G8. Beloofde schuldkwijtschelding is onvoldoende

Velen zullen het positief gevonden hebben dat 18 van de armste landen schulden worden kwijtgescholden bij de Wereldbank en het IMF. Het is ook logisch dat vragen gesteld worden bij het feit dat voor iedere dollar schuld, er gemiddeld meer dan 13 dollar moet worden terugbetaald. Het akkoord over de schulden bedraagt echter slechts 3% van de 50 miljard dollar die de campagne ‘Make poverty history’ wil kwijtgescholden zien. Heel wat landen hebben al veel meer terugbetaald dan wat ze ooit geleend hebben.

Henry Reeves en Gareth Davies

Sheffield: 1.000 betogers tegen bijeenkomst ministers van binnenlandse zaken en justitie van de G8

Op 11 juni was er in Sheffield een betoging met zo’n 1.000 deelnemers tegen een bijeenkomst van de ministers van binnenlandse zaken en justitie van de G8. De Socialist Party had een eigen delegatie met een 30-tal leden en sympathisanten. We hadden op de betoging nieuwe vlaggen en hadden een goeie impact. We verkochten 90 bladen. Onder druk van de omvang van de betoging, moest de politie het wel toelaten.

De bijeenkomsten in het kader van de G8-top hebben totnutoe weinig verandering teweeggebracht. Het is dan ook niet te verwonderen dat tienduizenden zullen deelnemen aan de protestacties tegen de G8-top in Glenagles, onder meer met de betoging van Make Poverty History in Edinburgh op 2 juli.

De Amerikaanse president Bush heeft een beperkte som van 674 miljoen dollar vrijgemaakt voor hulp, een erg beperkte som voor de grootste economie op wereldvlak. Vergelijk dit maar eens met de enorme ‘steun’ die de VS gaf aan haar bondgenoten in 2004. De VS gaf 782 miljoen dollar aan Colombia (waarvan 630 miljoen dollar voor militaire steun). 2,2 miljard dollar ging naar militaire steun aan Israël en 1,3 miljard dollar naar militaire steun aan Egypte.

Gemiddeld geven de landen uit Afrika en het Midden-Oosten ieder jaar zo’n 12,9 miljard dollar uit aan wapens, 86% van dat bedrag komt uit de VS, Groot-Brittannië, Frankrijk en Rusland (allemaal G8-landen). Iedere minuut komt iemand om door deze wapens. De rijke elite profiteert enorm van de export van wapens, er wordt jaarlijks in totaal zo’n 25 miljard dollar winst gemaakt in deze sector.

Tegelijk kan één derde van de wereldbevolking zich geen essentiële medicijnen veroorloven en sterven er ieder uur zo’n 500 Afrikaanse kinderen op basis van redenen die met armoede verbonden zijn. Slechts 10% van het wereldwijde onderzoek op het vlak van gezondheid, wordt gebruikt tegenover ziektes die verantwoordelijk zijn voor 90% van de ziektegevallen (waaronder malaria). De farmaceutische industrie is bijzonder winstgevend (met een gemiddelde winst van 18% op de omzet, wat hoger ligt dan de 4% bij commerciële banken). Bovendien controleert een steeds kleiner wordend aantal bedrijven de sector.

De G8 doet niets tegenover de zelfzucht van de rijkste en machtigste bedrijven. Dat is slecht nieuws voor de armsten. Bovendien wordt de hulp de laatste jaren steeds meer gekoppeld aan programma’s van privatiseringen.

Het Britse Department for International Development (DFID) heeft sinds 1997 ieder jaar 9 miljoen pond gegeven aan het Adam Smith Instituut. Deze rechtse ‘denktank’ was verantwoordelijk voor ideeën zoals de gehate Poll Tax van Thatcher, de privatisering van het Britse spoor en de gedeeltelijke privatisering van de gezondheidszorg.

Het DFID geeft meer aan het Adam Smith Instituut dan aan landen zoals Liberia of Somalië. Wel werd een half miljoen pond besteed aan een campagne om de inwoners van Tanzania te overtuigen van privatiseringen. In de propaganda werd onder meer beweerd: "Onze oude industrie is zoals droge graankroppen, terwijl privatiseringen zorgen voor de regen."

Die boodschap klinkt bijzonder hypocriet nu 11 miljoen Zuid-Afrikanen geen toegang meer hebben tot water en elektriciteit na de privatisering ervan. Die privatisering kwam er ondanks een algemene staking van meer dan 3 miljoen arbeiders die stelden dat ze niet hadden gevochten voor hun bevrijding om dan alles te laten uitverkopen. De strijd in Tanzania dwong de regering ertoe om af te zien van de IMF-plannen om het water te privatiseren. Verzet kan dus leiden tot overwinningen op het neoliberaal beleid.

Er wordt ook op een directe wijze heel wat steun gegeven aan multinationals. Sinds 1992 heeft de Wereldbank meer dan 6,9 miljard dollar gegeven aan Halliburton, Chevron Texaco, Unocal, British Petroleum, Exxon Mobil en Petronas om oliepijpleidingen te bouwen waarmee de rijkdom letterlijk uit de arme landen kan gepompt worden.

Terwijl het IMF en de Wereldbank de "vrije handel" opleggen aan armere landen, voorziet de Britse regering in heel wat steun voor de rijken in eigen land. Zo wordt jaarlijks 3,9 miljard pond gegeven aan de Common Agricultural Policy (CAP). Van dat fonds krijgt de rijkste Brit, de hertog van Westminster, dagelijks 896 pond, terwijl een alleenstaande moeder met twee kinderen en een laag inkomen slechts 7 pond per dag steun krijgt.

De enorme landbouwsubsidies gaan vooral naar de grote bedrijven. De 224 grootste Britse landbouwbedrijven kregen vorig jaar 47 miljoen pond subsidies, wat de prijs van het graan naar beneden haalt en opnieuw een groter deel van de wereld in armoede onderdompelt.

Wat is de oorzaak van dit verkeerd toewijzen van middelen? In een systeem waar de industrie op ondemocratische wijze wordt gecontroleerd door een kleine minderheid, worden economische beslissingen genomen met het oog op het maximaliseren van de winst, los van de gevolgen van dit beleid. Om daartegen in te gaan, is er nood aan een socialistisch alternatief waar de economie in dienst staat van de behoeften van de bevolking.

0
    0
    Your Cart
    Your cart is emptyReturn to Shop