Sociaaldemocratie in crisis

In Griekenland mag Pasok de verkiezingen gewonnen hebben, heel wat andere sociaaldemocratische partijen in Europa hebben weinig redenen om te feesten. Het zal niemand ontgaan zijn dat de sociaaldemocratie een diepgaande crisis doormaakt. Terwijl media en academici verwoede pogingen wagen om het fenomeen te onderzoeken, ondernemen sociaaldemocratische partijen een reeks vluchtige maatregelen om het probleem op te lossen. Tot nog toe hebben beiden weinig succes geboekt. Wat is er fout gelopen? Daarop wordt zelden een eenduidig antwoord geboden.

Door Thomas (Gent)

Laat het ook onmiddelijk duidelijk zijn: van de betrokken partijen zal er geen duidelijk antwoord komen. Dat komt omdat ze afstappen van de methodes die hen ooit zo sterk hadden gemaakt. Sociaaldemocratie stond eertijds nog voor de politieke organisatie van de arbeidersklasse. Toegevingen die als gevolg van haar kracht werden afgedwongen, vormden één van de zuilen van de populariteit van de sociaaldemocratie. De arbeidersbeweging was de motor van heel wat hervormingsbewegingen en de naoorlogse Keynesiaanse politiek bood ruimte voor een aantal economische en sociale hervormingen. Een opeenvolging van economische crisissen en neoliberale maatregelen deden het tij echter keren.

In België namen de socialistische partijen deel aan opeenvolgende regeringen met een neoliberale agenda. Die waren verantwoordelijk voor besparingsplannen. Door de toenmalige SP en CVP in de regering op te nemen, hoopten kapitalisten vakbonden te temperen in hun verzet. Dit was de aanleiding voor de leegloop van de socialistische partijen. Die afkalving werd op den duur ook ideologisch ingekaderd. Vandaar de discussies over de naam van de partij. Geen wonder dat Caroline Gennez beweerde dat de sp.a voor een “progressief liberalisme” staan (“socialisme is geëvolueerd liberalisme” verklaarde ze).

De crisis van de jaren 1970 heeft het lot van het keynesianisme (een politiek waarbij de overheid massaal investeerde) bezegeld en daarmee ook dat van de sociaaldemocratie. De neoliberale politiek die volgde, werd omarmd door de sociaaldemocratie. Denk maar aan de Bologna-hervormingen in het hoger onderwijs die mee door sociaaldemocratische onderwijsministers werden doorgevoerd: er wordt gestreefd naar meer rentabiliteit in het hoger onderwijs en niet naar meer middelen om jongeren te ontwikkelen. Blijkbaar werden intern zelfs de managementpraktijken van private bedrijven overgenomen, dat blijkt althans uit de gelekte SP.a-mails.

Het enige alternatief is een politieke organisatie van de arbeiders en hun gezinnen. Het gaat om loonafhankelijken en daarmee ook iedereen die belang heeft bij de een rechtvaardige verdeling van de maatschappelijke rijkdom: gepensioneerden, jongeren, zorgbehoevenden,… Zo’n partij moet arbeiders helpen om uit de ervaringen van hun eigen organisatie en strijd een politiek programma te ontwikkelen. Een programma dat vecht voor hetgeen arbeiders nodig hebben. Om grillen tegen te gaan zoals de huidige partijtwist binnen de sp.a-leiding, moet een arbeiderspartij ook democratisch werken. Dit vergt een democratisch programma dat o.a. de permanente afzetbaarheid van bestuurlijke functionarissen verdedigt.

0
    0
    Your Cart
    Your cart is emptyReturn to Shop