Your cart is currently empty!
Na de geslaagde betoging een hete herfst voorbereiden

We waren met 80.000 in de straten van Brussel op 20 juni. Je moet teruggaan tot 16 mei 2018 voor een betoging van die omvang. Toen werd het schandalige project voor een puntenpensioen van de regering-Michel begraven. Nu gaat het over koopkracht, maar ook over het gebrek aan middelen voor de openbare diensten en over het recht op vakbondsprotest. De betoging was een succes om op voort te bouwen.
De bazen waren er snel bij om schande te roepen en kregen daarvoor een platform in zowat alle traditionele media. De Franstalige federatie van kleine bedrijven, UCM, verklaarde dat de vakbonden niet van deze wereld zijn en hun “hoofdkwartier op de maan” lijken te hebben. De werkgeversfederatie van de technologische industrie, Agoria, zei dat de actiedag zorgde voor een productieverlies van 80 miljoen euro in de sector, een kwart van de normale dagelijkse productie. Indirect erkent het dus dat het de arbeiders zijn die de waarde produceren…
Onze levensstandaard ligt onder vuur
De betoging was groot en toonde onze kracht. Na meer dan twee jaar van pandemie, deed dit deugd. Maar het is ook erg hard nodig om te protesteren. Onze levensstandaard en dus onze toekomst ligt onder vuur.
In de media en bij sommige vakbondsleiders werd nadruk gelegd op de hervorming van de loonwet van 1996, en meer bepaald op de term “maximaal beschikbare marge” die in 2017 onder de regering-Michel door CD&V-minister Kris Peeters werd ingevoerd. Daarmee werd de loonnorm die de maximale stijging van de lonen in de privésectoren bepaalt dwingend in plaats van indicatief. Het volstaat niet om enkel die maatregel terug te draaien: we moeten al teruggaan tot vóór 2007 en de economische crisis om ernstige loonnormen te vinden.
Het klopt dat er van alle kanten provocaties komen, zoals die werkgevers die de index in vraag stellen of het Planbureau dat voor de komende zes jaar een loonmarge van 0% voorstelt. Maar onze strijd beperken tot een aanpassing van de loonwet is niet genoeg. Zeker niet nu we de hoogste inflatie in 40 jaar kennen en de samenleving langs alle kanten kreunt na twee jaar van pandemie en decennia van onderinvesteringen. Het gaat om veel meer dan een indicatieve loonnorm, de inzet is onze levensstandaard, onze waardigheid en de toekomst van de volgende generaties.
In de aanval gaan
De algemene sfeer in de samenleving vergroot de instabiliteit van de regering die in het defensief zit. De BTW op energie werd verlaagd tot 6% en het sociaal tarief werd verlengd tot eind dit jaar zonder al te veel reactie van de rechterzijde in de Vivaldi-regering. Die maatregelen op zich zijn goed, maar onvoldoende.
ABVV-topvrouw Miranda Ulens dreigde op de betoging met een “hete herfst”. Het idee van regionale acties in september en nationale in oktober circuleerde. Het was beter geweest om dat voorstel van actieplan niet tot de wandelgangen van de betoging te beperken, maar om er klaar en duidelijk mee uit te pakken vanop podia, in pamfletten en met actiepakketten voor de militanten in de bedrijven zodat er heel de zomer mee aan de slag kon gegaan worden.
Zoals we schreven in het pamflet dat we verdeelden op de betoging: “We hebben nood aan een actieplan dat aan iedereen toont dat het menens is. Met data die voldoende van tevoren gekend zijn, vergelijkbaar met het actieplan in het najaar van 2014, toen de kracht van de georganiseerde werkende klasse de regering-Michel deed wankelen. De regering overleefde toen omdat er geen tweede, krachtiger actieplan werd opgestart, met bijvoorbeeld een reeks algemene stakingen van 24, 48 en 72 uur.”
Een campagne van openbare meetings en personeelsvergaderingen zou nuttig zijn om onze alternatieven te ontwikkelen en te populariseren. Ondertussen weten we allemaal wat er fout gaat en dat het zo niet verder kan met onze koopkracht. Het antwoord om de superrijken te laten betalen, is terecht maar moet geconcretiseerd worden: hoe dwingen we een vermogensbelasting af, hoe zorgen we ervoor dat de werkende klasse controle krijgt over de door haar geproduceerde waarde, hoe kunnen we komen tot een rationele planning van de beschikbare rijkdom in het belang van mens en planeet? Als het volledige systeem vastloopt voor de meerderheid van de bevolking, moeten we socialistische maatschappijverandering op de agenda durven zetten als onderdeel van onze dagelijkse strijd voor verbeteringen.