In het Europees Parlement werd een nieuwe voorzitter verkozen. Er was op voorhand een akkoord gesloten tussen de Europese Volkspartij (EVP, waartoe de christendemocraten in ons land behoren) en de Socialisten&Democraten (S&D, waartoe de sociaaldemocraten behoren) om in het midden van de legislatuur de voorzittersstoel te wisselen. Weinig verrassend werd Martin Schulz dan ook verkozen als nieuwe parlementsvoorzitter. Paul Murphy stemde tegen.
De verkiezing van Martin Schulz lag op voorhand al vast door het akkoord tussen de zogenaamde ‘Socialisten en Democraten’ en de centrum-rechtse groep van de Europese Volkspartij. Er is in het parlement sprake van een grote coalitie tussen beide groepen. Dit is een besparingscoalitie, zoals ook blijkt uit het besparingsverdrag dat momenteel ter discussie voorligt.
De sociaaldemocraten bekritiseren soms aspecten van het neoliberale beleid van de Commissie, maar ze aanvaarden in essentie de heerschappij van de markten en de ‘noodzaak’ van besparingen in Europa. Het beleid van deze grote coalitie is dominant doorheen Europa en leidt tot een economische ramp, waarbij de economie van de volledige EU mogelijk opnieuw in een recessie zal terechtkomen in 2012. Dit is het resultaat van de harde besparingen en bijhorende groeiende werkloosheid.
Jammer genoeg heeft de fractie van Europees Verenigd Links, waar ik deel van uitmaak, geen eigen kandidatuur gesteld. Ik heb dan maar blanco gestemd om mijn oppositie tegen Martin Schulz en de twee andere kandidaten te tonen.
Deze verkiezing is een nieuw voorbeeld van de bocht naar rechts van de ‘sociaaldemocratie’ in Europa. Deze politieke stroming was essentieel in het opleggen van het besparingsbeleid dat de belangen van de bankiers en speculanten dient in Portugal, Griekenland, Spanje en ook in Ierland. Doorheen Europa komt het er op aan om nieuwe massale partijen op te bouwen die oprecht links zijn. Het opzetten van de United Left Alliance in Ierland is onderdeel van dat proces.