de operaties in de sportwereld, op politiek vlak en ook in de Oostendse middenstandskringen.
Dedecker werd beroemd als judocoach. Hij verdiende daarbij een aardige cent door sponsorcontracten te zoeken en te sluiten waarbij hij zelf een procentje kon meepikken. De atleten zelf kregen niet de volledige pot, alles passeerde via Dedecker. En enkel voor de allerbesten, die bovendien op een goed blaadje stonden bij Dedecker, waren er middelen. De coach aarzelde ook niet om van hoofdsponsor te veranderen toen elders meer te verdienen was, hij haalde het bedrijf Selection van VB-zakenman Hans Carpels binnen. Een poging om ook in de sponsorwereld van het wielrennen binnen te geraken, mislukte. Het leverde een aantal figuren uit dat wereldje, waaronder Lefèvre, een eeuwige vendetta op.
De ervaringen in de sportwereld werden verder gezet toen Dedecker politiek actief werd. Hij gebruikte zijn politieke connecties, ook met figuren uit andere partijen (zoals voormalig minister van sport Sauwens), om contracten te laten sluiten die vooral gunstig waren voor het kluwen van vzw’s waarmee Dedecker zijn middenstandsimperium opbouwt. Eén van die initiatieven was de Vlas, Vlaamse academie voor de sport. Dat was een orgaan dat ruime overheidssteun kreeg (250.000 euro per jaar!), maar ook door private bedrijven werd gesteund en dat ondersteuning moest bieden aan topsporters. Dedecker kende zichzelf een jaarloon van 37.500 euro toe als “general manager” van de Vlas.
Op lokaal vlak bouwde Dedecker een imperium uit met ijsbanen. Hij liet in buurgemeente Middelkerke zelfs asielzoekers goedkoop voor hem werken (aan één euro per uur!) om een ijsbaan op te zetten, eerst in het asielcentrum nadien gewoon in het stadscentrum. De uitbating gebeurde op commerciële basis, maar er was wel overheidssteun vanuit het integratiefonds en dat met de steun van lokaal SP.a-kopstuk Vande Lanotte. In 2002 kostte het ijsfeest de gemeenschap 175.000 euro.
Ook binnen Lijst-Dedecker gedraagt de kopman zich als een middenstander die zijn zakelijk imperium wil uitbouwen. Hij duldt geen kritiek of tegenspraak, de naam van de partij blijft naar de kopman verwijzen en het ziet er niet naar uit dat daar snel verandering in zal komen. In LDD liet Dedecker iedereen toe, hij haalde bijvoorbeeld Verstrepen over van het Vlaams Belang toen het ego (en de financiële verwachtingen) van Verstrepen daar op hun limieten botsten. Volgens Sauviller maakte Verstrepen opgang in de televisiewereld met het bedrijf Tellavision dat gesponsord werd door figuren uit de vleesmaffia.
Het boek van Sauviller brengt tal van voorbeelden en feiten die niet bepaald fris zijn en van waaruit Dedecker wordt geportretteerd als een inhalige en ijdele zakenman. Een omhoog gevallen middenstander die nooit zou geraakt zijn waar hij nu zit zonder de steun van topfiguren uit de sportwereld, de politiek of de zakenwereld. Die vaststelling is politiek gezien wellicht het meest relevante aan dit boek.