Your cart is currently empty!
De Lijn fors duurder. Vlaamse regering organiseert fileprobleem
1,4 tot 3 euro voor een ticket bij De Lijn. Verdere afbouw openbaar vervoer zal fileproblemen vergroten
De Lijn trekt de tarieven fors op. De stijging van de ticketprijzen ligt dit jaar wel heel ver boven de inflatie. Een rit aan het goedkoopste tarief, met een lijnkaart, zal vanaf 1 februari 1,4 in plaats van 1 euro kosten. Een SMS-ticket gaat van 1,55 naar 1,95 euro en een los ticket gaat van 1,3 (in voorverkoop) en 2 euro (op de bus of tram zelf) naar 3 euro. Tegelijk verdwijnt het gratis openbaar vervoer voor 65-plussers. Wil de Vlaamse regering het openbaar vervoer verder afbouwen?
De afgelopen jaren is er al fors bespaard bij De Lijn. De dienstverlening werd afgebouwd en als het van de Vlaamse regering afhangt, zal dit nog versterkt worden. Zo werd gesproken over het beperken van het aanbod op zondag, enkel in de steden zou er dan de hele dag en avond openbaar vervoer zijn. Elders alleen in de namiddag. De afbouw van de dienstverlening de afgelopen jaren zorgde voor een afname van het aantal reizigers. In 2013 waren er 540 miljoen reizigers, dat is vier miljoen minder dan een jaar ervoor en elf miljoen minder dan drie jaar ervoor. Met andere woorden, de afname van het aantal reizigers is aan het versnellen.
Na de afbouw op de dienstverlening volgt nu een forse prijsverhoging. De ‘kostendekkingsgraad’ moet omhoog volgens de regering. Daarmee wordt gewezen op de inkomsten die van de reizigers komen en dus los staan van de overheidsbijdrage. Momenteel worden ongeveer 15% van de kosten van de werking van De Lijn betaald door tickets en abonnementen van reizigers. Dat we ook de overige 85% betalen via onze belastingen wordt niet in de argumentatie van de regering opgenomen.
De overheidsdotatie voor De Lijn bedraagt ongeveer 0,9 miljard euro per jaar. Dat is veel, maar de subsidies voor bedrijfswagens kosten de overheid 4,1 miljard euro per jaar. Dat is een pak meer, er wordt niet aan geraakt en het zorgt voor een verergering van het fileprobleem. Ongeveer de helft van de auto’s in de files zijn bedrijfswagens. Ook de files zijn dus een politieke keuze van deze regeringen. Toen in december even werd geopperd om de fiscale gunstregimes voor bedrijfswagens aan te passen, stond Bart De Wever meteen met een antwoord klaar. “Regeling bedrijfswagens aanpassen staat niet in regeerakkoord”, liet hij noteren (DS 2 december 2014). En ja, besparen op het openbaar vervoer staat wel in de regeerakkoorden.
Tussen 1995 en 2005 werd in De Lijn geïnvesteerd en leidde dit tot een toename van het aantal reizigers, een verdubbeling op 10 jaar. Dit ging gepaard met een afname van de groei van het autoverkeer. Sinds een jaar of vijf is deze tendens gekeerd. Het aantal reizigers neemt opnieuw af en er wordt niet langer geïnvesteerd in De Lijn. Het resultaat is ernaar, de files worden langer en het mobiliteitsprobleem bijgevolg groter. Volgens Touring was 2014 het ergste filejaar ooit. Als het van de Vlaamse regering afhangt, worden 2015 en de daaropvolgende jaren nog erger.
De besparingslogica bij De Lijn zorgt voor een negatieve spiraal. De directie bij De Lijn stelt dat de tariefverhogingen nodig zijn om de geplande besparing door te voeren zonder aan het personeel te raken. De logische afname van het aantal reizigers zal echter onvermijdelijk gevolgd worden door nieuwe besparingen op de kap van het personeel. Deze neerwaartse spiraal van afbouw van het openbaar vervoer moet gestopt worden. Zowel inzake mobiliteit als inzake milieu en gezondheid (jaarlijks sterven 350.000 Europeanen vroegtijdig door de uitstoot van fijn stof en stikstof!) is er net nood aan een drastische uitbreiding van het openbaar vervoer.
Dat kan het beste door te breken met het besparingsbeleid en massaal te investeren in gratis en degelijk openbaar vervoer met een drastische uitbreiding van het aanbod. Dit zou het autoverkeer doen afnemen met bijhorende voordelen op vlak van fileleed, gezondheid en milieu. Door het openbaar vervoer ‘gratis’ te maken (en dus met de gemeenschap de kost ervan te dragen) wordt het bovendien toegankelijker en wordt het een bijzonder aantrekkelijk alternatief op de eigen wagen. Is dit onbetaalbaar? Indien we de politieke keuze maken om 4,1 miljard aan bedrijfswagens te geven tegenover slechts 0,9 miljard aan De Lijn is het inderdaad onbetaalbaar. Maar waarom zouden we die keuze blijven maken?
De wijze waarop mobiliteit en transport worden georganiseerd, is een kwestie van een politieke keuze. Laten we de wegen verder vol slibben met vervuilende wagens en camions waarbij de gemeenschap met de kosten op vlak van infrastructuur, gezondheid,… wordt opgezadeld? Of investeren we in de uitbouw van het openbaar vervoer – zowel goederentransport als personenvervoer, zowel treinen als bussen – door het aanbod uit te breiden en het voor iedereen toegankelijk te maken?