Noord-Koreaanse dictatuur dreigt met nucleaire aanval

De afgelopen dagen nam de angst op het Koreaanse schiereiland en daarbuiten toe. Dat was om begrijpelijke redenen. De dictator van het quasi stalinistische en inherent onstabiele regime in Noord-Korea dreigde immers met een nucleaire aanval. De nieuwe ‘grote leider’ – Kim Jon-un – lijkt nog minder voorspelbaar te zijn dan zijn vader als het op het inzetten van kernwapens aankomt.

Clare Doyle

Ziet Kim Jon-un het zuiden van het schiereiland als een grote bedreiging voor zijn dictatoriale regime – omwille van de hogere levensstandaard en een aantal basiselementen van democratie? Probeert hij anderen binnen de heersende kliek, waaronder zijn tante en oom, duidelijk te maken dat hij wel degelijk de baas is? Gebruikt hij de dreiging van een nucleaire aanval om nieuwe internationale onderhandelingen af te dwingen? Wil hij de internationale sancties weg en meer voedselhulp voor de hongerige Noord-Koreaanse bevolking?

Wellicht is het een mengeling van al deze elementen. Maar dit betekent wel dat er op elk ogenblik een nucleaire confrontatie mogelijk is, zelfs in de vorm van een ongeval is dat mogelijk. Het valt niet uit te sluiten en zou leiden tot een enorme menselijke nachtmerrie van dood en vernieling, de ineenstorting van het regime in het noorden en een grote crisis in het zuiden en de rest van de regio.

Het antwoord van de VS om de Noord-Koreaanse dreigementen werd gelukkig wat beperkt, zoals een analist van de universiteit van Yonsei het stelde. Aanvankelijk werden B2 bommenwerpers ingezet om over het schiereiland te vliegen, maar de VS besloot wel om een geplande test met raketten uit te stellen en lijkt eerder te gaan voor een vorm van ‘dialoog’ in plaats van ‘actieve afschrikking’.

De nieuwe leiding in Peking lijkt minder dan voorheen bereid om zomaar steun te geven aan het Noord-Koreaanse regime en de regelmatig terugkerende uitvallen naar het imperialisme en het regime in Zuid-Korea. Aan de andere kant is er in het zuiden een “vertrouwenspolitiek” van het nieuwe rechtse regime dat aanvaardt dat ‘ontwapening’ niet de enige eerste stap is om de bijna permanente dreiging vanuit het noorden weg te nemen.

Een factor in de berekeningen van het regime in Noord-Korea is dat het overdragen van de nucleaire capaciteiten zou leiden tot een zelfde situatie als in Irak of andere regimes die werden verwoest door het imperialisme.

Het is natuurlijk ook hypocriet dat de VS en China een totale ontwapening van Noord-Korea eisen terwijl ze zelf tot de tanden bewapend zijn met nucleaire massavernietigingswapens. Geen enkel regime met wat gezond verstand zou dergelijke kernwapens inzetten omdat het zou leiden tot een gegarandeerde wederzijdse vernietiging.

Er wordt gezegd dat dergelijke massavernietigingswapens enkel een afschrikkende rol hebben. Maar dat betekent niet dat er geen ongevallen mee mogelijk zijn of dat ze in de handen kunnen vallen van een gestoord regime. In het geval van Korea is er nieuwe onstabiliteit ontstaan in de nasleep van het bewind onder Kim Jong-il waarbij een meerderheid van de bevolking met extreme armoede en honger werd geconfronteerd. De hogere levensstandaard in het zuiden en de ‘infectie’ van enkele moeizaam bekomen democratische rechten, waaronder zelfs toegang tot het internet, kunnen het regime in het noorden ondermijnen. Dat is waarom Kim Jong-un de externe dreiging centraal stelt en nadruk legt op de mogelijkheid om kernwapens ter zelfverdediging te kunnen inzetten.

Het regime in Noord-Korea beschikt over 600.000 soldaten net over de grens op amper enkele tientallen kilometer van Seoul, de hoofdstad van Zuid-Korea. Er waren reeds enkele aanvallen vanuit Noord-Korea, onder meer op Zuid-Koreaanse boten. Noord-Korea ontwikkelt raketten die tot op de Amerikaanse basis van Guam in de Stille Oceaan kunnen gaan.

Neemt de Chinese steun aan Noord-Korea af?

In haar strijd voor hegemonie in de regio en in eigen land, is de heersende ‘communistische’ partij van China niet vies van militair spierballengerol – tegenover Japan, Vietnam en zelfs de VS. Maar op haar weg naar een kapitalistisch herstel, springt het Chinese regime de Noord-Koreaanse buur niet zomaar bij. Het regime van Noord-Korea heeft overigens niets met communisme te maken. De heersende ideologie, Juche, is een uitvinding van de eerste ‘leider’ – Kim il Sung, die aanvankelijk een communist en verzetsstrijder tegen de Japanse bezetting van Korea was. Noord-Korea kwam als staat met bijna 25 miljoen inwoners tot stand na een bloedige lokale oorlog tussen 1950 en 1953. Het ging om een oorlog tussen de imperialistische krachten en de troepen van het naoorlogse China onder Mao Tse Toeng. Het eindigde in een patstelling met een noordelijke staat die zich spiegelde aan de Sovjetunie onder Stalin en een kapitalistisch zuiden onder een Amerikaansgezind militair bewind.

De toeristen die vandaag vanuit Zuid-Korea naar de grens trekken om er over de gedemilitariseerde zone die het land verdeelt te turen, krijgen er van de officiële gidsen te horen dat de ‘communistische wolven’ uit het noorden het democratische zuiden nu al 60 jaar bedreigen. Terwijl de centrale sectoren van de economie in het noorden in overheidshanden zijn, is er geen enkel element van democratie voor de arme en hongerige bevolking. Er is een grote concentratie van rijkdom en privileges voor de kleine toplaag van de heersende kliek en het leger. Het regime van Noord-Korea wordt vaak als argument gebruikt om communisme en socialisme af te doen, maar het gaat om een groteske vertekening van deze ideeën en het is een regime dat geen enkele gelijkenis vertoont met een democratische socialistische arbeidersstaat.

De VS hebben de afgelopen decennia heel wat middelen geïnvesteerd in Zuid-Korea. Meer dan 30 jaar werd steun gegeven aan meedogenloze militaire dictaturen, zoals deze van Park Cheung-he, de vader van de nieuw verkozen president. De VS beschikken over heel wat militaire middelen en troepen in Zuid-Korea. Toen vanuit Pyongyang in Noord-Korea werd gedreigd om Hollywood te bombarderen (maar niets wijst er op dat Noord-Korea daartoe in staat zou zijn), antwoordden de VS met de dreiging om de militaire aanwezigheid in Zuid-Korea op te voeren. Dat was voor China een reden om de crisis in bedwang te krijgen. In 1994 overwoog de regering onder Bill Clinton om Noord-Korea binnen te vallen, maar dat gebeurde niet omdat er schattingen waren dat zo’n inval tot 100 miljard dollar zou kosten en meer dan een miljoen doden kon opleveren.

De economie van Zuid-Korea wordt gedomineerd door een handvol familiale conglomeraten of Chaebol. Vakbondsmilitanten krijgen het hard te verduren als ze gebruik maken van democratische rechten zoals het recht om zich te organiseren of te staken. De strijd om tot een onafhankelijke politieke stem voor de Zuid-Koreaanse arbeidersklasse te komen, is bijzonder dringend. Omwille van het monsterlijke regime in het Noorden dat door velen ten onrechte met socialisme wordt geassocieerd, is de taak om een socialistische kracht op te bouwen tegenover de macht van de grote bedrijven en de banken in het zuiden erg moeilijk.

De grote kloof tussen de levensstandaard in het noorden en die in het zuiden, betekent dat de meeste Zuid-Koreanen vrezen dat een hereniging zou betekenen dat zij ervoor moeten opdraaien. Een strijd voor het verenigen van het schiereiland in het belang van de werkende bevolking moet gepaard gaan met een strijd tegen de dictatuur en de nucleaire waanzin in het Noorden en een strijd tegen de Chaebol in het Zuiden. De strijd voor socialistische democratische planning van de publieke sectoren, banken en grond, zou de basis leggen voor een echte eenmaking van de bevolking van Korea.

0
    0
    Your Cart
    Your cart is emptyReturn to Shop