Your cart is currently empty!
Verkiezingen in Taiwan: Chen volledig afhankelijk van Bush. Interview met een Taiwanese socialist.
Naar aanleiding van de Taiwanese verkiezingen van 11 december spraken we met Huan Ding-wang, een socialistische activist uit Taiwan die in het buitenland leeft. We vroegen naar het belang van de verkiezingen en meer algemeen naar de politieke situatie in het land. Taiwan is een eiland voor de Chinese kust dat deel uitmaakte van China voor de revolutie waarbij de Communistische Partij in China aan de macht kwam. De Kwo-Ming Tan (burgerlijke partij) slaagde er daarbij enkel in om de macht te behouden in Taiwan, dat sindsdien een apart regime kende tegenover China dat echter nog steeds het eiland opeist als onderdeel van haar grondgebied.
Laurence Coates, Zweden
De betwisting rond Taiwain, dat aanzien wordt als een “afvallige provincie” van China door het ogenschijnlijk “communistische” regime in Peking, vormt één van de meest gevaarlijke twistpunten in Azië. Zowel China, de VS als Japan hebben hun belangen bij dit conflict, maar ook het belang van de computer-industrie van het land mag niet onderschat worden. President Chen Shui-ban, werd in maart nipt herverkozen en hoopt nu op een parlementaire meerderheid voor de Progressieve Democratische Partij (PDP) door eens te meer de “Chinese kaart” te spelen bij deze verkiezingen. De PDP is een burgerlijke partij gebaseerd op een neo-liberaal economisch programma en een populistisch standpunt over de Taiwanese onafhankelijkheid, althans wordt bij verkiezingen zo’n standpunt ingenomen. De oppositie van de Kwomingtang (KMT) heeft het land gedurende 40 jaar als een éénpartijstaat gedomineerd en heeft op dit ogenblik nog een parlementaire meerderheid waarmee het zich o.a. verzet tegen de plannen van de president om voor 18 miljard dollar hoogtechnologische wapens aan te kopen bij de VS.
LC: “In de aanloop naar de verkiezingen wordt druk gedebatteerd over de verhoudingen tussen Taiwan en China. Op een recente bijeenkomst met een delegatie die op bezoek was vanuit Mongolië, verwees president Chen naar het onafhankelijkheidsreferendum in dat land in 1990, waarbij hij stelde dat dit iets is waarvan Taiwan kan leren. Is hij ernstig als hij het over een referendum over onafhankelijkheid heeft?”
HD-W: “Hij zal slechts ernstig zijn op dat punt als de regering-Bush het hem toelaat. Het referendum dat eerder dit jaar gehouden werd [tegelijk met de presidentsverkiezingen van maart], was een deel van zijn verkiezingscampagne. De vraagstelling werd toen aangepast op vraag van de VS. De PDP-leiding wil referenda houden die betrekking hebben op de kwestie van onafhankelijkheid, maar Washington is tegen dat idee gekant. Onder Amerikaanse druk werd de vraagstelling als volgt aangepast: 1) zal Taiwain opnieuw onderhandelingen aanknopen met China? 2) Zal de regering wapens aankopen om Taiwan te verdedigen?
“De eerste vraag komt natuurlijk idioot over en Chen hoopte dat de meeste mensen ja zouden stemmen. Hij rekende erop dat het referendum de opkomst bij de verkiezingen zou verhogen. De tweede vraag was duidelijk ontworpen om Bush en de VS een plezier te gunnen in ruil voor hun toelating voor het referendum.
“De referenda faalden echter omdat aanhangers van de electorale alliantie geleid door de KMT weigerden om deel te nemen, waardoor er geen opkomst van 50% behaald werd bij het referendum.”
LC: Het lijkt paradoxaal dat de oude heersende partij, de KMT, vandaag een zachtere houding lijkt aan te nemen tegenover het regime in China dan president Chen en de PDP. Hoe komt dit?
HD-W: “De KMT is meer flexibel op het punt van de relaties met China, zo staat het open voor de mogelijkheid van direct transport en Taiwanese investeringen in China. De KMT heeft echter nooit gezegd dat Chinese arbeiders zouden mogen werken in Taiwan. De PDP zou eenzelfde standpunt innemen indien de Taiwanese industriële kapitalisten voldoende zouden aandringen. De PDP heeft zelfs de regelgeving voor investeringen op het vasteland gemakkelijker gemaakt. De regels waren strakker tijdens het regime van de KMT.
“De PDP houdt ervan om Peking te provoceren, maar dat gebeurt enkel verbaal. Zo wil de partij de steun behouden van de onafhankelijkheidsgezinde bevolking en daar de electorale vruchten van plukken. Het punt van de onafhankelijkheid of éénmaking in Taiwan, is een nationalistisch thema geworden met zelfs een racistische ondertoon. Er zijn Taiwanezen die zich uitspreken tegen China omdat het een arm “communistisch” land zou zijn, omdat de Chinezen mensen van “een lagere klasse” zijn en omdat Peking altijd tussenkomt in de diplomatieke zaken van Taiwan waardoor het land op vlak van internationale relaties enige problemen kent.
“De KMT lijkt zachter te zijn tegenover China omdat de partij geen verbale spelletjes speelt. De aarzelende houding van de partij tegenover Taiwanees nationalisme/racisme, leidt er wel toe dat de KMT de strijd van het populisme lijkt verloren te hebben.”
LC: Wat is de sociale basis van de PDP? Krijgt de partij enkel steun omwille van de kwestie van de verhoudingen met Peking?
HD-W: “De PDP werd opgericht door leiders van de burgerlijk-democratische beweging in Taiwan en kreeg de steun van een aantal arbeiders. De partij baseerde zich vooral op kleine middenstanders, industriële kapitalisten en uitoefeners van vrije beroepen.
“In de jaren 1980, voor de oprichting van de PDP, werden de meeste anti-KMT bewegingen geleid door burgerlijke politici (vooral advocaten) die allianties vormden met milieubewegingen, studentenbewegingen, bewegingen voor politieke hervormingen, arbeiders en boerenbewegingen. Op dat ogenblik was de Taiwanese onafhankelijkheid niet het belangrijkste thema en de meeste politici van de oppositie (tegen de KMT) gingen niet in op deze kwestie. Toen waren democratische eisen het dominante element op politiek vlak: het recht om oppositiepartijen te vormen, het recht om te betogen, vergaderingen te kunnen organiseren, een vrije media te hebben, vrije meningsuiting, hervorming van het parlement, directe presidentsverkiezingen,… Dat waren de thema’s voor de betogingen van boeren, arbeiders en studenten. Jammer genoeg zorgde de arbeidersklasse voor de basis van het verzet, maar werden de vruchten geplukt door burgerlijke politici.
“De kwestie van de relaties met Peking werden sindsdien wel een belangrijk thema. De meeste mensen zouden vandaag zeggen dat ze de PDP steunen omwille van hun afkeer voor het conservatisme van de KMT. Maar bij de twee nationale verkiezingscampagnes in 2004 wordt duidelijk dat de kwestie van de relaties met Peking het belangrijkste thema geworden is.”
LC: Hoe sterk is de steun onder de bevolking voor onafhankelijkheid, hereniging met China, of behoud van de huidige situatie?
HD-W: “De meningen over de onafhankelijkheid verschillen en er zijn verschillende vormen van onafhankelijkheid. De extremisten in het onafhankelijkheidskamp stellen dat de Taiwanezen een ander volk zijn dan de Chinezen. Zij zeggen dat de Taiwanese cultuur een andere cultuur is, dat de taal anders is en dat het land een nieuwe naam, grondwet, volkslied en vlag nodig heeft. Anderen zeggen dan weer dat Taiwan vandaag reeds een onafhankelijke staat is aangezien onafhankelijkheid hetzelfde is als niet geregeerd worden door een regering in Peking. Er zou een aanpassing van de oude grondwet nodig zijn om van Taiwan officieel een onafhankelijke natiestaat te maken. Het land zou bovendien moeten toetreden tot de VN en diplomatieke relaties aanknopen met andere landen.
“Volgens mij is een meerderheid van de bevolking voor het behoud van de huidige situatie. Inzake de relaties met het vasteland, is er verdeeldheid op het vlak van directe communicatie en investeringen. Slechts heel weinig mensen zouden voorstander zijn van een hereniging met China.”
LC: Het Chinese leger is de voorbije jaren sterk gemoderniseerd. Voordien werd door weinig analisten aangenomen dat China in staat was om een succesvolle militaire invasie van Taiwan te ondernemen. Is dat vandaag nog steeds zo?
HD-W: “Ik denk niet dat China de mogelijkheid heeft om vandaag een succesvolle invasie uit te voeren in de zin van een invasie waarbij niet de volledige infrastructuur vernietigd wordt. Ze hebben wel de mogelijkheid om alle transport te blokkeren en de economie van Taiwan te blokkeren. Taiwan heeft zich altijd gebaseerd op een mogelijke tussenkomst van de VS en Japan indien het tot een open militair conflict zou komen.”
LC: Bij de verwijten tussen de regeringen in Peking en Taipei, verklaarde de Taiwanese premier Yu Shyi-kun recent: “Als jullie Taipei en Kaoshing aanvallen [met raketten], zullen wij minstens Shanghai aanvallen.” Hoe werden die bedreigingen gezien in Taiwan? Is er een brede steun voor een “harde” houding tegenover Peking en een sterke nadruk op militaire uitgaven?
HD-W: “President Chen ontkende de bedreigingen en zei dat het standpunt van premier Yu te brutaal gesteld werd. De ultra-nationalisten verwelkomden de toespraak, maar de meerderheid van de bevolking niet. Yu wou zich kandidaat stellen bij de presidentsverkiezingen en zijn toespraak was erop gericht om zijn potentiële capaciteiten als nationale leider naar voor te brengen.”
LC: Er wordt gespeculeerd dat Chen een eigen agenda heeft: aandringen op een grondwetswijziging zodat Taiwan officieel onafhankelijk kan worden in 2008 als de Olympische Spelen in Peking gehouden worden – een ogenblik waarop het Chinese regime iedere militaire confrontatie wil vermijden. Hoe schat jij dat in?
HD-W: “De agenda is evident. De enige vraag is hoe sterk de intenties zijn. Chen was nooit een idealist, revolutionair of extremist. Hij is erg “pragmatisch”. Peking zou Washington vragen om tussen te komen indien Chen te ver zou gaan. Tot nu toe heeft Peking daarbij steeds aan het langste eind getrokken. Chen kan dus niets zonder toelating uit Washington.”
Lees meer over China: