Your cart is currently empty!
Nationale Bank: lonen zijn afgelopen jaar slechts beperkt gestegen
De Nationale Bank heeft haar jaarverslag bekend gemaakt. In het jaarverslag wordt een beeld gegeven van de economie, maar wordt ook op andere aspecten ingegaan. Zo wordt ook een hoofdstuk besteed aan de lonen. Opvallende conclusie daarin is de vaststelling dat de lonen niet sterk zijn gestegen. En ook dat de patronale cadeaus blijven toenemen.
De Nationale Bank stelt tevreden vast dat de lonen de afgelopen periode niet sterk zijn gestegen in dit land, maar toch zordt uiteraard geklaagd over de "loonhandicap". De index lag hoger dan verwacht bij het vorige interprofessioneel akkoord waardoor in heel wat sectoren de loonnorm werd overschreden. Toch stelt de Nationale Bank vast dat de “weerslag van de indexeringen op de loonontwikkelingen werd getemperd door twee factoren. Vooreerst oefende de invoering van de nieuwe nationale consumptieprijsindex in januari 2006 een matigend effect uit op de gezondheidsindex. Voorts hebben vele paritaire comités de laatste jaren een all-inclausule opgenomen in hun tweejaarlijkse akkoord. Door die clausule wordt de omvang van de reële verhogingen afhankelijk gemaakt van de effectieve loonindexeringen.”
In feite erkent de Nationale Bank hiermee dat er aanvallen werden doorgevoerd op de indexering en bijgevolg op de lonen, maar wordt er tegelijk op gewezen dat dit steeds gebeurde op basis van sociaal overleg. De indexaanpassing in januari 2006 gebeurde in samenspraak met de vakbondsleiding. Ook de doorvoering van all-in akkoorden krijgt steun van de vakbondsleidingen, zo werd dit aspect nogmaals uitdrukkelijk bepaald in het nieuwste IPA.
Dergelijke all-in akkoorden genieten de steun van de Nationale Bank. Het zorgt er immers voor dat er in 2006 slechts “geringe reële verhogingen” waren. Er wordt gesproken van een reële verhoging van 0,5% terwijl dit in 2005 “ook al slechts 0,4%” bedroeg. En nog: “sedert het begin van het decennium werden, behalve in 2003, niet zulke geringe stijgingen genoteerd.”
De arbeiders hebben dus de broekriem moeten aanhalen. De patroons daarentegen konden opnieuw genieten van een royale vermindering van de werkgeversbijdragen aan de sociale zekerheid. In 2006 bedroeg deze vermindering 4.697 miljoen euro. Daarmee werd het record van 2005 gebroken.
Vermindering werkgeversbijdrage sociale zekerheid in miljoenen euro:
- 2003: 3.451
- 2004: 4.073
- 2005: 4.547
- 2006: 4.697
Toch wil de Nationale Bank dat er verder bespaard wordt bij de arbeiders. Naast de evidente problemen die ontstaan door de vermindering van de middelen voor de sociale zekerheid, pleit de Nationale Bank er ook voor om iets te doen aan de “loonkostenhandicap” in België. Dat betekent dus lagere lonen.
Het voorbeeld daarbij is Duitsland. “De loonkostenhandicap van België kan dus uitsluitend verklaard worden door de zeer matige stijging van de uurloonkosten in Duitsland.” Daarbij wordt verwezen naar “kostenverlagende maatregelen, zoals het verlengen van de arbeidsduur zonder financiële compensatie, het verlagen van premies of de koppeling van extra beloningen aan de resultaten.” Langer werken voor een lager loon dus. Maar ook het feit dat er sprake is van een “snelle uitbreiding van het aantal laagbetaalde banen” zorgt voor een “neerwaartse druk op de uurloonkosten in Duitsland.”