Op 30 september 2005 publiceerde het Deense dagblad Jyllands-Posten 12 cartoons over de profeet Mohamed, waaronder een cartoon die Mohamed voorstelde als een terrorist met een bom in zijn tuilband. Sinds oktober wordt geprotesteerd door vertegenwoordigers van de moslimgemeenschap in Denemarken en door ambassadeurs van moslimlanden in Denemarken. De protesten bij Jyllands-Posten haalden niets uit, de krant weigerde ieder excuus in naam van de vrije meningsuiting. De regering weigerde iedere reactie wegens de persvrijheid. Sindsdien werd het protest sterker met een openlijke crisis vanaf eind januari.
Dossier door Thierry Pierret
Er waren wereldwijd grote betogingen en zelfs oproepen om Deense producten te boycotten in moslimlanden. Onder het mom van de verdediging van de vrije meningsuiting, die zogezegd werd bedreigd door een donker islamisme, besloten verschillende Europese kranten om eveneens de cartoons te publiceren.
Dit zorgde er enkel voor dat de woede onder moslims zich ook tegen deze landen ging richten. De Deense regering wees beschuldigend naar imans die in Denemarken actief zijn en informatie over de kwestie verspreid hebben in het Midden-Oosten. Maar eigenlijk is dat niet de kern van de zaak. Het gaat om veel meer dan enkele cartoons.
Islamofobie. Waarom zijn we bang voor de islam?
De Deense regering is bijzonder rechts en ze voert een vrij openlijk racistische politiek. Zo werden forse maatregelen genomen tegen de mogelijkheid van gezinshereniging voor vluchtelingen die legaal in Denemarken blijven. Het Deense asielbeleid dient als voorbeeld voor wat Dewinter en co ook hier willen doorvoeren.
De regering in Denemarken heeft geen meerderheid, maar wordt gesteund door extreem-rechts dat electoraal groot geworden is op basis van racisme. De rechtse politici aarzelen niet om de islam en alle moslims voor te stellen als een bedreiging voor de democratie en voor de Westerse waarden waarbij islam en terrorisme zowat gelijk gesteld worden.
Dat ligt in de lijn van de Amerikaanse neoconservatieven die na de val van de Berlijnse Muur een nieuw vijandsbeeld zochten om haar oorlogsretoriek te rechtvaardigen. Voor hen was het nuttig om de moslimwereld als één groot terroristisch geheel voor te stellen, ook al was de VS jarenlang een financier van bijvoorbeeld de Taliban in Afghanistan of het regime van Saddam in Irak (dat niet religieus was).
In een interview stelde de hoofdredacteur van Jyllands-Posten, Carsten Juste, over de reacties op de cartoons het volgende: “Het is de cartoon van Mohamed met een bom in zijn tuilband die het meeste reacties losweekt. Nochtans valt het verband echt op. Het is een illustratie van het probleem van het fanatiek islamitisch terrorisme, waarvan de aanhangers zelf het verband maken tussen hun acties en hun godsdienst. Dat is wat onze cartoonist wou tonen en het is onderwerp van een debat dat vaak wordt gevoerd: in welke mate draagt de islam bij tot het aanzetten van terroristen? Creëert die religie haar eigen terroristen? Het is een legitieme vraag. Ik had niet gedacht dat het zo’n reacties zou losweken…”
De suggestie dat terrorisme een gevolg is van de aard van de islam omdat terroristen zich op die godsdienst baseren, is even onterecht als stellen dat militarisme voortkomt uit het christendom aangezien Bush en zijn Amerikaanse neoconservatieven zich ostentatief baseren op die religie. Het idee om Jezus af te beelden als martelende CIA-agent is nog niet opgekomen bij zelfs de meest antiklerikale Europese cartoonisten… En wellicht zou ook Jyllands-Posten een dergelijke cartoon niet publiceren.
De Deense regering kan zich gemakkelijk verstoppen achter de zogenaamde persvrijheid om zich van iedere verantwoordelijkheid te ontdoen. Nochtans hebben de Deense politici – in het bijzonder die van de rechtse partijen – actief meegewerkt aan het creëren van een vijandig klimaat tegenover moslims waardoor zelfs een belangrijk dagblad geen probleem zag in het aanpakken van de moslimgemeenschap via een afbeelding van haar profeet.
De Deense regering maakt gebruik van racisme en islamofobie om de arbeiders te verdelen en om te vermijden dat er gezamenlijk verzet komt tegen het asociaal beleid. De Belgische politici en patroons lopen hoog op met het “Deense model” aangezien de werkloosheid er erg laag is. Daarbij wordt vergeten dat het aantal precaire jobs groot is. Vaak moeten Denen twee of drie jobs combineren om toch maar rond te komen.
Sinds het begin van de crisis rond de cartoons is de extreem-rechtse Deense Volkspartij met 5% vooruitgegaan in de peilingen. Tegelijk stelt 50% van de Denen echter dat ze het protest van de moslims begrijpen en 49% van de Denen spreekt zich uit tegen de publicatie van de cartoons.
Politieke onstabiliteit in het Midden-Oosten
De crisis na de cartoons van Mohamed zou nooit een dergelijke omvang hebben gekend indien er geen spanningen aanwezig waren in het Midden-Oosten. Dictatoriale en corrupte regimes hebben ingespeeld op de cartoons om hun krachtsverhouding op nationaal en internationaal vlak te versterken. Naast Irak en Libanon zijn er twee landen waar dit in het bijzonder duidelijk werd.
Iran. Reactionaire president doet forse uitspraken om sociale problemen in eigen land te verdoezelen
De aartsconservatieve Mahmoud Ahmadinejad werd in juni 2005 verkozen als president van de islamitische republiek Iran. Deze rechtse populist bouwde zijn politieke carrière op basis van een imago dat hij dicht bij de bevolking zou staan. Als burgemeester van Teheran behield hij zijn pover ambtenarenloon. In een land waar de corruptie van de petroleumbonzen heerst in alle delen van het establishment, was dat voor velen een sterk argument. Dat wordt versterkt door de sociale problemen in het land. Er is immers een massale werkloosheid en de huurprijzen in de grote steden zijn onbetaalbaar.
Ahmadinejad kon ook gebruik maken van het feit dat er minder mobilisaties en acties waren van jongeren en vrouwen die ontgoocheld waren in het failliet van de hervormingsgezinden. Die slaagden er niet in hun beloften waar te maken. Iran is een dictatuur waarbij verschillende partijen verboden zijn en waarbij niet iedereen kandidaat kan zijn bij verkiezingen.
De Iraanse arbeiders en hun gezinnen, net zoals de verarmde lagen van de bevolking, maakten gebruik van de beperkte politieke vrijheid om bij de pseudodemocratische verkiezingen te stemmen tegen het establishment en tegen de hervormingsgezinden. Het gaat dus niet zozeer om een goedkeuren van het reactionaire regime van Ahmadinejad, maar om een wegstemmen van de anderen.
Ahmadinejad beseft dat zijn positie onzeker is. Sinds zijn verkiezing is de levensstandaard van de meerderheid van de bevolking er verder op achteruit gegaan terwijl de sociale controle van het regime op de jongeren en de vrouwen werd versterkt. Om de aandacht van de bevolking af te leiden, deed Ahmadinejad verschillende antisemitische uitspraken waarbij hij onder meer stelde dat Israël van de kaart moet worden geveegd en waarbij hij zelfs de uitroeiing van de joden in nazi-Duitsland ontkende.
Een aantal van de uitspraken van de Iraanse president werden gedaan op een conferentie over “een wereld zonder het zionisme”. Als internationalisten verzetten we ons tegen ieder reactionair nationalisme, waaronder het zionisme en het islamisme. Maar de reactionaire politici in het Midden-Oosten en Europa die zich profileren als “anti-zionist” of “anti-islamist”, doen dat enkel als ideologische inkleding van hun antisemitisme of islamofobie.
Vooral de beslissing van Ahmadinejad om opnieuw uranium te verrijken, heeft heel wat stof doen opwaaien. Het verrijkte uranium kan potentieel voor militaire doeleinden worden gebruikt. Dat leidde tot een openlijke crisis met de VS en de EU die ermee dreigden om via de VN Veiligheidsraad sancties op te leggen. Maar Iran heeft belangrijke economische banden met Rusland en China, dat de Iraanse olie nodig heeft voor haar economische groei. Bovendien beseft het Iraanse regime dat de VS heel wat problemen kent bij de bezetting van Irak. Hierdoor is een militaire interventie momenteel niet het meest waarschijnlijke scenario.
Palestina. Overwinning hamas door het failliet van Fatah
Het verdwijnen van Sharon van de politieke scène in Israël en de verkiezingsoverwinning van Hamas bij de Palestijnse verkiezingen van januari, hebben ongetwijfeld gevolgen voor het ‘vredesproces’. Sharon was geen vredesfiguur, zijn volledige politieke en militaire carrière spreekt dit tegen. Tot voor kort scoorde de nieuwe formatie van Sharon, Kadima, heel goed in de peilingen voor de verkiezingen van maart. Kadima wou met de Palestijnse Autoriteit onderhandelen over een voorwaardelijke vrede.
De Palestijnse verkiezingen stellen dit opnieuw in vraag. De overwinning van Hamas bezorgde die formatie een meerderheid in het Palestijnse parlement. Nochtans verliepen de verkiezingen volledig volgens de regels van de burgerlijke democratie. Zelfs de VS zou er lessen uit kunnen trekken… De enige opvallende onregelmatigheid was het feit dat de Israëlische autoriteiten de verkiezingscampagne en de stemming in Oost-Jeruzalem hadden verstoord.
De Palestijnen hebben meer tegen Fatah gestemd dan voor de islamisten van Hamas. De jarenlange corruptie en het falen van Fatah in de strijd voor nationale bevrijding werden afgestraft. Om een beeld te krijgen op de corruptie binnen de Palestijnse Autoriteit (PA) volstaat het om te wijzen op het feit dat de Europese Unie, de belangrijkste geldschieter van de PA, op dit ogenblik een onderzoek voert naar het “verdwijnen” van 700 miljoen euro…
Wij hebben steeds gesteld dat het Fatah van Arafat en Abbas in de pro-Palestijnse beweging in Europa, waaronder jammer genoeg een deel van de linkerzijde, populairder was dan onder de Palestijnen zelf. Het resultaat van de verkiezingen toont dit bijzonder goed aan.
De overwinning van Hamas is geen stap vooruit voor de strijd van de Palestijnen. De Israëlische regering zal dit als voorwendsel aangrijpen om de Palestijnen voor voldongen feiten te plaatsen. Er werden reeds maatregelen genomen om de middelen van de Palestijnse Autoriteit te beperken, zo’n 30% van de financiële middelen van de PA werden bevroren. Het komt erop neer dat de Palestijnse bevolking gegijzeld wordt omdat ze verkeerd stemden bij de verkiezingen…
Deze politiek van wraak ondermijnt echter vooral de positie van de Palestijnse president Abbas, en niet zozeer de steun voor Hamas. Hamas kan bovendien een deel van de verloren middelen compenseren door beroep te doen op Iran dat hierdoor haar invloed in de regio zou versterken.
De regeringen van Israël en de VS voeren een politiek om de PA te isoleren op internationaal vlak. De uitnodiging van de Hamas-leiders in Rusland doorbreekt die boycot deels. Om te antwoorden op het verlies aan steun voor Fatah is het mogelijk dat delen van de gewapende groepen die met Fatah verbonden zijn opnieuw de wapens opnemen voor een militair initiatief tegen Israël.
Een dergelijk scenario zou enorme gevolgen hebben voor de Israëlische verkiezingen in maart. Het rechtse Likoed was sterk aan het verliezen, maar kan terrein terugwinnen op basis van een ongerustheid en onbegrip onder de Israëli’s naar aanleiding van de Palestijnse verkiezingen. Het ontbreken van een socialistisch alternatief op de reactionaire partijen, zowel nationalistische als religieuze partijen, laat zich bijzonder hard voelen langs beide kanten. Om uit de impasse te raken, is er nood aan arbeiderseenheid in de gezamenlijke strijd tegen het huidig systeem.