We publiceren een artikel dat eerst verscheen op de website van onze Duitse zusterpartij SAV. Sinds de publicatie ervan stelde de Turkse regering voor om het conflict “op te lossen”. Eerst haalde premier Erdogan (AKP) fors uit tegen de stakende arbeiders. Hij stelde dat er geen geld zou worden uitgegeven aan arbeiders die niets produceerden. Na het dreigement van de grootste vakbondsfederatie van het land, Turk-Is, om een algemene staking te organiseren, veranderde Erdogan het geweer van schouder en gaf hij de minister van financiën en werk opdracht om een oplossing te vinden voor het conflict.
12.000 arbeiders worden bedreigd om lager betaalde en tijdelijke jobs te moeten aanvaarden als gevolg van de beslissing van de regerende AKP om staatsbedrijven te privatiseren. TEKEL was voorheen een publiek tabaksbedrijf, maar werd verkocht aan BAT (British American Tobacco). De arbeiders van TEKEL zijn al enige tijd aan het staken. Europarlementslid Joe Higgins betuigde zijn steun aan de stakende arbeiders (zie dit artikel).
De arbeiders van TEKEL zetten hun strijd verder en eisen dat de vakbondsleiding overgaat tot het organiseren van een algemene staking. Na een bijeenkomst van zes vakbondsfederaties, werd aangekondigd dat er een algemene staking zou komen op 3 februari indien een gepland overleg met premier Erdogan op 28 januari niets opleverde.
De arbeiders van TEKEL voeren al meer dan 43 dagen actie. Daarmee protesteren ze tegen de gevolgen van de privatisering. Deze strijd is stilaan van historisch belang voor de Turkse arbeidersbeweging. De arbeiders nemen een vastberaden houding in, niet alleen tegenover de conservatieve regering maar ook tegenover de eigen vakbondsleiding.
De regering wil de veertig ophaalpunten voor tabaksbladeren en rauwe tabak sluiten. Het gaat om de ophaalpunten die nog in publieke handen zijn. De regering wil de arbeiders van de ophaalpunten overplaatsen naar andere sectoren. Hierdoor worden de 12.000 arbeiders bedreigd met de zogenaamde 4/C-status: fors inleveren op de lonen, het verlies van het recht op collectieve onderhandelingen, onzekere contracten van bepaalde duur,… De arbeiders worden gevraagd om te “kiezen” tussen deze voorwaarden en de werkloosheid. Maar ze kozen voor een derde optie: om te strijden tot hun eisen worden ingewilligd.
Een dergelijke vastberaden houding kwam de afgelopen twintig jaar niet meer voor in de Turkse arbeidersbeweging. Op 15 december kwamen arbeiders uit meer dan honderd provincies uit het hele land naar Ankara om aan te kloppen bij het hoofdkwartier van de heersende AKP. De arbeiders hadden hoop gevestigd in de partij, velen stemden al jaren voor de AKP en dachten dat er naar hun standpunt zou worden geluisterd. Het duurde niet lang om te beseffen dat de partij niet zou luisteren. Het is een illusie te denken dat de AKP de belangen voor de arbeiders en gewone mensen zou verdedigen. De arbeiders werden verwelkomd door politiematrakken, traangas en het waterkanon. Premier Erdogan toonde zijn ware gelaat toen hij de arbeiders verweet dat ze lui waren en niet wilden werken. Dat heeft de vastberadenheid van de arbeiders om de strijd aan te gaan enkel versterkt. Ze kondigden aan dat ze in Ankara zouden blijven om de strijd verder te zetten.
Algemene staking en de rol van de vakbondsleiding
De arbeiders eisten een algemene staking. De vakbondsleiding van de federatie TURK-IS en de meer conservatieve vakbond TEK GIDA IS, de bonden waarin de meeste TEKEL-arbeiders zijn georganiseerd, probeerden om met de regering te onderhandelen om een verdere radicalisering van de strijd te voorkomen. De verzoenende opstelling van de vakbondsleiding en het gebrek aan consistente steun, leidde tot heel wat wantrouwen onder de arbeiders. Ze maakten meteen duidelijk dat er niet zou ingestemd worden met een flauw compromis.
De woede van de stakende arbeiders tegenover de vakbondsleiding bereikte een hoogtepunt op 17 januari op een betoging van zowat 100.000 mensen in Ankara. TURK-IS voorzitter Mustafa Kumlu had het in zijn toespraak niet over de staking van de TEKEL-arbeiders en ook niet over een algemene staking, hierop probeerde een groep TEKEL-arbeiders om het podium te bezetten en eisten ze dat Kumlu zich zou uitspreken voor een algemene staking. Tegelijk begonnen de betogers slogans te roepen als “algemene staking”. Pas een half uur later, na de belofte van de voorzitter van HARB-IS dat er een algemene staking zou komen, werd de actie op de betoging stopgezet. Na enorme druk van onderuit besloten zes vakbondsfederaties (TURK-IS, HAK-IS, DISK, MEMUR-SEN, KAMU-SEN, KESK) op 26 januari om tot een algemene staking over te gaan op 3 februari indien een onderhoud met Erdogan geen resultaat opleverde.
Solidariteit
De Koerdische en Turkse arbeiders van TEKEL hebben dagenlang hun tenten opgeslagen in Ankara waar het bijzonder koud was met sneeuw en regen. Ze kregen enorm veel respect en steun van de gewone bevolking in heel het land. Andere arbeiders, zoals de brandweermannen uit Istanboel of het spoorpersoneel, betuigden hun solidariteit doorheen verklaringen maar ook met concrete acties waarbij stakingsacties werden aangekondigd. Scholieren, studenten, leraars en sociale organisaties toonden ook hun solidariteit. Aanvankelijk probeerden de oppositiepartijen zoals het nationalistische MHP en de Kemalistische CHP om de strijd te gebruiken tegen de AKP. Maar naarmate de strijd radicaliseerde, verdwenen die partijen.
Het belang van de strijd bij TEKEL
De arbeiders van TEKEL hebben nog niet gewonnen, maar ze hebben wel al voor verandering gezorgd. De Turkse kapitalisten zijn opnieuw bang van de arbeidersklasse. In de komende maanden zullen er ongetwijfeld nog strijdbewegingen zijn tegen privatiseringen, ontslagen, armoede en miserie. Deze strijd zal meer vastberaden en radicaler zijn als voor deze stakingsactie. Het zal niet langer een strijd zijn tegen de gevolgen van de privatiseringen, maar tegen de privatiseringen op zich.
Deze staking heeft het ware gelaat van de regering getoond aan bredere lagen. Dit doet de steun voor de AKP geen goed. De arbeiders hebben ook aangetoond hoe ze een enorme steun kunnen opbouwen zonder veel steun van de vakbondsleiding. Die steun heeft de leiding onder druk gezet. De discussies van de afgelopen veertig dagen heeft ook duidelijkheid gebracht over het bewustzijn van de arbeiders. Veel arbeiders gingen jarenlang mee in de nationalistische, anti-Koerdische en anti-socialistische retoriek van de regering en de staat. Nu botste hun eigen ervaring met die retoriek, terwijl ze in de staking samen streden met hun Koerdische collega’s en veel steun kregen van socialistische activisten. Dat maakt duidelijk dat strijd de ontwikkeling van een politiek en klassenbewustzijn kan versnellen.
Deze strijd brengt ook een les voor de nationale kwestie. Een zogenaamde “Koerdische” of “democratische ontwikkeling” zoals de regering naar voor brengt als antwoord op de Koerdische nationale kwestie, zal niets oplossen indien het van bovenaf wordt opgelegd. Een oplossing voor de nationale kwestie zal er pas komen indien het van onderuit wordt gevestigd door de Turkse en Koerdische arbeiders en arme boeren.
Update
Na urenlang onderhandelen op maandag werd geen akkoord bereikt. De vakbondsleiding kondigde aan dat het onderling overleg houdt om te zien wat zal worden gedaan met de stakingsoproep van 3 februari.