Nieuwe staatshervorming in 2007. Welk programma verdedigen linkse socialisten?

In het verleden hebben de Vlamingen een terechte strijd gestreden tegen hun onderdrukking binnen Franstalig België. Het feit dat de socialistische arbeidersbeweging hieraan nauwelijks aandacht besteedde, was een belangrijke reden voor de groei van de christelijke arbeidersbeweging. Deze historische fout dreef bovendien de top van de Vlaamse beweging in de armen van rechts en uiteindelijk extreem-rechts.

Anja Deschoemacker

Vandaag is Vlaanderen de rijkste regio van het land geworden. De Vlaamse Beweging vecht niet langer voor bevrijding, maar wil zelf haar eigen cultuur met harde hand opleggen. Socialisten kunnen aan dit Vlaamse revanchisme geen steun verlenen, maar moeten vechten tegen Vlaamse chantage die Wallonië onder druk zet om een nog asocialere politiek te voeren.

Wat Vlamingen doen, doen ze beter?

Budgettair gaat het goed: jaar na jaar worden overschotten geboekt. Enerzijds omwille van de hoge productiviteit die aan de Vlaamse arbeiders wordt opgelegd, anderzijds door een schrijnend gebrek aan sociale uitgaven. In dat “rijke” Vlaanderen beschikt een vijfde van de rusthuizen niet over een attest van brandveiligheid, wachten honderden schoolgebouwen al jaren op noodzakelijke herstellingswerken, bestaan lange wachtlijsten voor gehandicaptenzorg,…

In dat “rijke” Vlaanderen groeit de kloof tussen arm en rijk. De website armoedebeleid van de Vlaamse Gemeenschap stelt dat zo’n 13% van de Vlamingen met een armoederisico kampt. 7% bevindt zich in een situatie van langdurige armoede.

Wallonië: van structuurhervormingen naar het Marshallplan

Ook in Wallonië heeft de regionalisering de arbeiders en hun gezinnen weinig goeds opgeleverd. Waar het Waalse federalisme op zijn hoogtepunt onder leiding van vakbondsleider Renard de noodzaak van structuurhervormingen (het ABVV-programma van ’56) verdedigde, bleef al snel enkel het federalisme over. Dat wordt sindsdien meesterlijk bespeeld door de PS. De regionalisering kon de desindustrialisering niet tegengaan, noch de groeiende werkloosheid en armoede die ermee gepaard gingen.

Vandaag ligt het neoliberale Marshallplan op tafel. Er gaan bovendien stemmen op in Wallonië die ervoor pleiten de lonen sterker te laten dalen dan in Vlaanderen. De PS kan daarover nog dwars liggen, maar ziet zelf geen andere oplossing dan het “moderniseren” van de arbeidsmarkt.

“Modernisering” betekent dan afbouw van de tewerkstelling in de openbare diensten en de flexibilisering van de arbeidsmarkt door het ontwikkelen van onzekere, tijdelijke en deeltijdse jobs, met lage lonen. Eind 2005 werden reeds zo’n 8.700 mensen in Wallonië tewerkgesteld via de dienstencheques en dat aantal blijft toenemen. Hoewel op die “moderne” arbeidsmarkt meer mensen aan het werk zijn, is ondertewerkstelling een normale zaak.

Brussel: Europese hoofdstad met de meeste armen

De werkloosheid in Brussel is vergelijkbaar met sommige Oost-Europese regio’s: 21%, met een jongerenwerkloosheid van 35%. Bijna twee derde van de uitkeringsgerechtigde volledig werklozen is laaggeschoold. In september 2005 was 69% van de werklozen minstens een jaar en 48% minstens twee jaar werkloos.

Bijna 30% van de Brusselse kinderen groeit op in een gezin zonder inkomen uit arbeid. En toch wordt de Brusselse politiek gedomineerd door communautaire twisten!

Eenheid Belgische arbeidersbeweging noodzakelijk

LSP/MAS wil niet ten allen prijze de eenheid van België veilig stellen. Maar zolang de Belgische staat bestaat, is de eenheid van de Belgische arbeidersklasse een absolute noodzaak om de verworvenheden uit het verleden te behouden en uit te breiden.

Die terreinen waar de regionalisering reeds heeft geleid tot een gespreid optreden van de arbeidersbeweging, onderwijs bijvoorbeeld, worden gekenmerkt door achteruitgang en nederlagen. De splitsing van de metaalcentrale van het ABVV voorspelt weinig goeds voor de metaalarbeiders. In die splitsing is de de mening van de CMB-basismilitanten overigens nauwelijks aan bod gekomen.

Wij eisen een einde aan alle pesterijen en alle maatregelen die leiden tot het afscheiden van de gemeenschappen.

  • Stop de Vlaamse en de Franstalige pesterijen tegen de andere gemeenschap in Brussel en de Brusselse rand, maar ook in Wallonië tegenover de Duitse Gemeenschap.
  • We eisen de toegankelijkheid van alle diensten in de nationale landstalen in gebieden waar verschillende gemeenschappen samenleven en die nood zich laat voelen. We verzetten ons dus zowel tegen de pogingen om de tweetaligheid van de Brusselse diensten af te zwakken als tegen de talrijke inbreuken op de rechten van Franstaligen in de Brusselse rand (en de pogingen van sommige Franstalige meerderheden om de rechten van de Vlamingen aan te tasten). We eisen faciliteiten o.a. op vlak van hoger onderwijs voor Duitstaligen in de provincie Luik, maar ook dat Franstaligen in de Duitse Gemeenschap onderwijs in het Frans kunnen volgen binnen de bestaande onderwijsinfrastructuur.
  • Bazen mogen geen taalvoorwaarden stellen indien ze er niet voor betalen. Twee- of meertaligheid (nationale talen of andere) die in de job wordt gebruikt, moeten worden beloond door loonsverhoging. Als bazen twee- of meertalige werknemers willen, moeten ze zelf tijdens de werkuren door hen gefinancierde taalcursussen aanbieden. De overheid moet gratis taalcursussen aanbieden aan werklozen die dat wensen en de cursisten ondersteunen met een studieloon dat de extra uitgaven (vervoer, kinderopvang,…) dekt.
  • Voor Brussel is een grootschalig programma van sociale woningbouw en stadsrenovatie, in nauw overleg met de bewoners, een absolute noodzaak om iedereen die in de regio wil blijven wonen ook die kans te geven.
  • Geen splitsing van Brussel-Halle-Vilvoorde, geen uitbreiding van het Brussels Gewest indien het recht op werk en diensten in eigen taal niet is gegarandeerd.
  • Om dit programma uit te voeren zijn veel meer middelen nodig, een eis waarvoor geen enkele partij, Vlaams of Franstalig, wil vechten. Om de strijd om de middelen te voeren – om de winsten voor de elite te verminderen ten voordele van de lonen, de sociale uitgaven en de openbare diensten en uiteindelijk te komen tot het opeisen door de werkende bevolking van de door haar geproduceerde rijkdom via de nationalisatie van de sleutelsectoren van de economie – moet de Belgische arbeiderklasse een eigen partij uitbouwen, die de belangen van alle arbeiders verdedigt en onafhankelijk is van de communautair bekvechtende partijen en van de burgerij die een verdeel-en-heerspolitiek voert.
0
    0
    Your Cart
    Your cart is emptyReturn to Shop