Boeing is de grootste private werkgever in de Amerikaanse deelstaat Washington. Het is ook één van de rijkste bedrijven van de VS, maar de top vindt blijkbaar dat er niet genoeg winst wordt gemaakt. In 2007 werd 4,1 miljard dollar winst gemaakt, in de eerste zes maanden van dit jaar 2,1 miljard. In 2003 werd de staat Washington onder druk gezet om een belastingsvermindering van 3,2 miljard dollar af te dwingen. De komende acht jaar staat het orderboekje vol. En toch is dat allemaal niet genoeg.
Winsten stijgen, koopkracht daalt
De arbeiders van Boeing zijn in staat om iedere dag een vliegtuig te bouwen. De top van het bedrijf zwemt in het geld, terwijl de 27.000 arbeiders van het bedrijf de afgelopen vier jaar geen enkele loonsverhoging kregen. In dezelfde periode steeg de levensduurte sterk. De verloren koopkracht van de afgelopen vier jaar wordt door de directie amper in rekening gebracht. De directie bracht een “laatste” voorstel uit met een loonsverhoging van 11% voor de komende drie jaar. De afgelopen jaren bedroeg de inflatie rond de 4,5% maar dit jaar steeg het tot 12%. Zelfs de vakbondseis van 13% voor een periode van 3 jaar volstaat niet om de verloren koopkracht van de laatste vier jaar goed te maken.
De vakbondsleden zijn bijzonder kwaad omwille van de vorige contracten in 2002 en 2005. In 2002 stemde reeds 62% van de vakbondsleden tegen het akkoord, maar dat volstond niet om het akkoord te verwerpen aangezien een twee derde meerderheid nodig was. In 2005 was er een enorme woede en werd 28 dagen gestaakt, zonder resultaat. De afgelopen vijf jaar stegen de winsten van Boeing met 828% en nu willen de arbeiders hun deel van de koek.
In 2007 kreeg Boeing topman Jim McNerney een jaarloon van 19 miljoen dollar, het beginloon voor een arbeider is amper 9,72 dollar per uur. Dat volstaat niet om boven de armoedegrens van 20.614 dollar per jaar voor een gezin van vier te komen. Heel wat arbeiders zoeken hulp voor hun voedsel of huisvesting, net zoals arbeiders van laag betaalde sectoren (zoals de supermarkten) dit moeten doen.
Volgens de vakbonden moet een gemiddelde arbeider 339 jaar werken om evenveel te verdienen als een topmanager op een jaar. “Tegen dat je aan je tweede koffiepauze toe bent, heeft topman McNerney al meer verdiend dan wat jij verdient op een jaar”, stelde onderhandelaar Mark Blondin. 3.500 arbeiders verdienen minder dan 15 dollar per uur, wat amper genoeg is om rond te komen in de dure buurt waar de fabriek zich bevindt.
Pensioenen en gezondheidszorg
Een ander belangrijk thema bij de staking wordt gevormd door de pensioenen en de gezondheidszorg, zeker bij outsourcing. De directie wil ook besparen op de pensioenen en wil slechts een pensioen betalen van 80 dollar per maand (per gewerkt jaar) in plaats van de huidige 70 dollar. Bij de top van het bedrijf wordt 4000 dollar per maand betaald, na 30 jaar dienst krijgt een topman dus 120.000 dollar per maand tegenover 2.100 dollar voor een gewone arbeider. Ook wil het bedrijf besparen op de bijdragen voor de gezondheidsverzekering, het bedrijf wil de werknemersbijdragen verhogen.
Verder is er een grote ongerustheid over de mogelijkheid van outscouring wat de jobzekerheid op het spel zet. Boeing stelt dat het flexibeler moet worden om haar concurrentiepositie te behouden. Daartoe wil het bepaalde jobs outsourcen naar andere landen of bedrijven waar geen vakbonden actief zijn. De belangrijkste concurrent van Boeing is echter Airbus, een Frans bedrijf waar veel personeelsleden syndicaal actief zijn. De afgelopen tien jaar werd al fors gesnoeid in het personeelsbestand, het aantal personeelsleden viel terug van 50.000 naar 27.000. 70% van het werk is al geoutsourced. Ironisch genoeg heeft dit geleid tot heel wat problemen voor Boeing, zo loopt het 787-model vertraging op omdat een aantal onderdelen te laat worden geleverd.
Woede kookt over
De woede tegenover het beleid van de directie leidde tot acties. Op 16 juli kwamen 14.000 vakbondsleden samen op een personeelsvergadering tijdens de werkuren. 99% van hen stemden ervoor om indien nodig over te gaan tot een staking. De aanwezige arbeiders riepen slogans voor een staking. De opkomst op de personeelsvergadering had nog groter kunnen zijn indien alle drie de shifts hadden deelgenomen.
Sindsdien waren er iedere woensdag betogingen tijdens de middagpauze waarbij arbeiders door de fabriek trokken met spandoeken en slogans. In de vestiging in Renton lieten de arbeiders iedere eerste minuut van elk uur horen wat ze van de directie vonden, alle materiaal of machines dat lawaai kon maken werd op volle kracht ingezet.
De arbeiders beseffen dat ze zich in een sterke positie bevinden: het bedrijf heeft een orderboekje dat volstaat met 3600 bestelde vliegtuigen. De directie wil daar snel werk van maken omdat het boetes riskeert en omdat het wil vermijden dat klanten hun bestelling afzeggen. De recordwinsten van de afgelopen jaren – 13 miljard dollar op vijf jaar – maken het onmogelijk om te stellen dat er geen middelen zijn. En bij de enige concurrent, Airbus, liggen de lonen niet lager.
De staking zal Boeing wellicht 100 miljoen dollar per dag kosten of 2,8 miljard dollar per maand. In 2005 werd vier weken lang gestaakt, wat het bedrijf 1,5 miljard dollar kostte omdat het de levering van 30 vliegtuigen moest uitstellen. De directie moest al terugkomen op een aantal punten. De voorstellen voor de loonsverhoging gingen omhoog van 6,5% tot 11% en het voorstel om te besparen op pensioenen en gezondheidsverzekering werd ingetrokken. De krant Seattle Times stelde: “Het management van Boeing moet bezorgd zijn nu een nieuwe generatie van arbeiders leert over de macht van de vakbonden en aansluiting vindt bij een oudere generatie in de lange geschiedenis van bloedbaden tussen de vakbond en het bedrijf.”
Een eerste voorstel van de onderhandelaars werd afgewezen door 80% van de arbeiders, 87% van de vakbondsleden stemde voor een staking. Toch beslisten de vakbondsleiders om de staking 48 uur uit te stellen, tot groot ongenoegen van de arbeiders (hier kan je een videoverslag daarvan zien). Na 48 uur begon de staking alsnog. Op 6 september lag het bedrijf volledig plat.
Enorm belang
Deze staking is belangrijk omdat het ingaat tegen de aanhoudende aanvallen van regering en patronaat de afgelopen 30 jaar. Aandeelhouders en topmanagers maakten recordwinsten terwijl de arbeiders sneller en langer moesten werken voor een lager loon. Nu is de emmer overgelopen en komt de woede tot uiting. De georganiseerde arbeidersbeweging werd de afgelopen jaren hard geraakt door de aanvallen van het patronaat, en dat vooral omdat er geen antwoord op werd geboden. De syndicalisatiegraad nam af van 35% in 1955 tot 12% vandaag! De vakbond bij Boeing is echter nog één van de laatste bastions en indien er een overwinning wordt geboekt, kan dit een belangrijke stap zijn in het versterken van de vakbonden.
Om de staking tot een overwinning te brengen zal het nodig zijn om vastberaden te blijven. De directie heeft de vliegtuigen nodig en kan zich geen lange staking veroorloven. Zoniet dreigen klanten hun bestellingen af te zeggen en dreigt het bedrijf meer te verliezen dan indien het toegeeft aan de eisen van de arbeiders. De vakbond beschikt over een stakerskas met 140 miljoen dollar. De arbeiders krijgen 150 dollar per week, dat is veel minder dan hun normale loon maar de vastberadenheid blijft groot.
De vakbond moet volhouden en de acties verderzetten zonder toe te geven aan de directie. Op een solidariteitsmeeting in Seattle, georganiseerd door Socialist Alternative, stelde Boeing-arbeider Will Crowley: “Boeing maakt enorme winsten. Wij moeten samen strijden, ze kunnen ons niet vervangen. Als we volhouden, kunnen we bijna niet verliezen.” De sterkte van de vakbond bevindt zich bij haar 27.000 leden. Er is nood aan een stakerscomité om de dagelijkse activiteiten te coördineren en de steun voor de staking uit te breiden. Er is nood aan democratische massabijeenkomsten waar belangrijke beslissingen worden genomen door de basis.
Om bredere steun te krijgen, moeten de eisen worden opengetrokken met een algemeen verzet tegen outsourcing of het opdrijven van de werkdruk. Een gemiddelde arbeider bij Boeing presteert bijna 7 weken overwerk per jaar. Door een einde te maken aan die onmenselijke werkdruk zouden bijna 5.000 nieuwe jobs kunnen worden gecreëerd. Met dat soort eisen kunnen de arbeiders zich ook richten tot de werklozen of slecht betaalde arbeiders in de regio om hun steun te verkrijgen. Ze vechten immers niet alleen voor zichzelf, maar voor alle arbeiders.
De slogan van de staking – “Nu is het aan ons” – is een uitdrukking van een groeiend gevoel van verzet onder de Amerikaanse arbeidersklasse. Gedurende te lange tijd werden aanvallen ingezet op de pensioenen, gezondheidszorg, lonen, jobs,… Nu is het genoeg geweest. Tegen de achtergrond van een dieper wordende economische recessie zullen de arbeiders moeten opkomen voor hun positie. De arbeiders van Boeing geven nu het voorbeeld. Als de rest van de arbeidersbeweging haar solidariteit toont en het voorbeeld van de Boeing-arbeiders volgt, zou de situatie voor de arbeidersklasse wel eens drastisch kunnen veranderen!