Your cart is currently empty!
Linkse socialisten in het Europees parlement
Linkse socialisten in het Europees parlement
Deze website begint met een column die om de paar weken zal verschijnen en nieuws brengt vanuit het Europees parlement. Met de verkiezing van het Ierse linkse socialistische parlementslid Joe Higgins is onze organisatie in dat parlement vertegenwoordigd. Tanja Niemeier is één van de medewerkers van de fractie GUE/NGL (Europees Verenigd Links, Noords Groen Links). Ze brengt hier een relaas van de werking de afgelopen weken.
Het nieuwe jaar begon koud en eenzaam in het Europees parlement. De gangen die gewoonlijk het toneel zijn van een komen en gaan van medewerkers en parlementsleden, lagen er verlaten bij. Op de derde verdieping van het gebouw Altiero Spinelli op het Luxemburgplein waar de internationale televisieploegen elkaar doorgaans voor de voeten lopen, is zo goed als leeg. Er staat ook geen rij om zich van koffie te bedienen. In mijn bureau is het koud. Het is vier januari en de laatste email dateert van 22 december, het parlement heeft twee weken winterslaap in acht genomen.
Dit gaf mij als nieuwkomer en medewerker van de fractie van GUE/NGL (Europees Verenigd Links, Noords Groen Links) wat ademruimte om me in te werken in de verschillende internationale handelsakkoorden van de EU. Mijn job bestaat er in om samen met andere collega’s van de fractie de ontwikkelingen op het vlak van internationale handel op te volgen en voorbereidend werk te verrichten voor de GUE-verkozenen in de commissie internationale handel. De twee vertegenwoordigers van GUE in deze commissie zijn Joe Higgins, lid van de Ierse CWI-afdeling Socialist Party, en Helmut Scholz (Die Linke). In de commissie, net als in de rest van het parlement, is het “neoliberale consensus” dominant. Binnen de 35-koppige GUE-fractie zijn er erg verschillende opvattingen over hoe er met de krachtsverhouding in het Europees parlement moet worden omgegaan, maar daarover later meer.
Vrijhandel ten alle prijze
In het document “Global Europe: Competing in the world” maakt de Europese Commissie duidelijk dat de vrije toegang tot de markten en grondstoffen centraal is voor de competitiviteit van de EU tegenover andere handelsblokken en landen. Het is duidelijk dat men daarbij bereid is om over lijken te gaan, dat blijkt onder meer uit de onderhandelingen over een mogelijk vrijhandelsakkoord met de CAN (Gemeenschap van landen uit de Andes). Onder deze landen bevindt zich ook Colombia. Volgens het internationaal vakverbond werden in 2008 76 vakbondsmilitanten vermoord, waarvan 49 in Colombia. Tegen eind oktober stond de teller voor 2009 al op meer dan 30 dode vakbondsactivisten in Colombia.
De opvallende rust van de eerste week van januari werd gevolgd door een bijzonder hectische tweede week. De commissie onder leiding van Barosso werd opnieuw samengesteld. De 20 kandidaten voor de machtige posities van EU-commissaris werden in hoorzittingen bevraagd door de parlementsleden. Eén van de meest begeerde en invloedrijke postjes is ongetwijfeld deze van commissaris voor internationale handel.
Deze positie werd voorgesteld aan de Belgische kandidaat Karel De Gucht, voorheen commissaris voor ontwikkelingssamenwerking en prominent lid van de liberale partij (VLD). Hij werd op 14 januari bevraagd door de parlementsleden. De media hadden het over de “excellente” dossierkennis van De Gucht naar aanleiding van de vragen over internationale handel. Toen ik deze krantenartikels las, dacht ik even dat ik op een andere hoorzitting aanwezig was geweest. Maar dat was natuurlijk naïef van mij: De Gucht is inderdaad de geschikte man voor deze job. Hij verdedigt de belangen van de heersende klasse en de machtige bedrijven in Europa. Meer vrijhandel, betere toegang tot internationale markten en grondstoffen, de wens dat China zijn markt verder opent,… Kortom: het uitvoeren van de strategische doelstellingen van de EU. Uiteraard had hij het ook af en toe over het uitdragen van “Europese waarden” zoals mensenrechten, sociale rechtvaardigheid en milieuvriendelijkheid. Dat maakt wellicht deel uit van de poging tot het aannemen van een meer sociale retoriek op een ogenblik dat de eigen ideologie in de verdrukking komt. "Vrijhandel moet binnen internationale regelgeving. Vrijhandel moet de consumenten dienen, maar moet ook de fundamentele grondrechten bevorderen." Alsof je met mooie woorden een citroen zoet kunt maken.
Sri Lanka
Vanuit mijn standpunt, als revolutionaire socialist, was de discussie over Sri Lanka een hoogtepunt. De tribune van het parlement werd gebruikt om een stem te geven aan diegenen die anders geen gehoor vinden. Dat gebeurde in de discussie over Sri Lanka over een internationaal handelsakkoord. In die discussie werd een lid van Tamil Solidarity aan het woord gelaten. Sinds de tsunami van 2005 grote delen van Sri Lanka had verwoest en duizenden mensen dakloos had gemaakt, was er een tolvrije toegang van het land tot de binnenlandse Europese markt. Dit systeem noemt men “General System of Preference” of GSP+.
Omwille van de aanhoudende inbreuken op de mensenrechten tegenover de Tamil-minderheid in Sri Lanka heeft de Commissie begin dit jaar voorgesteld om het GSP+ te bevriezen. De Raad en het Parlement moeten zich daarover beraden. Daartoe had de commissie voor internationale handel een discussie van een uur uitgetrokken om te luisteren naar een vertegenwoordiger van de Sri Lankese regering en een spreker van buiten de regering. Een vertegenwoordiger van de in Sri Lanka actieve organisatie “Journalisten voor democratie” haakte af uit angst voor het leven van hemzelf en zijn familie. Er werd snel naar een andere spreker gezocht en de internationale coördinator van Tamil Solidarity, een campagne waaraan het CWI meewerkt, kon spreken. Het regime van Sri Lanka besloot om een vierkoppige delegatie te sturen om de boodschap over te brengen. Hun centrale idee: Sri Lanka is niet het enige land met problemen en de EU moet niet met twee maten en gewichten werken. Dat leek de centrale verdedigingslijn van de ambassadeur te zijn. Op arrogante wijze beschuldigde hij Senan, de internationale coördinator van Tamil Solidarity, ervan een typische uitdrukking te zijn van de Sri Lankese diaspora. De ambassadeur had het sarcastisch over “welfare villages” (welzijnsdorpen) als het over gesloten kampen ging. De locatie van de kampen wordt deels geheim gehouden en er zijn in deze kampen soms jongeren en kinderen. In een bepaald geval was er zelfs sprake van een kind van acht jaar dat in zo’n kamp was opgesloten als "potentiële terrorist".
Senan verklaarde dat de campagne Tamil Solidarity het opheffen van de GSP+ status van Sri Lanka steunt. Hij stelde tevens dat de ingenomen positie van de Europese Commissie "too little too late" is. In de plaats hiervan was er bij het begin van de genocide een duidelijke stellingname nodig geweest. De werkende bevolking en de armen hebben geen voordeel gehaald uit de vrijhandel tussen Sri Lanka en de EU. Veel arbeidsplaatsen die verloren gingen als gevolg van de tsunami zijn nog altijd verdwenen. Het geld voor de wederopbouw werd niet benut om effectief het land opnieuw op te bouwen, heel wat geld bleef in de zakken van het corrupte regime van de dynastie-Rajapakse steken. Wie wel voordeel haalt uit het GPS+ statuut in onder meer het British Retail Consortium. Voorzitter Alisdair Gray verklaarde dat dit systeem een goedkopere invoerprijs met zich meebrengt voor de invoer van textiel en stoffen vanuit Sri Lanka.
Senan sprak niet voor geïsoleerde elementen uit de diaspora. Dat bleek uit de vele reacties die hij naar aanleiding van zijn toespraak kreeg. “Beste Senan, je hebt een fantastische toespraak gehouden in het Europees waarin je de leugens van de Sri Lankese boodschappers goed hebt beantwoord”. Of nog: “Je hebt de waarheid gebracht over de toestand van de Tamils in Eelam. Hopelijk opent dit de ogen.”
Als je dat soort reacties ziet, dan weet je dat het werk dat we hier verrichten nuttig is om de arbeidersbeweging te versterken.