Your cart is currently empty!
25 jaar geleden: de Multicolore Mars. Terugblik met Roberto D’Orazio

Op zondag 2 februari 1997 overspoelden 70.000 mensen de straten van Tubeke. Dat gebeurde na een oproep van de syndicale delegatie van het ABVV van staalbedrijf Forges de Clabecq. De betogers kwamen uit het hele land. Ze trokken door Tubeke en eindigden op de binnenplaats van de fabriek, waar een protestmeeting gehouden werd tegen de aangekondigde sluiting van Forges de Clabecq en voor het behoud van de jobs. Het protest was ongezien. Nooit eerder werd een betoging van dergelijke omvang georganiseerd door een syndicale delegatie van één enkel bedrijf. Het RTBF-nieuws van 13u werd rechtstreeks vanop het fabrieksterrein uitgezonden. 25 jaar later sprak ik met Roberto D’Orazio, de toenmalige voorzitter van de delegatie, in het gezelschap van enkele mede-arbeiders van Clabecq.
door Guy Van Sinoy uit maandblad De Linkse Socialist – Lees ook het interview met Silvio Marra dat we enkele jaren geleden publiceerden en dat de achtergrond schetst van deze strijd.
Hoe kon de syndicale kern zo’n grote betoging organiseren en zoveel weerklank vinden?
Roberto D’Orazio: “Een groot deel van het antwoord op die vraag is te vinden in het boek van mijn kameraad Silvio Marra [Moi, Silvio de Clabecq, militant ouvrier, te koop via onze redactie]. Al jaren probeerden wij de arbeiders van de smederijen bewust te maken door hen te mobiliseren en hun niveau van politiek bewustzijn te verhogen. Het besluit om de mars te organiseren werd genomen op het moment van de sluiting, eind december 1996. Dit gaf ons de tijd om het goed te organiseren. Na de personeelsvergaderingen in januari, die in de hal van de oude fabriek werden gehouden, stuurden we 500 arbeiders in 10 bussen naar alle hoeken van het land om pamfletten voor de betoging te verspreiden.”
“Aangezien er al een jaar of tien geen investeringen meer gedaan werden, realiseerden we ons op een bepaald ogenblik dat we onverbiddelijk op een sluiting afstevenden. We hadden de campagne voor de sociale verkiezingen van 1995 dan ook zorgvuldig voorbereid, we wisten dat het ABVV op Clabecq sterker moest worden. We wonnen die verkiezen op overtuigende wijze, het ACV verloor en de liberale vakbond werd van de kaart geveegd.”
“Vanaf 1995 namen we bewust deel aan alle sociale mobilisaties in het land: studentenbetogingen, de lerarenstaking, antiracistische betogingen, protest tegen oorlog … Het maakte dat we overal bekend werden.”
Waren er bij de voorbereiding van de betoging ook obstakels, bijvoorbeeld uit de hoek van de vakbondsleiding?
(Iedereen barst in lachen uit) “Dat is een zeer goede vraag! Maar dat was niet nieuw.”
“Naarmate het bewustzijn van veel militanten bij Forges de Clabecq groeide, nam het aandeel van PS-leden in de delegatie af ten gunste van militante vakbondsleden. Jarenlang hebben wij ons verzet tegen de strategie van de vakbondsleiding, met name van ABVV Metaal, dat tijdens de staalcrisis van de jaren 1980 een ‘oorlog der bekkens’ tussen Cockerill Luik en Cockerill Charleroi voerde, en dat toen wij om solidariteit vroegen antwoordde dat Cockerill Luik onze productiequota wilde overnemen…”
“Je moet weten dat na het vertrek van Dessy, onze baas, het Waals gewest de controle over Forges de Clabecq overnam. Wij waren de enige staalfabriek in het land die zonder sociaal plan gesloten werd. Het was alsof de politici aan het hoofd van het Waalse Gewest de arbeiders van de smederijen wilden straffen omdat zij een vakbondsdelegatie hadden gesteund die buiten de controle van de vakbondsstructuur stond.”
Werd voor die betoging een ‘evenemententicket’ aan de NMBS gevraagd en wat was de reactie daarop?
“We vroegen José Damilot, die toen voorzitter van ACOD Spoor was en in de Raad van Bestuur van de NMBS zetelde, om tussenbeide te komen zodat de NMBS een speciaal vervoerbiljet voor de Multicolore Mars zou uitgeven. Hij belde ons terug met de melding dat de NMBS-directie dit categoriek weigerde.”
“Daarop belden we naar de NMBS-directeur met de vraag of er al een alternatief traject was voor treinen die in de toekomst Brussel zouden verbinden met Braine-le-Comte, La Louvière en Bergen. Hij vroeg ons waarom. We legden hem uit dat we zijn antwoord op de volgende personeelsvergadering op Forges de Clabecq zouden meedelen en nadien naar het station van Tubeke zouden trekken om de sporen te verwijderen en het station te ontmantelen. Het ontbrak ons immers niet aan technische kennis en materieel om dit te doen.”
“Een half uur later kregen we opnieuw telefoon met de mededeling dat de NMBS een gratis ticket zou afleveren voor deelnemers van de Multicolore Mars en dat er bovendien drie extra treinen zouden ingezet worden naar het station van Clabecq, een klein station aan de ingang van de fabrieken dat anders alleen voor goederentreinen gebruikt werd. Zo’n scenario is uiteraard alleen maar mogelijk als je een krachtsverhouding hebt…”
Vergoedingen voor de voormalige arbeiders van Clabecq: wat is de stand van zaken?
In La Libre Belgique van 29 januari 2022 stond het antwoord van vicepremier en minister van Sociale Zaken Pierre-Yves Dermagne (PS) op een vraag van drie parlementsleden (Ecolo-Groen, PVDA en PS) in de commissie Sociale Zaken van de Kamer. Het ging om een vraag over de schadevergoeding waar de oud-werknemers van Forges de Clabecq al 25 jaar op wachten. Volgens de curatoren van het faillissement hadden ze recht op die vergoeding.
Dermagne zei: “In het kader van deze kwestie is een sleutelrol weggelegd voor het Fonds Sluitingen Ondernemingen (FSO). Dat fonds moet de slachtoffers van het faillissement zo snel mogelijk schadeloos stellen. Het FSO volgt het dossier op.” Dat Fonds kan tussenkomen als de werkgever in gebreke blijft en zijn financiële verplichtingen tegenover de werknemers niet nakomt.
Het wordt tijd dat daar vaart achter gezet wordt. De voormalige werknemers van Forges de Clabecq worden er niet jonger op. Velen onder hen zijn al overleden, waaronder heel wat gevallen van kanker veroorzaakt door asbest. We durven erop wedden dat de voormalige arbeiders van Clabecq deze kwestie nauwgezet zullen opvolgen en niet zomaar zullen afwachten of de vergoeding waar ze recht op hebben effectief uitbetaald wordt.
