Your cart is currently empty!
Chinese hervormingen erger dan “schoktherapie” in Oost-Europa
Volgens een aantal onderzoekers zijn de hervormingen van de heersende “communistische” partij in China in veel gevallen erger dan de zogenaamde “schoktherapie” die door het IMF en de Wereldbank werd opgelegd in Oost-Europa en de voormalige Sovjetunie in de jaren 1990.
Laurence Coates vanuit Hong Kong
Dat standpunt wordt ondersteund door een erg gedocumenteerd onderzoek onder leiding van Dale Wen. Hij stelde zijn onderzoek voor op een druk bijgewoonde publieke meeting in Hong Kong.
“De beweerde bestrijding van armoede in China is enorm misleidend”, stelde Dale Wen bij de voorstelling van haar rapport “Hoe China de globalisering aanpakt”. “In de periode voor de hervormingen (dit is de periode van de gebureaucratiseerde geplande economie van Mao), werden gezondheidszorg, onderwijs en sociale diensten niet opgenomen in de cijfers van het BNP. De mensen hebben vandaag misschien meer geld, maar nooit voorheen hadden zo weinig mensen geen toegang tot gezondheidszorg en onderwijs.”
De gevolgen hiervan zijn enorm. De stellingen van internationale instellingen zoals de Wereldbank of de Wereldhandelsorganisatie over de globale bestrijding van armoede zijn immers grotendeels gebaseerd op de beweerde vooruitgang in China de afgelopen 20 jaar. Als de Chinese statistieken in vraag worden gesteld, wordt duidelijk dat de beweerde armoedebestrijding een enorme overdrijving is en niet op de werkelijkheid is gestoeld.
Om haar standpunt te onderbouwen heeft de auteur van het rapport een hele berg aan officiële statistieken bestudeerd. In de jaren 1970 slaagde 70% van de kinderen in landelijke gebieden (waar twee derden van de bevolking leeft) om het middelbaar onderwijs af te werken. Eind jaren 1990 was dat cijfer gedaald tot zo’n 10%. Het onderwijs in de landelijke gebieden is in staat van ontbinding nadat komaf werd gemaakt met het gratis onderwijs. Nu wordt het onderwijs zodanig duur dat velen dit niet meer kunnen betalen. Veel jongeren vanop het platteland moeten daarom naar de steden trekken om er het industrieel leger te vervoegen.
Die migrante arbeiders werken gemakkelijk tot 7 dagen per week en 12 uur per dag voor een schandalig laag loon. “Er zijn zelfs quota’s voor toiletbezoeken: 20 bezoeken per maand zijn toegelaten voor een maximum van 100 minuten per maand. Zoniet wordt de arbeider ontslagen.”
Buitenlandse bedrijven hebben enorme privileges in China door de lage belastingen en heel wat andere financiële aanmoedigingen. Volgens Wen betekent dit in de praktijk dat de Chinese overheidsbedrijven twee tot drie keer zoveel belastingen betalen als de buitenlandse bedrijven. In een voorbeeld dat werd aangehaald, betaalde een overheidsbedrijf 86% belastingen op haar winsten. “Hoe zou Microsoft presteren indien het op een dergelijke manier zou belast worden?”, vroeg Wen zig af. Deze elementen maken komaf met de mythe, die ook gedeeld wordt door linkse aanhangers van het Chinese ‘model’, dat de Chinese overheidssector een scherpe controle heeft over het buitenlands en privaat kapitaal in het land.
Eén van de meest schokkende elementen bij het kapitalistisch herstel in China zijn de gevolgen voor de gezondheidszorg. In 1978 stelde de Wereldgezondheidsorganisatie in een rapport dat China een voorbeeld was voor de rest van de wereld. Sinds de hervormingen, is er echter een terugval naar één van de slechtste gezondheidsstelsels ter wereld (China eindigde 4de laatste bij een onderzoek van 191 landen door de Wereldgezondheidsorganisatie in 2005).
“China is een marktleider op het vlak van privatisering van de gezondheidszorg”, stelde Wen op de meeting. De levensverwachting staat nu op 78 jaar, hetzelfde niveau als in de ontwikkelde landen. Maar onder de 800 miljoen boeren is de levensverwachting slechts 66 jaar, 12 jaar minder! Dit is lager dan het landelijk gemiddelde 30 jaar geleden.
Wen gaf twee belangrijke redenen voor deze enorme verschuiving van rijkdom en macht van de armen naar de rijken. Ten eerste waren er de sociale maatregelen die werden doorgevoerd door de Chinese Communistische Partij (CCP) voor de hervormingen, toen nadruk lag op een “egalitair beleid”. Ten tweede werden de hervormingen doorgevoerd onder de vermomming van “socialisme met Chinese kenmerken”, waarbij weinigen beseften dat dit zou leiden tot het neoliberalisme dat we vandaag zien in China. “Dit was wellicht niet de bedoeling van Deng Xiaoping”, stelde Wen.
“Voor 1992 werd een ander model gebruikt, dat van Zuid-Korea en de Aziatische Tijgers.” De Chinese regering controleerde het buitenlands kapitaal en de private sector was aan scherpe regels onderworpen. Dit is sinds 1992 enorm veranderd en omgetoverd in radicale “hervormingen”. Volgens een aantal “nieuw-linkse” intellectuelen in Peking, waren de hervormingen na 1992 zelfs “meer radicaal dan een schoktherapie”.
De gevolgen van de herintrede van het kapitalisme worden erg sterk gevoeld door vrouwen. Het opbreken van de landelijke communes van Mao zorgde ervoor dat de boeren contracten moesten sluiten om landbouwgrond te verkrijgen. Dit leidt volgens Wen tot het “herinvoeren van een patriarchaal systeem.”
“Dit was een belangrijke stap achteruit voor vrouwen. Het is geen toeval dat jonge vrouwen de eersten zijn die de dorpen verlaten. Er is daar geen toekomst voor hen. Zelfs indien er vroeger in de praktijk geen gelijk loon was, zien we nu geen verbetering maar een ontwikkeling in de andere richting. Er zijn volgens regeringscijfers 6 miljoen prostituees in China.”
Vrouwelijke arbeiders worden hard getroffen door het aanpakken van de overheidssector. Dubbel zoveel vrouwen als mannen hebben hun job verloren. De totale tewerkstelling in de overheidsbedrijven daalde van 110 miljoen in 1995 tot 66 miljoen in 2002.
Ik volg de gebeurtenissen in China van nabij, maar was toch bijzonder sterk onder de indruk van de presentatie van Dale Wen. Haar rapport telt 48 pagina’s en is beschikbaar bij het Internationaal Forum over Globalisering (IFG). Dat document is een must voor wie wil begrijpen wat er aan het gebeuren is in China. De vader van de auteur van het rapport was één van de eerste luchtvaartwetenschappers in China en erg prominent. Dat geeft aan dat er in alle lagen van de bevolking vragen worden gesteld, zelfs onder intellectuelen. Dat wil echter niet zeggen dat het rapport enige richting aangeeft voor de toekomst. De auteur heeft het over de nood aan een “nieuw model”, maar legt dit niet verder uit. Wie opkomt voor democratische rechten en onafhankelijke vakbonden in China en voor een wereldwijd socialistisch alternatief, biedt het rapport echter belangrijke argumenten.
Het rapport van Dale Wen noemt “China Copes with Globalisation” en kan worden gedownload op www.ifg.org. Hier vind je het in pdf-versie.