Sri Lanka. Protestacties van arbeiders op theeplantages

Gedurende 15 dagen was er een staking van de arbeiders op de theeplantages in Sri Lanka. Dat was de langste dergelijke staking sinds jaren. Een groot deel van de 400.000 plantagearbeiders nam deel aan de acties. De staking werd gestart met het vertragen van het werk en ‘sing-alogns’ waarbij het werk vertraagd werd door te zingen.

T.S. Jainndeen

Solidariteitsbetoging met de plantagearbeiders

Veel arbeiders namen deel aan massale betogingen waar namaakversies van de zogenaamde leiders van de plantagearbeiders werden verbrand. De “vulkaan van de plantages komt tot uitbarsting”, stelde een krant.

De belangrijkste organisaties die beweren de arbeiders te vertegenwoordigen zijn de Ceylon Workers’ Congress (CWC) en de Up-Country Peoples Front (UPF) waarvan de leiders deelnemen aan de kapitalistische UPFA-regering, en de Lanka Jathika Estate Workers’ Union (LJEWU) die verbonden is met de kapitalistische oppositiepartij United National Party. Alle drie deze organisaties gingen akkoord met het afblazen van de staking.

Het nieuwe collectieve akkoord omvat een basisloon van 170Rs en een extra premie van 20Rs en een aanwezigheidspremie van 70Rs. Dat is samen slechts 70Rs meer in vergelijking met het vroegere loon van plantagearbeiders van 190Rs per dag. Dat is net meer dan 1 dollar per dag!

De meerderheid van de arbeiders waren niet tevreden met het compromis dat gesloten werd door hun leiding en ze willen verder staken tot ze 300Rs per dag krijgen, zoals ze steeds hebben geëist. De belangrijkste ontwikkeling was dat de staking spontaan ontwikkelde van arbeiders aan de basis, zonder een oproep van de vakbondsleiders. Dat is een belangrijke ontwikkeling omdat de vakbondsleiders vaak een sterke greep hebben op de plantagearbeiders. De arbeiders zijn voornamelijk Tamils van Indische origine en ook de vakbondsleiders komen uit die gemeenschap. Maar die leiders hebben een geschiedenis van politiek opportunisme en van het verraad van de arbeidersbehoeften.

Eén van de dagbladen in Sri Lanka had een editoriaal waarin de eisen van de arbeiders werden gesteund, wellicht om te vermijden dat de confrontatie zou uitbreiden naar andere delen van de arbeidersklasse. Maar het artikel wees ook op de condities waarin dit deel van de samenleving moet leven en werken en dat deze condities niet zijn veranderd nadat de Britse koloniale heersers het land verlieten na de Tweede Wereldoorlog. Vaak leven de arbeiders in miserabele hutten zonder sanitair of degelijke kookmogelijkheden.

Voor hun hongerloon moeten de voornamelijk vrouwelijke theeplukkers in gelijk welke weeromstandigheden het veld op. Er wordt ook geen rekening gehouden met hun fysieke toestand. Zwangere vrouwen moeten even goed werken, ongeveer tot vlak voor de bevalling. Als ze niet werken, krijgen ze geen loon. Heel wat arbeiders genoten geen onderwijs en zijn analfabeet. Ze hebben geen kans op andere jobs in de regio waar ze wonen en veel jongeren worden gedwongen om in het buitenland hun geluk te zoeken, voornamelijk in het Midden-Oosten.

Die vakbondsleiders die de oorspronkelijke eisen hebben verraden, stelden in een verklaring dat ze akkoord gingen met een dagelijks loon van 260Rs en ze tekenden een akkoord met de werkgevers in aanwezigheid van president Mahinda Rajapakse. UPF-voorzitter en minister Chandra Sekaran stelde op een persconferentie dat hij niet volledig tevreden was met 260Rs, maar dat de staking werd afgeblazen na een onderhoud met de president de avond voordien.

De huidige kapitalistische regering, de bazen en die vakbondsleiders die de regering steunen hebben de plantagearbeiders verraden. De United Socialist Party heeft een massaal pamflet verspreid onder de arbeiders. Daarin wordt gesteld dat de meeste arbeiders economisch en sociaal gemarginaliseerd worden. Andere vakbonden in het land zouden solidariteitsacties moeten organiseren om de plantagearbeiders te ondersteunen. Jammer genoeg blijven die vakbondsleiders stil tegenover de plantagearbeiders en blijven ze de regering steunen, ook al maakt die oorlogsplannen tegenover de Tamilsprekende bevolking in het noorden en het oosten van het land.

De levensduurte in het land stijgt erg snel. De inflatie nam toe van 8,1% in januari van dit jaar tot 19,8% in december. Het is dan ook niet meer dan normaal dat de armste lagen van de Sri Lankese arbeidersklasse opkomen voor een loonsverhoging van 190Rs tot 300Rs per dag. De opportunistische vakbondsleiders steunen de regering en trekken zich niets aan van de miserabele levensomstandigheden van hun eigen arbeiders. Dat is waarom de arbeiders voor het eerst in hun geschiedenis zelf in actie zijn gekomen om hun eisen naar voor te brengen. Wij roepen de vakbonden op om de strijd van de plantagearbeiders niet te isoleren op dit cruciale punt.

Tegenover een achtergrond van armoede hebben deze arbeiders niets waarop ze kunnen terugvallen. Ze hebben dringend steun nodig in de vorm van ophalingen onder de arbeiders in de bedrijven, kantoren en andere werkplaatsen. De USP komt daarvoor op en roept op tot solidariteitsacties met een werkonderbreking gedurende een uur als aanloop naar een algemene staking. De patroons van de plantages maken enorme winsten op het belangrijkste exportproduct van het land. Hun winsten halen records met 75 miljard Rs. Nu stellen ze dat ze een miljard Rs hebben verloren door de staking en ze stellen dat ze mogelijk failliet zullen gaan door de concurrentie vanuit India en elders. Maar de arbeidersbeweging moet de moed en de vastberadenheid van de plantagearbeiders ondersteunen. Zoals Siritunga Jayasuriya, de algemeen secretaris van de USP, stelde op een solidariteitsactie in Colombo: “Als de patroons niet bereid zijn om deze beperkte lonen te betalen die de arbeiders vragen, dan moet de industrie terug in publiek bezit worden genomen waarbij de arbeiders de plantages zelf controleren.”

0
    0
    Your Cart
    Your cart is emptyReturn to Shop