Tijdens de eerste dagen van 2010 waren er massale acties voor meer democratie in Hong Kong. Op nieuwjaarsdag was er een massaal bijgewoonde betoging, de organisatoren hadden 10.000 aanwezigen verwacht maar het werden er 30.000. De hoge opkomst maakt duidelijk dat het verzet tegen de geplande electorale hervormingen in Hong Kong breed wordt gedragen. Als de betogers, waaronder heel wat jongeren, zich effectief zouden organiseren in een massabeweging tegen de regeringsplannen en voor echte democratie, dan zou dit een sterk begin zijn voor wat een cruciaal jaar van strijd kan worden.
“Ik wil geen schijndemocratie. Ik wil echt algemeen stemrecht”, stelde de linkse verkozene Lee Cheuk-yan die tevens algemeen secretaris is van de Confederatie van vakbonden (HKCTU). “De grote opkomst betekent dat onze relaties met de regering onder druk zullen staan.”
De regering maakte in november haar plannen bekend om de archaïsche en ondemocratische “functionele kiesdistricten” te behouden. Dit betekent dat 200.000 uitverkoren kiezers (bankiers, beurshandelaars, projectontwikkelaars) een groter gewicht hebben in het parlement. Human Rights Monitor deed een studie naar dit fenomeen en stelde dat een gemiddelde kiezer in deze functionele districten evenveel te zeggen heeft als 15.940 gewone kiezers onder de rest van de bevolking. Dit systeem wordt door de regering verdedigd als “algemeen stemrecht met Chinese kenmerken.” In feite gaat het om een systeem dat werd ingevoerd door de Britse koloniale heersers die hun marionettenregime in Hong Kong in stand wilden houden. Sinds de hereniging van Hong Kong met China werd het systeem overgenomen door de Chinese “communistische” éénpartijstaat. Er is een grotendeels symbolisch parlement dat geen enkele controle heeft op de regering en strenge beperkingen oplegt voor kandidaten voor topjobs. Bij verkiezingen is er bovendien een weinig verhulde bevoorrechte rol voor de bedrijfswereld. Op deze manier doet het systeem in Hong Kong eerder denken aan de corporatistische structuren die door het fascistische regime van Mussolini werden ingevoerd in Italië.
In de aanloop naar de geplande verkiezingen van 2012 begint zich een strijd te onthullen. Aan de ene kant bevinden zich de regering van Donald Tsang, een vertrouweling van Peking, en zijn aanhangers onder de rijke zakenlui die er alles aan willen doen om het bestaande systeem te verdedigen. Hun voornaamste argument is dat de machthebbers in Peking niet zullen aanvaarden dat er een verandering in de richting van algemeen stemrecht is voor 2020. Aan de andere kant is er een bont allegaartje van democratische partijen en campagnegroepen die zich niet neerleggen bij een veto vanuit Peking.
Na jarenlang getreuzel en na vele gebroken beloften, maakte het laatste plan van de lokale regering duidelijk dat het geen echt algemeen stemrecht wil voor de bevolking van Hong Kong. De krant Financial Times stelde hierover: “De weg van Hong Kong naar algemeen stemrecht blijkt moeilijker te zijn dan de beruchte Lange Mars van het Rode Leger. Die duurde slechts 370 dagen, op het huidige ritme zal Hong Kong decennialang geen echte democratie kennen.” (FT, 7 december 2009).
De redenen voor de moeilijkheden op het pad naar algemeen stemrecht, is het verzet tegen iedere democratische opening door twee machtige krachten. Enerzijds is er de kapitalistische elite van Hong Kong dat nauwgezet toeziet op het behoud van haar privileges en superwinsten in de “meest vrije economie ter wereld”. Anderzijds is er de dictatuur van Peking, waar er angst is om niet alles volledig onder controle te hebben. Het Chinese regime ziet de mogelijkheden van politieke onrust in Hong Kong en andere delen van China. Socialisten benadrukken dan ook dat de strijd voor echte democratische rechten verbonden is met de strijd tegen het kapitalisme en voor de vestiging van arbeidersdemocratie over de economie en de regering. Socialisten en aanhangers van Chinaworker.info stellen tevens dat de strijd niet mag beperkt blijven tot Hong Kong, maar banden moet aangaan met strijd in China en de rest van de wereld.
Er is onder de bevolking van Hong Kong een grote woede en frustratie en dit leidt tot een zoektocht naar middelen om de strijd voor democratie op te voeren. De betoging van 1 januari maakte ook duidelijk dat de bevolking steeds meer verontrust is door de repressie tegen dissidenten in China. Het feit dat Peking een gevangenisstraf van 11 jaar had opgelegd aan de dissident Liu Xiaobo zorgde ervoor dat de betoging op 1 januari nog groter werd. Er waren bijna evenveel slogans voor de vrijlating van Liu Xiaobo als voor het algemeen stemrecht. Een aantal incidenten maakte bovendien duidelijk dat de juridische en politieke autonomie van Hong Kong tegenover China wel erg beperkt is. Een protestactie voor Liu Xiaobo langs de grens tussen Hong Kong en China leidde ertoe dat politieagenten vanuit China de grens over trokken om actievoerders en twee journalisten uit Hong Kong te arresteren. Indien deze beschuldigingen effectief waar blijken te zijn, dan is dit een ernstige inbreuk op de territoriale autonomie van Hong Kong.
Deze elementen leiden ertoe dat de bevolking anders naar het regime kijkt. Velen beseffen dat de strijd voor democratie in Hong Kong niet los kan worden gezien van strijd in China tegen het éénpartijbewind. Velen hebben vragen over de rol van de “gematigde” democratische leiders die steeds benadrukken dat we “binnen het systeem” moeten werken. Het eindpunt van de betoging op 1 januari was anders dan bij vorige pro-democratie betogingen. Nu werd geëindigd aan de gebouwen van de centrale regering. Het is immers de Chinese regering die het voor het zeggen heeft en daartoe onder meer haar marionet Donald Tsang gebruikt.
Er is een hevig debat binnen het democratische blok over hoe de strijd moet worden gevoerd tegen de hervormingen en voor algemeen stemrecht. Het radicale deel van het blok, de Liga van Sociaal Democraten (LSD) en de Burgerpartij, willen een referendum over algemeen stemrecht opzetten door elk in één van de vijf geografische districten een verkozene ontslag te laten nemen. De leiders van de twee partijen hebben opgeroepen om 10.000 activisten voor algemeen stemrecht te zoeken om een campagne te voeren rond dit thema. Ze wezen daarbij ook op het idee van “people’s power”. In december stemden de leiders van de grootste pro-democratische partij, de Democraten, tegen een dergelijke campagne met het argument dat Peking toch geen rekening zou houden met het resultaat. De aanhangers van de ontslagplannen stellen niet dat een dergelijk “referendum” enige legale basis zou hebben, maar zien het eerder als een middel om de publieke opinie te mobiliseren tegen de regering en de hervorming van de kieswetgeving.
De leiding van de Democratische Partij staat onder druk van de groeiende kritiek op haar passieve benadering. De partij was aanwezig op de betoging van 1 januari en dacht even aan de mogelijkheid van een hongerstaking (een actievorm die wel meer voorkomt in Hong Kong) om haar “strijdbaar” imago bij te schaven. Een minderheid binnen de partij pleit openlijk voor deelname aan het verkiezingsplan van de LSD en de Burgerpartij. Het is niet uitgesloten dat er de komende periode een splitsing zal zijn binnen deze partij. Het feit dat de beslissing over deelname aan de verkiezingstactiek werd genomen door slechts een 270 partijleden (de stemming was 220 tegen 54) maakt duidelijk dat deze partij niet direct voor een massale campagne staat in de strijd voor democratische rechten.
Voor het regime van Peking is de democratiebeweging een enorme uitdaging die op een ongelegen moment komt met de economische problemen en de globale crisis. Vier dagen voor de betoging van 1 januari gaf het Chinese regime een zachte waarschuwing aan Tsang door hem op te roepen werk te maken van de “conflicten” in Hong Kong. Het is nochtans de houding van Peking zelf die mee een rol speelt in het aanscherpen van het conflict. De strijd voor democratie leidt tot belangrijke vragen over wie de samenleving controleert, welke klassen en met welke economische belangen. Dat is verbonden met sociale thema’s als een groeiende kloof tussen arm en rijk, lage lonen en ecologische vernielingen.
Dit werd bevestigd door de samenstelling van de betoging op 1 januari. Het hoofdthema was democratie, maar er waren ook betogers die van een uitkering leven nadat ze het slachtoffer werden van Lehman Brothers, er waren dorpsbewoners die protesteren tegen de nieuwe hogesnelheidslijn tussen Guangzhou en Hong Kong. Er waren ook tal van andere protestgroepen. “Het doet er niet toe wat het thema van de betoging is, we willen gewoon onze woede uiten”, stelde een betoger aan de South China Morning Post.
Het regime van Peking weigert iedere soepelheid in haar benadering en dit dreigt te leiden tot een massale sociale beweging in één van de rijkste delen van het land. Dit zal een grote politieke weerslag hebben in de rest van China waar het regime dezelfde ondemocratische praktijken uitoefent die het nu wil opleggen in Hong Kong.
Chinaworker.info en de aanhangers van het CWI stellen dat de strijd voor algemeen stemrecht en volledige democratische rechten verbonden is aan de strijd tegen het kapitalisme. Wij staan voor:
- Verkiezingen in 2012 volgens het principe van één stem per persoon
- Afschaffing van de functionele kiesdistricten
- Vervanging van het bestaande parlement door een Volksvergadering met de macht om de superrijken te belasten, armoede af te schaffen, een degelijk minimumloon op te leggen, privatiseringen ongedaan te maken en werk te creëren
- Stemrecht op 16, ook voor migranten
- Verkozenen mogen niet meer verdienen dan het gemiddeld loon van een geschoolde arbeider. Dit loon en de kosten moeten onderworpen worden aan controle door de bevolking. Geen privileges voor politici en verkozenen
- Voor een massale campagne met actiecomités op de werkvloer, in de scholen,… om acties en stakingen op te zetten om deze eisen te kunnen afdwingen. Electorale tactieken moeten gebaseerd zijn op een dergelijke “buitenparlementaire” benadering
- Voor het publiek bezit onder democratische controle van de banken en grote bedrijven, voor een democratisch socialistisch beleid om democratische rechten te kunnen garanderen en een einde te maken aan de diepe crisis van het kapitalisme