Noord-Korea. Regime van Kim Jong Il houdt nucleaire testen

De aankondiging van Noord-Korea dat het een ondergrondse nucleaire test heeft gehouden op 9 oktober leidde tot heel wat verontwaardiging en veroordelingen door de regionale en de wereldmachten. Alhoewel de omvang van de nucleaire test wordt bestreden door experten in de VS en Rusland, sommigen beweren zelfs dat de test zou gefaald hebben, is het toch duidelijk dat Kim Jong Il de bedoeling heeft om zijn regime op nucleaire wijze te bewapenen.

Niall Mulholland

Arbeiders op het Koreraanse schiereiland en in heel Azië, en zelfs daarbuiten, hebben een begrijpelijke vrees dat de roekeloze acties van het regime in Pyongyang zullen leiden tot een toename van de nucleaire dreiging en van de militarisering in de regio en op internationaal vlak.

De aanvankelijke veroordelingen van de test door Westerse imperialistische landen en de regionale machten in Azië zijn doordrenkt van hypocrisie. VS-president Bush stelde dat de nucleaire test een “provocatie” vormden. Frankrijk en Groot-Brittannië spraken zich eveneens uit tegen het Noord-Koreaans regime en ze werden daarin gevolgd door de Russische president Poetin. De regionale machten India en Pakistan, en zelfs China (een “bondgenoot” van Pyongyang), gaven kritiek op Noord-Korea.

Nochtans hebben al de hierboven vernoemde landen nucleaire wapens en voorraden. Groot-Brittannië, Frankijk, Rusland en de VS ondertekenden in 1968 het non-proliferatieverdrag, maar zijn zelfs niet begonnen met plannen inzake nucleaire ontwapening. Nochtans werd dat opgelegd door het verdrag. De VS is de enige macht die ooit atoomwapens heeft ingezet en daarbij honderdduizenden voornamelijk burgers heeft omgebracht in de Japanse steden Nagasaki en Hiroshima op het einde van de Tweede Wereldoorlog. India en Pakistan hebben in de late jaren 1990 hun kernarsenaal uitgebouwd. Na beperkte sancties van de “internationale gemeenschap” tegen de twee nieuwe kernmogendheden, werden ze al snel terug aangehaald als bondgenoten van de VS en Groot-Brittannië. Het waren nuttige “bondgenoten” in de “oorlog tegen het terrorisme”. Israël, een belangrijke bondgenoot van het VS-imperialisme in het Midden-Oosten heeft jarenlang heimelijke ondergrondse testen gehouden met atoomwapens. Er werden echter nooit sancties opgelegd aan Tel Aviv.

Na de val van de Berlijnse Muur stelden de aanhangers van de kapitalistische ‘overwinnaars’ dat de wereld tot een nooit geziene vreedzame periode zou komen waarin zelfs het einde van kernwapens in zicht zou zijn. We zagen echter het tegendeel. Zoals wij toen waarschuwden, leidt een kapitalistische crisis met scherpere inter-imperialistische tegenstellingen tot een wereld die veel gevaarlijker is en ook gewelddadiger. Zowel Iran als Brazilië of Egypte stelden recent dat ze graag een kernmacht zouden worden. De Australische regering overweegt dit eveneens. De agressieve acties van het VS-imperialisme leiden tot een gevaarlijker wereld. Na de aanvallen op Irak, wou de kleine “schurkenstaat” Noord-Korea ook een nucleair arsenaal uitbouwen om zo imperialistische aanvallen tegen te houden. Op langere termijn is het niet uitgesloten dat onstabiele regimes ook de mogelijkheid van het effectief gebruiken van die wapens zullen overwegen. Dat zou een ramp vormen voor miljoenen arbeiders en armen.

Socialisten verzetten zich tegen kernwapens

Socialisten verzetten zich tegen de Noord-Koreaanse kernwapens, maar ook tegen alle andere kernwapens. De test van 9 oktober is allesbehalve “een grote sprong voorwaarts in de opbouw van een grootse, welvarende, machtige socialistische natie”, zoals de verklaring van het Noord-Koreaanse regime het stelde. Dit regime heeft niets te maken met een echt socialisme. Het is één van de armste landen ter wereld en het kent een despotisch stalinistisch regime dat zich verzet tegen arbeidersrechten en haar bevolking tot slavencondities dwingt. Het is verschrikkelijk dat grote sommen geld besteed worden aan de ontwikkeling van massavernietigingswapens terwijl een meerderheid van de 23 miljoen Noord-Koreanen lijden onder armoede en honger.

Zonder de acties van het regime van Kim Jong Il goed te praten, kunnen we natuurlijk enkel maar vaststellen dat de Noord-Koreaanse motivatie om haar wapenarsenaal uit te bouwen vooral ingegeven is door het decennialange agressieve buitenlandse beleid van de VS, wat nog versterkt werd onder Bush.

Tijdens de Koude Oorlog probeerde de VS begin jaren 1950 om Noord-Korea militair te verslaan. Met het goedkeuren van de VN werd een oorlog geleid door de VS. Daarbij vielen er 2,5 tot 3,5 miljoen doden onder de Noord-Koreanen, Zuid-Koreanen, Chinezen maar ook de Amerikaanse, Britse en andere troepen. Sinds het einde van de Koreaanse oorlog geldt er een economisch embargo van de VS tegen Noord-Korea en vanuit Zuid-Korea zijn er heel wat Amerikaanse kernkoppen op het kleine land gericht.

Na de val van de Sovjetunie zijn de verhoudingen tussen de VS en Noord-Korea zo mogelijk nog verslechterd. De voormalige Amerikaanse Democratische president Clinton dreigde in 1994 met militaire acties tegen Pyongyang. Nadien krabbelde hij terug en verdwenen de spanningen wat. Er kwam immers een akkoord dat bepaalde dat Noord-Korea zou stoppen met de ontwikkeling van haar nucleaire capaciteiten. Het Westen zou in ruil hulp leveren aan de arme staat en zou ook kennis en materialen ter beschikking stellen om elektriciteitscentrales voor particulier verbruik op te bouwen. Sinds 2000 voerde de Zuid-Koreaanse president Kim Dae-jung de zogenaamde “zonneschijnpolitiek” waarbij er gesprekken waren tussen de twee landen.

”Schurkenstaat”

Onder Bush kwam er vanuit het Witte Huis een hardere positie tegenover Noord-Korea. Het land werd omschreven als een “schurkenstaat” die deel uitmaakt van de “as van het kwade”. Bush heeft in de praktijk het vroegere akkoord dat bestond naar de prullenmand verbannen en ook de politiek van de “zonneschijn” werd compleet ondermijnd. De spanningen tussen de supermacht en het belegerde Noord-Korea namen enorm toe in de aanloop naar de Amerikaanse invasie in Irak. Het is op dat ogenblik, in 2002-2003, dat Kim Jong Il de uitbouw van atoomfaciliteiten terug heeft opgestart.

Het regime in Pyongyang riep op tot een compromis met de VS in ruil voor een “normale” relatie en een stopzetting van het economisch embargo. In 2003 nam China het initiatief voor onderhandelingen waaraan zes landen deelnamen: Noord- en Zuid-Korea, Japan, de VS, China en Rusland. Maar de Amerikaanse regering was geobsedeerd door de nood aan een “regimeverandering” in Noord-Korea. De VS wou geen akkoord met Noord-Korea waardoor de onderhandelingen zinloos waren. De agressieve opstelling van de neoconservatieven in Washington heeft op die manier geleid tot de nucleaire test van 9 oktober. Die test is een uitdrukking van groeiende regionale spanningen en crisis. Dit is een nederlaag voor het beleid van Bush tegenover Noord-Korea en tegenover Azië in het algemeen.

Kim Jong Il zal ook wel lessen getrokken hebben uit de Amerikaanse invasie in Irak, waar geen massavernietigingswapens werden gevonden. Wellicht gokt hij dat het beter is om wel kernwapens te hebben om zo een militaire aanval of een inval door de VS tegen te gaan.

Na de nucleaire test riep de VS onmiddellijk op voor VN-sancties tegen Noord-Korea, waarbij artikel 7 van het VN-charter werd ingeroepen. Dat artikel laat sancties en zelfs een militaire tussenkomst toe. Amerikaanse diplomaten riepen op tot een handelsboycot op militaire en luxegoederen, met het idee van controles op alle goederen die Noord-Korea binnen of buiten gaan. Totnutoe stelden de buurlanden China en Zuid-Korea dat dit zou leiden tot een enorme onstabiliteit in Noord-Korea met de mogelijkheid van raketaanvallen of confrontaties aan de grens.

Het Chinese regime leed een zware nederlaag met de nucleaire test van deze week. Het maakt een einde aan de jarenlange inspanningen om tot een onderhandelde oplossing te komen in het conflict tussen Noord-Korea en het Westen. Vorige week waarschuwde de Chinese minister van buitenlandse zaken het regime in Noord-Korea nog en vroeg het om af te zien van de geplande testen. De VS zal nu druk zetten op China om acties te ondernemen tegen Noord-Korea. Het is echter de vraag of het Chinese regime daartoe bereid zal zijn. Op dit ogenblik staat China in voor zowat 70% van de Noord-Koreaanse behoeften aan brandstof en voedsel.

Het Chinese regime wil komen tot een Koreaans schiereiland zonder kernwapens. Het wil vooral “vrede en stabiliteit” in de regio om zo de “interne economische ontwikkeling” te promoten, dat is immers “de sleutel van de levenslijn van de heersende Communistische Partij” volgens Shen Dingli, een “veiligheidsexpert” van de universiteit van Fudan in Shangai.

De heersende elite in China “kwam lange tijd geleden tot de conclusie dat het creëren van economische groei een goede relatie met de belangrijkste wereldmachten vereist, veilige grenzen en open markten – samengevat: stabiliteit” (International Herald Tribune, 10 oktober 2006). Tegelijk is de belangrijkste prioriteit van Peking het terugclaimen van Taiwan, of toch minstens vermijden dat het eiland formeel onafhankelijk wordt van China.

Een conflict met Noord-Korea of een omverwerping van het regime van Kim Jong Il kan dat verstoren en leiden tot een grote vluchtelingenstroom naar China en Zuid-Korea met de mogelijkheid van een breder conflict in Noordoost-Azië.

Spelen met vuur

Totnutoe beperkte de Zuid-Koreaanse regering van president Roh Moo Hyun zich tot de onderhandelingen met Noord-Korea en werden miljarden dollar besteed aan handel en hulp aan het noorden. Dat beleid leidde tot spanningen met de VS. Deze week stelde Roh publiekelijk dat hij twijfelt of de “politiek van zonneschijn” stand kan houden. Hij stelde dat Noord-Korea “met vuur aan het spelen is” waarbij dit er andere landen in de regio kan aanzetten tot de ontwikkeling van eigen kernwapens.

Net zoals China is ook Zuid-Korea als buurland van Noord-Korea bang van de gevolgen van hardere sancties tegen Pyongyang omdat dit zou kunnen leiden tot een onrustige situatie in het noorden of zelfs tot een onvoorspelbaar en onstabiel regime.

Zuid-Korea is bijzonder bewust van de mogelijk rampzalige gevolgen van een ineenstorting van het regime in het noorden. Zelfs de recente nucleaire test had een effect op de regionale beurzen, in het bijzonder in Zuid-Korea dat toch de 10de grootste economie ter wereld is. Sinds vele jaren beseffen politici van het establishment in het zuiden dat een eenmaking van zuid en noord op kapitalistische basis niet vlot zou verlopen. Het zou heel veel middelen kosten en bovendien leiden tot destabilisering. De problemen van het Duitse kapitalisme na de eenmaking van Oost- en West-Duitsland begin jaren 1990 waren ook veelzeggend.

Japan neemt een harder standpunt in tegenover Noord-Korea nu de rechtse nationalistische premier Shinzo Abe aan de macht kwam. Die sprak in juli zelfs over de mogelijkheid van een preventieve aanval tegen Noord-Korea. Nu roept hij op tot “harde actie” door de Verenigde Naties. Shinzo Abe zal de acties tegen het regime van Kim Jong Il gebruiken om in Japan zelf te pleiten voor een assertievere opstelling. Dat kan zelfs leiden tot een herziening van de grondwet waarin nog steeds een anti-oorlogspositie wordt ingenomen. Een grondwetswijziging zou Japan toelaten om een uitgebouwd leger op te zetten en om deel te nemen aan militaire programma’s van de VS.

Er wordt van uitgegaan dat Japan heel wat kernmateriaal heeft voor civiel gebruik of onderzoek. Experten stellen dat Japan op enkele maanden tijd in staat kan zijn om een atoombom te maken. Er zijn oproepen van de politieke rechterzijde in Japan om dit ook effectief te doen. Dat zou echter leiden tot een brede en emotionele oppositie in Japan waar de atoombommen van Hiroshima en Nagasaki nog niet vergeten zijn. Het zou leiden tot een regionale tegenstand aangezien er vele bittere herinneringen zijn aan het brutale koloniale verleden van Japan en de oorlogsagressie die daarmee gepaard ging.

Japan heeft haar wapenarsenaal de afgelopen periode uitgebreid, onder meer met spionagesatellieten en een militair transportschip dat wordt gemaakt. Enkele jaren geleden zou dit ondenkbaar geweest zijn. Deze verandering is een uitdrukking van de groeiende spanningen tussen de regionale machten, waaronder Japan en China, in hun concurrentie voor de toegang tot markten, winsten en invloedssferen.

Gevaarlijke regio

De nucleaire test in Noord-Korea en de oorlogszuchtige reactie van de imperialistische en lokale machten toont aan hoe Azië steeds gevaarlijker wordt. De arbeiders en jongeren moeten zich verzetten tegen de uitbreiding van de nucleaire mogelijkheden en tegen de militarisatie. Enkel een verenigde arbeidersstrijd in heel de regio kan een einde maken aan de nutteloze wapenwedloop, maar ook aan de armoede, werkloosheid en uitbuiting. Socialisten steunen de stedelijke en landelijke arbeiders in Noord-Korea in hun strijd tegen het regime in Pyongyang en pleiten voor de invoering van arbeidersdemocratie. Als onderdeel in de socialistische transformatie van de samenleving in zowel het noorden als het zuiden van Korea kunnen de arbeiders en boeren de tegenstellingen tussen beide landen overkomen en democratisch beslissen over hun toekomst.

Doorheen Azië hebben arbeiders en jongeren nood aan sterke organisaties van hun eigen klasse. Daarbij is bijzonder dringend nood aan nieuwe arbeiderspartijen met een duidelijk socialistisch programma om een alternatief te bieden aan de patronale partijen, het reactionaire nationalisme en het imperialisme.

0
    0
    Your Cart
    Your cart is emptyReturn to Shop