VS doet toegevingen aan Noord-Korea

Bij onderhandelingen in Peking over het nucleaire programma van Noord-Korea vielen vooral de toegevingen van het VS-imperialisme op. Het akkoord wijst volgens de krant LA Times op een “fundamentele verandering in de koers van de regering-Bush”. Het akkoord is het resultaat van onderhandelingen van zes landen (China, Noord-Korea, Zuid-Korea, VS, Rusland en Japan).

Laurence Coates

Het Noord-Koreaanse regime kreeg een genereus aanbod op het vlak van energietoevoer. Het land zou 1 miljoen ton olie krijgen naast andere economische en diplomatieke toegevingen. Kim Jong Il zal in ruil hiervoor aanvankelijk overgaan tot een opschorting van het nucleair programma en nadien tot een nucleaire ontwapening onder internationaal toezicht.

Nadat een eerder akkoord werd afgebroken onder de regering-Clinton in 2002, zou Noord-Korea mogelijk tot 12 kernbommen hebben gebouwd. Vier maanden geleden hield het land kernproeven. Het ging om tests op beperkte schaal en er was speculatie over het al dan niet succesvol karakter van de proeven.

Het nieuwe akkoord met Noord-Korea zal de VS nu zowat 300 miljoen dollar kosten. De regering-Bush beloofde tevens om het land van de lijst van “terreur sponsors” te halen en onderhandelingen te starten om de diplomatieke relaties te “normaliseren”. Dat is belangrijk voor het regime van Kim Jong Il, zeker nadat de Koreaanse oorlog van 1950-53 eindigde zonder formeel vredesakkoord.

De oorlog tegen het terrorisme

Het akkoord met Noord-Korea komt er tegen de achtergrond van de militaire doctrine van Bush en de neo-conservatieven in de VS na de aanslagen van 11 september 2001. Toen stelde Bush dat Noord-Korea, naast Irak en Iran, deel uitmaakte van de “as van het kwade”. Het regime werd ervan beschuldigd deel te nemen aan de productie en uitvoer van massavernietigingswapens. Sindsdien kwam de militaire machine van de VS vast te zitten in Irak en verhoogde Noord-Korea de druk om tot een akkoord te komen dat noodzakelijk is om tegemoet te komen aan haar dringende economische en veiligheidsbehoeften.

Het lijkt erop dat het VS-imperialisme tot een akkoord wou komen met Noord-Korea zodat al één probleem van de baan is. Het probleem dat het ziet als het “minste kwaad” om zo de diplomatieke, economische en mogelijk zelfs militaire druk op Iran te kunnen opvoeren. Iran is op dit ogenblik versterkt uit de crisis van de Irak-oorlog gekomen.

Het akkoord met Noord-Korea zal er nu toe leiden dat haar kernreactor in Yongbyon wordt gesloten. Dat is het centrum van haar nucleaire programma. Binnen de 60 dagen worden de activiteiten stil gelegd en komen er internationale inspecteurs. In ruil daarvoor zal het een grote hoeveelheid olie krijgen van alle ondertekenaars van het akkoord, met uitzondering van Japan.

VS: neo-conservatieven zijn niet tevreden

De neoconservatieven in de VS zijn absoluut niet opgezet met het akkoord. Die hebben nog steeds een grote impact op de president. Mogelijk zullen ze deze discussie aangrijpen als test voor de president. De neo-conservatieven verzetten zich tegen ieder akkoord met Noord-Korea.

John Bolton, een prominente neo-conservatief en ontslagen als VS-ambassadeur bij de VN, stelde op CNN dat Bush het akkoord moet verwerpen. “Het geeft een fout signaal aan mogelijke kernmachten in de wereld: ‘Als we maar lang genoeg volhouden, worden we uiteindelijk beloond’.”

Ook in China waren er bedenkingen. Professor Zhang Liankui, een specialist inzake buitenlandse politiek en verbonden aan de centrale partijschool van Peking, stelde: “Andere landen zullen lessen trekken uit de strategie van Noord-Korea: ontwikkel eigen kernwapens en vraag dan om hulp.”

Terwijl er in de VS geprobeerd wordt om het akkoord voor te stellen als een ‘overwinning’, is het duidelijk dat er sprake is van een stap achteruit voor het VS-imperialisme na wat sommigen het “Irak-syndroom” noemen. Newsweek stelde dat Bush zich aanpast aan de realiteit van de diplomatie en hierdoor steeds verder afwijkt van de ideologie van “regime-verandering”.

Lange geschiedenis van fouten

De Amerikaanse politiek tegenover de Koreaanse crisis kan teruggaan op een lange geschiedenis van fouten. Het regime van Kim Jong Il is een sterk gemilitariseerde vorm van stalinisme. Eén op de acht volwassenen zit in het leger. Het regime probeert een verandering en overgang naar het kapitalisme door te voeren sinds de val van de Sovjetunie in 1991. De Sovjetunie was de voornaamste handelspartner van het regime. De VS heeft sindsdien steevast gegokt op de val van het regime. Er is effectief een crisis in Noord-Korea met een industriële ineenstorting, massale armoede, hongersnood en recent ook de groei van een zwarte economie met gesmokkelde Chinese goederen. De VS heeft echter steeds het Koreaans nationalisme onderschat en de rol ervan in het overeind houden van het regime in Noord-Korea.

Dat nationalisme heeft een lange geschiedenis en werd versterkt door de nabijheid van de twee regionale grootmachten: China en Japan. Japan heeft het land tussen 1910 en 1945 op een brutale wijze bezet en onderdrukt. Het Noord-Koreaanse regime slaagt er nu niet in om welvaart te brengen, maar wordt wel gezien als een verderzetting van de Koreaanse onafhankelijkheidsstrijd. Het regime in het zuiden wordt door velen gezien als een constructie van het imperialisme, opgelegd in 1945 door de VS en de vertrekkende Japanners. De meeste linkse organisaties in Zuid-Korea steunen daarom het Noorden in haar conflict met het VS-imperialisme.

Onder de bevolking van Zuid-Korea werd Bush de afgelopen jaren steeds meer gezien als een groter gevaar dan Kim Jong Il. Toen Noord-Korea in september vorig jaar kernproeven hield, stelde 43% van de Zuid-Koreanen dat Bush hiervoor verantwoordelijk was. Slechts 37% stelde dat Kim Jong Il verantwoordelijk was.

Spanningen tussen imperialistische machten

De belangen van de andere regionale machten die deelnamen aan de onderhandelingen, lopen niet altijd gelijk met die van het VS-imperialisme. Het regime in Zuid-Korea wil een ongecontroleerde ineenstorting van het regime in het noorden vermijden omdat dit grote gevolgen zou hebben voor de eigen stabiliteit. De regering in Seoul is bang van de enorme kosten die een hereniging van het land zou teweegbrengen. Die kosten zouden veel hoger liggen dan bij de hereniging van Duitsland in 1990. Zuid-Korea is eerder voorstander van een geleidelijke overgang die samen gaat met investeringen en diplomatieke akkoorden. Dat kan ook vermijden dat er teveel mensen uit het noorden naar het zuiden vluchten.

Voor de Noord-Koreaanse heersers is dat een aantrekkelijk scenario. Zij hebben enkel interesse in het behoud van de eigen titels en privileges, zelfs indien de noordelijke ‘staat’ economisch gedomineerd wordt door het zuiden. Het behoud van de positie als heersende groep is het enige dat telt voor hen.

De regering-Clinton had weinig begrip voor deze situatie toen het in 2000 minister Albright naar Korea stuurde voor onderhandelingen. Albright sprak in Pyongyang met Kim. Op dat ogenblik suggereerde Kim Jong Il een akkoord waarbij Noord-Korea in ruil voor economische toegevingen en garanties een autonome provincie van een verenigd Korea zou worden waarbij de Amerikaanse troepen in Korea zouden kunnen blijven en zelfs in het noorden tot aan de grens met China zouden mogen gestationeerd worden.

Dat zou natuurlijk leiden tot protest in China. De houding van het Chinese regime tegenover Noord-Korea heeft niets te maken met zogenaamde solidariteit tussen twee zogenaamd communistische regimes. China wil uiteindelijk dat er twee aparte staten blijven bestaan in Korea. Ondanks hun afkeer voor het regime in Noord-Korea, ziet China dit land als een buffer tegen een verenigd Korea onder Amerikaanse invloed. Dat zou een bedreiging vormen voor China. Een verenigd kapitalistisch Korea zou bovendien een economische bedreiging kunnen vormen voor het Chinese regime, zeker in de noordoostelijke provincies aan de grens met Korea. Daar is er nu reeds heel wat ongenoegen nadat de zware industrie er werd gesloten om de nieuwe economische ontwikkelingen in de zuidelijke kustprovincies meer ruimte te bieden.

Fragiel akkoord

Het is nog te vroeg om te stellen dat het akkoord niet lang zal standhouden indien het uiteindelijk wordt gesteund door alle landen die het sloten. Er zijn nog heel wat hindernissen vooraleer het akkoord definitief zal worden. Zo kan Japan er zich nog tegen uitspreken. Premier Shinzo Abe kan bijvoorbeeld aandringen dat Noord-Korea duidelijkheid schept over ontvoeringen van Japanse burgers door haar spionnen in het verleden. Abe is een harde nationalist en gebruikt de Koreaanse crisis om het Japanse leger uit te bouwen.

De arbeiders en jongeren mogen geen vertrouwen hebben in de verschillende regeringen en kapitalisten in de regio om de crisis op te lossen of om vrede te brengen. Wij verzetten ons tegen de provocaties van Bush en de VS die de aanleiding hebben gegeven tot de huidige crisis. Tegelijk zou het echter een fout zijn om steun te geven aan het dictatoriale regime in Noord-Korea dat niets gemeen heeft met socialisme. Het Noord-Koreaanse regime wil het eigen vel redden en vooral de eigen privileges.

Socialisten komen op voor een Koreaans schiereiland zonder kernwapens, tegen het imperialisme en de imperialistische inmenging in Korea, voor een verenigd Korea waarin het kapitalisme en de dictatuur worden omvergeworpen om een democratisch socialistisch regime te vestigen.

0
    0
    Your Cart
    Your cart is emptyReturn to Shop