Verzet tegen besparingen en voor jobbehoud organiseren!

Pamflet ‘Rode Wapper’ van LSP-Antwerpen. PDF

2012 eindigde zoals het begon: besparingen, aanvallen op onze verworvenheden, jobverlies en fabriekssluitingen met als triest hoogtepunt Ford Genk. De begrotingsmaatregelen voor 2012 zorgden ervoor dat we met zijn allen langer moeten werken en werklozen harder gestraft worden omdat er geen werk is.

2013 gaat verder op dit elan. De regering Di Rupo legde voor de komende jaren onder meer een loonstop op en kondigde verdere besparingen aan. Voor werkgevers blijkbaar nog niet genoeg, zij schreeuwen moord en brand over onze zogenaamde loonhandicap, de te dure sociale zekerheid en overheid …

Maar 2012 begon ook met een algemene staking tegen de besparingen, het zal erop aankomen de draad terug op te pikken en het verzet te organiseren tegen de besparingslogica. Of laten we toe dat ze op onze kap besparen tot we allemaal arm zijn?

Di Rupo klopt zich op de borst, zijn regering is goed bezig. Het is maar hoe je het bekijkt. Een op de zes leeft in armoede, het afgelopen jaar nam de Vlaamse jongerenwerkloosheid met 17% toe, de werkloosheid in de provincie Antwerpen nam met 10,5% toe. Op een jaar tijd kwamen er in de stad Antwerpen alleen 1.000 jonge werklozen bij, de werkloosheidsgraad onder -25-jarigen bedraagt nu 27,59%!

De besparingen maken het voor jongeren steeds moeilijker om een toekomst uit te bouwen. En tegelijk wordt ons sociaal model onder vuur genomen, terwijl de index, sociale voorzieningen, uitkeringen of het systeem van tijdelijke werkloosheid er net voor zorgden dat we de ergste klappen van de crisis nog konden vermijden.

Daar gaan de openbare diensten, hier komen de hamburgerjobs!

De werkgevers kregen de afgelopen jaren miljarden aan subsidies en lastenverlagingen. Grote bedrijven betalen nog amper belastingen. Toch blijven ze klagen dat wij te duur zouden zijn. Uit de sociaal-economische barometer van het ABVV blijkt echter dat België amper tot geen competitiviteit heeft verloren tegenover de rest van de Eurozone.

Enkel Duitsland doet het beter, waardoor meteen het Duitse model wordt gepredikt. Dat model houdt in dat 5 miljoen Duitsers (meer dan 10% van de werkenden!) minder dan 400 euro per maand verdient. Eén op vijf verdient minder dan 10 euro bruto per uur, in ons land is dat 6,4%. Een kwart van alle Duitse jobs zijn precair (onzeker). De term ‘hamburgerjobs’ verwijst niet alleen meer naar de arbeidsvoorwaarden bij fastfoodbedrijven, het maakt ook de geografische verwijzing waar.

Terwijl de overheidsuitgaven aan sociale bescherming in Europa gemiddeld 19,9% bedragen (cijfers van 2010), is dat in ons land slechts 19,3%. In Duitsland is het 20,3%. Hierover horen we VBO, VOKA, Unizo en de traditionele partijen nooit iets zeggen. Dat het patronaat gemiddeld nog 15% vennootschapsbelasting betaalt door allerhande lastenverlagingen vinden ze evenmin problematisch. Maar dat ons loon aan de stijgende prijzen wordt aangepast, dat is pas een probleem…

Naast de afbouw van onze loonsvoorwaarden – de regering wil de lonen jarenlang bevriezen – worden ook de openbare diensten verder uitgekleed. Op federaal niveau verdwenen vorig jaar al ongeveer 2.000 jobs bij de ambtenaren, vooral de dienst financiën wordt geraakt (nu de bedrijven toch geen belastingen meer moeten betalen, heeft die dienst blijkbaar minder volk nodig…).

Staatssecretaris Bogaert bespaart op vergoedingen voor overuren en shiftpremies, voor de cipiers wil hij een arbeidsduurverlenging van 36 naar 38 uur per week – dat er van 36,5 naar 36 uur werd gegaan als compensatie voor de overbevolking van de gevangenissen leek de staatssecretaris zelfs niet te weten.

De hervorming van de NMBS zet het statuut van het spoorpersoneel op de helling en vergroot de dreiging van verdere liberaliseringen en privatiseringen. Bij het geliberaliseerde internationale reizigersverkeer zien we met de Fyra wat dit betekent op vlak van dienstverlening.

Naast de federale besparingen zullen er ook op regionaal en lokaal vlak besparingen volgen. Zo wil De Wever in Antwerpen op zowat iedere stedelijke openbare dienst besparen (behalve de politie en de GAS-ambtenaren).

Eengemaakt verzet tegen besparingslogica nodig

ABVV-voorzitter De Leeuw heeft gelijk als hij zegt dat een loonblokkering van twee en misschien zelfs zes jaar onaanvaardbaar is en dat er in dat kader geen interprofessioneel akkoord mogelijk is. Ook is het niet aan de vakbonden om aanvallen op het bediendenstatuut voor te stellen of hoe er meer flexibiliteit kan opgelegd worden. Enkel neen zeggen, zal echter niet volstaan.

De ambtenarenbonden geven deze keer het voorbeeld met een betoging op 7 februari. Als we het jobverlies en de besparingen willen stoppen, moeten we het verzet organiseren. Bedrijf per bedrijf zijn we op voorhand verloren. Er is nood aan een nationaal actieplan.

Regering en patronaat zetten alle wapens in om ons verzet te bestrijden. Bij Ford Genk zien we daar voorbeelden van: politie, rechters, deurwaarders,… worden ingezet en de directie komt ermee weg omdat het verdeel-en-heersspel ingang vond bij de vakbondsleiding.

Een actieplan met een informatie- en sensibiliseringcampagne met onder meer personeelsvergaderingen in de bedrijven kan een belangrijke stap zijn om tot eengemaakt verzet tegen de afdankingen, besparingen en afbouw van onze verworvenheden te komen.

Ook politieke oppositie nodig

De Linkse Socialistische Partij schaart zich al jarenlang consequent aan de zijde van de werkenden en hun gezinnen. Dat zullen we ook in 2013 blijven doen – het zal immers nodig zijn! We zijn uiteraard voorstander van een consequent, strijdbaar en georganiseerd syndicaal verzet, maar dat zal op zich niet volstaan.

De traditionele partijen – inclusief Vlaamse en Franstalige ‘socialisten’ – hebben immers vrij spel om de afbraak van onze levensstandaard te organiseren. Daarom pleiten we ook voor een eengemaakte linkse politieke oppositie die de belangen van de werkende bevolking vertegenwoordigt.

0
    0
    Your Cart
    Your cart is emptyReturn to Shop