Stem NIET op partijen die verantwoordelijk zijn voor de economische en politieke crisis!

Op de laatste vergadering van het nationaal comité van de Linkse Socialistische Partij sprak Anja Deschoemacker, vandaag lijsttrekker voor de Kamerlijst van het linkse eenheidsinitiatief Front des Gauches in Brussel, over de politieke crisis. Als Luc Cortebeeck (ACV) dan oproept om op “verantwoordelijke partijen” te stemmen, partijen die niet aan communautair opbod doen, kunnen we op basis van haar toespraak enkel concluderen dat er in het parlement geen “verantwoordelijke partijen” bestaan… Hieronder hernemen we enkele elementen uit haar toespraak.

Door Anja Deschoemacker, lijsttrekker voor het Front des Gauches in BHV

In Vlaanderen…

De “verantwoordelijke partij” CD&V, door Cortebeeck als eerste genoemd, is net degene die in 2004 met haar kartel met N-VA de lont aan het vuur heeft gestoken, op een moment dat het Vlaams-nationalisme als politieke kracht bijna volledig verdwenen was!

De Volksunie was niet meer, haar figuren waren opgeslorpt in de “veilige” traditionele partijen. Enkel het Vlaams Belang, dat meer stemmen haalt o.b.v. populisme en racisme dan o.b.v. haar Vlaams-nationalisme, en het toen piepkleine N-VA bleven nog over. De overlevingskansen van de N-VA zagen er toen zeer slecht uit.

Dé beleidspartij CD&V zat al sinds 1999 in de oppositie. Ze had zich kunnen versterken door bijvoorbeeld de eisen van het personeel in de sociale sector te ondersteunen. Maar om te regeren, moet je niet alleen stemmen halen, je moet vooral ook bereid zijn het programma van de burgerij op te leggen. De SP.a zit nu overigens in dezelfde val: met een politiek van verdediging van de rechten van de werkende bevolking zou ze aan kracht kunnen winnen, maar niet meer tot de regering worden toegelaten.

In plaats van een sociale retoriek te ontwikkelen, heeft de CD&V zich dus geprofileerd op haar Vlaams-nationalistische kant, niet voor het eerst in de geschiedenis. De partij trok zich daarbij overigens weinig aan van de tegenstand tegen het kartel vanuit ACV en ACW. Als die partij dan Open VLD aan de kaak stelt als “weinig verantwoordelijk”, dan is dat louter hypocrisie.

Alle Vlaamse partijen hebben in meerdere of mindere mate aan het opbod meegewerkt, een blik op de recente geschiedenis maakt dat meteen duidelijk. De rondzendbrief van Leo Peeters (SP.a) verplicht Franstaligen in de faciliteitengemeenten steeds opnieuw hun documenten in het Frans aan te vragen. De weigering van enkele burgemeesters om die rondzendbrief toe te passen, leidde er dan weer toe dat eerst minister Keulen (Open VLD) en dan minister Bourgeois (NVA) weigerden die burgemeesters te benoemen omdat ze “de wet niet toepassen” (hoewel nog geen enkele Vlaamse burgemeester is gesanctioneerd voor hun onwettige verkiezingsboycot). Zelfs Groen heeft in een aantal gemeenten meegestemd om bepaalde bouwgronden voor te behouden aan Nederlandstaligen.

Alle Vlaamse partijen hebben ook meegewerkt in de strategie van de Vlaamse regering om de zaken op de spits te drijven rond de splitsing van Brussel-Halle-Vilvoorde en in de relaties met de federale regering. Geen van hen heeft zich met kracht verzet tegen het communautaire opbod.

In Wallonië en Brussel…

In de campagne vandaag wordt vooral de MR met de vinger gewezen. Ook daar wordt vooral opgeroepen tot “verantwoordelijkheidszin”. Maar ook daar kun je je de vraag stellen of er “verantwoordelijke partijen” bestaan.

Vandaag duiden alle Franstalige partijen de band tussen MR en FDF aan als schuldige. Het is uiteraard duidelijk dat voor het FDF en haar leider Maingain, net als De Wever provocateur van beroep, het communautaire de core-business is. Maar de PS die de MR verwijt “onverantwoordelijk” te zijn en zich opportunistisch te laten meeslepen door het “extremistische” FDF, dat is de pot die de ketel verwijt zwart te zien! De vorige maal dat we in een dergelijke politieke crisis rond de nationale kwestie zijn geraakt, draaide het rond de Waalse regionalistische figuur Happart, Franstalig burgemeester van Voeren, dat in het kader van een nationaal compromis werd overgeheveld van Wallonië naar Vlaanderen. Reactie van de PS? Happart en zijn ultra-regionalistische vriendjes binnenhalen om het wegvloeien van PS-stemmen naar regionalistische lijsten tegen te houden!

Het FDF speelt vandaag opnieuw een politieke rol van betekenis, maar haar hoogtepunt ligt ver achter haar. Het FDF is vooral een anti-flamingantistische partij, een partij die zich verzette tegen de toegevingen van de Belgische staat aan de Vlaamse beweging. Haar basis ligt in de afwijzing van de taalakkoorden begin jaren ’60 die door de Franstalige Brusselaars niet gesmaakt werden. In de jaren ’70 wordt ze de grootste partij van Brussel. Ze zitten in de regering Tindemans II in 1977 en werken mee – samen met de VU – aan het Egmontpact, dat uiteindelijk niet wordt uitgevoerd.

Begin jaren ’80 beginnen zich scheuren te vertonen. Nols komt met een eigen lijst op in Schaarbeek en in ’85 vertrekt de linkervleugel van de partij met o.m. Serge Moureaux naar de PS. Haar redding komt er pas in ’93, toen Jean Gol van de PRL met hen een politieke alliantie sluit. Voor het FDF was dat een kwestie van overleven, van zeker te kunnen zijn nog een senator verkozen te krijgen en dus hun partijfinanciering niet te verliezen. In 2000 verlopen de gemeenteraadsverkiezingen rampzalig voor het FDF. Er is twee jaar gestook van de Vlaamse regering o.l.v. Leterme nodig om een nieuwe opgang teweeg te brengen: in 2006 wint Maingain het burgemeesterschap in Sint-Lambrechts-Woluwe, Clerfayt houdt stand tegen Onkelinx (PS) in Schaarbeek.

Hoewel nog slechts een schijntje van haar vroegere macht, weegt het FDF door haar gewicht in de electorale positie van de MR in Brussel: zonder het FDF verschrompelt de MR er tot de omvang van de CDH, met 12 à 15 % van de stemmen. Ieder akkoord over de splitsing van BHV moet daarom een zeker behoud van die Franstalige stemmen in de rand inhouden indien je ervan uitgaat dat een tweederde meerderheid nodig is voor een staatshervorming.

Het behoud van die Franstalige stemmen is ook een belangrijke reden waarom Milquet bekend is geraakt als “madame non”. Na het FDF heeft haar CDH er de meeste stemmen te verliezen. De slogan waarmee ze nu naar de verkiezingen trekt, “Eendracht maakt macht”, zal dat niet doen vergeten. Ecolo loopt, net als Groen, wat achterop wat de communautaire kwesties betreft, maar heeft tot nu toe geen enkele uitnodiging voor het Franstalige front geweigerd.


Onze mening

De discussie over “verantwoordelijke partijen” op het communautaire vlak is een rookgordijn. Verantwoordelijke partijen voor de burgerlijke media zijn partijen die de “moed” hebben om het programma van de burgerij – een zware structurele besparingsoperatie op de rug van de arbeiders en hun gezinnen – door te voeren, ongeacht potentieel stemmenverlies. Dat is ook de reden waarom er een consensus groeit rond samenvallende verkiezingen – dan hebben partijen de mogelijkheid in het laatste jaar door een aantal kruimels hun vorige snijwerk enigzins te doen vergeten!

De hele discussie over de staatshervorming gaat feitelijk vooral over hoe ze ons die besparingsoperatie zullen doen slikken. In gespreide slagorde op alle niveaus besparen, bijvoorbeeld door de regionale overheden meer fiscale bevoegdheden en verantwoordelijkheid te geven, maakt de organisatie van een gezamenlijke strijd van de arbeidersbeweging moeilijker.

Wij vragen een andere verantwoordelijkheidzin. Wij willen een partij die haar verantwoordelijkheid opneemt in de strijd tegen de verarming van de werkenden en armen om de stuitende rijkdom van de kleine elite van grote aandeelhouders nog verder te vergroten, alsook tegen de pesterijen en discriminaties waarmee alle minderheden in België te maken krijgen,…

Dit is een van de kernelementen van onze oproep voor een nieuwe arbeiderspartij. Want wanneer men stelt dat de verharding op het communautaire vlak van de kiezer zelf komt, moet men erbij stilstaan dat het bijzonder moeilijk is om op een partij te stemmen die niet dat profiel heeft. Aan beide kanten van de taalgrens positioneren immers alle grote partijen zich daarop.

LSP verdedigt een politiek waarbij wordt afgezien van communautaire pesterijen, provocaties en aanvallen op reeds verworven rechten van minderheden, zoals het recht van de Franstaligen in Halle-Vilvoorde (toch 120.000 mensen) om te stemmen op Franstalige Brusselse partijen. We denken dat de diverse Vlaamse taalvoorwaarden voor huisvesting discriminerend zijn en vooral geen oplossing brengen. Om de woningprijzen te doen dalen, moet er een groter aanbod van betaalbare woningen zijn. De schuld voor de hoge woningprijzen zal niet worden gevonden bij “de Franstaligen”, maar bij het privé-karakter van de woningmarkt. Meer sociale woningen, niet taalvoorwaarden, is onze eis.

Belangrijker dan het institutionele gegeven van de kieskring, is de onderlinge verzekering – tussen de arbeidersklasse in Vlaanderen en de arbeidersklasse in Franstalig België – dat fundamentele rechten als het recht op een degelijke job, op betaalbare huisvesting, op kwaliteitsvol onderwijs en kinderopvang, op een goed pensioen… voor iedereen, ongeacht zijn/haar taalgebruik, nationale origine, sekse of seksuele oriëntatie,… gezamenlijk verdedigd zullen worden; de verzekering dat overal in België minderheden (Vlamingen in Wallonië en Brussel, Duitstaligen in Wallonië, Franstaligen in Vlaanderen – en dan hebben we het nog niet over de vele en diverse migrantengemeenschappen in ons land) kunnen rekenen op respect voor hun democratische rechten. De arbeidersklasse in België kan immers in al haar verscheidenheid harmonisch samenleven, maar onder voorwaarde dat we de middelen die daarvoor nodig zijn niet afstaan aan de rijke elite!

Op marxisme.be kan je het uitgebreide standpunt van LSP over de communautaire kwestie in dit land lezen: “De nationale kwestie in België – een antwoord van de arbeidersbeweging is nodig.” Deze brochure is ook op papier te verkrijgen via de redactie.

0
    0
    Your Cart
    Your cart is emptyReturn to Shop