Your cart is currently empty!
Besparingen algemeen aanvaard door traditionele partijen
Het afgelopen weekend van verkiezingscampagne werd gekenmerkt door één centraal thema: de besparingen na de verkiezingen. De traditionele politici zijn zich aan het opmaken om op onze kap te besparen zodat wij uiteindelijk de prijs van de crisis betalen. Opvallend is hoe eensgezind alle traditionele politici het zijn als het over de besparingen gaat. Het verbale tegengewicht van de PS gaat – zoals steeds – niet gepaard met daden.
De politici leken het allemaal roerend eens te zijn: er is na de verkiezingen geen enkele ruimte voor extra uitgaven. Europees Commissaris De Gucht, kandidaat voor de VLD in Oost-Vlaanderen, stelde dat iedere belofte die geld kost “een loze belofte” is. Die boodschap wordt door zowat iedereen aanvaard. Leterme verklaarde dat er effectief weinig ruimte is, maar riep toch op om vooral niet te panikeren. Als Leterme daar zo sterk op aandringt, begin je je af te vragen of er toch reden tot paniek is. Volgens De Gucht moet de komende drie jaar 10 miljard euro worden bespaard en de daaropvolgende drie jaar nog eens 10 miljard.
Oost-Vlaams CD&V-lijsttrekker De Crem zag een kans om naar de SP.a uit te halen. Die partij had een pensioenplan voorgesteld waarmee het 200 euro extra wou geven aan wie tot 65 jaar werkt. Met dat voorstel wordt de pensioenleeftijd niet opgetrokken, maar wordt wel nadruk gelegd op het feit dat we langer moeten werken. Voor de jongerenwerkloosheid heeft Vande Lanotte nog geen plan. De Crem stelde dat een extra uitgave van 200 euro niet kan. Volgens Vande Lanotte kan het wel omdat langer werken de staatskas voldoende oplevert. De logica van De Crem is evenwel een andere logica: langer werken niet aanmoedigen door meer te geven aan wie het doet, maar wel minder geven aan wie “te vroeg” stopt met werken. Dat is de neoliberale agenda die het ongetwijfeld uiteindelijk zal halen, ook met Vande Lanotte in de regering. Het is trouwens cynisch dat Vande Lanotte met zijn voorstel tot een nieuw Generatiepact met een andere naam naar de kiezer trekt, zijn partij werd daar in 2005 hard op aangerekend.
Leterme legde de verantwoordelijkheid ook bij de sociale partners. “De loononderhandelingen van dit najaar zijn cruciaal”, wist hij te melden. “Bij het vorige akkoord in 2008 was er nog ruimte voor een lastenverlaging voor de bedrijven en een loonsverhoging, maar nu moeten we een inspanning doen om te saneren.” Wie zal er dan moeten besparen? Als het van de liberalen afhangt alvast niet de bedrijven, die hebben lastenverlagingen nodig om te investeren. Dat liberale dogma heeft zich de afgelopen jaren niet gerealiseerd maar wordt toch steeds herhaald.
Als het van Leterme afhangt, komt er een besparingsoperatie met een salamitactiek: stukje per stukje afsnijden. “Paniek is niet aan de orde. De situatie in ons land is totaal niet vergelijkbaar met die in Griekenland of Spanje. Natuurlijk zal her en der gesaneerd moeten worden, maar voor de burgers zullen die besparingen draaglijk zijn. We gaan stap voor stap werken. Als we allemaal onze verantwoordelijkheid nemen, kunnen we eruit geraken op een goeie manier.” Kortom: er zal op onze kap bespaard worden.
De PS gaf even wat tegengas door nogmaals te wijzen op de notionele intrestaftrek die kan worden afgeschaft. Niet dat de PS daar ooit stappen toe heeft gezet toen het zelf in de regering zat die deze maatregel invoerde. De uithalen van de PS naar de notionele intrestaftrek komen met de regelmaat van een klok terug, het hoort bij het politieke decor van dit land maar het heeft geen concrete gevolgen. Ondanks onafgebroken PS-regeringsdeelname sinds 1988 is België stilaan een belastingparadijs voor multinationals geworden.
De 500 grootste bedrijven in ons land betaalden in 2001 gemiddeld 24,19% belastingen op hun fiscale winsten, in 2008 was dat nog 13,57%. De winsten stegen in dezelfde periode van 8,9 naar 24,7 miljard euro. Sommige grote bedrijven betalen zelfs geen belastingen. Anderen passen fiscale spitstechnologie toe om via ons land belastingen te ontduiken. Zo is er het voorbeeld van CVC Capital Partners, de aandeelhouder van De Post, dat meer dan 600 miljoen euro winst maakte door de beursgang van een textielbedrijf dat het had opgekocht in Australië. CVC betaalde nul cent belastingen op die winst door met een Belgische NV te werken, in ons land wordt geen belasting betaald op meerwaarden op aandelen. Zodra de winst werd gerealiseerd werd de NV ontbonden en vereffend waarbij de winst naar het Luxemburgse moederbedrijf verhuisde. Zo werd vermeden dat er roerende voorheffing moest worden betaald in ons land.
Dit soort feiten komt niet aan bod in de verkiezingscampagne. Voor de traditionele politici is er geen alternatief: wij moeten de crisis betalen. Dat diegenen die wel verantwoordelijk zijn voor de crisis intussen opnieuw grote winsten boeken en de speculatie gewoon verder zetten nadat ze gered werden door de gemeenschap, wordt niet in vraag gesteld. Dat zou goed zijn voor de economie, luidt het argument. Hoe goed de lastenverlagingen, fiscale cadeaus en andere patronale gunstmaatregelen wel zijn voor de economie hebben we de afgelopen maanden gezien: de werkloosheid nam toe en de gemeenschapskas werd geplunderd door de banken. Waarom zouden wij betalen voor een crisis die wij niet hebben veroorzaakt?