Your cart is currently empty!
Iran: ‘dodenrechter’ Raisi verkozen als nieuwe president

Afgelopen vrijdag waren er verkiezingen in Iran. De opkomst lag historisch laag: minder dan 50%. De winnaar, Ebrahim Raisi, staat symbool voor de wanhopige neergang van het regime, dat in deze crisistijden zijn lelijkste kant laat zien.
Door Nina Mo (SLP – ISA in Oostenrijk)
Raisi was de kandidaat van de klerikale elite die Khamenei en de hardliners van de Islamitische Revolutionaire Garde (IRGC) vertegenwoordigen. Het presidentschap van Raisi zal een cruciaal moment zijn voor zowel het regime als de Iraanse arbeidersklasse. Er is immers een reële kans op nieuwe massale opstanden die het potentieel hebben om het politieke en economische systeem omver te werpen.
Net als andere verkiezingen in Iran was ook deze vooral een propagandashow. Het wordt de massa’s steeds duidelijker dat zij binnen dit systeem geen keuze hebben. Daarom kregen ook dit jaar weer eisen om de verkiezingen te boycotten brede weerklank. De laatste dagen was er bijvoorbeeld een oproep gesteund door families van de activisten en jongeren die in november 2019 werden gearresteerd en vermoord.
Een zorgvuldig geplande verkiezingsuitslag
De verkiezing van Raisi is een uitdrukking van de politieke en economische belangen van Khamenei en de IRGC nu het land afstevent op een tijdperk van instabiliteit en economische crisis. Het was vanaf het begin van de verkiezingscampagne duidelijk dat de heersende klasse zich voorbereidt op nieuwe protesten. Zij hebben alle kandidaten met ‘hervormingsgezinde’ of ‘gematigde’ tendensen uit de verkiezingscampagne gehaald zodat het van bij het begin duidelijk was dat de volgende president een hardliner zou zijn, die bereid is om opnieuw bruut te reageren op elke vorm van opstand of protest van onderuit. De diskwalificatie van kandidaten in de aanloop naar de verkiezingen wekte verbazing en schokte velen, zelfs bij aanhangers van het regime. De regering legde geen nadruk op het belang van de verkiezingen, terwijl ze dat eerder wel deed.
Velen begrepen niet waarom het regime op deze manier handelde, omdat het erop leek dat deze aanpak de vervreemding van de massa’s van het heersende systeem zou vergroten door elke vorm van ‘oppositie’ uit te schakelen en zo de ondemocratische realiteit van de verkiezingen bloot te leggen. Maar dat was geen ‘fout’ van het regime. Het was een zeer bewuste strategie om zelfs maar het geringste risico te vermijden.
Een andere factor is dat er binnen de arbeidersklasse en de armen een zekere hoop bestaat dat het einde van het Trump-tijdperk een positief effect zou hebben, gevoed door de wens van de regering-Biden om de nucleaire deal te herstellen, en misschien zelfs de sancties op te heffen die de afgelopen jaren een rampzalig effect op de economie hadden. De hoop dat de internationale betrekkingen kunnen worden genormaliseerd, zou onder een nieuw hervormingsgezind presidentschap zijn versterkt. Rouhani’s houding tegenover het westerse imperialisme en zijn poging om de economie van het land in het algemeen tot op zekere hoogte ‘open’ te stellen, stonden altijd haaks op de economische belangen van de hardliners en de IRGC. Dit komt nu tot uiting in de strategie van het regime ten aanzien van het presidentschap.
Het regime in diepe crisis
Khamenei zelf maakt zich zorgen over het voortbestaan van het regime, dat de laatste jaren meermaals opgeschrikt werd door nationale protestbewegingen. Hij en de IRGC willen ervoor zorgen dat de ultraconservatieve krachten alle touwtjes in handen houden bij de benoeming van zijn opvolger in de komende jaren. In zijn toespraak tot de natie, twee dagen voor de verkiezingen, maakte hij zeer duidelijk “dat de steun van het volk voor het systeem aan de vijand moet worden getoond.” Gebruik makend van de algemene woede over het VS-imperialisme leek hij bijna te smeken om stemmen.
De IRGC is niet alleen Khamenei’s belangrijkste arm, het is de machtigste politieke, militaire en economische kracht in het land. De IRGC heeft zeer offensief gehandeld door eigen kandidaten naar voren te schuiven in de lokale verkiezingen die op dezelfde dag werden gehouden, wetende dat de uitkomst van vitaal belang zou zijn voor het hele regime. In de loop van de geschiedenis van het regime waren er wel vaker scheuringen en conflicten tussen de regering en de opperste leider, dit bleek nog tijdens het presidentschap van Rouhani. De dominante krachten binnen de heersende klasse proberen deze kloof nu te dichten door ervoor te zorgen dat IRGC-getrouwe krachten de sleutelposities van de macht bekleden.
Het regime is de laatste jaren gedwongen zijn beleid fundamenteel te wijzigen, vooral door zich te concentreren op de uitbreiding van regionale invloed, door te investeren in het nucleaire project, en door te trachten de internationale banden met de imperialistische machten aan te halen. Deze aanpak is noodzakelijk geweest om het regime tot nu toe in stand te houden. Dit heeft echter ook geleid tot toenemende spanningen binnen het regime. Deze spanningen weerspiegelen de verschillende belangen van de heersende klasse.
Politiek en economisch bevindt het land zich in een diepe crisis, waardoor de massale strijd vroeg of laat weer op de agenda zal komen te staan. Vier miljoen mensen zijn in de afgelopen tien jaar tot armoede terecht gekomen, de werkloosheid bedraagt 20% en neemt nog toe. Nu de olie-inkomsten sterk zijn gedaald en buitenlandse leningen zijn geblokkeerd, had de regering geen andere keuze dan haar tekorten te financieren door geld bij te drukken, wat tot een desastreuze inflatie heeft geleid. Eind 2019, en ook nu weer, heeft de inflatie een jaar-op-jaar niveau van 50% bereikt. De inflatie van de consumentenprijzen is gestegen tot 36,4% in 2020/21. Liquiditeit is een van de grootste problemen en neemt toe naarmate de munt devalueert. De torenhoge prijsstijgingen zijn het grootste economische probleem voor de massa’s. Een slogan die tijdens recente protesten werd gebruikt, was “onze uitgaven zijn gebaseerd op dollars terwijl onze salarissen zijn gebaseerd op rial.” En we mogen niet vergeten dat de laatste aanleiding voor explosieve protesten prijsstijgingen van benzine en voedsel waren.
De COVID-crisis speelde een rol in het tot op zekere hoogte verlammen van de massa’s, maar zelfs tijdens COVID, in 2020, vond een historisch groot aantal stakingsacties plaats. Deze protestgolven toonden niet alleen de groeiende woede binnen de arbeidersklasse, zowel in de steden als op het platteland, ze waren ook een uiting van een stemming dat “er niets te verliezen is.” Zowel de opstanden van 2017/18 als die van 2019/20 drukten een keerpunt uit in de strijd tegen het regime. Ze lieten zien hoe explosief de situatie is en hoe het regime de afgelopen jaren een belangrijk deel van zijn sociale basis verloor.
Raisi’s bloedige verleden en heden
Raisi deed mee aan de presidentsverkiezingen in 2017. Die vonden onder andere omstandigheden plaats, maar zijn impopulariteit is wel dezelfde gebleven. Hij staat symbool voor het verval van het regime, dat in deze tijden van crisis zijn lelijkste gezicht laat zien.
Een deel van Raisi’s geschiedenis is het bloedige bloedbad van 1988, toen duizenden politieke gevangenen op enkele maanden tijd werden vermoord. In die tijd maakte Raisi als jonge advocaat deel uit van het “viermanscomité” dat de executies beheerde. Maar hij heeft niet alleen een bloedig verleden, in de laatste jaren als opperrechter was hij verantwoordelijk voor verschillende arrestaties en executies, voornamelijk in de nasleep van de protestgolf van 2019. Toen werden honderden jongeren en mensen uit de arbeidersklasse gearresteerd. Velen zitten nog steeds vast, anderen werden gedood.
Raisi werd in 2016 door Khamenei benoemd tot hoofd van de machtige stichting “Astan Quds Razavi”, die toezicht houdt op het beheer van het beroemde Imam Reza heiligdom in Mashhad, één van de belangrijkste heiligdommen in Iran. De stichting heeft niet alleen religieuze en politieke macht, maar ontvangt ook enorme sommen geld, die in diverse projecten worden geïnvesteerd. Zij bezit onroerend goed, land en bedrijven in onder meer de bouw, het toerisme … Het wordt vaak omschreven als een ‘staat binnen de staat’. Dat betekent dat degene die aan het hoofd staat van zo’n enorme stichting ook een economisch imperium runt. Als één van de machtigste en conservatiefste mannen van het land zal Raisi dus zeker een grote rol spelen in het nog rijker maken van de ultra-religieuze krachten en de IRGC. De arbeidersklasse, in het bijzonder de jonge generatie, kent de geschiedenis van Raisi heel goed. Daarom zou hij wel eens een van de meest gehate figuren als president kunnen worden.
Wat nu?
Het is duidelijk dat Raisi’s presidentschap in het teken zal staan van enorme polarisatie, economische tegenspoed en groeiende strijd. Het is duidelijk dat meer repressie op de agenda staat, evenals zijn plannen om zich terug te trekken in een sterker isolement ten opzichte van het Westerse imperialisme. In de context van de nieuwe koude oorlog zal dit van strategisch belang zijn voor het Chinese imperialisme. Met de nieuwe overeenkomst tussen China en Iran is deze weg reeds uitgestippeld.
Het is niet duidelijk wat het presidentschap van Raisi concreet zal betekenen voor de nucleaire deal, aangezien hij tot dusver geen poging heeft ondernomen om de onderhandelingen te stoppen, wat niet betekent dat zijn bewind geen complicerende factor zal zijn. Het is ook waarschijnlijk dat Raisi’s harde agenda tot grotere regionale conflicten en escalaties kan leiden – vooral in de context van moeilijkheden in het binnenlands beleid, maar dat zal sterk afhangen van de politieke ontwikkelingen en de klassenstrijd in de hele regio.
Het consolideren van het regime, de belangrijkste rol van deze verkiezingen, zal vroeg of laat zijn grenzen bereiken. Het is duidelijk dat er strijd van de arbeidersklasse in het verschiet ligt – er is de laatste jaren geen dag ‘rust’ geweest. Talloze bewegingen van verschillende lagen van de bevolking hebben plaatsgevonden over economische en politieke kwesties. Er was protest van arbeiders, vrouwen, leraren, gepensioneerden, politieke gevangenen en anderen.
Enkele weken geleden werd het suikerbedrijf Haft Tappeh opnieuw genationaliseerd na jaren van strijd en actie op de werkplek, georganiseerd door een onafhankelijke vakbond. Dat is niet genoeg om duurzaam betere arbeidsomstandigheden en hogere lonen te bereiken, maar het is wel een belangrijke uiting van hoe strijd gewonnen kan worden. Deze overwinning zal een impact hebben door het zelfvertrouwen van de arbeiders te vergroten, niet alleen van de strijdbare arbeiders van Haft Tappeh, maar van de arbeidersklasse in het algemeen.
In voorgaande jaren was het regime tot op zekere hoogte in staat om de verschillende gevechten die plaatsvonden met geweld te onderdrukken en te isoleren. Het zal de komende jaren van cruciaal belang zijn voor de arbeidersklasse en de armen om niet alleen de economische en politieke strijd tegen het regime en Raisi te veralgemenen, maar ook om zich zo effectief mogelijk politiek te organiseren en de ondergrondse, revolutionaire krachten op te bouwen die in staat zijn een onafhankelijk, socialistisch programma aan te bieden om niet alleen het regime, maar ook het kapitalistische systeem omver te werpen.
International Socialist Alternative ziet het als haar taak om de ontwikkeling van socialistische ideeën te ondersteunen, internationale solidariteit met de Iraanse arbeidersklasse te organiseren en te helpen bij de opbouw van zo’n kracht in de komende tijd. Sluit je bij ons aan.