Your cart is currently empty!
De moord op Hrant Dink drie jaar geleden … de Tekel-werkers vandaag. Zelfde strijd
Op 19 januari was het drie jaar geleden dat de uitgever-journalist Hrant Dink van het tweetalige Turks-Armeense tijdschrift Agos voor zijn kantoor in Istanbul werd neergeschoten. Moorden op journalisten in Turkije gingen in 1979 van start. Hrant Dink was geen uitzondering op de regel.
[box type=”shadow” align=”alignright” width=”100″]
Lees ook:
- Het Koerdisch (of Democratisch) initiatief lijkt niet alleen begraven, het is dood (13 december)
- Adana Demirspor versus Livorno Calcio. Supporters winnen de wedstrijd (10 september)
- Turkse zomer… begin van een Koerdische lente? (26 augustus 2009)
- Turkije. Vakantie en mensenrechten (4 augustus 2009)
[/box]
In deze moorden is er steeds één constante. De daders handelen niet alleen. Zij maken deel uit van netwerken waarbinnen extreem rechts is geïnfiltreerd. En deze netwerken zijn gelinkt aan hoge officieren binnen politie, gendarmes of het leger.
Steeds zorgt het ‘onafhankelijke’ Turkse gerecht ervoor dat deze netwerken buiten schot blijven. Dat de organisatoren rustig hun machtsposities houden. Dat geen recht geschiedt en dat ‘de kleine garnaal’ een veroordeling krijgt waarna alles in de doofpot gaat.
Maar de moord op Hrant Dink, zelf van Armeense afkomst, gaf een elektrische schok in het Turkije van 2007. De AK-partij (sinds 2002 aan de macht met een comfortabele meerderheid) stond immers voor verandering, voor een pro-Europese koers en voor democratie. Vele intellectuelen, hoofdzakelijk afkomstig uit minderheden, gaven een kritische steun aan deze partij. In Istanbul greep een reusachtige betoging plaats waarop meer dan een miljoen mensen aanwezig waren. De slogan was, ‘We zijn allemaal Hrant Dink, we zijn allemaal Armeniërs’. Voor een land waar het Turks nationalisme met de paplepel is ingegoten betekende deze manifestatie dat men het democratiseringsproces niet zou kunnen tegenhouden, dat men de bemoeienis van de militairen beu was, dat de grondwet, opgesteld door de militairen na hun (derde) staatsgreep op 12 september 1980, van tafel moest.
Maar vele van de betogers van weleer zijn nu in diezelfde AK-partij ontgoocheld. Net zoals vroeger blijft het netwerk buiten schot, meer nog, hoewel het gerecht ‘nalatigheid’ verwijt aan de leiding van de ordediensten, krijgen een aantal onder hen binnenkort promotie. Vele verslagen zijn mysterieus verdwenen (natuurlijk kan overal wel iets verloren gaan, in Turkije lijden blijkbaar velen aan Alzheimer en dat wordt hun vergeven door de procureurs en rechters) en de overgebleven verslagen zijn ‘top secret’ en kunnen niet aan de verdediging gegeven worden!
Na de eerste arrestaties werd een beschuldigde opgeroepen. Je zou denken, voor een verhoor? Maar neen hoor, de man kreeg inzage van alle verhoren van de beschuldigden en men vroeg hem zijn mening daarover. Toen hij stelde dat hij daar enkel akte van kon nemen liet men hem gaan tot er later een beschuldiging kwam.
De verdediging krijgt geen inzage van deze verhoren. Omdat hierdoor het gerechtelijk onderzoek zou kunnen geschaad worden. Tja. Wat zeg je dan. Dat het Turkse gerecht werkelijk ‘onafhankelijk’ is.
Toch behaalde de AK-partij in 2007 tijdens de parlementaire verkiezingen een overweldigende meerderheid (47%).
Dat de AK-partij voorheen aan de macht kon komen had niet alleen te maken met haar ‘pro-Europese’ standpunt. Turkije had juist twee zware financiële crisissen achter de rug, met een virtueel failliet van de banken tot gevolg en een inflatie die de 100% benaderde of overschreed. Tijdens de verkiezingen van 2002 werd zij wel de grootste partij (met iets meer dan 30% van de stemmen) maar dankzij de grondwet, waar een nationale kiesdrempel is ingebouwd van 10%, raakten slechts twee partijen over de kiesdrempel en haalde de AK-partij een absolute meerderheid.
De AK-partij had één geluk. De oppositiepartij die vertegenwoordigd was in het parlement, de CHP (Republikeinse Partij) was dan wel in naam sociaal democratisch maar in de praktijk enkel een politiek verlengstuk van de oude Kemalistische elite van Turkije die cruciale posities heeft in de legertop en het gerecht. Daarnaast controleert deze elite het onderwijs en een groot deel van de media.
De AK-partij besefte dat een werkelijke democratiseringspolitiek haar in conflict zou brengen met het leger en het gerecht en was in woorden democratisch maar in de praktijk heel aarzelend. Bovendien gingen de democratische hervormingen over details, zoals het dragen van een hoofddoek aan de universiteiten en het erkennen dat er minderheden bestonden in Turkije, zonder hun evenwel rechten te geven. Als vertegenwoordiger van de conservatieve opkomende burgerij van Centraal Anatolië wilde de AK-partij een symbolische overwinning halen.
Waar de ‘democratische hervormingen’ wel doorgingen was op het vlak van sanering van de overheidsfinanciën, de afbraak van de sociale zekerheid en last but not least de privatiseringen. Deze hervormingen zijn telkens gesteund door de Europese Unie en het IMF (Internationaal Monetair Fonds) waarmee een stabiliteitspact werd afgesloten dat betaald werd door de reguliere werknemers zowel in de openbare als de private sector.
Interessant om weten is dat vóór de staatsgreep van de militairen in 1980 hoofddoeken waren toegestaan in de openbare sector. Na de staatsgreep werd er verplicht sunni-godsdienst onderwijs ingevoerd in openbare scholen maar werden hoofddoeken verboden. De ‘genationaliseerde godsdienst’ wordt voorgesteld als ‘secularisme’ maar staat mijlen veraf van een seculiere staat als Frankrijk. Maar de ‘seculiere elite’ oogt Westers en het overgrote deel van de Turken wenst geen ‘islamitische’ staat.
De CHP heeft vooral deze kaart gespeeld. Ze beschuldigden de AK-partij van een verborgen agenda om een islamitische staat te vestigen en door uiterlijke symbolen (de vrouw van de eerste minister en de president, beiden van de AK-partij, dragen de ‘politieke’ hoofddoek, de turban) maken ze het de CHP makkelijk om in streken als West-Turkije hun aanhang te behouden, net als in de moderne delen van Istanbul en Ankara. Bovendien behoren vele ambtenaren tot deze seculiere strekking. De politiek inzake vrouwenrechten van de AK-partij, het verbod op alcohol in gebieden waar de AK-partij de burgemeester heeft, de hoge taksen en bezuinigingen in het overheidsapparaat alsook de privatiseringen drijven vele reguliere werkers in de armen van de CHP!
De AK-partij heeft echter de steun gekregen van de islamitische netwerken die in de bidonvilles van de grote steden zorgen voor brood, onderwijs en geneeskundige zorgen. Deze mensen (65 tot 70% van de bevolking leeft nu in de megasteden) maken 1/3 van de bevolking van de grote steden uit. Zij werken in het ‘zwarte’ circuit en kennen niets van sociale zekerheidsrechten. Zij drinken geen alcohol en zijn afkomstig van het platteland, dikwijls ongeschoold en meestal conservatief. Maar zij maken het (vergeef me de term) kiesvee uit van de AK-partij. Voor hen is de AK-partij de enige die ooit rekening heeft gehouden met hun toestand. En wiens brood men eet, diens woord men spreekt.
De Europese Unie wreef in haar handen. Een meerderheidsregering die bezuinigt op de werkenden en zich democratisch voordoet, wat kan men nog meer wensen. Want geloof niet dat Europa bekommerd is om democratie. Zij willen Turkije bij de EU, niet om het lot van de mensen te verbeteren, niet om er te helpen de democratie uit te bouwen, maar enkel en alleen omdat de specialisten van de Europese Unie al uitgerekend hebben dat (voornamelijk de rijke landen binnen de Europese Unie) er hun voordeel mee zullen doen. Het kan cynisch klinken maar dat is het!
De Kemalistische elite wou echter haar controle op het staatsapparaat niet opgeven. Daarom opende de procureur van het ‘onafhankelijke’ grondwettelijke hof, een bastion van Kemalisten, de procedure om de AK-partij en de Koerdische DTP te sluiten. Het mislukte. De druk van de Europese Unie en de VS was te groot voor de Kemalistische bureaucraten en ze besloten de AK-partij enkel te ‘straffen’ (de helft van de subsidies werd afgenomen). Er was een zucht van verlichting want Europa wil geenszins een coalitieregering zoals in het verleden die haar imperialistische belangen zou kunnen schaden.
Tegenover de Koerden was Europa veel terughoudender. De DTP moest afstand nemen van de (verboden) PKK, en enkel in woorden stak men een vermanend vingertje op moest het grondwettelijk hof de DTP verbieden. Maar de DTP vertegenwoordigt een verarmd gebied, achtergesteld bij de rest van Turkije. Zij hebben niet de economische macht van centraal anatolische tijgers (die politiek via de AK-partij zijn vertegenwoordigd) en dus konden zij worden opgeofferd.
Tegenover de schending van syndicale rechten is Europa zelfs nog veel terughoudender. Ze stellen dat Turkije de rechten van de werknemers moet respecteren maar hier is het vingertje heel slap.
De DTP heeft een probleem. Omdat zij haar electoraat overwegend uitbouwt op (Koerdisch) nationalistische thema’s slaagt zij er niet in een alternatief te vormen voor de traditionele partijen. Daarom blijft haar aanhang grotendeels beperkt tot het Koerdische Zuid Oosten van Turkije. Binnen de DTP heb je verschillende stromingen. Het grootste deel van de kaders zijn sociaal democratisch of links, maar zij begrijpen niet dat het (Koerdisch) nationalisme enkel in botsing kan komen met het (Turkse) nationalisme en dat dit niets bijdraagt aan een oplossing van de kwestie, namelijk een socialistisch Turkije gebaseerd op diverse volkeren die hun autonomie kunnen uitoefenen. Spijtig genoeg geldt hetzelfde voor een groot deel van de Turkse linkerzijde. Zij opteren dikwijls voor een stalinistische politiek die stelt dat Turkije nog steeds een ‘oligarchie’ is met semi-feodalisme op het platteland. Maar de economische realiteit bewijst dat Turkije een ontwikkeld kapitalistisch land is, een economie met grote imperialistische concerns en een lokale exportgerichte burgerij, de economie met het 16de BNP van de wereld, een economie die snel groeit. Zij begrijpen de centraal strategische positie van Turkije in het Midden Oosten niet. Voor hen geldt de ‘stappentheorie’ wat betekent: industrialiseer Turkije, ook het Koerdische gebied en stel daarna de kwestie van het socialisme. Vele ‘linkse sociaal democraten’ binnen de CHP maar ook een groot deel van extreem links, zelfs de DHKP-c verdedigt deze stellingen.
Maar ook de CHP heeft een probleem. Door haar extreem Turks nationalisme verliest zij aan aanhang. De Alevieten, de grootste religieuze minderheid in Turkije (ongeveer 20% van de bevolking) voelt zich geschoffeerd door Onür Oymen naar aanleiding van het bloedbad in Dersim waar (hoofdzakelijk Koerdisch–Zaza sprekende Alevieten) in 1937-1938 werden uitgemoord. De vice-voorzitter van de CHP stelde immers dat deze oplossingen (namelijk een genocide op de bevolking) te verdedigen waren omdat ze gebeurden ten tijde van Atatürk en dat dergelijke ‘oplossing’ niet slecht zou zijn om het Koerdisch probleem op te lossen. De Alevieten, die wellicht de meest progressieve stroming binnen de islam vertegenwoordigen, keren zich nu af van de CHP. Kiliçdaroglu, een CHP parlementair, zelf afkomstig uit Dersim, ligt onder vuur maar hij pleit ervoor de ‘sociaal democraten’ niet te verdelen. De man staat bekend als een eerlijk sociaal democraat die op een correcte manier dossiers aanpakt en heeft (had) grote aanhang omdat hij zelf Alevi is, maar door zijn halfslachtige houding wordt hij nu uitgespuwd door een groot deel van de Alevieten die oproepen een nieuwe linkse partij op te richten.
Tenslotte wordt de AK-partij in de tang genomen door haar eigen verklaringen.
Democratie?
Nadat het Grondwettelijk Hof van Turkije op 11 december 2009 unaniem besliste om de DTP te verbieden, zag het ernaar uit dat de 19 overgebleven parlementairen van de DTP collectief ontslag zouden nemen uit het parlement. Na enkele weken van onrust in de voornamelijk Koerdische streken van het Zuid-Oosten waarbij het tot gevechten kwam tussen politie en betogers die reageerden op het verbod van de DTP, liet Ahmet Türk (leider van de DTP wiens parlementaire onschendbaarheid werd opgeheven) weten dat de 19 overgebleven parlementairen zouden overstappen naar de BDP (Partij voor Vrede en Democratie) samen met 98 verkozen DTP-burgemeesters.
In zijn verklaring hieromtrent stelde Ahmet Türk dat zij – op aandringen van Öcalan – beslist hadden te kiezen voor de parlementaire weg. Een verklaring als deze zou in het verleden voor de nodige heibel hebben gezorgd omdat Ahmet Türk hiermee impliciet te kennen geeft dat er linken zijn tussen Öcalan en de DTP. Dit keer echter verwelkomde de AK-partij deze stap.
Voor de Turkse staat en met name het repressieapparaat, maakte het niet veel uit. Op 24 december volgde een eerste reeks van arrestaties (80 personen) gevolgd door een tweede golf van arrestaties (24 personen) op 28 december. Onder hen negen BDP-burgemeesters en verschillende BDP-partijkaders maar ook mensenrechtenactivisten en leden van NGO’s. De populaire burgemeester van Dýyarbakýr werd opgepakt voor ondervraging en mag het land niet meer verlaten. Het woord is nu verder aan het ‘onafhankelijke’ gerecht.
Los van het feit dat het verbod van een politieke partij op zich al een schande is voor een land dat zich democratisch noemt, zijn de arrestaties van democratisch verkozenen de klap op de vuurpijl.
Via onderstaande link kan je protesteren tegen deze praktijk: http://www.gopetition.com/online/33128.html
Intussen rommelt het binnen de AK-partij. De parlementairen van Koerdische origine (voornamelijk afkomstig uit het Zuid-Oosten) vinden dat de regering veel te lang wacht om het ‘Koerdisch initiatief’ uit te werken, terwijl anderen (afkomstig uit West- en Centraal Turkije) vinden dat de regering al veel te ver is gegaan. In de tweede week van januari moest eerste minister Erdogan proberen de gemoederen te sussen maar het blijft gisten binnen de AK-partij.
Het ‘Koerdisch’ initiatief is hierdoor uitgedraaid op een totale mislukking. Eens te meer wordt bewezen dat de Turkse grondwet, opgesteld door de militairen na hun staatsgreep op 12 september 1980, geen ruimte biedt voor democratie.
Maar – en dat is nog veel belangrijker – voor het eerst sinds lange tijd roert de georganiseerde arbeidersbeweging zich.
Arbeidersbeweging
Hoewel de AK-partij in woorden de democratie belijdt, is daar zeer weinig van te merken op het sociale vlak. De AK-partij gaat volop verder met privatiseren en dit leidt tot zware conflicten. In december waren er al stakingen van het treinpersoneel, het onderwijzend personeel, de brandweer van Istanbul, de arbeiders van de suikerfabrieken maar het grootste conflict is dat van de Tekel-werkers.
De ‘syndicale’ wetgeving kan men kort samengevat omschrijven als een wetgeving die erop gericht is iedere vorm van syndicale onderhandeling of actie uit te sluiten.
- Zo is het ambtenaren in de openbare sector verboden te staken.
- In de private sector moet er eerst drie maanden onderhandeld worden en als besloten wordt tot staking heeft de werkgever nog een week de tijd om te reageren.
- Om als vakbond erkend te worden moet men in het bedrijf 50%+1 van de werknemers vertegenwoordigen en binnen de sector 10% van de werknemers vertegenwoordigen. Er wordt slechts één vakbond in het bedrijf erkend. Staken als men niet beschikt over dit percentage is verboden.
- Piketten (behoudens een symbolisch piket van 5 personen) zijn verboden.
- Bij een staking is het verboden niet gesyndiceerden de toegang tot het werk te ontzeggen.
- Bij een staking is het verboden producten die het bedrijf uitgaan of leveringen naar het bedrijf tegen te houden.
- Solidariteitsstakingen of nationale stakingen zijn verboden.
- De politie moet toegelaten worden op vakbondsvergaderingen en mag opnames maken.
- En, last but not least, de regering kan altijd een staking verbieden als ze stellen dat het tegen het nationaal belang is.
Tekel is een staatsbedrijf waar zo’n 10.000 mensen zijn tewerkgesteld. Het was een staatsmonopolie op alcohol en tabak. In het kader van de privatisering sluit het bedrijf eind januari de deuren en komen deze mensen op straat te staan. Zij vallen onder wet 657, onder de voorwaarden van 4 C. Dit houdt in dat zij kunnen wedertewerkgesteld worden in andere openbare diensten voor een periode van … 10 maanden. Na maanden van onderhandelingen toonde de regering haar sociaal hart en besliste de periode vast te stellen op 11 maanden. Let wel, niet onder dezelfde maar slechtere arbeidsvoorwaarden en lagere lonen. Wie geen job meer heeft kan misschien terecht bij de private bedrijven die de sector zullen beheren wat kan leiden tot een halvering van de huidige lonen.
Op 14 december trokken de Tekel-workers naar Ankara om een sit-in te houden voor het gebouw van de regerende AK-partij. Op 16 december werden ze verdreven naar een nabijgelegen park dat werd afgezet en de politie gebruikte waterkanonnen, matrakslagen en traangas. Vakbondssecretaris Mustafa Kümlü van Tekgida Iþ werd gearresteerd en later weer vrijgelaten. Verschillende vakbondsleden moesten worden gehospitaliseerd. De ordediensten vonden het immers nodig na de waterkanonnen een aantal arbeiders in het water te drijven in de vrieskou!
Hierna zijn de Tekel-werkers naar het gebouw van Türk-Iþ getrokken waar zij voor het gebouw verder hun sit-in hielden.
Na 24 dagen staking werd een nationaal referendum gehouden waarop de werkers met een overweldigende meerderheid beslisten (9628 van de 9683 stemmen wat meer is dan 99%) om verder aktie te voeren en te staken! Vanuit alle delen van het land kwamen de Tekel-werkers naar Ankara. Ze beslisten een sit-in te houden van drie dagen voor de gebouwen van Turk-Iþ gevolgd door een driedaagse hongerstaking die op 18 januari 2010 ingaat.
Op 17 januari 2010 (zondag laatstleden) werd in Ankara een grote betoging gehouden waarop meer dan 30.000 manifestanten aanwezig waren. De betoging was strijdbaar en meest gehoord was de slogan om over te gaan tot een algemene nationale staking.
Mustafa Kümlü stelde in zijn toespraak dat de regering beter onmiddellijk maatregelen zou nemen om de loons- en arbeidsvoorwaarden van de Tekel-werkers te garanderen in plaats van te stellen dat zij de manifestaties beu zijn omdat ze slechts door een paar honderd agitatoren worden gesteund (dit zijn de woorden van eerste minister Erdogan van de AK-partij, een partij die net als de CD&V deel uitmaakt van de EVP!).
Daarnaast stelde hij dat de AK-partij het heeft over democratie en toetreding tot de Europese Unie maar er zelfs niet in slaagt om de meest elementaire arbeidsrechten te respecteren. Tenslotte vroeg hij zich af waarom de eerste minister aan het spreken is over een nieuwe overeenkomst met het IMF. ‘Je hakte in onze sociale zekerheidsrechten. Is dat nog niet genoeg. Je moet een overeenkomst hebben met de bevolking, niet met het IMF.’
Toen echter duidelijk werd dat Mustafa Kümlü geen nationale staking wou uitroepen bestormden de Tekel-werkers het podium en eisten de nationale staking waarna ze kantoren van Türk-Is bezet hielden. En daar houdt het niet mee op. De Tekel-werkers zijn een hongerstaking begonnen die minstens drie dagen zal duren. Duizenden Tekel-werkers verblijven bij kennissen of familie in de hoofdstad Ankara of bij syndicalisten. De solidariteit is enorm. Uit een opiniepeiling blijkt dat de meerderheid van de Turkse bevolking achter de eisen van de Tekel-werkers staat.
Uw solidariteit is ook nodig. Teken hier de petitie.
Er is een belofte – na de bezetting van de gebouwen van Türk-Iþ om de nationale staking uit te roepen. Hopen dat het inderdaad gebeurt voor het te laat is.
Tenslotte nog dit. De AK-partij heeft de wetgeving op de vakbonden veranderd waardoor meer dan 45 representatieve afdelingen van de verschillende vakbonden niet meer als representatief zullen erkend worden. Als vertegenwoordiger van bijna drie miljoen leden zal hierdoor hun ledenaantal zakken tot onder het miljoen. En dat durft men dan nog democratie te noemen! En zoals steeds, Europa zwijgt!
Tevens heeft de AK-partij – nu gezakt tot een historisch dieptepunt van 30% in de peilingen – beslist om noch de grondwet te veranderen (enkel na een referendum), noch de kiesdrempel van 10%. Hierin konden zij op steun rekenen van de CHP en de fascistische MHP.
Het ware gezicht van de AK-partij is getoond. Waar het nu op aan komt is terug een echte arbeiderspartij op te bouwen, gebaseerd op de eisen van de werkende bevolking. De Tekel-werkers (van Turkse en Koerdische origine) bewijzen dat arbeiderssolidariteit de enge grenzen van het nationalisme overschrijdt. Zij verdienen onze steun.
Want socialisme heeft niets te maken met nationalisme. Dat verdeelt ons. Maar socialisme verenigt ons, overal ter wereld.