Komt er eindelijk wat debat over het besparingsbeleid?

De afgelopen dagen kwam er kritiek op het besparingsbeleid dat onder meer vanuit Europa wordt opgelegd. Deze kritiek kwam eerst van Paul Magnette (PS) en Bruno Tobback (SP.a). Zij kregen navolging van de liberale econoom Paul De Grauwe. Alexander De Croo van Open Vld is het evenwel niet eens met de standpunten van de Grauwe, Magnette en Tobback. Voor De Croo zal enkel een hard besparingsbeleid tot groei leiden.

Vorige week beet minister Magnette (PS) de spits af met een terechte kritiek op het besparingsbeleid, een beleid dat de regering waar hij deel van uitmaakt eveneens doorvoert. Magnette verklaarde: “Er worden belangrijke inspanningen gevraagd. Aan de politici, de ambtenaren, de uitkeringstrekkers, de werknemers en aan de bedrijven. Niemand kan aan de inspanningen ontsnappen want het gaat om een globaal evenwicht van onze samenleving.” Tegelijk haalde hij uit naar de Europese Commissie en het Europese besparingsbeleid, de Commissie is volgens Magnette een "rechts en ultraliberaal bastion". Hij werd op dat vlak terug gefloten door premier Di Rupo die enkele dagen later bevestigde dat de voorstellen van de Europese Commissie zouden gevolgd worden. Dat is niet verwonderlijk, de Commissie doet haar voorstellen op basis van de cijfergegevens die ze van de Belgische regering krijgt.

SP.a-voorzitter Tobback had begrepen dat kritiek op de EU kon zonder dat dit al te concreet wordt. Het is gemakkelijk om een ander politiek niveau van asociaal gedrag te beschuldigen zodat het eigen beleid niet al te kritisch onder de loep wordt genomen. Dat de sociaaldemocratie jarenlang in diverse Europese landen een meerderheid had, wordt gemakshalve vergeten. Dat ze die meerderheid zijn kwijt geraakt omdat ze zelf een asociaal en neoliberaal beleid voerden al evenzeer. Als de Europese structuur een "rechts en ultraliberaal bastion" is, dan werden de fundamenten voor dit bastion mee gelegd door de sociaaldemocratie.

De Vlaamse liberale voorzitter De Croo is het niet eens met Magnette en Tobback. Hij meent dat de Europese Commissie overschot van gelijk heeft om te pleiten voor een harder besparingsbeleid in ons land. Voor De Croo zal besparen niet noodzakelijk leiden tot een diepere recessie. In De Tijd verklaart hij vandaag: “Er zijn genoeg mogelijkheden om te saneren zonder de economie in gevaar te brengen. Maar het is wel duidelijk dat het overheidsbeslag groot is en onze concurrentiepositie erop achteruit gaat. We moeten saneren, maar niet snijden in de spieren van onze economie. Dat is een moeilijk evenwicht, maar het kan.” Het milderen van de besparingen kan niet voor de liberale voorman.

De gevolgen van de liberale mantra van besparingen zien we vandaag in het zuiden van Europa. De Grieken hebben tot 40% van hun inkomen ingeleverd, de sociale zekerheid wordt er met de grond gelijk gemaakt en de openbare diensten volledig uitverkocht. Het resultaat is dat Griekenland nog dieper weg zakt. Ook in ons land heeft het besparingsbeleid negatieve gevolgen voor de economische groei. Toen de Nationale Bank haar groeiverwachting van 0,5% voor 2012 bekend maakte, werd er meteen aan toegevoegd dat dit cijfer nog geen rekening hield met de maatregelen die de nieuwe regering wil doorvoeren en dat het uiteindelijke cijfer bijgevolg lager dan de reeds erg beperkte 0,5% zal zijn. Met andere woorden: besparen leidt tot een verminderde economische groei. Als de regering in februari, met wat doorgesproken Europese druk, een begrotingscontrole en nieuwe besparingsronde zal doorvoeren, zal dit de economische groei verder naar beneden halen.

Ook in liberale kringen wordt de besparingslogica niet algemeen aanvaard. De liberale econoom Paul De Grauwe nam de verdediging van Magnette op. Hij schrijft in een opiniestuk in De Standaard: “Als een regering tijdens een recessie gedwongen wordt om minder uit te geven en meer belastingen te heffen, dan is het effect daarvan dat de recessie intenser wordt, waardoor de belastinginkomsten dalen. Het budgettaire tekort daalt dan nauwelijks, en de schuldratio (de verhouding overheidsschuld/bbp) stijgt omdat de noemer in die breuk daalt. Dit effect heeft het laatste jaar volop gespeeld in landen van de periferie van de eurozone die in het midden van een ernstige recessie gedwongen werden om hun budgettaire saneringen te intensifiëren. De budgettaire situatie en de schuldpositie van die landen is nu vergeleken met een jaar geleden slechter.”

De Grauwe meent dat de recepten van de Europese Commissie geen effect zullen hebben. Daarnaast brengt hij kritiek op de wijze waarop de onverkozen Commissie haar beleid oplegt. “Die structuur deugt niet omdat de Europese Commissie ingrijpende beslissingen neemt die nationale regeringen dwingen uitgaven te verminderen en belastingen te verhogen, terwijl ze de politieke kosten van deze beslissingen niet draagt. Die politieke kosten worden gedragen door de nationale regeringen en parlementen die ermee geconfronteerd worden door nationale kiezers. Dit onevenwicht zal er uiteindelijk toe bijdragen dat deze beslissingsstructuur niet zal functioneren, vooral wanneer ze leidt tot een conflict tussen de Europese Commissie en nationale regeringen.”

Kortom, het besparingsbeleid leidt tot sociale afbraak en de nationale regeringen worden daarop afgerekend door de kiezers die hun levensstandaard zien dalen. Door de Europese regels wordt het besparingsbeleid echter wettelijk opgelegd en is het niet mogelijk om daar een stemming over te houden. Het neoliberalisme is in de Europese Grondwet ingeschreven en dat kan niet op nationaal vlak in twijfel worden getrokken. We zijn het eens met deze kritiek op de Europese six-pack, maar we moeten uiteraard wel vaststellen dat de nationale partijen met die regel hebben ingestemd in het Europees Parlement. De verordening inzake de “preventie en correctie van macro-economische onevenwichten” (een van de zes teksten van het six-pack) werd bijvoorbeeld ook goedgekeurd door alle groene en sociaaldemocratische afgevaardigden.

Wij delen de kritiek van Magnette, Tobback en De Grauwe op het Europese besparingsbeleid. Maar we stellen tegelijk vast dat zij geen alternatieven aanbieden. Meer nog, vanuit hun regeringspositie en hun opstelling in het Europees Parlement zijn de partijen van Magnette en Tobback mee verantwoordelijk voor het beleid waar ze kritiek op leveren. Ze hebben het debat voorzichtig geopend, wellicht vooral uit electorale afwegingen. Zullen de vakbonden met een geslaagde nationale staking op 30 januari de deur open trekken en het debat ten gronde te voeren, ook over alternatieven op het besparingsbeleid?

0
    0
    Your Cart
    Your cart is emptyReturn to Shop