Your cart is currently empty!
"Het systeem is rot, tot op het bot". Herinneringen aan de Witte Beweging
10 jaar geleden werd dit land opgeschrikt door een enorme uitbarsting van ongenoegen en woede. De hele zomer lang reeds werd de actualiteit in 1996 gedomineerd door de verloren en vermiste kinderen. Toen eindelijk een dader werd opgepakt, Marc Dutroux, waren velen opgelucht. Maar onderzoeksrechter Connerotte werd van het dossier gezet omdat hij op een solidariteitsbijeenkomst van de ouders een bord spaghetti had gegeten. Dat was de druppel die de emmer deed overlopen…
Geert Cool
Op maandag 14 oktober 1996 kwam het bericht dat er een staking was uitgebroken bij Volkswagen in Vorst. Dat zette zowat overal een beweging op gang. Als ze bij VW in staking gingen om te protesteren tegen het slechte functioneren van het gerecht, dan moest de rest van het land ook volgen. Diezelfde dag nog waren er her en der spontane acties en werden aan de universiteiten en in de scholen plannen gemaakt voor betogingen de dagen daarna.
Het resultaat was dat er op dinsdag en woensdag reeds verschillende betogingen en acties waren. Scholieren kwamen spontaan op straat en in een aantal bedrijven werd het werk neergelegd. Het bewustzijn was vrij verward, enerzijds waren er oproepen om Dutroux op te hangen, maar anderzijds waren er ook spandoeken en slogans die zich richtten tegen heel het gerechtelijk systeem. Er werd geëist dat er een onderzoek "tot op het bot" zou komen en het vertrouwen in de gerechtelijke instelling was bijzonder pover. In Gent besloten we om een studentenbetoging te organiseren op woensdag. Daar lanceerden we de slogan "Het systeem is rot tot op het bot" en "rechtstaat boerenbedrog". Die slogans werden overgenomen door de betogers, ook de spontane scholierenbetogingen.
In zowat alle dorpen en steden waren er acties, maar deze verliepen ongecoördineerd. Het was een spontane uitbarsting van woede. Daartegenover was het belangrijk om te proberen de beweging toch te organiseren. In Gent probeerden we dit te doen door een gezamenlijke oproep voor een grote betoging te lanceren voor vrijdag 18 oktober 1996. Het initiatief daarbij kwam van de Studentenvakbond (SVB), een campagne aan de Gentse universiteit waarin ook de leden van LSP een belangrijke rol speelden maar dat heel wat breder was. We maakten pamfletten die ook aan tal van bedrijven werden uitgedeeld en aan de universiteit trokken we naar alle grote lessen. Het waren drukke dagen. ‘s Ochtends vroeg opstaan, een megafoon nemen en de eerste de beste spontane betoging zoeken om van daaruit tot een grote betoging te komen. Dat ritueel werd enkele dagen na elkaar herhaald.
Het resultaat was dat de betoging op 18 oktober in Gent massaal was. 25.000 betogers trokken door de straten met slogans zoals "het systeem is rot tot op het bot". Deze betoging was merkelijk groter dan gelijk waar anders. De reden? Hier werd de beweging niet achterna gelopen, maar probeerden we richting te geven aan de beweging. Meer bepaald door te gaan voor een gezamenlijke en een georganiseerde betoging. Het bleek echter niet evident om dit in goede banen te leiden, de massa’s bestormden bijna het gerechtsgebouw…
Op de betoging werd afgesproken om de beweging na het weekend verder te zetten. Op 20 oktober zou de grote Witte Mars in Brussel plaatsvinden en ook daar zouden we tussenkomen met politieke slogans en standpunten. Het probleem was echter dat het establishment zich van het gevaar bewust was en er alles aan deed om de beweging af te leiden. In de week voor de Witte Mars werden de televisiejournaals overspoeld door oproepen van zowat iedereen in het establishment om de kalmte te bewaren. Burgemeesters kwamen de scholieren oproepen om terug naar school te gaan, zelfs de koning en kardinaal Danneels werden naar buiten gebracht om tot kalmte op te roepen. Via de ouders van de vermiste en vermoorde kinderen vonden ze een ingang om de Witte Mars verplicht een apolitiek karakter op te leggen.
Die politieke recuperatie was voelbaar op de Witte Mars. Een groep LSP-leden werd onmiddellijk opgepakt toen bleek dat we pamfletten bijhadden. Ik kwam met enkele kameraden in een stinkende cel terecht wegens het bezit van politieke pamfletten… Toen bleek men bijzonder efficiënt in het opsporen van wie pamfletten bijhad. In de cel zat er onder meer een zelfverklaarde ‘meester-tovenaar’ die een eigenzinnig (totaal nietszeggend en onschuldig) pamflet bijhad… Het deed de politieke discussies in de cel echter weinig goed.
De volledige recuperatie van de beweging zorgde ervoor dat deze stilviel na de Witte Mars. Verder geplande acties vielen in het water. Dit was enkel mogelijk omdat de beweging bijzonder snel ontwikkelde en zich daarbij niet had georganiseerd. In Gent zagen we elementen van wat mogelijk was met een minimum aan organisatie, maar dit was te beperkt om het tij te keren.
Er kunnen een aantal lessen getrokken worden uit die gebeurtenissen. Eerst en vooral over hoe snel bewegingen kunnen ontwikkelen en hoe een onderhuids ongenoegen tot ontploffen kan komen. Anderzijds ook de noodzaak aan organisaties die in staat zijn om richting te geven aan dergelijke bewegingen en deze te organiseren op een zo democratisch mogelijke wijze. LSP heeft in 1996 met haar beperkte middelen daar een bijdrage aan geleverd, voornamelijk in Gent.