Overal in Europa maken rechtse regeringen plannen of nemen ze maatregelen om de levensstandaard van de werkenden te ondermijnen, de sociale zekerheid verder af te breken en de mogelijkheden tot collectief verzet hiertegen te beperken.
Ook in ons land willen alle traditionele partijen een dergelijk beleid voeren, welke regeringsformatie er ook uit de bus zal komen. Vanuit de Vlaamse partijen wordt een sterkere regionalisering gevraagd om in Vlaanderen een harder neoliberaal beleid te voeren. De Franstalige partijen verzetten zich daartegen en wijzen erop dat ze ook in een federaal kader bereid zijn om even harde aanvallen door te voeren.
De inzet is niet onbelangrijk. Zo werd er al gepraat over minimumdiensten tijdens stakingen bij het openbaar vervoer, en de sociale verkiezingen van 2008 worden op de helling gezet door het verzet tegen ondernemingsraden in bedrijven vanaf 50 werknemers.
De laatste formatienota van Leterme stelde dat de groeicurve van de uitgaven voor de sociale zekerheid zich onder die van de economische groei moet bevinden. De lastenverlagingen zouden op deze manier doorgerekend worden aan wie geniet van een uitkering of tussenkomst van de sociale zekerheid. Daartoe wordt onder meer een beperking van de werkloosheidsuitkering in de tijd voorgesteld (door de liberalen), of een regionalisering van het “activeringsbeleid“ om de duur van een werkloosheidsuitkering in de praktijk te beperken (CD&V).
De roomsblauwe partijen langs Nederlandstalige kant eisten ook onder meer de regionalisatie van (bepaalde) CAO’s. Het ACW moest reeds erkennen dat er bij de regeringsformatie wel concrete voorstellen waren inzake lastenverlagingen, terwijl de beperkte sociale maatregelen (zoals de welvaartsvastheid van de sociale uitkeringen) niet concreet waren.
De oorzaak voor het mislukken van de coalitiebesprekingen onder Leterme werd langs Franstalige kant afgeschoven op de Nederlandstalige eisen. Langs Nederlandstalige kant werd het afgeschoven op de onverzettelijkheid van (voornamelijk) de CDH. Dat werd door VLD-kopstukken versterkt door te wijzen op het “gauchistische” karakter van CDH.
Een dergelijk verwijt geeft vooral aan hoe asociaal en neoliberaal het eigen VLD-programma is. In de Waalse en Franstalige regering voert CDH geen beleid in het voordeel van de arbeiders en hun gezinnen. Zo was het minister André Antoine (CDH) die met zijn privatiseringsplannen aan de basis lag van de staking op de luchthaven van Charleroi eind juni. Het was ook Antoine die in maart dreigde om buschauffeurs die deelnamen aan een ‘wilde’ staking in Onoz af te danken…
Welke regering er uiteindelijk ook uit de bus komt, er zal een hard besparingsbeleid gevoerd worden. De moeizame regeringsvorming maakt opnieuw duidelijk dat de arbeiders en hun gezinnen niet over een grote partij beschikken die hun belangen verdedigt. Bijgevolg kunnen we enkel maar toekijken terwijl de traditionele politici hun nummertjes opvoeren.
Het wordt hoog tijd om te bouwen aan een alternatief, een politiek instrument dat in staat is om het verzet tegen het neoliberale beleid mee te organiseren en hiervan een politieke vertaling kan aanreiken. Het Comité voor een Andere Politiek (CAP) is een bescheiden, maar belangrijke poging in die richting. Werk samen met de linkse socialisten aan de uitbouw van CAP!