Ierland. Kleine partijen, waaronder de Socialist Party, onder druk bij verkiezingen

Het resultaat van de Ierse verkiezingen werd fundamenteel mee bepaald door de economische situatie in het land met een keuze voor de belangrijkste partij van het land (Fianna Fail) en in veel mindere mate voor de officiële oppositie van Fine Gael en Labour. Ondanks de aanhoudende groei, was er echter geen goed gevoel rond de Ierse samenleving.

Kevin Mc Loughin, Socialist Party, Dublin (Ierland)

De ontwikkelingen op de immobiliënmarkt en in de bouwsector maken dat grote bedrijven veeleer naar lagere loonlanden trekken en er is hierdoor een zekere angst rond de toekomst. De bevolking koos hierop voor een politiek status quo in de hoop dat dit de beste manier is om de economische groei te behouden.

De discussie over welke van de twee grote traditionele partijen (Fianna Fail en Fine Gael, twee neoliberale krachten) de basisformatie zou zijn van de nieuwe regering, was een belangrijk thema in de verkiezingen. Dit zorgde ervoor dat kleinere formaties verdrukt werden in de resultaten. Ook voor de Socialist Party was dit het geval.

Stap achteruit voor de Socialist Party

De resultaten waren bijzonder nipt. Zo’n 250 extra stemmen zouden genoeg geweest zijn om Joe Higgins opnieuw verkozen te krijgen in Dublin West. Joe haalde 5.066 stemmen (15%). Ons gemeenteraadslid Clare Daly in Dublin North werd algemeen getipt als een waarschijnlijk parlementslid na deze verkiezingen. Ondanks een goede campagne was het resultaat echter relatief beperkt: 4.884 stemmen (9%).

De resultaten voor onze andere kandidaten waren, gezien de omstandigheden, goed: 1.580 stemmen (3,8%) voor gemeenteraadslid Mick Murphy in Dublin South West en 1.700 stemmen (4%) voor gemeenteraadslid Mick Barry in Cork North Central.

In Dublin West was er een bijkomende factor met de hertekening van de kiesdistricten waardoor een belangrijk deel van het district uit Dublin West verdween, terwijl grote delen nieuwbouw er wel in vielen. Deze nieuwe wijken vormen een groot onderdeel van het kiesdistrict. Hierdoor waren er veel kiezers voor slechts drie zetels, in andere districten met gelijkaardige bevolkingsaantallen zijn er telkens vier zetels.

In alle regio’s waar de Socialist Party opkwam, kregen we heel veel steun en goede reacties op het werk van de partij. Die steun was zelfs breder verspreid dan voorheen. Dit uitte zich niet in stemmen, door de discussies over de regeringsvorming, maar het is een positieve indicatie van het potentieel in de toekomst. Zeker indien de economische situatie de arbeiders tot actief verzet brengt tegen een nieuwe neoliberale regering.

Bij gebrek aan alternatieven wordt voor het minste kwaad gekozen

Het resultaat voor Fianna Fail was gelijklopend met dat in 2002. De partij haalde 41,6% en 78 zetels. Haar kleine coalitiepartner, de Progressive Democrats (PDs), kreeg echter een zware klap en verloor zes van haar acht zetels. Het uiteindelijke resultaat is: Fianna Fail 78 zetels (-2), Fine Gael 51 (+20), Labour 20 (-1), Green 6, Sinn Fein 4 (-1), PD 2 (-6), anderen 5 (-10).

De situatie is enorm verschillend van 2002. Er is heel wat woede rond het gebrek aan investeringen in openbare diensten, gezondheidszorg, de huisvestingscrisis, privatiseringen,… Dat kwam tot uiting in de klappen die Fianna Fail kreeg bij de gemeenteraadsverkiezingen in 2004. Het resultaat van deze verkiezingen betekent niet dat Fianna Fail sindsdien terrein teruggewonnen heeft op de woede of dat het haar verloren steun heeft heroverd. Het betekent enkel dat er bij gebrek aan een alternatief uitgekeken wordt naar een “minste kwaad”. De kiezers wilden de economische ontwikkeling van de afgelopen jaren niet in het gedrang brengen en kozen ervoor om politieke stabiliteit voorop te stellen en aldus niet toe te laten dat Fine Gael en Labour aan de macht zouden komen.

Het falen van de officiële oppositie om een echt alternatief te bieden en de nederlagen van de arbeidersbeweging de afgelopen jaren, hebben natuurlijk ook een belangrijke rol gespeeld bij deze verkiezingen.

De vakbondsleiding heeft niets gedaan met de massamobilisatie tegen het opleggen van slavencondities bij Irish Ferries en de aanhoudende privatiseringen en neoliberale aanvallen op de rechten en verworvenheden van de arbeiders en hun gezinnen. Dit heeft een impact gehad, onder meer met een historisch laag aantal protestacties en campagnes in de wijken en op de werkvloer sinds december 2005.

De officiële oppositie haalde goede resultaten bij de lokale verkiezingen in 2004. Dat kwam vooral door het afwijzen van de andere partijen en niet zozeer door de eigen sterkte. Ondanks de corruptieschandalen rond premier Ahern, slaagde de oppositie er niet in om de winst van 2004 verder te zetten of te behouden. De afkeer tegenover de regering kreeg dan ook geen electorale uiting en er werd verwacht dat de uitslag van de verkiezingen nipt zou zijn voor de oppositie en de regering.

Onze sterkste verkiezingscampagne ooit

Voor de verkiezingen stelden we reeds: de Socialist Party staat voor echte verandering. We staan voor een georganiseerde strijd rond thema’s en bekommernissen van de arbeiders en hun gezinnen en gaan in tegen de winstlogica. Een regering van Fine Gael en Labour zou niet fundamenteel anders zijn dan een regering van Fianna Fail en PD. Een stem voor de Socialist Party was nuttig om ook vanuit het parlement de arbeiders een stem te geven. In de vier districten waar we opkwamen verdeelden we 400.000 pamfletten (waaronder ook een uitgebreider manifest waarin de centrale thema’s van ons programma werden duidelijk gemaakt). We gingen deur-aan-deur aanbellen bij 100.000 gezinnen.

We kregen heel wat positieve reacties voor de campagnes die we voeren en de werking van de partij. Heel wat kiezers vertelden ons voor de Socialist Party te zullen stemmen. Anderen vonden onze opvattingen wel goed, maar dachten dat een stem voor de Socialist Party bij deze verkiezingen geen verschil zou maken. Een aantal van deze kiezers stelden eerder voor Fine Gael/Labour te stemmen om de regering weg te krijgen. Labour heeft haar lot volledig verbonden aan Fine Gael, een burgerlijke partij waarmee het wel heel wat gemeen heeft. Labour dacht zich te kunnen versterken door zich te verbinden aan een grotere formatie. Hetzelfde gebeurde overigens met de Groenen die zich ook met dit blok verbonden.

In Dublin North en Dublin West slaagden we erin om de retoriek van deze “alliantie voor verandering” wat te doorbreken. Maar in de twee andere districten waar we opkwamen, had dit een grotere impact.

Resultaten gaan in twee richtingen

Zowat een week voor de verkiezingen leek het er nog op dat de steun voor Fine Gael voldoende zou toenemen om Fianna Fail af te rekenen op onder meer haar desastreuze campagne tot dan toe. In Dublin West en Dublin North leek het er bovendien op dat we voldoende steun hadden om in beide districten een zetel te winnen.

De steun voor de oppositie zorgde echter voor een ommekeer en de uiteindelijke nederlaag van de oppositie en het in de verdrukking brengen van de kleine partijen. Het vooruitzicht dat de oppositiepartijen de nieuwe regering zouden vormen, zorgde voor een verandering van veel kiesintenties. Veel arbeiders wilden voor Fine Gael en Labour stemmen om de regering weg te krijgen, maar veel anderen stemden voor Fianna Fail om Fine Gael en Labour tegen te houden. Het resultaat was een hoge opkomst (5% hoger dan in 2002) en een gepolariseerde uitslag voor de grote partijen.

Veel kiezers kozen met de neus dichtgeknepen voor één van de grote partijen in de hoop dat er een status quo zou komen en dat de groei zou aanhouden. Zelfs kiezers die zich sterk uitspraken tegen de corruptieschandalen bij Fianna Fail stemden voor deze partij in de hoop dat een status quo zou leiden tot een aanhoudende rijkdom en economische groei.

Dit heeft een impact gehad op de stemmen voor de Socialist Party en dit tegen de achtergrond van een laag aantal strijdbewegingen. Dit maakte het voor ons moeilijker in de laatste week van de campagne en op de verkiezingsdag. De meer strijdbare onafhankelijke parlementsleden ondergingen hetzelfde lot en verloren meestal hun zetel. Als de verkiezingen hadden plaatsgevonden op een ogenblik dat er meer strijd was, zouden we ongetwijfeld minstens twee zetels hebben behaald.

Ondemocratische indeling van kiesdistricten

De kiesdistricten in Dublin North en Dublin West moesten normaal gezien een extra vertegenwoordiger krijgen toegekend. Door de bevolkingsgroei in deze districten zijn het de minst vertegenwoordigde districten van het land. Heel wat inwoners van de districten komen uit nieuw aangelegde wijken. Alle districten met evenveel inwoners als Dublin West tellen vier parlementsleden, maar Dublin West telt er slechts drie. De rechtbank gaf de regering de mogelijkheid om voor beide districten een extra zetel toe te voegen, maar de regering koos ervoor om dit niet te doen omdat werd gevreesd dat dit de oppositie zou versterken. Als de democratische rechten van de bevolking wel waren gerespecteerd, dan waren Joe Higgins en Clare Daly beiden verkozen in het parlement…

Alle kleine partijen hebben geleden onder de druk om voor de grote partijen te stemmen. Dat gebeurde zelfs met Labour (ondanks haar alliantie met Fine Gael) en zeker ook met Sinn Fein en de Groenen.

Er werd verwacht dat Labour een sterke vooruitgang zou boeken aangezien deze partij in de oppositie zat, maar de partij verloor nog een zetel tegenover 2002. Voor Sinn Fein was de situatie nog erger. Met 6,9% haalde de partij een iets betere score, maar er blijven slechts 4 zetels over. In de arbeidersbuurt Tallaght in Dublin verloor Sinn Fein een zetel. Net zoals de Groenen probeerde Sinn Fein alle mogelijk radicaal klinkende retoriek te vermijden in de hoop een coalitiepartner te kunnen worden van het rechtse Fianna Fail. Net zoals het geval was met Labour, kozen de kiezers van Sinn Fein er blijkbaar voor om dan maar direct op Fianna Fail te stemmen.

Is dit een draai naar rechts?

Het resultaat van deze verkiezingen heeft de twee belangrijkste neoliberale partijen tijdelijk versterkt. Het zou echter verkeerd zijn om dit voor te stellen als een draai naar rechts onder de bevolking. De vooruitgang voor Fianna Fail en Fine Gael betekent geen uitgesproken steun voor hun beleid. Het was eerder een stem tegen de regering of voor het behoud van de economische groei.

Heel wat mensen waren geschokt toen ze vernamen dat Joe Higgins zijn zetel had verloren. Joe was voor velen de enige echte oppositie in het parlement en hij was steeds aanwezig op acties en in campagnes waar hij een krachtige stem was voor een socialistisch alternatief in het land. Het feit dat deze zetel verloren is, betekent een nederlaag voor de Socialist Party maar ook voor de arbeiders in het land en internationaal. Joe was immers een model voor wat een socialistische vertegenwoordiger kan doen als parlementslid.

Reeds lang voor de verkiezingen wisten we dat het moeilijk zou worden om deze zetel te behouden. We haalden de zetel voor het eerst in 1997 en behielden het in 2002. Bij deze verkiezingen haalden Fine Gael en Labour telkens slechte scores toen het beleid van hun regering (1994-1997) nog vers in het geheugen zat. Het was duidelijk dat het bij deze verkiezingen moeilijker zou zijn omdat deze partijen wat terrein zouden terugwinnen. Dat maakte het samen met het verminderen van de democratische vertegenwoordiging moeilijker voor ons.

Er was geen afwijzing van Joe Higgins of zijn strijd voor socialisme. We verloren zowat 900 stemmen in een wijk (Palmertown Area) omdat deze wijk niet langer in het kiesdistrict Dublin West viel. Daarnaast haalden we ongeveer evenveel stemmen als in 2002, maar in een context van een grote winst voor Fianna Fail. Joe zal ook na de verkiezingen een publieke figuur voor de Socialist Party blijven en zal een rol blijven spelen.

Hoe bouwen aan een nieuwe beweging voor de arbeiders?

Deze verkiezingen bevestigen het standpunt van de Socialist Party dat we nog in een vroeg stadium zijn van de heropbouw en het opnieuw organiseren van de arbeidersklasse na de historische uitverkoop van de Labour Party in de jaren 1990 en het aanvaarden van de kapitalistische logica door een groot deel van de vakbondsleiding. Tijdens de verkiezingen stelden sommigen dat dit een goede gelegenheid zou zijn om een nieuwe brede linkse beweging te starten met een alliantie van kandidaten. Wij denken dat dit een verkeerd beeld geeft, vooral door de afwezigheid van strijdbewegingen en het lage zelfvertrouwen van de arbeiders. Dit maakte het moeilijk om de bestaande resultaten te behouden, laat staan om een nieuwe formatie te lanceren.

Richard Boyd Barret (een lid van de SWP) kwam op onder de frontnaam “People Before Profit” (Eerste de mensen, niet de winsten) en haalde een goede score van 5.233 stemmen (8,9%) in Dun Laoghaire. Sommigen denken dat dit resultaat aantoont dat er een enorm potentieel is voor een nieuwe linkse beweging. Dat is echter geen genuanceerde visie. De uitslag van Boyd Barret was immers uitzonderlijk, ook in vergelijking met de andere kandidaten van “People Before Profit” die respectievelijk 4,38%, 2,8%, 1,75% en 0,56% haalden.

Het resultaat van Boyd Barret heeft weinig te maken met de opbouw van een nieuwe linkse beweging. Hij werd in deze buurt bekend omwille van zijn rol in de strijd tegen de Bin Tax (een belasting op de huisvuilophaling). In 2004 kreeg hij bij de lokale verkiezingen 1.400 stemmen, maar het feit dat hij nationaal bekend is en betrokken is bij tal van campagnes zorgde ervoor dat een toename van het aantal stemmen sowieso waarschijnlijk was.

De aanpak om iedere verwijzing naar socialisme overboord te gooien, is een poging om liberale middenklasse elementen aan te trekken. Wellicht gebeurde dit met enig succes, bovendien is deze laag minder bekommerd voor een mogelijke economische neergang en kwam zijn resultaat de laatste dagen van de campagne dus minder onder druk te staan. Het is een goed resultaat, maar minder gebaseerd op de arbeiderswijken of een socialistisch programma. Er wordt eerder geprobeerd om een basis op te bouwen zoals die van de Groenen.

Arbeidersstrijd en socialistische verandering

Een echte nieuwe linkse beweging zal op basis van arbeidersstrijd moeten ontwikkelen. De hoop op verandering en voor het behoud van de economische groei en de werkgelegenheid hebben het resultaat van deze verkiezingen bepaald, maar deze hoop zal verbrijzeld worden door de zeepbel van de immobiliën dat de economie sinds eind 2001 draaiende heeft gehouden. Belangrijke openbare diensten en infrastructuur zullen niet gerealiseerd worden; de crisis in de gezondheidszorg, het transport en de huisvesting zal erger worden; het patronaat zal proberen om lagere lonen met een neerwaartse spiraal op te leggen; voor het eerst in jaren zal een nieuwe generatie wel werkloosheid en de dreiging van werkloosheid kennen.

De nieuwe regering zal samengesteld worden op basis van onprincipiële onderhandelingen. Fianna Fail zal de leiding in handen nemen, met de PD’s, Groenen of Labour als bereidwillige steunpunten voor deze nieuwe regering. Het zal ongetwijfeld een rechtse regering worden met een beleid dat in het belang zal zijn van de grote bedrijven en de banken. Tegen de achtergrond van een veranderend economisch klimaat, zal er een opleving zijn van de strijd voor jobs en in de wijken en voor het opnieuw organiseren van de arbeiders op politiek en syndicaal vlak. Er zal een potentieel zijn voor een formatie die ingaat tegen de gevestigde partijen die allen voor een zelfde neoliberaal beleid staan.

De stap achteruit voor de Socialist Party zal slechts tijdelijk zijn. Deze verkiezing is een momentopname op een specifiek ogenblik. We verwachten dat de economische situatie vrij snel zal veranderen en dat dit tot instabiliteit zal leiden. Socialisten moeten zich nu voorbereiden op strijdbewegingen die er ongetwijfeld zullen komen en waarin het van cruciaal belang zal zijn om een nieuwe sterke socialistische beweging op te bouwen.

0
    0
    Your Cart
    Your cart is emptyReturn to Shop