Your cart is currently empty!
VW: directie betaalt voor strijdbare traditie, maar het blijft een bittere pil
Vertrekpremies tot 144.000 euro
Meer dan 1.200 VW-arbeiders hebben beslist in ruil voor een buitengewone vertrekpremie het bedrijf “vrijwillig” te verlaten. Daarmee lijkt de zwanenzang ingezet voor VW-Vorst, één van weinige overgebleven iconen van het strijdsyndicalisme in België. Naar verwachting zullen de 1.500 vertrekpremies die VW wil toestaan, de komende dagen moeiteloos overschreden worden. De hoogte van de premies heeft te maken met de strijdbare tradities.
Het is echter bedroevend dat zo snel werd ingezet op vertrekpremies, nog voordat duidelijkheid is gecreëerd over de toekomst van het bedrijf en een regeling is getroffen voor de talloze jobs die zullen sneuvelen bij de onderaannemers. Een kritische balans en enkele suggesties voor de toekomst.
Begrijpelijke reactie
Update
Sinds het schrijven van dit artikel is het aantal arbeiders dat zich ingeschreven heeft opgelopen tot 1.600 waardoor er zich een probleem stelt voor de vakbonden en de directie aangezien die rekenden op 1.500 vertrekpremies. Bovendien was er nog even de mogelijkheid om zich in te schrijven. Nu is gesteld dat enkel de eerste 1.500 ingeschrevenen een premie zouden krijgen…
De reactie van veel arbeiders is te begrijpen. De arbeidscondities bij VW werden de jongste jaren onhoudbaar en bovendien blijft de toekomst onzeker. De krokodillentranen van de nationale vakbondsleiders waren niet van aard om de arbeiders te overtuigen dat ze met volharding voor iedere job zouden strijden, laat staan de hele Belgische arbeidersbeweging zouden mobiliseren. Het feit dat iedereen naar huis werd gestuurd, na de druk bijgewoonde personeelsvergadering van 22 november, met de boodschap dat ze verder zouden ingelicht worden via de media, was al een teken aan de wand. De totale afwezigheid van een ordewoord aan het einde van de internationale solidariteitsbetoging op 2 december, bevestigde het vermoeden dat strijd voor iedere job met zulke leiders totaal uitgesloten is. Wie kan het de arbeiders onder die omstandigheden kwalijk nemen, te kiezen voor de korte pijn?
Enkele tientallen arbeiders legden ons uit waarom ze uiteindelijk tekenden. Bruno: “Ik heb 18 jaar gewerkt bij VW, de premie bedraagt in mijn geval zo’n 100.000 euro bruto, zelfs als daar na belastingen maar 50.000 euro van overblijft, dan nog zou ik bijna 20 jaar lang iedere maand 250 euro moeten sparen om dat bijeen te krijgen. De kans dat VW het hier nog 20 jaar uithoudt, beschouw ik als onbestaande.” Diens collega, die er 26 jaar heeft opzitten bij VW: “Ik vang het maximum, ik beklaag diegenen die zullen blijven, want die zullen afzien.” In café Le Cox tegenover de fabrieksgebouwen zijn het uitzonderingen die (nog) niet hebben getekend. De arbeiders hebben de balans opgemaakt en rekenen kunnen ze, “hier zit veel geld samen”, zegt één van hen lachend, terwijl hij het rijtje afgaat, “6 miljoen bfr, 4 miljoen, 3 miljoen, nog eens 3 miljoen, 2 miljoen en ik 4 miljoen”, de ironie is ons niet ontgaan.
Sluiting of uitgekiend scenario
Daarmee wordt het verhaal bevestigd dat Jacques Guilmot ons eerder in de aan het piket geparkeerde solidariteitsbus van het Comité voor een Andere Politiek (CAP), had verteld. Jacques is één van de uitmuntende vakbondsafgevaardigden die destijds mee het strijdbaar karakter van VW-Vorst hielpen opbouwen. Hij had zijn syndicaal mandaat opgegeven en werkte de laatste jaren opnieuw aan de band, “om het contact met de basis te versterken”. Hij deed dat omdat hij “wist dat er zaken aankwamen en dat de delegees hun kracht putten uit de arbeiders zelf”. Bij VW zijn er zo’n 60 vrijgestelden van de vakbonden, het gevolg van de protocollen in de auto-industrie, met als nefast neveneffect dat er een kloof is gegroeid tussen veel afgevaardigden en de basis.
Jacques vertelde ons dat volgens hem VW helemaal niet van plan was de site te sluiten, maar van Vorst “een model wou maken inzake inlevering op lonen en arbeidscondities”. Dat is nu net wat op de agenda staat: arbeidsduurverlenging en minstens 20% besparing op de loonkosten. In afwachting van het mogelijke toewijzen van de productie van de Audi A1 die nog maar in het stadium van de tekentafel zit, liggen drie scenario’s op tafel: meer polo’s, een deel Golfs of de Audi A3. Uitsluitsel daarover voor de 3.000 overblijvende VW-arbeiders zou pas voor later deze week zijn. Wij denken dat het beter was geweest het instemmen met vertrekpremies onder andere afhankelijk te maken van garanties over de lonen en de arbeidscondities van de 3.000 die blijven.
Harde tijden
Het zullen echter niet alleen de 3.000 overblijvers zijn die zullen afzien. Van een vertrekpremie van 144.000 euro wordt geschat dat na belastingen 57.600 euro over blijft (*). Agoria en de Belgische patroonsorganisaties staan op hun achterste poten. Ze durven er niet aan denken dat syndicale delegaties en arbeiders in andere bedrijven de hoogte van die bedragen als uitgangspunt zullen nemen. Bij Renault-Vilvoorde in 1997 bedroeg de premie voor iemand met 20 jaar anciënniteit slechts 25.000 euro bruto, evenveel als VW over heeft voor uitzendkrachten die vrijwillig vertrekken! Bij Inbev, eerder dit jaar, bedroeg de premie voor iemand met 20 jaar anciënniteit 42.100 euro bruto. Sommige VW-arbeiders hopen dat de regering een deel van de premies zal vrijstellen van belastingen. Dat is niet totaal uitgesloten, maar nu de delegatie de deuren al open heeft gezet en velen al vertrokken zijn, heeft ze meteen de noodzakelijke krachtsverhouding om dat af te dwingen, uit handen gegeven.
De regering zou al toegevingen hebben gedaan op het generatiepact voor de vijftigplussers, die zouden op brugpensioen kunnen, maar enkel als ze gedurende 6 maand al het mogelijke hebben gedaan om opnieuw aan de slag te kunnen. Benieuwd wie dat binnen 6 maand mag beoordelen. Hoe dan ook staan veel vertrekkers bij VW harde tijden te wachten. Als ze al een andere job vinden, zullen ze fors inleveren, wellicht veel meer dan 250 euro per maand. Bij VW zijn ze gewoon aan een sterke vakbondsmacht die bij de nieuwe werkgevers doorgaans onbestaande is. Als ze geen werk vinden, zal de premie snel opgesoupeerd zijn en als ze dan door de werkloosheidsdiensten aan de tand zullen gevoeld worden en de vernederingen moeten ondergaan die daar schering en inslag zijn, zullen velen zich beklagen dat men niet harder gestreden heeft voor iedere job.
Werknemers van onderaannemers in de kou
Bij de werknemers van de onderaannemers is de frustratie na het vertrek van talloze VW-arbeiders nog fors toegenomen. Sommigen van hen werken al tot 20 jaar op de site van Vorst. Hun patroons zullen echter nooit bereid zijn dergelijke vertrekpremies uit te betalen. Naar verluid zou VW ook voor hen een enveloppe hebben voorzien, maar de inhoud ervan moet nog onderhandeld worden en de krachtsverhoudingen daarvoor zijn nu ondermijnd. Tijdens het hele conflict was ons opgevallen dat de delegatie meestal vergaderde achter gesloten deuren in plaats van de arbeiders maximaal te betrekken zoals destijds bij Clabecq en in andere conflicten. Erger nog was dat de delegaties van de werknemers bij de onderaannemers niet mee mochten aanschuiven en dus meestal in het ongewisse bleven over de nieuwste ontwikkelingen. Nu de VW-arbeiders vertrokken zijn, zijn ze meteen hun grootste bondgenoot kwijt. In die zin was het beter geweest indien de VW-delegaties gewacht hadden met de vertrekpremies tot een oplossing gevonden was voor alle categorieën van werknemers, ook van de onderaannemers.
Geen keuze
Veel arbeiders vertellen ons dat ze na de personeelsvergadering maar één conclusie konden trekken: “game over”. LSP is er nochtans van overtuigd dat dit niet het enig mogelijke scenario was. Al voor de zomer hadden we een pamflet uitgedeeld aan VW over een mogelijke herstructurering en de noodzaak om zich voor te bereiden omdat “zwakheid aanzet tot agressie van de patroon”. De VW-delegatie bevestigde echter haar vertrouwen in het gegeven woord van de directie. Wij denken dat het beter was geweest toen al een sensibiliseringscampagne op poten te zetten. Toen de directe van het Antwerpse chemiebedrijf Lanxess, een afsplitsing van Bayer met een goede duizend werknemers, op 17 oktober de verdere opsplitsing van het bedrijf in 3 entiteiten aankondigde startten de vakbondsdelegaties een sensibiliseringscampagne. Er werden spandoeken opgehangen in het bedrijf, de delegaties deelden tot 5 keer toe pamfletten uit en spraken de arbeiders toe en prikacties werden georganiseerd. Resultaat: een dikke maand later, op 4 december zag de directie af van haar voornemen. Dat betekent nog niet dat een dergelijke strategie ook in VW tot spectaculaire resultaten had geleid, maar het zou de arbeiders alvast veel beter voorbereid hebben.
Uiteraard is het moeilijk een multinational als VW op haar industrieel plan terug te doen komen. Het is zelfs zo goed als uitgesloten dat te doen louter op de kracht van de VW-arbeiders zelf. De VW-arbeiders hebben echter een traditie van solidariteit met andere bedrijven. Zij zijn het die in ’96 door hun mars naar het justitiepaleis de beweging rond de zaak Dutroux mee op gang trokken. Dat is men nog niet vergeten en bijgevolg was het solidariteitsgevoel met de VW arbeiders wijd verspreid. Een solidariteitsstaking van 24 uur in alle sectoren of toch op zijn minst werkonderbrekingen zouden met enthousiasme onthaald zijn in alle grote bedrijven van België. Er bestond een potentieel om heel de arbeidersklasse en heel de publieke opinie te mobiliseren en van VW-Vorst een internationale aantrekkingspool te maken die de krachtsverhoudingen tot ver buiten het bedrijf had kunnen keren. VW-Vorst had het potentieel om voor de arbeidersbeweging hetzelfde te betekenen als het breken van de Britse mijnstaking in ’85 betekende voor het Europese patronaat: het begin van een tegenoffensief tegen de agressie van het Europese patronaat.
Breuk met sociaal-democratie en christen-democratie nodig
Zover kwam het dus niet en we kunnen dat niet verwijten aan de vakbondsdelegaties van Vorst. We weten niet welke discussies plaats hebben gegrepen tussen de vakbonden van Vorst en de nationale instanties. Die laatste zijn echter met handen en voeten gebonden aan de sociaal-democratie en de christen-democratie, samen met de liberalen de belangrijkste uitvoerders van het neoliberale wanbeleid. Om een multinational als VW tot dergelijke toegevingen te dwingen heb je een stok achter de deur nodig, niet het terugeisen van de gegeven subsidies, want dat zou de directie verhalen op buitenlandse VW-arbeiders en hen tegelijk opzetten tegen de Belgische, waardoor de arbeiders aan kracht inboeten, maar door het bedrijf desnoods te nationaliseren en de productie om te schakelen naar bijvoorbeeld een ecologisch verantwoorde productie. We zien niet hoe een Vande Lanotte, een Vandenbroucke of een Di Rupo en een Onkelinkx hiertoe te bewegen zouden zijn, dat vereist een nieuwe, echte arbeiderspartij. LSP werkt hieraan in samenwerking met onder andere Jef Sleeckx binnen het Comité voor een Andere Politiek.
De terugwedstrijd voorbereiden
De directie van VW heeft haar slag thuis gehaald. 2.800 arbeiders van de 5.800 zijn weggesaneerd en de overblijvers zullen fors inleveren in hun loon en arbeidscondities. De arbeiders hebben één keer tegen gescoord met ongeziene vertrekpremies tot gevolg, wellicht reeds vooraf ingecalculeerd door de directie. Het staat 2 tegen 1. Er moeten echter nog veel partijen gespeeld worden en we mogen nu niet bij de pakken blijven zitten, maar de lessen trekken uit de voorbije strijd en de volgende voorbereiden. De arbeiders bij VW hebben een traditie van strijd, laat ons die behouden bij diegenen die ook morgen bij VW werken en laat ons vooral met enkele duizenden ex-werknemers van VW die traditie invoeren bij de toekomstige werkgevers. Laat ons in het Comité voor een Andere Politiek samen bouwen aan een politieke kracht die volledig onafhankelijk is van het patronaat en versterk LSP zodat we stap voor stap, bedrijf na bedrijf een kracht kunnen opbouwen die de strategie van de patroons kan doorzien en van antwoord dienen.
(*) Het Volk van 10/12/2006 "Eerst zien wat overblijft". We hoorden ook een voorbeeld van iemand die bij Renault een premie van 25.000 euro kreeg en er uiteindelijk netto 7.500 euro van over hield