Your cart is currently empty!
Zomerschool. Afrika: corrupte elites, krijgsheren versus verzet van de arbeiders en jongeren
Op de Europese zomerschool van het CWI werd een discussie gehouden over de situatie in Afrika. Dit werd ingeleid door Per-Ake Westerlund van de Zweedse afdeling van het CWI en afgerond door Alex Rouillard van onze Franse zusterorganisatie. Er werd een beeld gebracht van de impact van de economische crisis en de politieke gevolgen hiervan in Afrika.
Na een periode van snelle economische groei werd Afrika hard geraakt door de economische crisis. Het IMF voorspelt dat Afrika in 2009 slechts een economische groei van 2% zal kennen. Dat is een pak lager dan vorig jaar toen er een groei van 5,2% was. In verschillende Afrikaanse landen is er een sterke achteruitgang. In Zuid-Afrika, één van de grootste en meest ontwikkelde economieën van het continent, was er na een jaarlijkse groei van 5% sinds 2004 een krimp van -1,8% in het eerste kwartaal van 2009. Angola kende wellicht de grootste omslag van een groeicijfer van 14,8% in 2008 naar een neergang van -3,6%.
De crisis heeft verschillende landen op het continent geraakt met een scherpe toename van de begrotingstekorten en de overheidsschulden. De verandering in de economische situatie met een afname van de economische productie heeft geleid tot grotere aanvallen op de arbeidscondities en lonen. In de mijnsector in de Democratische Republiek Congo gingen al 360.000 jobs verloren. In het eerste kwartaal van 2009 verloren 25.000 mijnwerkers in Zuid-Afrika hun job. Er zijn verschillende strijdbewegingen in de havens met acties van de dokwerkers in Algerije, Ghana en Ivoorkust die opkomen voor het behoud van hun jobs en arbeidscondities. Er beginnen ook bewegingen van werklozen te ontstaan in onder meer Namibië en Congo.
De publieke sector wordt hard geraakt aangezien de regeringen hier proberen te besparen in een wanhopige poging om de uitgaven te beperken. Er zijn ook tal van privatiseringen.
Het recente bezoek van Obama aan Ghana was er op gericht om een optimistisch beeld te brengen van de toekomst van het land, zeker nu er olie is gevonden, met de hoop op politieke stabiliteit. Dat beeld wordt niet gedeeld door de arbeiders en jongeren in Ghana die recent betoogden tegen de aanwervingstop in de publieke sector.
Er waren tal van acties van personeel van openbare diensten, onder meer van ziekenhuispersoneel in Zambia, leraars in Gabon, gezondheidswerkers in Zuid-Afrika en universiteitspersoneel in Nigeria. Die staakten tegen aanvallen op de lonen en arbeidscondities, privatiseringen en afdankingen.
Arrogant kolonialisme
In de tussenkomsten op de discussie tijdens de zomerschool werd ingegaan op de geschiedenis van het kolonialisme. Daarbij werd ook verwezen naar de koloniale houding die nog steeds dominant is in bijvoorbeeld een groot deel van de burgerlijke media die Afrika blijven voorstellen als een hopeloos continent waarbij de bevolking zelf verantwoordelijk is voor de vele problemen. De omstandigheden waarmee veel armen en arbeiders op het continent te maken krijgen, zijn barbaars. Het kapitalisme is niet in staat om de samenleving stappen vooruit te laten zetten of een degelijke levensstandaard aan te bieden voor de meerderheid van de bevolking.
In landen als Nigeria zien we dat er enkel stappen achteruit worden gezet. De wegen in Lagos krijgen het hard te verduren in het regenseizoen, maar worden niet onderhouden. Het resultaat is verkeerschaos. Personeelsleden van overheidsdiensten van de provinciale overheden kregen er al maandenlang geen loon. Volgens hun vakbond zouden reeds 50 arbeiders zijn omgekomen van de honger.
De Aids-crisis is catastrofaal voor Afrika met 40% van de volwassen bevolking van Botswana die besmet is en 1000 doden per dag in Zuid-Afrika. De klimaatcrisis leidt tot hongersnood, overstromingen en miljoenen vluchtelingen. Het tekort aan water, brandstof, voedsel en andere basisbehoeften leidt tot spanningen tussen de verschillende gemeenschappen.
De wanhopige situatie leidt ertoe dat velen een individuele uitweg zoeken uit hun rampzalig bestaan. Vorig jaar alleen probeerden 67.000 “illegale” migranten vanuit Afrika naar Europa te trekken over de Middellandse Zee.
In landen als Somalië, Soedan en Congo hebben gewapende groepen en milities gepoogd om het politieke vacuüm op te vullen. Heel wat van deze groepen worden gesteund door corrupte regeringen of zijn een uitdrukking van religieuze fundamentalisten. Kapitalistische machten zien deze conflicten als een kans voor een makkelijke toegang tot natuurlijke rijkdommen of voor de verkoop van wapens. Gewapende groepen tieren welig op basis van massale werkloosheid, frustratie en wanhoop onder jongeren. Die elementen leiden tot etnische en religieuze spanningen.
De sterkte van de arbeidersbeweging varieert van land tot land. Maar overal is er een vorm van verzet van de arbeiders en armen tegen de enorme aanvallen van de patroons, corrupte politieke elites, krijgsheren en grootgrondbezitters die allen de steun krijgen van grote kapitalistische machten en multinationals.
Staking van 70.000 bouwvakkers in Zuid-Afrika
In Zuid-Afrika, een land met een rijke traditie van arbeidersstrijd, vinden steeds meer acties plaats. Vorige week nog was er een staking van 70.000 bouwvakkers die betrokken zijn bij de bouw van sportinfrastructuur voor de Wereldbeker. De stakende arbeiders eisen een loonsverhoging van 13%. De internationale media brachten berichten over deze staking om te stellen dat dit een bedreiging vormt voor de organisatie van de Wereldbeker voetbal volgend jaar.
Afrika was lange tijd een strijdtoneel voor concurrerende machten als Frankrijk, de VS, Groot-Brittannië en voorheen ook de Sovjetunie. Vandaag probeert China haar invloed uit te breiden omdat het voor 33% van haar olie afhankelijk is van Afrika. China wordt door sommigen gezien als een gunstige partner omdat er wordt geïnvesteerd in infrastructuur, fabrieken en mijnen. Er worden paleizen gebouwd voor de regeringen als wederdienst voor lucratieve contracten en toegang tot de grond. Voor de massa’s van het Afrikaanse continent is China echter gewoon een andere uitbuitende macht. Dat bleek reeds bij aanvallen op Chinezen en tijdens betogingen tegen het patronaat.
De discussie werd afgerond door Alex Rouillard van de Franse afdeling. Hij legde een nadruk op de noodzaak om te leren uit het falen en uit de fouten van de stalinistische communistische partijen en de vroegere nationale bevrijdingsbewegingen die niet in staat bleken te zijn om een einde te maken aan het imperialisme en kapitalisme in de regio. Zodra de leiders van deze bewegingen aan de macht kwamen, liepen ze het internationale kapitaal achterna. Dat zagen we bijvoorbeeld met de leiding van het ANC in Zuid-Afrika die een neoliberaal beleid heeft gevoerd en zichzelf verrijkte op basis van de strijd tegen de apartheid. Alex wees ook op het falen van de gewapende guerrillamethoden in Congo en andere Afrikaanse landen.
Er is nood aan massale organisaties, vakbonden en politieke partijen die een verenigde strijd van arbeiders en armen kan leiden tegenover het kapitalisme en het imperialisme. Onze afdelingen in Afrika proberen deze taak aan te gaan. Dat is het geval in Nigeria en Zuid-Afrika. In Nigeria staat de Democratic Socialist Movement vooraan in syndicale strijd tegen de regering en het patronaat. Er waren een reeks algemene stakingen in het afgelopen decennium maar deze hebben ondanks een enorme mobilisatie het kapitalisme niet in vraag gesteld. De DSM organiseert de Education Rights Campaign om de solidariteit onder de studenten te organiseren. Dat leidde tot repressie en zelfs de arrestatie van DSM-leden. Wij willen het CWI verder uitbouwen op het Afrikaanse continent door deel te nemen aan de strijd van arbeiders, armen en jongeren.