Op 18 oktober werd een akkoord gesloten in Lissabon over een tekst voor een Europees Verdrag. Deze tekst is een ingekorte versie van de Europese Grondwet, die eerder werd afgewezen in referenda in Frankrijk en Nederland. De belangrijkste wijziging na die referenda is dat het woord “grondwet” taboe geworden is.
Voor het overige blijft de inhoud grotendeels overeind: er komt een sterkere Europese Commissie (EC) en de structuren worden wat aangepast. Er wordt geen enkele afstand gedaan van de neoliberale inhoud van het ontwerp van de Europese Grondwet dat werd afgewezen. EC-voorzitter Barroso was opgetogen: “Dit verdrag gaat de Europese Unie de middelen geven die nodig zijn om de Europese burgers concrete resultaten aan te bieden.” Na de liberaliseringsoperaties in de energiesector en binnenkort de postdiensten, weten we wat dat zal betekenen.
Met dit verdrag tonen de politieke leiders in Europa nogmaals hun arrogantie. Als de bevolking “fout” stemt in een referendum over een neoliberale grondwet, dan noemen ze die “grondwet” een “verdrag”. De bedoeling is duidelijk: “Het is goed dat we het geen Grondwet noemen, dan kan niemand immers om een referendum vragen”, aldus de voormalige Italiaanse premier Amato.
Tijdens de onderhandelingen in Lissabon waren er zo’n 200.000 betogers voor een sociaal Europa. Ook de eisen van deze betogers werden van tafel geveegd door de onderhandelaars. Vanuit de EU zal meer nadruk gelegd worden op de zogenaamde “flexicurity”: flexibel werken, maar met sociale “bescherming”. De nadruk ligt uiteraard vooral op het versterken van de flexibiliteit van de werknemers.
Het was dan ook niet verwonderlijk dat het VBO (Verbond van Belgische Ondernemingen) tevreden reageerde op het nieuwe EU-verdrag en de “herwonnen Europese dynamiek”. Jammer genoeg stelde het EVV (Europees Vakverbond) reeds dat het steun zou geven aan het verdrag omdat het een “oplossing” zou bieden voor de “institutionele crisis”.
Het verwerpen van de Europese Grondwet in Nederland en Frankrijk was geen “institutionele” kwestie, maar een verwerpen van het neoliberale beleid waar deze Europese Unie voor staat. Wij verzetten ons tegen de projecten van de kapitalistische EU, maar ook tegen de pro-kapitalistische euro-sceptici die voor een nationalistische agenda staan.