Your cart is currently empty!
‘Gesjoemel’ of ‘gewone gang van zaken’? Dit systeem heeft geen antwoord op vervuiling!
Het schandaal rond Volkswagen kwam als een schok. Blijkt dat een groot automobielbedrijf ons jarenlang heeft voorgelogen over het verbruik en de vervuiling van auto’s. Het schandaal kwam nochtans niet als een donderslag bij heldere hemel. Het is al jarenlang geweten dat grote automobielbedrijven tests manipuleren. Dat gebeurt onder meer door diegenen die de tests opmaken te bewerken via allerhande lobbygroepen.

Het rapport “Cooking the planet since 2014” van de NGO Corporate Europe Observatory brengt een overzicht van de vergaderingen en ontmoetingen die de Europese commissaris voor Klimaatactie en Energie en zijn naaste medewerkers hadden sinds hun aantreden in november 2014. Er waren 669 officiële ontmoetingen, waarvan 282 met vertegenwoordigers van de fossiele brandstofproductie. Er werd vooral samengezeten met mensen van olieproducent BP en elektriciteitsbedrijf E.ON. Die bedrijven hadden elk 15 ontmoetingen met de commissie, Statoil volgt met 14 en daarna komen Shell, Engie en Iberdrola met 12 ontmoetingen.
De Europese commissaris Cañete stond al voor zijn aantreden bekend als een ‘olieman’. De geknipte figuur dus om energie en klimaat in de Europese commissie voor zijn rekening te nemen. De aanstelling van Sefcovic als vicevoorzitter van de energie-unie met direct toezicht op de commissaris voor Klimaatactie en Energie moest de controverse rond de aanstelling van Cañete in de kiem smoren. Uit het overzicht van de ontmoetingen van zowel Cañete als Sefcovic blijkt dat er geen enkel verschil is. Het is pas in de aanloop naar de Klimaattop in Parijs dat wordt geprobeerd om nog wat ontmoetingen met vertegenwoordigers van NGO’s op te zetten in de hoop zo een iets groener imago te krijgen. Dit wordt meteen grondig aangepakt: verschillende NGO’s worden samen uitgenodigd om op zo’n kort mogelijke vergadertijd de cijfers op te krikken.
Terwijl de NGO’s uitgenodigd worden om het imago van de commissaris en zijn medestanders op te poetsen, ligt dat bij de lobbyisten van de bedrijven anders. Dan worden zaken gedaan. Van de 44 ontmoetingen rond de automobielsector waren er 31 met vertegenwoordigers van de auto-industrie. Die sector besteedt 18 miljoen euro per jaar aan lobbyen, vooral gericht op soepele uitstootnormen en aanpassingen van de testcycli. De top 5 van autobedrijven die het meeste geld aan lobbywerk besteden, is als volgt samengesteld: Volkswagen, Daimler, de Duitse autosector VDA, de Europese autosector ACEA en BMW. Volkswagen is natuurlijk bekend van het schandaal, BMW is een van de grootste sponsors van de Klimaattop in Parijs later dit jaar.
Het gelobby van de bedrijven is geen vorm van liefdadigheid. Het levert op. Een van de opstellers van het rapport “Cooking the planet since 2014”, Pascoe Sabido, verklaarde hierover in De Standaard vandaag: “Als je ziet hoe gemakkelijk de lobbyisten van de auto- en fossiele industrie toegang hebben tot de beleidsmakers, moeten we ons wel afvragen wiens agenda de Europese Unie eigenlijk uitvoert.”

Een van de resultaten van het gelobby door automobielbedrijven is een steeds verdere ondermijning van tests naar de uitstoot van auto’s. Dit gebeurt door de testprocedure te laten aanpassen, waarbij gedurende tests bijvoorbeeld de remmen uitgeschakeld worden om te vermijden dat het remmen enkele extra druppels brandstof zou kosten. Zo zijn er tientallen elementen die maken dat de tests steeds minder met de realiteit te maken hebben. Test Aankoop schreef deze zomer al: “Keer op keer wijzen onze autotests uit dat er een groot verschil is tussen de verbruikscijfers die de constructeur opgeeft en onze eigen metingen. Volgens een studie van de International Council on Clean Transportation uit 2012 bestaat er 25 % verschil tussen de aangekondigde en de werkelijke verbruikscijfers. En in 2013 stelden wij tijdens een van onze tests zelfs tot 45% verschil vast bij kleine gezinswagens.” Het magazine stelt dat dit verschil het resultaat is van gesjoemel bij zowel de testprocedure als de tests zelf.
Hoe dat gebeurt? Onder meer door de autobouwers vrij te laten welk erkend labo ze de test laten uitvoeren. Dit labo is geen publieke instelling en is dus afhankelijk van de opdrachten die het krijgt. Bovendien is er geen controle op de laboratoria. Wiens brood men eet, diens woord men spreekt. De test om het verbruik te meten gebeurt met een lage snelheid van minder dan 35 kilometer per uur waarbij alle functies die energie verbruiken uitgeschakeld worden (tot en met de zijspiegel aan de passagierskant die wordt verwijderd om de auto lichter en aerodynamischer te maken!) en er nog enkele kunstgrepen worden toegepast zoals het loskoppelen van de alternator of het verder uit elkaar zetten van de beugels van de remschijven. En na dit alles mogen constructeurs nog eens 4% van de meetwaarden aftrekken.
Het probleem is dus niet beperkt tot Volkswagen, er is een algemeen probleem dat niet zal opgelost worden door de op winst beluste autosector en de politieke marionetten van deze sector die het op politiek vlak voor het zeggen hebben. Wat we met de gemeenschap niet bezitten, kunnen we niet controleren. Dat bleek eerder al in de bankensector en het wordt nu bevestigd in de automobielsector. We zien geen uitwassen van dit systeem, geen ‘gesjoemel in de marge’ maar de gewone gang van zaken die ingebakken zit in de logica van het kapitalisme. Om hieraan een einde te maken, moeten we niet rekenen op regulering door Europa of andere politieke verantwoordelijken die optreden als politieke verlengstukken van de lobbygroepen die er steeds weer in slagen om regulering aangepast te krijgen zodat deze totaal zinloos wordt. Het ‘gesjoemel’ met de tests van het verbruik van auto’s bevestigt dit, dergelijke tests zijn zodanig aangepast – en dit op legale wijze – dat het verband tussen de resultaten en de werkelijkheid compleet verdwenen is. Dan kan je evengoed geen tests doen.
Wat stellen we voor als alternatief? Aangezien het milieu te belangrijk is om over te laten aan bedrijven die enkel naar hun winst kijken en daartoe ook het politieke establishment opkopen, moeten we breken met dit systeem. De automobielsector moet in publieke handen komen zodat de gemeenschap er ook controle op kan uitoefenen en zodat het onderdeel kan worden van een publiek mobiliteitsbeleid dat nadruk legt op de ontwikkeling en uitbouw van gratis en degelijk openbaar vervoer aangevuld met onderzoek en ontwikkeling van auto’s die milieuvriendelijker zijn. Een dergelijke ombouw van de mobiliteit zal overigens ook heel wat investeringen en werkgelegenheid met zich meebrengen. Dit moet ook onderdeel zijn van een politieke strijd waarbij een alternatief wordt opgebouwd, dat we van de gevestigde politici niets moeten verwachten wordt nogmaals aangetoond door het rapport “Cooking the planet since 2014”. Wij pleiten voor een socialistisch alternatief waarbij de belangen van de meerderheid van de bevolking centraal staan in plaats van de winsten van een kleine elite.
Ga met ons mee naar Parijs naar de acties tijdens de Klimaattop om op het protest te pleiten voor een rationele socialistische planning als alternatief op het kapitalisme dat onze planeet in steeds sneller tempo om zeep aan het helpen is. Red onze planeet van het kapitalisme!