De premier van Nederland mag het heel klunzig hebben gezegd en de bezuinigingen moeten nog door ambtenaren worden ingevuld, maar door alle verwarring is nu wel duidelijk dat er een enorme aanval op de arbeiders in Nederland op komst is. Wat er na de jaren tachtig nog over is gebleven van de welvaartsstaat, moet nu worden afgebroken om de redding van de banken te betalen. Het komt hier op neer: de staat gaat optreden als een deurwaarder om bij de werkende mensen het geld te halen dat aan de banken is uitgegeven.
Deze rekening is zo enorm dat dat vele jaren gaat duren, denk aan twintig jaar of meer. De overheden hebben een ineenstorting van het kapitalisme kunnen voorkomen en deze door gigantische uitgaven aan banken en stimuleringsprogramma’s weten om te zetten in een langdurige crisis.
Dat is de harde werkelijkheid. Het is ook de enig mogelijke conclusie uit het belangrijkste politieke debat van dit jaar, de algemene politieke beschouwingen na Prinsjesdag. Officieel gaat het natuurlijk alleen om de begroting voor 2010. Het kabinet stimuleert de economie – die volgend jaar niet groeit, maar ook niet meer krimpt – een beetje. Maar ook al in 2010 komen er flinke bezuinigingen: geld voor de re-integratie word wegbezuinigd en de studiebeurzen worden voor de komende jaren bevroren. Terecht heeft de LSVb (Landelijke Studenten Vakbond) al acties aangekondigd.
Het echte nieuws zit hem in wat er in de jaren daarna gebeurt. Balkenende heeft aangekondigd dat het gaat stormen in de polder en dat is nog maar een understatement. Dan moet er 40 miljard Euro worden bezuinigd… per jaar. Dan moet je denken aan de hele sector onderwijs of de helft van de zorg of de helft van de uitgaven voor Sociale Zaken, het woord botte bijl schiet hier tekort… De Haagse politiek heeft er alle belang bij om zo lang mogelijk een beetje vaag te blijven over de bezuinigingen. Het kabinet wordt nu door verschillende partijen aangevallen om zo snel mogelijk duidelijkheid te geven over de bezuinigingen (VVD, D66) maar uit het oogpunt van het kabinet en de bourgeoisie als geheel is het waarschijnlijk verstandig om de harde waarheid nog even voor zich te houden.
In de eerste plaats omdat het spreken over megabezuinigingen de arbeiders niet in de stemming zal brengen om de enige hoop voor de kapitalistische economie om uit de recessie te komen (namelijk door meer uit te geven) te realiseren. In de tweede plaats omdat het kabinet al moeite genoeg heeft om de verhoging van de pensioenleeftijd (de meerderheid is tegen) en het bevriezen van de lonen (aangekondigd in de Troonrede) erdoor te krijgen. En vooral omdat de bezuinigingen zo kolossaal zijn dat het verzet enorm zal groeien. De jaren tachtig, met al hun stakingen en verzet tegen de crisispakketten zullen daarbij ruim verbleken.
Om een indruk te geven: bij de AWBZ (zorguitgaven) komt op een 5 miljard bezuiniging, waarvan 2 miljard op de thuiszorg. De topambtenaar die de WAO (Wet Arbeidsongeschiktheid) ontmantelde, gaat dit uitvoeren… Er gaan 30 tot 50.000 arbeidsplaatsen in de zorg verdwijnen, mag u zelf nagaan wat er van de zorg overblijft. De werkloosheidsuitkering gaat omlaag (werklozen hou je vast…). De ontslagbescherming of wat er van over was, verdwijnt ook voor een groot deel, alles in het belang van de ondernemers. Natuurlijk wordt de hypotheekrenteaftrek minder, al zal het CDA wel zorgen voor een overgangsregeling en allerlei verzachtingen, en de huren worden “geliberaliseerd” en stel je maar eens voor wat je huisbaas met je huur zou doen als hij alle vrijheid heeft.
Ben je jong en heb je daar allemaal geen last van, denk dan eens aan de totale privatisering van het onderwijs: studenten gaan de kostprijzen betalen voor hun studie (tienduizenden Euro’s per jaar), de studiefinanciering verdwijnt en je moet alles lenen en dus terugbetalen. Voor ambtenaren blijven er een stuk of 8 ministeries over om bij te blijven werken, de overtolligen mogen het zoeken op de arbeidsmarkt (zeker 700.000 werklozen gaan ze voor) en als het kabinet dat niet aandurft omdat de werkloosheid zo hoog is, zullen hun lonen wel worden verlaagd, net als in 1983. Ouderen kunnen vooruitkijken naar verdere verhogingen van de pensioenleeftijd, als 67 lukt, waarom dan niet 70 of meer?
De politieke meerderheid voor dit programma is er al: de VVD is voor de stevige bezuinigingen, de liberalisatie van de huurmarkt, het opheffen van de huidige studiefinanciering, opheffen van de ontslagbescherming en dat geldt ook voor D66. Hun enige verschil van mening met het CDA en de PvdA is dat zij daar nu al mee willen beginnen. Het CDA en de PvdA willen wachten tot de recessie voorbij is.
Deze recessie gaat echter niet voorbij. De hoop van de bourgeoisie is dat de kapitalistische staat, na het instorten van de banken de economie, door de recessie heen helpt door een tijdelijk programma van stimulerende uitgaven. Dan moet de ‘consument’ (lees: de arbeider) het aan de gang houden van de economie overnemen door weer geld uit te gaan geven. Het valt echter niet in te zien hoe de arbeidersklasse geplaagd door enorme werkloosheid, stagnerende of dalende lonen, veel grotere kosten voor de opleiding van hun kinderen, voor zorg en de oude dag (van zichzelf of hun ouders), vrolijk aan het besteden slaat. Je hoeft geen marxist te zijn of doorgeleerde econoom om te zien dat dit niet gaat werken.
Sterker, de recessie zal de komende periode niet minder worden. De “rotte leningen” bij de banken zijn immers opgelost met … nieuwe leningen! Op kosten van de belastingbetaler dus! Het oude riedeltje is weer begonnen bij de grote jongens met hun graaicultuur, als het mis gaat hebben ze immers de garantie dat ze toch gered zullen worden… Het is echter een nieuwe zeepbel die onvermijdelijk zal ontploffen, of het nu morgen is, of over twee jaar. Economen houden om deze reden ernstig rekening met een “double dip”, een tweede crisis. En wie betaalt die rekening? Een vicieuze cirkel is ingezet…
Als blijkt dat de recessie niet voorbijgaat, zullen deze partijen zich op een bepaald moment vinden in de mening dat “het mes er NU moet worden ingezet”. De verkiezingen zullen waarschijnlijk een deuk zullen slaan in de steun voor PvdA en VVD, misschien ook het CDA maar die partij blijft de grootste, feit is: zij zullen elkaar nodig hebben om dit ongehoorde bezuinigingsprogramma door te voeren.
Het helpt deze partijen dat er voor deze combinatie geen alternatief bestaat. De oppositie bestaat nu uit PVV, VVD, GroenLinks en SP. De VVD maakt de overstap naar een kabinet op een bepaald moment wel mee, dat hebben we tenslotte eerder gezien. De PVV beweegt zich al maanden lang economisch in woorden naar links (tegen verhoging pensioenleeftijd, tegen verlaging minimumloon) en zal daarmee misschien stemmen winnen die nu naar de SP gaan, maar een serieuze regeringspartner zijn en worden ze niet. Daarvoor ontbreekt het ze aan geschikte mensen en voorstellen. Ze zijn er ook openlijk te racistisch voor.
De SP is een serieuze oppositiepartij. De SP kwam bij de algemene beschouwingen met een duidelijk omschreven en samenhangende aanpak van de crisis: overheidssector intact laten, de agenten, verpleegsters en leraren krijgen het daar meer voor het zeggen. De SP vindt dat de banken, rijken en middengroepen (de eerste schuldig, de laatsten met de sterkste schouders) de lasten van de crisis moeten dragen. Banken en de hoogste inkomens belasten, de banken, een toptarief van 60% voor de grootverdieners (dat was 30 jaar geleden nog 72% trouwens), aftopping van de hypotheekrenteaftrek en inkomensafhankelijke zorgpremies (betalen de hoge inkomens nu minder aan).
Het moet absoluut deze kant op. Het betekent dat de SP elke gedachte aan meeregeren laat varen. Het heeft immers geen enkele zin mee te doen aan het deurwaardersgedrag van de overheid. Vragen of het een paar Euro minder bezuinigen mag wezen of meer gespreide betaling van de rekening van het kapitalisme is in deze context zinloos. De aanpak van de SP heeft geen enkele weerklank bij de kapitalistische partijen zoals CDA, PvdA, VVD of D66. Dit zijn volstrekt gescheiden wegen. Tegelijkertijd blijft samenwerking met de PVV vanzelfsprekend ondenkbaar.
Hoewel de bourgeoisie alles in het werk stelt om de arbeiders zo lang mogelijk nog zand in de ogen te strooien over de gevolgen van de crisis, zal dit steeds minder lukken. Bij de algemene politieke beschouwingen bleek al dat zij de ernst van de crisis niet langer kunnen verbergen omdat ze zoeken naar draagvlak voor de voorbereidingen voor de bezuinigingen. Het vakbondsverzet is heel beperkt geweest. De FNV heeft totaal nagelaten te mobiliseren tegen te verhoging van de pensioenleeftijd en totaal vertrouwd op de onderhandelingen achter de schermen in de SER. Dit blijkt nu een nederlaag strategie. De FNV staat met lege handen.
Alleen massaal verzet tegen de maatregelen van het kabinet en de ondernemers kan ze stoppen. Bij de omvang van de komende bezuinigingen zal het verzet van eind jaren zeventig, begin jaren tachtig op den duur verbleken. Offensief staat natuurlijk aan de kant van de arbeiders maar ook zonder een socialistische visie is te zien dat de arbeidersklasse zich niet zonder verzet zal laten terugbezuinigen naar de jaren dertig.
In de jaren na de Tweede Wereldoorlog is een welvaartsstaat opgebouwd. De oude dag, ziekte, werkloosheid en armoede hoefden door sociale voorzieningen geen bron van bestaansangst meer te zijn voor de arbeiders. Die welvaartsstaat is er door strijd gekomen, niet door de toegeeflijkheid en ‘redelijkheid’ van de kapitalisme. Ondanks het hevige verzet in de jaren zeventig en tachtig is deze welvaartsstaat uitgekleed. Nu maken kabinet en ondernemers zich op om de resterende sociale voorzieningen in de komende jaren te ontmantelen.
Er zijn jongeren die, aangeblazen door burgerlijke propaganda, aangeven dat ze bang zijn dat ze de lasten van de pensioenen moeten betalen én ook nog de billen van hun ouders moeten wassen. Als we niks doen wordt het nog veel erger: een mini-toekomst voor een mini-salaris, met mega-woonlasten en mega-studiekosten. Het verdedigen van de huidige voorzieningen, het verleggen van de lasten van de crisis naar de rijken is nu de eerste verdedingslinie. Nu heerst er nog een nazomergevoel van “zo erg zal het toch allemaal niet worden…”. Dit artikel zal niet iedereen overtuigen, de feiten doen dat in de komende jaren wel.
Uit het groeiende verzet zal een verlangen opkomen naar een samenleving waarin onderwijs en zorg, sociale zekerheid, welzijn en veiligheid, wonen en werken wel goed geregeld zijn. Onder het kapitalisme lukt dat niet. Een socialistische toekomst is nog ver weg, maar vormt de enige uitweg uit deze kapitalistische afbraak. De weg vooruit, weg van de kapitalistische ellende en naar een socialistische toekomst, is die van een sterke en strijdbare arbeidersklasse. Een beweging die geen illusies meer heeft in het failliete poldermodel, zich internationaal oriënteert om te beginnen op een verenigde Europese beweging en zich organiseert op democratische principes, voor zichzelf en als model voor de samenleving. met zo’n beweging kunnen we het systeem en haar inherente winstlogica ter discussie stellen en uiteindelijk afschaffen!