Interview met Donna Litzou van Xekinima
In oktober organiseerden we verschillende meetings over het verzet tegen de besparingen in Europa. Een van de sprekers daarbij was Donna Litzou van Xekinima, onze Griekse zusterorganisatie. We spraken met Donna over wat de besparingen betekenen voor de gewone Grieken en over het verzet.
Interview door Thomas B (Namen) voor de novembereditie van ‘De Linkse Socialist’
Griekenland zit in een impasse. Kan je wat meer vertellen over de sociale crisis in het land?
“Iedereen zegt dat Griekenland boven haar stand heeft geleefd. De crisis wordt in de media voorgesteld als het gevolg van de Zuid-Europese onachtzaamheid en zelfs luiheid. Maar de Grieken werken samen met de Portugezen het langst in heel Europa en dat terwijl ze ook het armste zijn.
“Om een voorbeeld te geven. In de horeca krijg je voor 10 uur werken per dag ongeveer 25 tot 30 euro. Tenminste als je in het zwart wordt betaald, voor officieel werk neemt het af tot 15 euro per dag. De prijzen zijn echter gelijkaardig als die in pakweg Londen. Dan weet je dat rondkomen met het gemiddelde loon van 520 euro per maand niet gemakkelijk is. Je komt niet veel verder dan een poging om te overleven.
“De werkloosheid treft de jongeren heel hard. Maar liefst 47% van de jongeren zit zonder werk. Met de besparingen om de schulden af te betalen, ziet het er niet naar uit dat daar verandering in zal komen. Er worden integendeel nog grotere aanvallen op de levensstandaard voorbereid. Dat gebeurt vooral in de publieke sector waar de reële inkomens volgens studies al met 40% zijn afgenomen.
“Om de besparingen die de trojka eist te realiseren, moeten er nog maar eens extra belastingen worden ingevoerd en wordt een op de drie ambtenaar aan de deur gezet. Op termijn wordt de volledige publieke sector geprivatiseerd: openbaar vervoer, gezondheidszorg, onderwijs,… Het gaat om scholen waar er al onvoldoende personeel is naast gebrekkige infrastructuur en een tekort aan schoolmateriaal.”
Tegen deze sociale voorwaarden werd al meermaals geprotesteerd. Er waren maar liefst 12 algemene stakingen. Er was ook de beweging van ‘misnoegden’ naar het voorbeeld van de Spaanse indignados en er is de invloed van de revolutionaire ontwikkelingen in het Midden-Oosten en Noord-Afrika. We zagen overal ter wereld acties, hoe komt de woede tot uiting in Griekenland?
“Er waren inderdaad al 12 algemene stakingen, waarvan zelfs twee van 48 uur. Er zijn elke dag betogingen en stakingsposten. De woede doorheen het land is enorm en geleidelijk aan groeit het besef dat we ons moeten organiseren om samen te strijden. De niet-betalingscampagne is een erg belangrijke beweging. Mensen weigeren om tol op de autowegen te betalen of om te betalen voor het openbaar vervoer en de gezondheidszorg. Er zijn ook langdurige stakingsacties, de buschauffeurs in Athene hebben drie maanden lang gestaakt.
“Dit verzet leidt meteen tot de vaststelling dat er twee grote problemen zijn. Ten eerste zien we dat de vakbondsleiding de regering niet frontaal wil aanvallen. De leiding is verbonden met de sociaaldemocratische regeringspartij PASOK. Deze banden vormen een rem op de strijd en zorgen ervoor dat de arbeiders bij gebrek aan duidelijke ordewoorden aan hun lot worden overgelaten. Ten tweede hebben de twee grote linkse partijen, de Communistische Partij en de alliantie Syriza, de kans niet gegrepen om een leidinggevende rol te spelen in de strijd door deze te verenigen rond een programma van strijd.
“Er is bijvoorbeeld een Griekse vakbond waarvan de leiding nauw verbonden is met de Communistische Partij (KKE). De centrale boodschap van die vakbondsleiders is beperkt tot de oproep om voor de KKE te stemmen om zo tot een andere politiek te komen. Dat staat haaks op de geschiedenis van de arbeidersbeweging die haar rechten steeds heeft afgedwongen door in actie te komen en de straat op te trekken. De KKE keert zich ook tegen de jonge ‘misnoegden’, de indignados vormen voor hen een ‘kleinburgerlijke’ beweging en daarmee is de kous af.”
Hoe sterk staan de Griekse indignados?
“Er is zoals elders een sterke afkeer van de politieke partijen. We moeten daar gevoelig voor zijn. Het is logisch dat er een afkeer is van de gevestigde partijen zoals PASOK en de Nieuwe Democratie (ND, de belangrijkste rechtse partij). Die partijen hebben ons immers tot deze crisissituatie gebracht. Maar geen enkele grote linkse partij komt met alternatieven.
“Er is jammer genoeg ook een antivakbondsgevoel aanwezig. We moeten aan de jonge activisten uitleggen dat vakbonden een belangrijke rol kunnen spelen en dat een onderscheid moet worden gemaakt tussen de basis die eveneens hard gebukt gaat onder het besparingsbeleid en aan de andere kant een leiding die nauwe banden heeft met de gevestigde politiek.
“Toen de beweging in mei begon, waren er nationalistische elementen aanwezig. De tussenkomst van linkse militanten zorgde ervoor dat de beweging politiek gezien een antikapitalistisch en internationalistisch profiel kreeg. De slogans van de eerste acties, zoals ‘Leve Griekenland, weg met Merkel’, maakten plaats voor slogans tegen racisme of ‘Wij betalen de schulden niet, wij betalen niet voor de crisis’.
“De media richten alle aandacht op geïsoleerde incidenten. Als er een miljoen betogers zijn, volstaat het dat er tien relschoppers zijn om alle aandacht daarop te vestigen. Alle elementen van de gevestigde orde in het land proberen de gewone bevolking weg te houden van actief protest. Maar dat lukt niet.
“De Grieken beseffen steeds meer dat het volledige systeem fout in elkaar zit. De harde besparingen die ons worden opgedrongen gaan niet naar investeringen, maar naar de afbetaling van de enorme schuldenberg. Dat betekent dat de situatie binnen de logica van dit systeem totaal hopeloos is.
“Het komt er nu op aan om de bewegingen onderling met elkaar te verbinden en structuren van strijd op te zetten met comités in de bedrijven, aan de universiteiten en in de wijken. We moeten deze comités lokaal, regionaal en nationaal verbinden. Dat zou leiden tot een situatie van dubbelmacht waarbij we over onze eigen instrumenten beschikken om komaf te maken aan de gevestigde orde en een nieuw systeem te vestigen in de vorm van arbeidersdemocratie.”