Your cart is currently empty!
Non Profit. Onze eisen zijn niet egoïstisch, maar nodig voor de samenleving
Na een woelig 2004 maakt de non-profit zich klaar om ook dit jaar actie te voeren. Op 27 januari zakten wederom duizenden sociaal werkers, verpleegsters, opvoeders en begeleiders naar Brussel af om een vuist te maken en onderhandelingen af te dwingen.
LBC-militant
Over het communisme van StevaertDe topverdieners onder de specialisten moeten bijspringen om het budget binnen de perken te houden. Dat is het voorstel van SP.A-voorzitter Steve Stevaert, dat op stevige kritiek van de Belgische Vereniging van Artsensyndicaten (BVAS) kon rekenen. Volgens woordvoerder Marc Moens rook dit voorstel naar “communisme”. Deze overtrokken reactie toont dat de betrokken artsen hun bevoorrechte positie niet willen opgeven, een positie die ze verkregen hebben door het systeem van prestatiegeneeskunde. Als de BVAS de afroming van de toplonen al naar communisme vindt ruiken, dan zullen ze bij het horen van de voorstellen van LSP zeker op hun eigen dure ziekenhuisbedden terecht komen. Wij zijn immers voor het opzetten van een nationale gezondheidszorg in handen van de staat en onder verregaande controle van werknemers en consumenten, resoluut tegen de prestatiegeneeskunde en voor het nationaliseren van de farma-industrie, zodat enkel de beste producten in omloop komen aan zeer lage prijzen. |
De werknemers zijn het beu aan de slechtste loon- en arbeidsvoorwaarden te werken. Uit een recente studie van het Hoger Instituut Voor de Arbeid (HIVA) bleek dat de werknemers uit de non-profit gemiddeld 10,5 procent minder verdienen dan hun collega’s uit andere sectoren met een zelfde diploma en evenveel anciënniteit. Het is dan ook terecht dat zij een gelijkschakeling van de lonen vragen en een volwaardige dertiende maand. Naast een tekort aan opvangplaatsen voor mensen met een handicap, patiënten en andere gebruikers van de sector, is er ook een groot tekort aan begeleidend, verzorgend en verplegend personeel.
Om de grote werkdruk en stress te doen afnemen, eist de non-profit een verhoging van het personeelsbestand met 5% of 25.000 extra jobs. Daarnaast wordt ook de 36-urenweek zonder loonverlies en met bijkomende aanwervingen geëist, meer middelen voor vorming, uitbreiding van de eindeloopbaanregeling naar alle non-profitsectoren en de oprichting van een extra-legaal pensioenfonds (nu behoren de gepensioneerden uit de non-profit tot de armste pensioentrekkenden).
Dit alles moet voorkomen dat de sector leegloopt, wat een enorme maatschappelijke kost teweegbrengt. Denken we maar aan Nederland, waar men wegens personeelstekort verschillende ziekenhuisvleugels sloot, waardoor patiënten maanden moeten wachten voor operatie of opname, en duizenden personen met een handicap op ellenlange wachtlijsten staan,…
De objectieve situatie waarmee de sector wordt geconfronteerd, lijkt echter sterk veranderd te zijn. In de afgelopen 10 jaar leidden de acties steeds tot toegevingen van de regering. Dit lijkt nu afgelopen. Op Vlaams vlak zijn nog geen onderhandelingen gestart, hoewel de eisenbundel eind 2003 al op de bevoegde kabinetten afgeleverd is. Op federaal vlak zijn ondertussen enkele gesprekken geweest. Onlangs kondigde minister Demotte aan 7500 jobs te willen creëren, gespreid over 5 jaar. Van loonsverhoging of één van de andere eisen is er geen sprake.
Erger nog, de regeringen gaan in de tegenaanval. Zo kondigde Vlaams minister van werk en onderwijs Frank Vandenbroucke (SP.a) in oktober 2004 een loonstop van twee jaar aan. Minister van welzijn, volksgezondheid en gezin Inge Vervotte (CD&V) bevestigt dat de Vlaamse regering “heeft vastgesteld dat er eigenlijk geen ruimte is om extra loonsopslag te geven”.
Het ziet ernaar uit dat beide regeringen zo weinig mogelijk zullen proberen toe te geven. Het is zelfs niet onrealistisch te denken dat ze de werknemers van de non-profit zullen proberen af te schilderen als egoïsten. Daarom is het belangrijk dat de vakbonden hun acties uitbreiden en zich niet beperken tot betogingen en ééndagsstakingen. Ze zouden onder andere aan studenten verpleegkunde, opvoeders en maatschappelijk werkers kunnen uitleggen dat de 25.000 bijkomende jobs die ze eisen niet enkel bedoeld zijn om de werkdruk te verlagen, maar ook om de grote werkloosheid onder jongeren tegen te gaan. Naar de gebruikersverenigingen en patiënten kan duidelijk gemaakt worden dat meer personeel, middelen en bijkomende vorming ervoor zullen zorgen dat ze eindelijk krijgen waar ze recht op hebben: een zorg op maat. De eisen van de non-profit zijn niet egoïstisch. Integendeel, ze dienen het maatschappelijk welzijn.