Your cart is currently empty!
Noord-Ierse verkiezingen bevestigen sectaire spanningen. Nood aan politieke kracht die opkomt voor de arbeiders
De verkiezingen voor het Noord-Ierse parlement hebben geleid tot een nieuwe sectaire hoofdentelling. Het resultaat van wat in realiteit twee verschillende verkiezingen waren, bevestigde de trend van de vorige verkiezingen. Enerzijds was er een verkiezingsstrijd onder de unionisten (voor een behoud met de band met Groot-Brittannië) met de tegenstelling tussen de Democratic Unionist Party (DUP) van Ian Paisley en de achteruit boerende Ulster Unionist Party (UUP). Anderzijds was er een verkiezingsstrijd tussen de katholieke partijen Sinn Fein en de SDLP (Social Democratic and Labour Party).
Peter Hadden, Belfast
Sinn Fein de DUP gingen vooruit terwijl hun rivalen terrein moesten prijs geven. Sinn Fein haalde 26% van de stemmen en 28 zetels. De SDLP ging achteruit en haalde nog 15% wat goed was voor 16 zetels. Dat zijn er twee minder dan bij de vorige verkiezingen in 2003.
De achteruitgang van de UUP, nochtans jarenlang de dominante partij van het unionisme, was nog scherper. Hun resultaat ging in ieder kiesdistrict achteruit, in één geval zelfs met 27%. De DUP ging overal vooruit door stemmen van de UUP over te winnen. Vier jaar geleden haalde de UUP 157.000 stemmen en 24 zetels, deze keer haalde de partij nog 103.000 stemmen en blijven er nog 18 zetels over. De DUP blijft de grootste partij met 31% en 36 zetels.
Het is nog maar de vraag wat er met het nieuwe parlement zal gebeuren. De DUP heeft nog niet aangegeven of het akkoord zal gaan met een machtsdeling met Sinn Fein. De Britse en Ierse regeringen hebben een “absolute” deadline vooropgesteld. Tegen 26 maart moet er een akkoord zijn.
Een akkoord is mogelijk, maar mogelijk niet voor 26 maart. Mogelijk zal die deadline – net zoals iedere vorige deadline – niet erg absoluut maar vooral erg rekbaar zijn.
Het resultaat van de verkiezingen maakt het voor de DUP en Sinn Fein gemakkelijker om tot een vorm van akkoord te komen. Dissidente republikeinen die tegen Sinn Fein ingingen omwille van haar aanvaarding van de Noord-Ierse politiemacht, deden het niet goed in de verkiezingen. De harde unionisten die de DUP aanvielen omwille van een mogelijke machtsdeling, haalden eveneens slechte resultaten.
Als het nu tot een akkoord komt, zal Ian Paisley wellicht premier worden met Martin McGuinness van Sinn Fein als vice-premier. Dat leidt echter niet tot een blijvende oplossing. Een coalitie van DUP en Sinn Fein zal broos zijn en onstabiel. De coalitie zou tot stand komen tegen de achtergrond van een sectaire polarisatie en het zou op ieder ogenblik tot een breuk kunnen komen.
In de verkiezingscampagne werd duidelijk dat er dringend nood is aan een nieuwe politieke kracht die ingaat tegen de rechtse sectaire partijen en die opkomt voor de gezamenlijke belangen van de arbeiders, langs beide kanten van de verdeeldheid.
Verkiezingen met laag profiel
Er is weinig in het resultaat voor de verkiezingen dat wijst op het potentieel van een nieuwe partij in de verkiezingen. Maar de resultaten zijn slechts een deel van het verhaal. Van bij het begin was het een campagne met een ongewoon laag profiel, gedomineerd door apathie en een grote dosis scepticisme – zeker in de arbeiderswijken – tegenover de politici.
Een thema dat constant naar voor kwam in de verkiezingscampagne op straat en in debatten was de doorvoering van waterbelastingen. De politici konden overal de woede van de bevolking daartegenover voelen.
Ze moesten erg voorzichtig zijn vooraleer een standpunt in te nemen rond de waterbelastingen. De DUP begon haar verkiezingscampagne met een manifest waarin stond dat ze tegen een waterbelasting zijn, maar dat het waterverbruik tegelijk moet worden opgemeten en dat er een akkoord moet komen dat de maximale belasting niet meer mag zijn dan het gemiddelde dat in Engeland en Wales wordt betaald. Tegen het einde van de campagne, stelde de DUP dat de waterbelasting een “breekpunt” zou vormen.
Wat politici zeggen tijdens een verkiezingscampagne en wat ze in realiteit doen, kan natuurlijk wel nogal sterk verschillen. Het is opvallend dat alle traditionele partijen zich blijven verzetten tegen het idee van een niet-betalingscampagne.
De Socialist Party speelt een belangrijke rol in de “We won’t pay campaign” dat de voorbereidingen treft voor een niet-betalingscampagne. Onze partij had twee kandidaten bijn de verkiezingen: Tommy Black was kandidaat in Oost-Belfast en de lokale brandweerleider Jim Barbour in Zuid-Belfast.
We moesten echter veel werk steken in de campagne tegen de waterbelasting en we hebben bijgevolg minder aandacht besteed aan deze verkiezingscampagne. Toch haalden we 248 stemmen in Zuid-Belfast en 225 in Oost-Belfast, wat lichtjes meer is dan bij de vorige verkiezingen. We kregen echter goede reacties en dat kan de basis voor de niet-betalingscampagne in deze wijken versterken.
Conferentie tegen de waterbelasting
De eerste conferentie van de ‘We Won’t Pay Campaign’ vorige zaterdag was een groot succes. De conferentie kwam bijeen met het oog op de doorvoering van de waterbelasting op 1 april. Er waren meer dan 150 aanwezigen uit alle delen van Belfast en naburige dorpen en steden.
De conferentie werd voorgezeten door Paul Dale die twee sprekers aankondigde: gemeenteraadslid Clare Daly uit Dublin die actief was in de beweging tegen de waterbelasting daar, en Steve Score die eind jaren 1980 en begin jaren 1990 aan het hoofd stond van de lokale campagne in Leicester tegen de “poll tax” belasting van Thatcher. Beide sprekers trokken essentiële tactische en strategische lessen uit de niet-betalingscampagnes waarin ze betrokken waren met nadruk op het belang van een impact in de verschillende lokale gemeenschappen.
Gary Mulcahy, de secretaris van de We Won’t Pay Campaign, bracht verslag uit van de status van de niet-betalingscampagne. Hij maakte bovendien duidelijk dat de doorvoering van een waterbelasting niets met een verbetering van de infrastructuur te maken heeft, maar alles met een mogelijke privatisering.
Er werd beslist om op 31 maart te betogen in Belfast, de dag voor de doorvoering van de belasting. Daarnaast wordt een oproep gedaan aan alle vakbonden, groepen en activisten die een niet-betalingscampagne willen steunen. De tweede motie die werd gestemd, stelde de noodzaak van een sterke niet-betalingscampagne op basis van individueel lidmaatschap en democratische organen in de wijken. Ook dat werd unaniem gesteund door de conferentie.