De overwinning van Obama in de presidentsverkiezingen van 2008 was van historisch belang. Het was een duidelijke verwerping van de regering-Bush, de oorlog in Irak en het extreme vrijemarktbeleid. De kiezers maakten geschiedenis door voor het eerst een zwarte president te verkiezen in een land dat was opgebouwd op slavernij en racisme.
De campagne van Obama kreeg heel veel steun, zeker onder jongeren en Afro-Amerikanen. Er is een enorme hoop op verandering. Voor het eerst sinds 1994 zullen de Democraten zowel het Witte Huis als de parlementen controleren. Ze haalden 256 van de 435 zetels in het House of Representatives (goed voor 59% van de zetels) en in de Senaat komen ze bijna aan een twee derde meerderheid.
De nederlaag van de Republikeinen heeft geleid tot een crisis in deze partij. Partijleiders maakten openlijk ruzie over de koers die de partij moet varen en hoe kan worden geprobeerd om opnieuw meer steun te krijgen voor de partij. Obama neemt de macht over op een ogenblik dat 65% van de bevolking stelt vertrouwen te hebben in zijn leiding. Tegen de achtergrond van een gehaat regime onder Bush, kan Obama ongetwijfeld een periode van wittebroodsweken kennen, mogelijk zal die periode zelfs iets langer duren.
Tegelijk worden Obama en de Democraten echter onmiddellijk getest met een aantal enorme uitdagingen. Obama wordt geconfronteerd met de ergste economische crisis sinds de Grote Depressie, een federaal begrotingstekort van 1,2 triljoen dollar, oorlogen in Irak en Afghanistan, het bloedbad op de Gazastrook en de blijvende dreiging van een ecologische catastrofe door de globale opwarming.
Obama zal een andere koers varen als Bush. Hij zal wellicht overgaan tot het terugtrekken van troepen uit Irak (om deze naar Afghanistan te sturen) en hij zal een groots economisch herstelplan lanceren. Maar na deze onmiddellijke maatregelen, zal de vraag zich stellen welk buitenlands en binnenlands beleid Obama en de Democraten zullen voeren.
Regering-Obama
Om een beeld te krijgen van de plannen van de regering-Obama, is het nuttig om eens te kijken naar wie hij heeft aangesteld in zijn regering. Veel kiezers waren tegen de oorlog en stemden daarom voor Obama, maar in zijn regering zitten in het buitenlands team toch vooral figuren die eerder oorlogsgezind zijn, sommigen zelfs met een verleden in de regering-Bush. Obama behoudt de minister van defensie van onder Bush, Robert Gates, ook al wordt die verantwoordelijk geacht voor de troepentoename in Irak begin vorig jaar.
De gepensioneerde generaal James Jones wordt de nieuwe nationale veiligheidsadviseur. Jones is een voormalige commandant van de NAVO en zit in de Amerikaanse Chamber of Commerce van waaruit hij de presidentscampagne van McCain steunde. De minister van buitenlandse zaken wordt Hillary Clinton die het in de voorrondes bij de Democraten moest afleggen tegen Obama omdat zij werd gezien als iemand die steun gaf aan de oorlog in Irak. Tot op vandaag heeft Clinton nooit toegegeven dat ze fout was met haar steun aan de invasie in Irak.
Het is opvallend dat de aftredende vice-president Dick Cheney zoveel lof had voor het team van Obama op buitenlandse zaken. Cheney stelde: “Ik moet zeggen dat het een goed team is. Ik sta niet dicht bij Barack Obama en ik deel zijn politieke opvattingen niet. Hij is een liberaal, ik ben conservatief. Maar het idee om Gates op defensie te behouden, is een heel goed idee. Ik denk ook dat Jim Jones heel effectief zal zijn als nationale veiligheidsadviseur. Ik zou Hillary Clinton niet aangesteld hebben, maar zij is taai. Ze is slim en werkt hard, ze zal mogelijk net de persoon zijn die Obama nodig heeft.”
Nog een storende benoeming was de keuze van Obama voor Rick Warren om de inauguratie te leiden. Warren is een extreem-rechtse figuur die gekend is van zijn vergelijking tussen abortus en de Holocaust alsook van zijn verzet tegen het homohuwelijk dat hij op een zelfde hoogte plaatst als pedofilie en incest.
Obama wou de arbeidersbeweging een beetje tevreden stellen door Hilda Solis aan te stellen als minister van arbeid, maar tegelijk stelde hij Ron Kirk aan als Handelsvertegenwoordiger van de VS. De bedrijfswereld was daar erg tevreden mee aangezien Kirk een uitgesproken voorstander is van de “vrijhandel”.
Het feit dat de personeelsverantwoordelijke van Obama, zijn raadgever in het Witte Huis, zijn raadgevers op het vlak van economie, energie en milieu allemaal ook dienden in de regering van Bill Clinton maakt duidelijk dat de regering van Obama een deel zal uitmaken van het economische en politieke establishment. “De meeste leden van het economisch team zijn veteranen van de Clinton-regering die aanleunden bij Wall Street. In het Clinton-tijdperk waren financiële belangen steeds belangrijker dan de bekommernissen van de werknemers.” (NY Times, 28 december).
Het VS-kapitalisme redden
Obama heeft een regering bijeengebracht met figuren vanuit het establishment. Hij zal de belangen van de rijke elite verdedigen, zowel in eigen land als daarbuiten. De onderliggende economische en politieke situatie is evenwel drastisch verschillend van deze ten tijde van Bill Clinton in de jaren 1990.
In tegenstelling tot de regering-Clinton en alle andere regeringen van de afgelopen 30 jaar die een agressieve en extreme neoliberale politiek voerden, zal Obama onder druk van de economische crisis gedwongen worden om een koerswijziging verder te zetten. De heersende klasse keert zich naar staatstussenkomsten in de economie om het kapitalistisch systeem te redden.
Veel hardwerkende arbeiders hebben hun job en huis verloren, dat versterkt de woede tegenover de topmanagers van Wall Street die zichzelf enorm verrijkt hebben op basis van dubieuze investeringen en garanties met gemeenschapsmiddelen. Grote delen van de heersende klasse keerden zich de afgelopen weken van een vrije marktbeleid naar een Keynesiaanse politiek waarbij de bedrijven regels worden opgelegd in een poging om een nog ergere economische en politieke crisis te vermijden.
Obama weerspiegelt deze druk door een ander beleid voor te stellen dan het vrije markt beleid van Clinton en Bush. Maar het doel blijft hetzelfde: de belangen verdedigen van het winstgerichte kapitalistische systeem. Zelfs Bush moest recent van koers veranderen en zijn vrijemarktideologie aan de kant schuiven om failliete banken en financiële instellingen te nationaliseren of gedeeltelijk te nationaliseren om de economie van een ineenstorting te redden. Obama zal zelf ook moeten tussenkomen om belangrijke delen van de economie te redden, onder meer de automobielindustrie.
Obama wil op twee jaar tijd 775 miljard tot 1 triljoen dollar besteden aan een plan om 3 tot 4 miljoen jobs te creëren via een programma van openbare werken, de ontwikkeling van technologie voor groene energie, steun aan de deelstaten, het uitbreiden van de werkloosheidsvergoedingen, voedselhulp en andere initiatieven. In 2008 gingen er echter 2,6 miljoen jobs verloren en economen verwachten dat er in 2009 nog eens 4 miljoen zouden kunnen verdwijnen. Het aantal jobs dat door de recessie verdwijnt kan hierdoor twee keer zo hoog liggen als het aantal jobs dat Obama hoopt bij te creëren.
Dit is een uitdrukking van het feit dat de hervormingen van Obama er vooral op gericht zijn om de kapitalistische economie te stimuleren en niet zozeer om de arbeiders en hun families te beschermen. Het beleid van Obama zal de problemen van de arbeiders en de jongeren niet voldoende aanpakken. Zijn stimuleringspakket kan de recessie hoogstens wat verzachten, maar het kan niet vermijden dat de diepste neergang sinds de jaren 1930 plaats vindt waarbij er een scherpe afname van de levensstandaard is voor de arbeiders en zelfs delen van de middenklasse.
Obama maakte zijn prioriteiten duidelijk toen hij recent onder het mom van de economische crisis aankondigde dat hij zijn linksere beloften – zoals de heronderhandeling van de NAFTA-akkoorden, het aanpassen van de immigratiewetten, het beperken van uitstootgassen, het verhogen van de belastingen voor de rijken, het toelaten van openlijke holebi’s in het leger, het makkelijker maken voor arbeiders om vakbonden te vormen,… – aan de kant zou schuiven.
Over het punt van racisme zien velen in de VS en de rest van de wereld de verkiezing van een zwarte president als een belangrijke stap vooruit. Obama heeft echter niet gezegd dat hij iets zal doen om de voorwaarden van de laagst betaalde jobs en de slechtste levensomstandigheden te verbeteren. Dat zijn nochtans de voorwaarden waarmee veel zwarten en kleurlingen worden geconfronteerd.
Op het vlak van het buitenlands beleid zoeken de strategen van het VS-imperialisme wanhopig naar een manier om de VS uit de onhoudbare en catastrofale bezetting van Irak weg te halen. Obama speelt daarop in en wil een deel van de troepen terug trekken, maar hij wil toch nog steeds 60-80.000 militairen ter plaatse houden naast enkele militaire bases en zowat 140.000 “contractanten” (waarvan er een groot deel in werkelijkheid privaat gehuurde soldaten zijn die verbonden zijn aan bedrijven).
Zelfs deze beperkte veranderingen zullen mogelijk niet haalbaar zijn omwille van de moeilijkheden waarmee het VS-imperialisme wordt geconfronteerd in Irak. Een vermindering van het aantal Amerikaanse troepen kan leiden tot een toename van het geweld en de onstabiliteit in Irak, wat kan leiden tot een bredere regionale oorlog. Dat perspectief wil de heersende klasse vermijden.
Een andere reden waarom Obama troepen vanuit Irak wil terugtrekken, is het feit dat hij 20-30.000 extra militairen wil om de erger wordende bezetting van Afghanistan aan te pakken. Hij wil de Amerikaanse aanwezigheid daar verdubbelen. Een escalatie van de oorlog in Afghanistan zal de VS enkel dieper in het moeras trekken. Zelfs generaal Petraeus, de aanvoerder van de troepenvermeerdering in Irak, geeft toe dat de Afghaanse opstand veel complexer is en moeilijker te bestrijden dan deze in Irak.
Komende strijdbewegingen
In vergelijking met het wanhopige beleid van Bush, zal Obama voor velen overkomen als een frisse wind. Hij zal een intelligentere en veel flexibelere vertegenwoordiger van het VS-kapitalisme zijn dan Bush. Dat zal Obama een tijdlang een populariteit bezorgen. Het zal wat tijd en ervaring vergen voor bredere lagen van de arbeiders en jongeren vooraleer het besef er is dat de hervormingen van de Democraten er vooral op gericht zijn om het VS-kapitalisme te ondersteunen en het geloof in het politieke systeem opnieuw te vestigen. De voordelen voor de arbeidersgemeenschappen en het milieu zijn slechts van ondergeschikt belang.
Naarmate de economische omstandigheden slechter worden en de problemen in Irak en Afghanistan groter worden, zullen steeds meer arbeiders en jongeren beseffen dat Obama en de Democratische Partij volkomen gebonden zijn aan de belangen van de grote bedrijven. Ze zullen in strijd gaan om op te komen voor hun levensstandaard, het milieu en hun rechten.
Het feit dat Obama hoge verwachtingen heeft gecreëerd, heeft nu reeds een groot aantal mensen ertoe gebracht om politiek actief te worden in de hoop dat de verwachtingen worden ingelost. In de komende periode zullen steeds meer arbeiders en jongeren tot de vaststelling komen dat we onze eigen massabewegingen moeten uitbouwen en onze eigen onafhankelijke partij die bereid is om in te gaan tegen de belangen van het kapitaal. Dan zullen we echte verandering bekomen.