Parkeergeld: een asociale geprivatiseerde belasting

De grote steden in Vlaanderen halen steeds meer inkomsten uit parkeergeld. De afgelopen jaren werden deze inkomsten fors de hoogte ingejaagd. Zo verdrievoudigde de omzet van wat in Antwerpen in de automaten werd gestopt op amper vijf jaar tijd. De lonen kenden geen gelijkaardige evolutie in dezelfde periode. Parkeergeld is een asociale belastingsvorm: wie rijk is betaalt evenveel als wie arm is. Om het autoverkeer in de steden te beperken, is er nood aan meer en degelijk gratis openbaar vervoer.

De cijfers zijn hallucinant. In Antwerpen haalde het gemeentelijke autonoom parkeerbedrijf vorig jaar 11,676 miljoen euro uit parkeergeld en 3,8 miljoen euro uit boetes. Vijf jaar geleden was dat respectievelijk 3,8 miljoen en 3,6 miljoen euro. De stad krijgt de volledige opbrengst van de boetes en 70% van de winst uit de automaten. Een deel van de winst blijft dus plakken bij het autonoom parkeerbedrijf. Alles samen kende de stad Antwerpen een winst van 4,4 miljoen euro. De reden voor de sterke stijging op vijf jaar tijd moet niet ver worden gezocht. Betaald parkeren in de binnenstad is onbetaalbaar geworden, tot 3,5 euro per uur!

In Gent haalde stad slechts 1 miljoen euro uit het parkeren. De reden is niet dat het zoveel goedkoper is om hier te parkeren, maar wel omdat een deel van de winsten worden geïnvesteerd in de aanbouw van nieuwe ondergrondse parkings. Het hoogste tarief in Gent is 2 euro per uur.

De hoge tarieven om te parkeren in de binnenstad worden gerechtvaardigd met het argument dat de binnensteden anders volledig stil dreigen te staan door files. Auto’s zouden uit de stad moeten worden geweerd. Dat is een vals argument. Indien het ernstig zou worden genomen, dan zou er worden gewerkt aan een uitbreiding van het openbaar vervoer dat gratis en degelijk zou moeten zijn. Uitgebreide gratis parkeermogelijkheden aan de rand van de stad of aan stations wordt evenmin gerealiseerd.

Wij denken dat het verkeer in de binnenstad drastisch zou afnemen indien het makkelijker en sneller zou gaan om met trams of met de metro gratis van en naar degelijke en veilige gratis parkings aan de stadsrand te trekken. Tegelijk zouden er in de onmiddellijke omgeving van treinstations gratis parkeerplaatsen moeten zijn om het treinverkeer aan te moedigen.

Nu kiezen de lokale overheden ervoor om van parkeren een lucratieve bezigheid te maken. De inkomsten worden opgedreven door ons steeds meer te laten betalen. Daartoe werden vanaf 2003 de parkeerboetes zelfs geprivatiseerd: ook private bedrijven kunnen een retributie opleggen. Dat is een gevaarlijke evolutie want er is geen gemeenschapscontrole op instellingen die wel boetes kunnen opleggen. Zullen straks andere onderdelen van politie en gerecht worden geprivatiseerd met gespecialiseerde bedrijven die het recht krijgen om moordenaars te vervolgen? Net als bij andere privatiseringen merken we dat de (gedeeltelijke) privatisering van parkeerbedrijven leidt tot hogere prijzen voor de gebruikers.

Wij vinden dat een asociale vorm van belastingen omdat het niet afhankelijk is van het inkomen van wie parkeert. Een jongere die vanuit de stadsrand met de auto naar de unief of hogeschool gaat, moet evenveel parkeergeld betalen als een minister of een topmanager die goed is voor meer dan 10.000 euro per maand. Wij pleiten voor het uitbouwen van gratis alternatieven in de vorm van meer openbaar vervoer en parkeermogelijkheden gecombineerd met een drastische daling van het parkeergeld waarbij parkeerbedrijven uit de klauwen van de private sector moeten worden gehaald.