Your cart is currently empty!
Tag: actieplan 2016
-
Staking 24 juni: ongenoegen mobiliseren naar 29 september en 7 oktober!
Hieronder het LSP-pamflet dat morgen op ruim 100 piketten en militantenconcentraties doorheen het land zal verspreid worden door onze militanten. PDF van dit pamflet
[divider]
24 juni – om de regering en heel het besparingsbeleid weg te krijgen:
Het ongenoegen mobiliseren naar 29 september en 7 oktober!
Dit piket is één van de duizenden die vandaag de speerpunt vormen van het verzet tegen de rechtse regering-Michel. Het is slechts de meest zichtbare uitdrukking van het enorme ongenoegen over haar onevenwichtig beleid. Achter ieder piket staat een veelvoud aan werknemers die eveneens staken, maar thuis bleven. En daarachter staat een nog grotere groep die wel kwaad of ongerust is, maar om een of andere reden niet kan of nog niet wil meestaken.Ons werk is met dit piket dus nog niet af. Vanaf morgen gaat de strijd door om collega’s die er vandaag nog niet bij zijn, bij de les te houden zodat ze ook de volgende afspraak niet missen. De eerstvolgende grote mobilisatie in het kader van het nieuwe actieplan van de vakbonden is 29 september. Mits een goede voorbereiding moet opnieuw een massabetoging in Brussel met 150.000+ mogelijk zijn. Als we daarin slagen, mag je gerust zijn dat de regering, het patronaat en de grote persgroepen even van hun melk zullen zijn. We kunnen hen dan op 7 oktober en de dagen die daarop volgen volledig wegstaken. Dan is het immers niet enkel het ABVV en enkele Franstalige centrales van het ACV, maar iedereen samen die het werk zal neerleggen.
131 stakingsdagen/1000 werknemers
Het is nu officieel. Sinds het aantreden van Michel telde men tot einde 2015 op jaarbasis 131 stakingsdagen per 1000 werknemers. We moeten al 20 jaar terug om een regering (Dehaene I) te vinden die meer stakingen heeft uitgelokt. Dat is ook logisch. De regering heeft zich aan het hoofd gezet van een extremistisch neoliberaal offensief van sociale afbraak, en dat terwijl de rijken meer dan ooit gepamperd worden. Besparen om te investeren? Dat de bedrijven de 62 miljard die ze in 2014 naar Luxemburg versluisden terug halen, bij ons is de maat vol.
Hoe vol? Zo vol dat heel wat werknemers niet konden wachten op het actieplan. Wie de grote media volgt, zou de indruk krijgen dat veel bedrijven bij de aanwerving selecteren op een genetische afwijking waardoor werknemers voortdurend in actie gaan: HR-Rail, Bpost, scheepsloodsen, luchtverkeersleiders, bagageafhandelaars, penitentiaire agenten, sociale werkers, buschauffeurs, vuilnismannen, … Michel zegt dat zijn regering ‘het DNA van de Belgische werknemer wil veranderen’, maar de stakingen hebben niets met genetica te maken.
Staken zit niet in ons DNA, maar komt door de ondraaglijke arbeidscondities
Ze zijn integendeel het gevolg van de voortdurende druk die gezet wordt op de arbeidscondities en onze leefomgeving. Die druk wordt ook in andere sectoren en in heel de maatschappij stilaan ondraaglijk. In onze volgende krant ‘de Linkse Socialist’ komen enkele recente stakers aan het woord. De traditionele media slaan ons vooral om de oren met de hinder die stakers teweeg zouden brengen. Ze spreken over een stakingsvirus, te bestrijden door het stakingsrecht aan banden te leggen. Wij gaan integendeel op zoek naar de diepere oorzaken en we zijn ervan overtuigd dat als de militanten in de bedrijven dat zouden toelichten, op personeelsvergaderingen en in pamfletten, de opinie snel gekeerd kan worden. Waarom die interviews niet uitknippen en op het syndicaal bord hangen?
LSP is zeer vakbondsgezind. Veel van onze militanten en sympathisanten zijn gewaardeerde syndicalisten. Dat werd bevestigd in de resultaten van de sociale verkiezingen. We roepen iedereen op om zich actief in te zetten in de vakbonden. Maar als mondige militanten willen we ook enkele tekortkomingen ter discussie stellen. Sommige vakbondsleiders gaan de strijd om de publieke opinie niet aan, maar bezwijken ervoor. Ze willen kost wat kost akkoorden sluiten en verliezen daardoor soms de druk uit het oog die wij in de bedrijven moeten ondergaan. Nog erger wordt het als die akkoorden beklonken worden zonder dat de werknemers zelf naar hun mening gevraagd werd. De baronnen die zonder inspraak van de basis het vakbondsfront op springen zetten of erger nog, communautaire verdeeldheid van bovenaf inspuiten in de beweging, zijn we met velen grondig moe.
We begrijpen dat er met afgevaardigden, vertegenwoordigers en gemandateerden gewerkt moet worden, maar dat mag niet misbruikt worden om de leden af te schermen van informatie en de vrijheid van debat en netwerken aan banden te leggen. De arbeidersbeweging is geen leger dat op bevel van generaals aangevuurd en teruggetrokken wil worden. Het is een maatschappelijke klasse, waarin diverse opinies via democratisch debat tot een gemeenschappelijk standpunt omgesmeed worden. Op sommige plaatsen worden personeelsvergaderingen gehouden, in een aantal gewesten af en toe een militantenvergadering, maar dat gebeurt te weinig en is dikwijls louter informatief zonder echt debat.
De regering doen vallen…
Voor veel werknemers is het intussen overduidelijk: deze regering zal niet toegeven, want dan zou ze haar bestaansreden verliezen. Het enige dat erop zit, is ze ten val te brengen. Maar wat in de plaats? De sociaaldemocratie en de groenen verkiezen dat de regering haar termijn vol maakt en intussen zoveel mogelijk vuil werk opknapt. In Frankrijk zitten hun zusterpartijen immers aan het roer. Ze voeren krak hetzelfde afbraakbeleid als Michel en wekken niet minder weerstand op.
De PVDA/PTB, in het parlement de enige echt linkse oppositiepartij, blijft herhalen dat we de regering niet moeten laten vallen. Een regering die aantreedt nadat haar voorganger door sociale strijd gevallen is, zou nochtans ongeacht haar samenstelling flink gas moeten terugnemen. De PVDA wil daarentegen Michel doen inbinden in afwachting van ‘een volksfront’ met SP.a en Groen binnen 10 à 15 jaar. LSP begrijpt het verlangen naar linkse eenheid, maar wel om te breken met de besparingspolitiek, niet om het verzet in te tomen of om zoals Hollande of Tsipras een rechts beleid te voeren. Bovendien hebben de arbeiders zoveel tijd niet. Tegen 2018 moet de regering nog 8 à 9 miljard vinden om haar begroting op orde te krijgen. Ze zal nog deze zomer opnieuw met pijnlijke sociale afbraak uitpakken en als ze overeind blijft, zal ze de wet-Peeters gewoon doorvoeren. Zelfs een nieuwe indexsprong is niet langer uit te sluiten.
… vereist een alternatief
Zo lijkt het wel of de arbeidersbeweging voor de komende 10 jaar geen alternatief heeft op het programma van rechts, van steeds meer competitiviteit. Dat is er nochtans wel: een samenleving gebaseerd op solidariteit, maar het wordt bijna niet bediscussieerd en uitgewerkt. Het zal zeker arbeidsduurverkorting zonder loonverlies, het volledige herstel van de index, de verdediging en het optrekken van de pensioenen, herstel van brugpensioenen en alle uitkeringen moeten bevatten. Dat opleggen vereist geen front, maar juist een breuk van de Belgische vakbonden met hun traditionele ‘partners’ en een kordaat politiek initiatief dat open staat voor nieuwe sociale bewegingen, de PVDA en andere krachten van radicaal links, ook LSP.
Wij zijn ervan overtuigd dat een dergelijk initiatief een verpletterend enthousiasme kan opwekken. We weten niet hoe ver ze uiteindelijk zullen gaan, maar de campagne van Sanders in de VS, de verkiezing van Corbyn als voorzitter van Labour in Groot-Brittanië en de samenwerking van Podemos en Verenigd Links in Spanje, hebben op korte tijd het politieke landschap hertekend. Als de arbeidersbeweging echter geen alternatief biedt, dan zullen rechtse populisten en extreemrechts, zoals in Oostenrijk, het ongenoegen aanwenden om zich te versterken. Peilingen wijzen nu al op een terugkeer van het Vlaams Belang.
Wil je daarop niet wachten, maar helpen bouwen aan een solidaire, echt democratische en socialistische maatschappij, niet alleen in woorden of ergens in een verre toekomst, maar vanaf vandaag? Sluit aan bij LSP.
-
Brussel: vakbondsactie tegen pensioenhervorming
Vandaag kwamen enkele honderden militanten van ACOD samen op het Fontainasplein in Brussel, voor de lokalen van het ABVV. Van daar trokken ze naar de kantoren van minister van Pensioenen Daniel Bacquelaine (MR).
De betogers spraken zich uit tegen de pensioenvoorstellen van de regering-Michel. Maar de woede was breder dan dat, het ging over het volledige asociale beleid van deze rechtse regering.
De volgende afspraak is er komende vrijdag al met de stakingsoproep van het ABVV die langs Franstalige kant ook gevolgd wordt door enkele centrales van het ACV.
Ons pamflet hierover: “Mobiliseer mee voor de staking van 24 juni”
-
Van ongenoegen tot massabeweging – de strijd tegen ‘Thatcher in België’
Met een actieplan dat opbouwt naar een algemene staking op 7 oktober weten we wat ons de komende maanden te doen staat: het ongenoegen op de werkvloer maar ook daarbuiten zoveel mogelijk omzetten in een actieve beweging waarmee we de regering doen vallen. Het eerste actieplan in 2014 toonde het potentieel: we deden de regering wankelen en zetten onze bekommernissen op de agenda van de publieke opinie. Maar toen viel het stil en kon de Thatcheriaanse regering overeind kruipen waarna nieuwe aanvallen volgden. Deze regering moeten we stoppen; ze uitzitten is onverantwoord voor onze levensstandaard.dossier door Geert Cool uit maandblad ‘De Linkse Socialist’
Actieplan van 2014 toonde het potentieel
Nog voor het aantreden van de rechtse regering in 2014 was er protest. Wat er zou komen was immers al duidelijk met de maatregelen van de gelijkaardig samengestelde Vlaamse regering. Die kondigde in de zomer van 2014 onder meer een forse verhoging van de inschrijvingsgelden voor het hoger onderwijs aan naast verhogingen van de zorgpremie en extra besparingen. Tegen de federale regering-in-vorming was er op 23 september 2014 een eerste militantenconcentratie met 7.000 aanwezigen in Brussel. Toen al was er sprake van een indexsprong, aanvallen op pensioenen en afbouw van het stakingsrecht. We zouden een ander type van regering krijgen, de slogan ‘Geen Thatcher in België’ vond gretig ingang op de militantenconcentratie.
In het pamflet dat wij verdeelden op 23 september deden we volgende voorstellen voor de strijd: “Waarom geen informatiecampagne, met degelijke argumentatie, pamfletten en affiches om collega’s op de werkvloer aan te spreken en te motiveren. Liefst met een concreet ordewoord zodat we gezamenlijk reageren en niet alle richtingen tegelijk uitgaan. Dat kan een nationale betoging of meerdere provinciale betogingen en meetings zijn om de strijdvaardigheid te meten. We kunnen er algemene vergaderingen tijdens de werkuren op de werkvloer aankondigen. Daar kan dan een actieplan ter discussie worden voorgelegd, met provinciale beurtstakingen en betogingen die uitmonden in een nationale 24- of 48-urenstaking. Als de regering tegen dan nog niet toegegeven heeft of gevallen is, kan een week later op algemene vergaderingen op de werkvloer de idee van een dagelijks hernieuwbare staking worden voorgelegd, gestemd en georganiseerd.”
Er kwam effectief een nationale betoging op 6 november, gevolgd door provinciale stakingen op 24 november, 1 december en 8 december om een hoogtepunt te kennen met de algemene staking van 15 december 2014. Waar er personeelsvergaderingen gehouden werden, versterkte dit de strijd. Maar het bleef beperkt tot enkele werkplaatsen. Het initiatief bleef grotendeels in handen van de vakbondsleidingen, wat het mogelijk maakte om begin 2015 de beweging stil te leggen. Dit gebeurde niet zonder moeite.
Een wel erg nipte meerderheid in de ACV-Raad van 10 februari – 49% voor, 45% tegen, 6% onthouding – stemde voor het loonakkoord met een marge van maximaal 0,8%, maar met behoud van de indexsprong. Er werd hoop gevestigd in het overleg, onder meer in het kader van een tax shift die voor eerlijker fiscaliteit moest zorgen. Die tax shift werd echter een nieuwe aanval op onze koopkracht en een nieuw cadeau aan de grote bedrijven. Het overleg leverde niets op en als er al een kleinigheid dreigde afgedwongen te worden via het overleg, schoof de regering dit meermaals gewoon aan de kant, denk maar aan de correcties voor de eindeloopbaan of de beschikbaarheid van oudere werklozen. Voor harde aanvallen als de afschaffing van de 38-urenweek en het overloon, werd zelfs geen sociaal overleg meer georganiseerd. Ondertussen werden de acties in de eerste maanden van 2015 beperkt tot ‘thematische’ acties zonder perspectief of enthousiasme.
Het einde van het eerste actieplan in 2014 was ontgoochelend voor veel militanten. Maar we mogen de positieve elementen ervan niet vergeten: het opbouwend karakter van de acties waarmee we onze krachten versterkten, de offensieve acties waarmee we ook andere lagen meetrokken en de publieke opinie aan onze kant kregen, het feit dat we met onze acties de regering konden doen wankelen. Velen zagen het potentieel van deze beweging, waardoor de ontgoocheling door het niet realiseren ervan groter was.
Een nieuw actieplan vertrekt vandaag van de ervaringen en verworvenheden van het actieplan in 2014. De basis van de vakbonden is groter geworden, het recordaantal kandidaten bij de sociale verkiezingen (132.750!) bevestigt dit. Dit zijn meer kandidaten dan in 1979, na de eerste protestgolf tegen de aanzetten tot neoliberaal besparingsbeleid met onder meer de vrijdagstakingen van 1977 tegen de rooms-blauwe regering Tindemans-De Clercq die onder druk van het protest viel. Daarna duurde het tot 1981 vooraleer een nieuwe rechtse regering de neoliberale draad terug oppikte. Sindsdien zijn heel wat industriële bastions verdwenen, maar toch waren er dit jaar meer kandidaten bij de sociale verkiezingen. Ook blijkt de betrokkenheid bij de vakbonden groter te zijn, zo stelt een studie van interimkantoor Randstad dat 53% van de werknemers zich vandaag sterk betrokken voelt bij de vakbond, tegenover 44% bij de vorige sociale verkiezingen in 2012. Ook dit is het resultaat van het opbouwend karakter van het actieplan in 2014.
Daarnaast kunnen we vandaag verder bouwen op de ervaring van een offensieve strijd waarmee we onze eisen brede ingang lieten vinden waardoor we andere lagen meetrokken. Eind 2014 gaf een peiling van VTM en Knack aan dat maar liefst 85% van de Vlamingen voorstander was van een vermogensbelasting, ook stelde 55% begrip te hebben voor het vakbondsprotest. Op de betogingen en stakingen was er telkens ondersteuning door jongeren – zeker in Gent waar er een beweging tegen de verhoogde inschrijvingsgelden werd uitgebouwd – en vanuit de socio-culturele sector met onder meer Hart boven Hard. In een offensieve strijd is hetgeen ons verenigt evidenter dan wat ons verdeelt.
Na het actieplan van 2014 stelt de vraag zich wel hoe we zelf meer controle op onze strijd kunnen hebben, zodat er niet gewoon van bovenaf op een pauze- of stopknop wordt geduwd. Het voorstel dat wij in september 2014 al deden rond personeelsvergaderingen om het actieplan te bespreken en te stemmen, heeft niet enkel tot doel om de betrokkenheid bij de acties te vergroten. Het stelt ook de vraag wie er de verantwoordelijkheid voor de acties neemt, dus ook voor het stopzetten ervan. Zo kunnen we de grotere actieve basis van de vakbonden consolideren en ten volle benutten.
In 2014 was de regering aan het wankelen, net voor de algemene staking van 15 december stond volgens een peiling van La Libre en RTBF nog slechts 20% positief tegenover de regering-Michel, tegenover 43% negatief en 39% onbeslist. Tegenover de Vlaamse regering stonden meer mensen negatief (29%) dan positief (28%). Met een Thatcheriaanse regering die na elke slag terug overeind probeert te kruipen om des te harder terug te slaan, weten we dat overleg ons nergens zal brengen. De regering uitzitten in de hoop op beterschap na volgende verkiezingen, betekent dat we zeker in de huidige context van economische problemen nog jaren van besparingen laten passeren. En dan nog is het resultaat onzeker. De Britse vakbondsleiding volgde deze strategie maar de conservatieven van Cameron wonnen de volgende verkiezingen en zetten het besparingsbeleid verder. Dit kunnen we in België niet riskeren, de inzet van ons protest moet de val van de regering zijn. Gelijk welke regering daarna komt, zal rekening moeten houden met een zelfbewustere arbeidersklasse.
Samengevat: we moeten ons sterker organiseren om de betrokkenheid te maximaliseren en de beweging te versterken, maar meteen ook onze democratische controle op onze strijd te vergroten. Hiermee kunnen we het ongenoegen omzetten in een brede massabeweging waarmee we op basis van een opbouwend actieplan de rechtse regering en het besparingsbeleid wegstaken. Wie de strijd aangaat, kan verliezen. Wie ze niet aangaat, is al verloren.
Algemene staking: ‘als uw machtige arm het wil, ligt heel het raderwerk stil’
Onderhuids groeit het ongenoegen bij brede lagen van de bevolking. Tegelijk is de heersende retoriek van de gevestigde politici en de traditionele media bijzonder rechts. Sommigen leiden daaruit af dat er een verrechtsing zou zijn en dat het draagvlak voor de vakbondsacties en –standpunten beperkt zou zijn. Als we op de media afgaan, klinkt dit aannemelijk en het heeft ongetwijfeld een zeker effect. Maar het onderhuidse ongenoegen tegenover de enorme ongelijkheid en de besparingen die telkens opnieuw onze levensstandaard ondermijnen, verdwijnt niet omdat het in de kranten wordt weggeschreven.
In feite is er een groeiende kloof tussen de heersende retoriek en wat er door brede lagen van de bevolking wordt ervaren en gedacht. Gevestigde partijen die zich links noemen, zoals de sociaaldemocratie (PS, SP.a) en de groenen kijken vooral naar boven en passen zich makkelijk aan de rechtse retoriek aan. Dit isoleert hen van het breed gedragen ongenoegen en maakt het ook erg moeilijk om daar een politieke vertaling aan te geven.
Doorheen onze acties, zeker in het kader van een opbouwend actieplan dat meerdere maanden duurt, kunnen we wat onbewust aanwezig is bewust maken. Elke strijdbeweging is rijk aan lessen en nieuwe activisten die ervoor zorgen dat we op grotere schaal onze eisen en bekommernissen naar voor kunnen brengen. Een algemene staking vormt daar een hoogtepunt van, het toont immers aan dat de gewone werkenden in staat zijn om de economie plat te leggen. Zonder onze arbeidskracht is hun kapitaal niets waard. “Als uw machtige arm het wil, ligt heel het raderwerk stil,” was de slogan van de Nederlandse spoorstaking van 1903.
De nadruk bij een algemene staking in de huidige context ligt vooral op het eenmakende karakter ervan: we staken allemaal samen, niet sector per sector of regio per regio. Maar een algemene staking gaat verder dan dat. Het betekent een mobilisatie van de arbeidersklasse tegen de kapitalisten en tegen de kapitalistische staat, zelfs indien niet alle deelnemers van de staking zich daar ten volle bewust van zijn. Een algemene staking legt immers het volledige systeem plat en zorgt ervoor dat duidelijk wordt dat de gewone werkenden, de arbeidersklasse, in staat zijn om de samenleving in handen te nemen.
Bij een algemene staking van langere duur waarbij stakerscomités de bevoorrading gaan organiseren, stelt dat zich nog scherper. Dan hebben we in feite twee machten: de verlamde kapitalistische en het embryo van een nieuwe arbeidersstaat. De burgerij zal nooit zomaar de macht uit handen geven, we zullen georganiseerd moeten zijn en afrekenen met alle mogelijke wapens van de kapitalistische staat. Een algemene staking vandaag is vooral gericht op het tonen van de sterkte en de solidariteit van de arbeidersbeweging, het kan lagen meetrekken die voorheen nog niet tot actie bereid waren. Bovendien wordt doorheen deze strijd veel geleerd, praktische ervaringen wegen altijd sterker door. Daar moeten we ook iets mee doen: een krachtsverhouding uitbouwen waarmee we doorheen algemene stakingen tot een breuk met het kapitalisme komen en kunnen beginnen met de opbouw van een ander systeem, een socialistische samenleving.
Een eigen politiek alternatief voor de arbeidersbeweging
De regering en het besparingsbeleid wegstaken is mogelijk. Maar wat komt er daarna?
Een terugkeer van een centrumlinkse regering onder leiding van de sociaaldemocratie die hetzelfde beleid op een trager ritme voert, is geen alternatief. Natuurlijk zou een regering die aantreedt nadat haar voorganger is gevallen onder druk van arbeidersprotest, op haar tellen moeten passen. Na de val van de regering Tindemans-De Clercq in 1977 duurde het vier jaar voor er een regering kwam die opnieuw dezelfde aanvallen durfde doorvoeren. Na de val van de regering Martens-Verhofstadt in 1987 onder druk van het protest tegen het Sint Annaplan in 1986, verdwenen de liberalen voor meer dan 10 jaar uit de regering. Een regering die volgt op een weggestaakte regering – ook al wordt die val uiteindelijk communautair ingekleurd zoals het in 1977 en 1987 gebeurde – moet rekening houden met een meer zelfbewuste arbeidersklasse.
De ambitie van de arbeidersbeweging mag zich niet beperken tot het wegstaken van een rechts beleid. We moeten eigen alternatieven naar voor schuiven en bouwen aan eigen politieke instrumenten om die alternatieven te bekomen. Er ontstaan wereldwijd nieuwe linkse krachten die met meer of minder doorzettingsvermogen de kwestie van een ander beleid op de agenda zetten, denk maar aan Syriza (Griekenland), Podemos (Spanje), Jeremy Corbyn (Groot-Brittannië) of Bernie Sanders. Ook bij ons moet de ambitie zijn om te komen tot een kracht die in staat is om onze eisen en bekommernissen op grote schaal politiek te vertalen.
De vooruitgang van PTB/PVDA in de verkiezingen zorgt ervoor dat er eindelijk een radicale linkse stem in het parlement aanwezig is. Zo weerklinkt het standpunt van moegewerkte werknemers of van mensen die het niet breed hebben tenminste tot in het parlement. De PVDA richt zich vandaag heel sterk op een electorale benadering: wie niet tevreden is met het huidige beleid moet een volgende keer maar voor PVDA stemmen zodat er drie of vier extra linkse parlementsleden zijn. Die kunnen dan in het beste geval wegen op het beleid, zo luidt het. Voor de gemeenteraadsverkiezingen wordt dit vertaald in een oproep om in Antwerpen tot een ‘links kartel’ met SP.a en Groen te komen. We begrijpen de bezorgdheid van velen die een einde willen maken aan het bewind van ‘keizer De Wever’, maar moeten we daartoe de ambitie van links beperken tot die van een kleine partner die in zee gaat met partijen die staan voor een tragere variant van hetzelfde besparingsbeleid?
Wij denken dat de ambitie van de arbeidersbeweging op het politieke terrein groter moet zijn. Het actieplan mag zich niet beperken tot het stoppen van de regering en de besparingen, we moeten in de bedrijven, op de straat, in de wijken de krachten bundelen waarmee we een andere politiek zullen afdwingen. Een campagne als die van Sanders toont het potentieel voor een partij die breekt met de politiek van Wall Street. Een kordaat initiatief in die richting vanwege de vakbonden, dat open staat voor nieuwe sociale bewegingen, de PVDA en andere krachten van radicaal links, zou een verpletterend enthousiasme opwekken en op enkele maanden tijd het politieke landschap in ons land kunnen hertekenen.
Een socialistische samenleving
Na jaren van neoliberaal offensief is er een groeiend ongenoegen tegen de ongelijkheid en de gevolgen van de besparingen.
Maar tegelijk blijft het bewustzijn van brede lagen van de bevolking getekend door het ideologische offensief van de neoliberalen, in het bijzonder na de val van de stalinistische dictaturen in het Oostblok. Die regimes waren karikaturen van socialisme, de afwezigheid van arbeidersdemocratie werd een absolute rem op de bureaucratisch geplande economieën. Maar het verdwijnen ervan eind jaren 1980 had toch een groot en negatief effect op de arbeidersbeweging, er verdween immers een ‘reëel bestaand alternatief’ wat voeding gaf aan de propaganda van diegenen die stelden dat er ‘geen alternatief’ op het kapitalisme mogelijk was.
Dit speelt tot op vandaag een rol in het bewustzijn. Er is nog geen breed gedragen steun voor een socialistische samenleving als concreet alternatief op de crisis en chaos van het kapitalisme. Doorheen bewegingen blijkt wel woede tegen dit systeem, maar terwijl de situatie overrijp is voor een andere samenleving blijft het bewustzijn daarrond achterop hinken. Dit laat ruimte voor de ontwikkeling van allerhande eerder utopische visies en praktijken, die eerder doen denken aan de eerste ontwikkeling van de arbeidersbeweging in de 18de eeuw.
Voor socialisten komt het erop aan om het potentieel van een nieuw ontwaken van een zoektocht naar alternatieven positief te benaderen. We moeten er op een consequente wijze inhoud aan geven door te wijzen op de kracht van de georganiseerde arbeidersbeweging die in staat is om heel het systeem plat te leggen en de basis te leggen voor een samenleving waarin de bestaande middelen ingezet worden om te voorzien in de behoeften en noden van iedereen en waarbij op democratische wijze kan beslist worden over hoe de samenleving beheerd wordt. Dat is de socialistische samenleving van de toekomst waar wij voor opkomen. Bouw mee aan LSP, dat is de beste garantie om stappen te zetten in de richting die we in dit dossier beschrijven.
-
Actieplan: 7 vragen en antwoorden van en door syndicalisten
Het actieplan van de vakbonden is niet min. Dat moet ook. Als we de regering-Michel nu niet stoppen, dan zet die de sociale afbraak, ook de ‘Wet-Peeters’ genoemd, gewoon door. Voor veel syndicalisten is dat overduidelijk, maar elders vergt het nog veel discussie. We gaan hier in op enkele vragen en de manier waarop syndicalisten daaraan trachten te verhelpen.Artikel door Eric Byl
1/ “De vakbonden doen maar alsof, enkel om stoom af te laten”
Dat is een gevoel dat leeft bij velen, dat de contouren van een ‘akkoord’ eigenlijk al achter de coulissen bedisseld zijn. Het wordt versterkt doordat we doorgaans akkoorden over onze arbeidscondities en verloning via de pers moeten vernemen. Een betoging zonder vervolg is inderdaad teleurstellend, maar dat is deze keer niet het geval. Het maakt deel uit van een actieplan naar de staking van 24 juni, na de zomer hervat met een betoging op 29 september en minstens een staking in gemeenschappelijk vakbondsfront op 7 oktober.
2/ “Halen betogingen en stakingen wel iets uit?”
De aanwezige aantallen maken wel degelijk verschil. De vakbondsbetoging van 6 november 2014, de grootste sinds 1986, deed de pers, de patroons en de regering van toon milderen. Zelfs de rellen nadien, grotendeels uitgelokt en uitvergroot in de pers, konden dat effect niet teniet doen. Een zwakke aanwezigheid versterkt de regering, een zeer sterke destabiliseert ze en versterkt de mobilisaties die erop volgen. Dat bleek al tijdens de provinciale stakingen in november en december van 2014 en ook op de algemene staking van 15 december 2014. Ondanks de hetze in de pers hadden de vakbonden toen de publieke opinie mee. Helaas lieten we na de regering ten val te brengen en kon ze haar positie geleidelijk herstellen. We krijgen nu een herkansing. Als we na de 80.000 op 24 mei, op 29 september de 200.000 halen, zal de regering wankelen. We mogen haar deze keer niet laten herstellen, maar moeten na 7 oktober doorzetten tot de val van de regering.
3/ “Ik kan mijn collega’s maar niet overtuigen om te staken”
Vooral in ziekenhuizen, met een minimumdienst die meestal een hogere bezettingsgraad vereist dan op normale dagen, is het soms moeilijk collega’s te overtuigen om te staken. Directies en regering bespelen het gemoed om de patiënten niet in de steek te laten. Een vindingrijke BBTK-afgevaardigde loste dit op door een werkonderbreking en betoging te organiseren in een lus rond het ziekenhuis. Zelden werd zoveel nagepraat en nooit eerder hadden zoveel deelnemers het gevoel bijgedragen te hebben aan een vakbondsactie.
Tijdens de staking van de federale ambtenaren bezochten we een piket van 4 afgevaardigden terwijl bijna het voltallige personeel aan de slag was. Misschien was het daar beter geweest ’s middags in het bedrijfsrestaurant een toelichting te geven gekoppeld aan een werkonderbreking. Zo zouden meer collega’s betrokken worden en hadden de bureauchefs geen vrij spel gehad in afwezigheid van de afgevaardigden. Een vakbondsafgevaardigde is maar zo sterk als de achterban. Soms vereist dit een stap achteruit om er nadien twee vooruit te kunnen zetten.
4/ “Mijn collega’s zijn in niets geïnteresseerd”
Dit vertelde een buschauffeur ons ooit op het moment waarop zich in het voetbal het schandaal voordeed met de Chinese oplichter Ye. We kwamen overeen de artikels daarover uit Het Laatste Nieuws te knippen en op het syndicaal bord te hangen. Voor de directie was er niets aan de hand: HLN is zeker niet vakbondsvriendelijk en wie is er nu niet geïnteresseerd in voetbal? Telkens als iemand ernaar keek, ging onze vakbondsman er naast staan en opmerken dat het daar net was zoals op het bedrijf: enkel de winst telt. Na enkele maanden was de basis gelegd voor de latere delegatie.
De syndicalisatiegraad in ons land is hoog, maar niet in het onderwijs. Dat de patroon met de winst gaat lopen, is er minder duidelijk. Kinderen zijn bovendien geen klanten – of zouden dat toch niet mogen zijn – en ook de ouders zijn als gebruikers van onderwijsinstellingen van een heel ander kaliber als de ‘grote multinationals’ waaraan veel industriële bedrijven leveren. De regeringen maken daar dankbaar misbruik van om stakende leerkrachten een schuldgevoel aan te praten. De ware toedracht blootleggen is er bijgevolg veel belangrijker dan op veel andere werkplaatsen. Een ACOD-afgevaardigde vertelde ons hoe hij wekelijks het syndicaal aanplakbord in de leraarskamer actualiseert met frappante artikels uit de populaire pers.
5/ “Ik wil wel, maar bij ons is er geen traditie van strijd”
Waar een syndicale traditie bestaat, moeten we het bedrijf en als het enigszins kan de industriezone blokkeren door zoveel mogelijk collega’s actief te betrekken. Maar niet overal bestaat een syndicale traditie. Ooit is die afgedwongen met veel voorbereiding en na hevige strijd. Op jouw werkplaats niet? Dan is het tijd om eraan te beginnen. Als afgevaardigde hou je er best rekening mee dat je werk 100% in orde moet zijn. Zoniet denken je collega’s misschien dat je enkel uit bent op bescherming, en dat zij jouw werk moeten overnemen. Dan is het voor de patroon een koud kunstje om je te isoleren en zelfs uiteindelijk te ontslaan. Vermijd om op alles direct te reageren, maar laat collega’s ook niet in het ongewisse. Zeg dat je met hun vraag bezig bent, maar neem toch steeds de tijd om je goed te informeren. Overleg met je secretaris of collega-delegees die je kunnen wijzen op mogelijke valstrikken. Als je echt alleen bent, tracht dan niet iedereen meteen van alles te overtuigen, maar tracht uit gesprekken en reacties op te maken wie interesse heeft. Voed die interesse wekelijks met een interessant persartikel, een goed geplaatse opmerking, of door die collega al eens mee te nemen naar een debat of een betoging. Kortom: politiseer je collega’s. Zodra je met twee bent, is het vinden van een derde en een vierde medestander veel gemakkelijker.
6/ “Hoe zet ik een efficiënt piket?”
Als je een piket kan zetten, denk er dan vooraf over na hoe het uitnodigend te maken. Een tent, vlaggen en spandoeken, affiches met onze eisen, een tafel, wat koffie, een megafoon en een radio om het verloop van de staking elders op te volgen, zijn onmisbare attributen, net zoals een vuurton als het koud is. Misschien kan een collega overtuigd worden om zijn/haar muziekinstrument mee te nemen. Spreek ook iedere werknemer vooraf aan om deel te nemen en leg een mobilisatielijst aan, mogelijk met een uurrooster. Leg alle werknemers uit welke specifieke maatregel hen in het bijzonder zal treffen. Nodig ze uit om volgende keer ook deel te nemen aan het piket.
7/ “Als we deze regering wegstaken, komt er dan niet gewoon eenzelfde type regering?”
Als een regering valt over sociale strijd, dan is iedere volgende regering, wat ook haar samenstelling is, verplicht uit een ander vaatje te tappen. Ze wordt dan immers geconfronteerd met een veel zelfbewustere arbeidersklasse. We moeten dat aangrijpen om op personeelsvergaderingen niet enkel toelichting te geven, maar ook onze acties voor te bereiden en de specifieke eisen voor een werking van het bedrijf en de sector in het belang van de hele gemeenschap samen uit te werken. Alle bekende politici lopen in meerdere of mindere mate aan de hand van de patroons en de rijken. Hun programma is overbekend, maar dat van ons wordt te weinig bediscussieerd en uitgewerkt. Dat programma opleggen zal een breuk van de Belgische vakbonden met hun traditionele ‘partners’ vereisen en een kordaat initiatief dat openstaat voor nieuwe sociale bewegingen, de PVDA en andere krachten van radicaal links, waaronder LSP. Wij willen daaraan bijdragen en tegelijk blijven ijveren voor een modern democratisch socialisme met vrij gebruik van kennis en middelen ten behoeve van allen.
-
Regering speelt meerderheid kwijt. Tijd om ze te doen vallen!
De peiling midden mei van VTM, RTL, Het Laatste Nieuws en Le Soir bevestigt de snel ontwikkelende proteststemming. Alle regeringspartijen verliezen, N-VA en CD&V het meest. De grootste winnaars zijn het extreemrechtse Vlaams Belang, dat een deel van het N-VA-kiespubliek terugwint, en de linkse PVDA die in Wallonië de derde partij wordt met meer dan 13%! De PS kan niet profiteren van haar federale oppositierol en blijft terrein verliezen. Te zeer geassocieerd met het neoliberale beleid heeft ze alle geloofwaardigheid als links alternatief verloren en gaat ze de PS van Hollande in Frankrijk achterna.Artikel door Els Deschoemacker uit maandblad ‘De Linkse Socialist’
De rechtse regering stelde zich als doelstelling het DNA van België te veranderen. Ze wou een brutaler regime van besparingen en hervormingen opleggen, waarbij geen rekening gehouden wordt met sociaal overleg. Ze dreigt echter opnieuw vast te lopen op snel ontwikkelend protest, net zoals na de stakingsbeweging eind december 2014.
Het protest is niet alleen onder de vakbondsbasis massaal. De werkende klasse is het grootste slachtoffer van het besparingsbeleid en kwam reeds massaal op straat bij de aanvang van de Belgische versie van Thatcher. Maar ook bij delen waarvan men het minder gewoon is om uitgesproken kritiek te horen op de politieke beleidskeuzes, klinkt steeds luider ongenoegen over de gevolgen van het alom ingrijpender besparingsbeleid. Zo dreigt ook het personeel van de magistratuur zich aan te sluiten bij het protest. Zelfs daar leidt de besparingstsunami tot gebrek aan investeringen en onvoldoende personeel, wat zowel de toegang tot als een ernstig verloop van de rechtsbehandeling belemmert.
De cipiersstaking, maar ook die bij Volvo-onderaannemer SAS in Gent, toonden een vastberadenheid en strijdbaarheid die men al lang niet gezien heeft. Het toont een groeiend bewustzijn dat belangrijke overwinningen mogelijk zijn als men zich organiseert en terugvecht. Niet meer bereid tot slechte akkoorden, werd voorstel na voorstel massaal weggestemd en gekozen voor het verderzetten van de staking. Bij het ter perse gaan weten we nog niet wat de cipiers uiteindelijk binnengehaald hebben, maar Geens, die niet bereid was toegevingen te doen, legt inmiddels zijn derde voorstel op tafel. Dat bevat een grotere toegeving inzake extra personeel. Samen met investeringen in verbetering van de infrastructuur is dat de voornaamste eis van de cipiers.
CEO’s van grote bedrijven roeren zich uit schrik voor groeiend gemor van onderuit en organisatie van het protest. Ze roepen de regering op om het heft in handen te nemen en op te treden als een technocratie. Herman Daems, professor emeritus en voorzitter van de Raad van Bestuur van de KU Leuven (naast tal van andere raden van bestuur van bedrijven), beklaagt zich openlijk over het Belgisch overlegmodel: “We zitten met een overlegsysteem en talloze belangengroepen, zodat er nooit een duidelijke beslissing kan genomen worden. Iedereen zegt in België altijd dat de regering prioriteiten moet stellen, maar als ze dat doet, roept de helft van het land dat het de verkeerde prioriteiten zijn! Dat is voor mij een uitgeputte staat.” (Knack 18/5) Om de puntjes vervolgens op de i te zetten: “De uitgeputte staat is niet zozeer een gevolg van meer bevoegdheden voor de regio’s, maar wel de zeer complexe besluitvorming door overleg met allerlei sociale partners, belangengroepen, …” Er wordt uiteraard, hoe kan het ook anders, vooral afgegeven op luchtverkeersleiders, bagage-afhandelaars, politievakbonden die meer veiligheid willen, cipiers of spoormannen die de maatschappij zouden gijzelen uit eigenbelang.
Wie gijzelt wie hier eigenlijk uit eigenbelang?! We zitten niet met een “failed state” maar met een “failed system”, één dat faalt om aan de meerderheid van de bevolking een toekomst met degelijk werk, een inkomen, huisvesting, pensioen en gezondheidszorg af te leveren. Als een storm van protest opsteekt en maar niet gaat liggen, dan is dat omdat die meerderheid in de samenleving geen andere keuze heeft. In het geval van de bagage-afhandelaars gewoon om het loon correct uitbetaald te krijgen!
De peilingen tonen aan dat de recepten van de kapitalistische partijen uitgeleefd zijn. Het politieke landschap is verdeeld over hoe het verder moet. Sommige pleiten zelfs voor de afschaffing van democratische overlegorganen, voor een meer directe dictatuur in het belang van het kapitaal.
Een beleid aan de macht brengen dat het belang van de meerderheid verdedigt, is de echte uitdaging. De eerste taak van het actieplan is een massabeweging op gang brengen die de regering doet vallen. Deze regering is niet meer in staat een stakingsbeweging van enkele dagen en weken uit te zitten. Een belangrijke vraag waarover de discussie nu al moet starten is welk alternatief mogelijk is. Een regering in het belang van de werkende klasse met een programma dat de belangrijkste hefbomen van de maatschappij onder haar controle brengt en ten dienste stelt van die klasse moet de doelstelling zijn.
Deze rechtse regering heeft afgedaan, niet omdat ze niet efficiënt of capabel genoeg is, maar omdat ze eenzijdig het Belgische kapitalisme bedient. Het “algemeen belang” waarnaar vaak wordt verwezen, is niet meer dan het belang van de kapitalistische klasse geworden. De staat wordt steeds verder uitgekleed tot enkel dat. Het protest daartegen kan alleen maar groeien.
-
Mobiliseer mee voor de staking van 24 juni
De rechtse regering Michel krijgt haar afbraakbeleid niet meer verkocht. De ene beroepsgroep na de andere beklimt de barricades. Het pamperen van de rijken terwijl werkenden, werklozen, gepensioneerden en invaliden kaal geplukt worden, ligt aan de basis ervan. Het ondermijnt de legitimiteit van Michel en bereidt het sociale klimaat voor om komaf te maken met deze regering.
Ten laatste op 24 juni zullen alle sectoren, publiek en privé, op initiatief van het ABVV en enkele ACV-centrales samen staken. Noteer ook 29 september. Dan willen we massaal betogen in Brussel in aanloop naar de algemene staking van 7 oktober in gemeenschappelijk vakbondsfront. Dat biedt sectoren die wat achterop blijven de kans om aansluiting te zoeken, maar het mag uiteraard niet dienen om spontane uitbreiding van onderuit strikt onder controle te houden.
Investeringen? 62 miljard naar Luxemburg !De regering, het front van patroons, de grote persgroepen en internationale instellingen blijven er maar op hameren dat de besparingen nodig zijn om de competitiviteit van de bedrijven te herstellen. Intussen worden diezelfde bedrijven leeggeplunderd door vetbetaalde managers en inhalige aandeelhouders. Investeren? Na Luxleaks, Swissleaks en Panama-papers komt nu ook aan het licht dat de Belgische bedrijven in 2014 voor 62 miljard euro naar Luxemburg versleepten. Dat is bijna evenveel als het volledige budget van de sociale zekerheid.
Fils à papa De Croo wil met de NMBS herhalen wat met Belgacom en bpost gebeurde. De privatisering werd er een succes voor de aandeelhouders en de directie, maar niet voor het fors afgeslankte personeel, de arbeidscondities en de dienstverlening. Nam De Croo zich de moeite om het aantal burn outs en depressies op te tellen? Belt de postman sinds georoute nog aan bij ouderen om te zien of ze geen hulp nodig hebben? Wacht hij even om een aangetekend schrijven of een pakje af te leveren, of vind je gewoon een briefje in de bus? Valt je telefoon regelmatig weg zoals recent bij telenet? En is je factuur stilaan een omgekeerd lotto-biljet geworden?
Inschikkelijke vakbondsleiders worden voorbij gestoken
Scheepsloodsen, luchtverkeersleiders, bagageafhandelaars, penitentiaire agenten en spoormannen en vrouwen pikken dat niet langer. Worden ze bij de aanwerving geslecteerd op een genetische afwijking waardoor ze voortdurend in actie gaan of zou het kunnen dat daar gegronde redenen voor zijn? Blijkbaar stellen alleen de vakbonden zich die vraag nog. Geen wonder dat alle peilingen de hetze tegen de vakbonden tegenspreken. Terwijl de regering aan legitimiteit inboet, wint haar hoofdvijand, de vakbonden, er voortdurend bij.
De situatie is zo schrijnend dat vakbonden die zich te toegeeflijk tonen, steeds frequenter voorbij gestoken worden door de basis. Had jij ooit al gehoord van de ‘orde van luchtverkeersleiders’? De franstalige liberale bond bij de gevangenisbewaarders loopt letterlijk leeg sinds die het akkoord tekende met Geens. Nog een geluk dat de franstalige bonden niet kunnen recruteren in Vlaanderen want anders waren de Vlaamse takken wellicht ook leeggelopen. We raden sommige Vlaamse vakbondsleiders aan om zich niet blind de staren op het gegeven dat Vlaamse werknemers meer organisatie en structuur willen vooraleer in actie te gaan. Het ongenoegen zit er even diep als elders in het land en de actiebereidheid is vergelijkbaar.
Deze regering inbinden? Daarvoor moet ze vallen!
De regering sleept alles uit de kast. Stakers worden steevast door het slijk gehaald in de pers. Hun lonen worden te grabbel gegooid. Zelfs het leger wordt op humanitaire missie gestuurd naar de gevangenissen, alsof de regering niet wist dat de condities er al meer dan 20 jaar onmenselijk zijn. Er wordt gedreigd en met sancties gezwaaid, maar als intussen niets verandert aan de omstandigheden, koopt dat hooguit uitstel. De magistraten, de brandweer, buschauffeurs van de Waalse TEC, de Vlaamse zorgsectoren, de franstalige ambtenaren die de lonen van de leraars uitbetalen, de postmannen en de Metaalsector in Wallonië en Brussel zijn ofwel in actie of hebben al aangekondigd dat ze de komende dagen in actie zullen gaan. Benieuwd wat de dokwerkers zullen doen na het referndum over hun statuut.
De regering tracht dat uit te zitten, maar het is geen toeval dat het VBO waarschuwt dat de regering ten val brengen geen oplossing zal brengen. Het ziet de bui al hangen. Wie denkt dat deze regering op haar maatregelen terug zal komen, is naïef of van kwade wil. Deze regering kent een unieke samenstelling, daarvan geen gebruik maken om “het DNA in België te wijzigen” zoals Michel zei, is geen optie. Enkel door deze regering ten val te brengen, kunnen we haar maatregelen stoppen. Voor veel werknemers die nu al gebukt gaan onder een ondraaglijke druk is dat een absolute noodzaak.
Wat kan je zelf doen?
Op de rijken na, wordt iedereen geviseerd door de regering. Uiteraard worden de meesten zich daar pas bewust van als ze zelf getroffen worden. Stilaan sijpelt het besef echter door dat wat de spoormannen en vrouwen ondergaan, deel is van wat ons allen te wachten staat. Elk apart staan we zwak, maar allemaal samen zijn we een onweerstaanbare kracht.
Hang als wijkbewoner een affiche aan je raam en spreek als je buren aan. Bezoek als student de stakers of doe een solidariteitsactie. Organiseer personeelsvergaderingen op het werk of vraag het aan een delegee. Geef er toelichting, maar leg het actieplan ook voor zodat het gedragen wordt door een collectieve beslissing die niet zonder boe of ba door de vakbondsleiding kan stilgelegd worden. Denk na hoe je een piket zal organiseren en werk specifieke eisen uit voor een werking van het bedrijf en de sector in het belang van heel de gemeenschap, niet de winst.
Er is wel een alternatief
Eigenlijk zegt het VBO dat er geen alternatief is op haar programma van steeds meer competitiviteit. Dat is er wel: een samenleving gebaseerd op solidariteit, maar dat wordt te weinig bediscussieerd en uitgewerkt. Het zal zeker arbeidsduurverkorting zonder loonverlies, het volledige herstel van de index, de verdediging en het optrekken van de pensioenen, herstel van brugpensioenen en alle uitkeringen moeten bevatten. Politici en vakbondsleiders die beweren dat men nu de regering niet ten val moet brengen, doen dat omdat ze ondanks hun retoriek niet bereid zijn dat alternatief gestalte te geven.
Dat opleggen vereist immers een breuk van de Belgische vakbonden met hun traditionele ‘partners’ en een kordaat politiek initiatief dat open staat voor nieuwe sociale bewegingen, de PVDA en andere krachten van radicaal links, ook LSP. Wij zijn ervan overtuigd dat dergelijk initiatief een verpletterend enthousiasme kan opwekken en op enkele maanden tijd het politieke landschap in ons land kan hertekenen zoals de campagne van Sanders dat doet in de VS, de verkiezing van Corbyn als voorzitter van Labour in Groot-Brittanië of de samenwerking van Podemos en Verenigd Links in Spanje. Als de arbeidersbeweging echter geen alternatief biedt, dan zullen rechts populisten en extreem-rechts, zoals in Oostenrijk, het ongenoegen aanwenden om zich te versterken. Peilingen wijzen nu al op een terugkeer van het Vlaams Belang.
Wil je daarop niet wachten , maar helpen bouwen aan een solidaire, echt democratische en socialistische maatschappij, niet alleen in woorden of ergens in een verre toekomst, maar vanaf vandaag? Neem contact op met LSP.
-
Luik: “Deze regering van krapuul en klootzakken moet weg!”
Het is met applaus en gejuich dat deze oproep, gelanceerd van op het syndicale podium, werd ontvangen door de syndicalisten die dinsdag om 16u30 aan de het station van Luik-Guillemins verzamelden op het eind van de actiedag ter verdediging van de openbare diensten, deel van het nieuwe syndicale actieplan. In Luik, zoals elders in Wallonië, had het ACOD tot de staking opgeroepen. Het minste dat we er van kunnen zeggen is dat de oproep goed werd opgevolgd…
We zijn onze tour van de piketten begonnen aan de gevangenis van Lantin, om 5u, om dan meteen de gedeeltelijke blokkade van de oliehaven van Wandre te vervoegen, die door een hondertal stakers was opgezet: voornamelijk cipiers en spoorpersoneel. De discussies gingen er voornamelijk over de strijd, niet enkel in de eigen sector (de cipiers beginnen woensdag aan hun 6e stakingsweek!) maar ook breder, tegen de regering. Tot de regering valt? Tot ze valt!Onder de syndicalisten waarmee we konden dicussiëren blijft er nog weinig twijfel over de mogelijkheid om Michel en zijn kliek nog te doen “terugtrekken”. Ons pamflet en de eerste pagina van ons maandblad, de Linkse Socialist, titelden dan ook zonder blozen: “Doorzetten tot de val van de regering!”. De vraag blijft hoe precies en het is daarover dat we de meeste discussie hebben gehad gedurende de hele dag.
In het Luikse stadscentrum stonden dan niet overal piketten (het gewicht van de ACOD is zodanig dat op meerdere werkplekken gewoon niemand is komen opdagen) maar waar we ze zagen was er veel volk aanwezig. De stakingspiketten kunnen ook debatplaatsen vormen om te discussiëren over het vervolg van de strijd en daar hebben wij met onze solidariteitstocht ons steentje aan proberen bijdragen.In het stadscentrum was ook een sensibiliseringsactie aan de gang door leerkrachten, die veel talrijker dan verwacht waren opgedaagd. De pamfletten om uit te delen aan automobilisten en passanten waren al snel op. Dit was een moment waarop we zowel de vastberadenheid om te strijden in de openbare diensten konden zien als, dankzij het uitdelen van pamfletten, de steun bij de bevolking, die enthousiast claxonneerden of “jullie hebben gelijk” riepen. Natuurlijk waren er ook enkele ontstemden, maar het was duidelijk dat de anti-vakbondspropaganda van de media en regering slechts een beperktere impact hebben dan wat je zou afleiden uit de commentaren op online artikels.
-
15.000 betogers van het ACV in Brussel ter verdediging van onze openbare diensten
Ongeveer 15.000 mensen kwamen dinsdag naar de hoofdstad naar aanleiding van de oproep van het ACV in het kader van de actiedag ter verdediging van de openbare diensten. De groene syndicalisten waren grotendeels nederlandstalig en kwamen uit de meest diverse sectoren, waarvan we sommigen minder vaak op straat zien komen. Talrijk aanwezig waren leerkrachten, naast spoorwegpersoneel, brandweerlui, cipiers,… Enkele militanten van het ACOD kwamen eveneens betogen met hun collega’s van het ACV. -
Actiedag van de openbare diensten: Actie in Waver, gemeente van Charles Michel.
Dinsdag kwamen in Waver meer dan 400 militanten samen in het kader van de acties in de openbare diensten. Het werd een enthousiasmerende actie in de gemeente van Charles Michel. Verschillende syndicalisten uit verschillende sectoren namen er het woord en illustreerden zo het veralgemeende karakter van de woede ten op zichte van het beleid van de regering: spoorpersoneel, federale overheidsdiensten, leerkrachten, brandweer, gezondheidszorg en zelfs politie waren vertegenwoordigd in de speeches.De rode draad was het groot aantal verwijten richting de overheid: tekort aan effectieven, afbouw van dienstverlening aan de bevolking, te hoge werkdruk, bezuinigingen en de verslechtering van de arbeidsomstandigheden in een situatie die wordt gekenmerkt door enorme tekorten ten gevolge van het beleid van de afgelopen decennia. Het doel om de regering ten doen vallen werd duidelijk naar voor geschoven en de noodzaak om de solidariteit op te bouwen tussen de verschillende sectoren. Laat ons samen deze besparingsregering doen vallen die de provocaties opstapelt. Laat ons het verzet veralgemenen!
-
Namen: laten we deze regering begraven als we onze openbare diensten willen redden
Ook in Namen waren het de cipiers en het spoorpersoneel die de toon zetten. Eens te meer waren ze talrijk aanwezig op hun piketten van in de vroege uurtjes. De militanten willen zich niet meer laten doen door de regering die de rijken dient en die de werkomstandigheden en openbare diensten afbreekt. Ze waren allemaal heel duidelijk dat die strijd eenheid vereist en dat is waarom de spoorarbeiders, net zoals de dag voordien, aanwezig waren op het piket aan de gevangenis. Nadien hebben ze de bijeenkomst van de andere sectoren van het ACOD aan het stadhuis vervoegd.Het gemeentepersoneel, vele leerkrachten, maar ook werknemers van TEC (De Lijn in het Waalse Gewest) en vele anderen hebben een duidelijk signaal gegeven: als we willen dat onze openbare diensten overleven, moeten we deze regering begraven.Door Emily (Namen)
Later op de dag vond er een betoging plaats die eindigde aan de zetel van de Waalse regering. Ondertussen belegden de spoormannen en -vrouwen een Algemene Vergadering. Een student die zijn solidariteit wou betuigen speelde vanuit een openstaand raam venster de Internationale, waarna hij opnieuw zijn studies aanvatte: het was een mooi teken van steun in een context waarin alle traditionele media de beweging afkeuren en vooral kwaadspreken in plaats van zich te informeren. Nu er een algemeen akkoord is over de noodzaak van de val van de regering, wordt er duchtig gediscussieerd over de vraag of we daartoe in staat zijn en hoe we dat best aanpakken.
Delen van het antwoord op die vragen werden gegeven tijdens het uitgebreide regionale comité van het ABVV die deze lange dag afrondde. In elke interventie werd herhaald dat het noodzakelijk is diegenen die het voorbeeld tonen (de cipiers en de spoorarbeiders) op een concrete manier te ondersteunen. 37 dagen staking vanwege de cipiers begint zowel financieel als moreel onnoemelijk zwaar te worden. In het licht van de tranen die die ochtend vloeiden, zal elke steun, inderdaad, noodzakelijk zijn.
De werknemers van het openbare vervoer (NMBS en TEC) vervolgen de beweging nu woensdag en waterwegen zullen ook geblokkeerd worden. De afgevaardigde hebben ook onderstreept dat het niet voldoende is enkel op te roepen voor een staking, maar dat zo’n staking ook echt opgebouwd en georganiseerd moet worden op de werkvloer.
Tenslotte hebben de centrales van de private sector hun solidariteit uitgesproken: wij zijn allemaal gebruikers van de openbare diensten en wat er vandaag gebeurt in de openbare diensten zal morgen gebeuren in de privé. De delegatie van de Dolomies uit Marche-les-Dames (mijnbouwbedrijf) heeft ook voorgesteld om binnenkort een solidariteitsactie met de stakers in de openbare diensten te organiseren, bijvoorbeeld door hun piketten te gaan versterken.
De volgende belangrijke stap is de 24e juni. Maar alvorens we daar zijn, zullen er acties en stakingen voortgezet worden tegen deze regering van de rijken. Zoals we dat gewoon zijn, zal de LSP in Charleroi volop participeren aan die mobilisaties om de beweging voort te stuwen tot aan de val van de regering en de val van het hele besparingsbeleid. De maat is vol, de strijd zal hard zijn, maar welke andere keuze rest er ons?!


