Author: PierreBrx

  • De doden worden nog geteld. Overlevenden van de onbekende oorlog in Sri Lanka

    Het Engelstalige boek ‘Still counting the dead’ brengt het verschrikkelijke verhaal van het lot van de Tamilbevolking op Sri Lanka in de laatste maanden van de oorlog tussen het Sri Lankese leger en de separatistische LTTE (Tamil Tijgers). President Mahinda Rajapakse riep op 18 mei 2009 de overwinning uit. Frances Harrison was jarenlang een BBC-correspondent in Sri Lanka en omschrijft haar boek als volgt: “Het is geen geschiedenis van de hele oorlog… Het is een verslag van de overwinning vanuit het perspectief van de verslagene.”

    Recensie door Manny Thain

    Ieder hoofdstuk vertelt het verhaal van een individu en zijn of haar naaste familie. De vertalen lopen naast elkaar en brengen het verhaal van hoe grote groepen Tamils naar een klein gebied in het Noordoosten van het land werden verdreven. Het verhaal van elk individu is gelijklopend met dat van de anderen. Dat kan als veel herhaling overkomen, maar het is vooral een hard verhaal. Er wordt immers een beeld geschetst van de verschrikkelijke helse omstandigheden waarmee de Tamilbevolking werd geconfronteerd in de wanhopige poging om aan het oorlogsgeweld te ontsnappen. Er wordt ook ingegaan op de daaropvolgende genadeloze en systematische repressie van de Tamils. In het boek wordt gewezen op de mislukte strategie van de Tamil Tijgers die een aantal jaren het noordoostelijke gedeelte van het eiland controleerden.

    Ondanks de verschrikkelijke en hartverscheurende verhalen, is dit boek het sterkst op de ogenblikken dat Tamils zelf aan het word worden gelaten. Er is weinig analyse, maar er zijn wel enkele pagina’s met nuttige feiten op het einde van elk hoofdstuk.

    Harrison begint met de terugtrekking van de hulpverleners van de Verenigde Naties uit de oorlogszone. Dat gebeurde in september 2008 op bevel van het Sri Lankese regime. Voor veel Tamils was dat een keerpunt. Het betekende immers dat er geen enkel internationaal agentschap en geen enkele journalist in de buurt was om over de bloedbaden te berichten of om tussen te komen.

    De VN hadden steeds een volgzame houding tegenover het Sri Lankese regime. Midden april 2009 blies de algemeen-secretaris van de VN nog de loftrompet van Rajapakse en zijn regime omdat een tijdelijke wapenstilstand in acht werd genomen. De VN Veiligheidsraad stemde eind april in met een lening van 1,2 miljard pond van het IMF aan Sri Lanka, dat was op een ogenblik dat de oorlog in haar meest bloedige fase was terechtgekomen.

    Bij het begin van het offensief sloegen mensen op de vlucht met alles wat ze konden meenemen. Ze laadden tractoren, rickshaws of bromfietsen vol met voedsel, reservekledij, gereedschap, dekens, foto-albums, radio’s, laptops,… Onder de aanhoudende bombardementen moesten ze steeds verder weg vluchten en kwam een groot aantal mensen terecht in zogenaamde ‘no fire zones’. De bezittingen van de vluchtelingen werden steeds beperkter. De moessonregen maakte het plaatje compleet. Het graan kon niet geoogst worden. Het regime controleerde de voedselbevoorrading en liet slechts een fractie van wat nodig was door. Tegen februari 2009 waren er geen groenten meer te verkrijgen, tegen maart was er geen vis meer. Een zak rijst werd verkocht voor de prijs van een auto.

    Er waren verschillende voorbeelden van een enorme solidariteit. ‘Korben’ (een schuilnaam) was een liefdadigheidswerker in een rolstoel. Hij haalt aan hoe vissers probeerden om hun vangst bij de gevangen mensen te krijgen, ondanks de bombardementen en de aanwezigheid van de zeemacht. Vissers riskeerden hun leven, maar aarzelden niet om de helft van hun vangst weg te geven aan de gewonden.

    Zelfs wie wat geld had, zoals Korben, raakte amper aan voeding. Hij had wat spaargeld op de Bank of Tamil Eelam, een bank in handen van de LTTE. De bank bleef functioneren vanuit een hut die was gemaakt met zandzakjes en restanten van een kokosboom. Het personeel van de bank had rekeninguittreksels van de klanten en volgens Korben slaagden ze er vrij snel in om geld uit te keren aan wie wat spaargeld bij de bank had staan.

    Naarmate het Sri Lankese leger oprukte, kwamen steeds meer Tamils in de ‘no-fire zones’ terecht waar ze toch gebombardeerd werden. Ze zaten er volledig vast tussen het leger en de LTTE. Het aantal gewonden liep snel op. De verminkte lijken van mensen lagen er tussen het dode vee. Er werden geïmproviseerde veldziekenhuizen opgezet waar dokters het moesten doen met slagersmessen waarmee werd geamputeerd. Er was geen verdoving.

    Dokter ‘Niron’ schat dat er ongeveer 2.000 bommen werden gegooid op of rond het ziekenhuis van Uddayarkattu toen de gevechten eind januari 2009 intensiever werden. Telkens het veldziekenhuis werd verplaatst, schilderde het personeel een groot rood kruis op het dak en de GPS-coördinaten werden aan het Rode Kruis doorgegeven om het Sri Lankese leger te verwittigen. Maar telkens opnieuw werd het ziekenhuis bewust een doelwit. Anderen beschrijven hoe grote groepen gewonde vrouwen en kinderen een rij vormden voor melkpoeder en het slachtoffer werden van een bombardement. De meeste schattingen voor het aantal doden hebben het over 40.000 tot 100.000 vermoorde Tamils.

    Na de laatste confrontaties (16-17 mei) probeerden tienduizenden mensen zich op wanhopige wijze over te geven. Families werden in de paniek uit elkaar gerukt. Ze moesten een lagune doortrekken waarbij het water tot aan de kin kwam en terwijl er tal van lijken in de zee dreven. Eens de lagune was doorgetrokken, moesten ze in rijen staan om gecontroleerd te worden door soldaten en gemaskerde Tamil rebellen die naar het regime waren overgelopen. Zij moesten LTTE-strijders identificeren maar ook anderen, zoals dokters, die getuigen waren van misdaden en het zwijgen moesten opgelegd worden. De procedure was compleet willekeurig.

    Er was een groot kamp, Manik Farm, dat al gauw het grootste vluchtelingenkamp ter wereld werd met maar liefst 282.000 Tamils. Het kamp werd beheerd met VN-hulp en internationaal geld. Er waren grote affiches van president Mahinda Rajapakse en zijn broers. Het doel was duidelijk: extra zout in de wonden van de verslagenen strooien.

    De omstandigheden in het kamp waren onwaarschijnlijk slecht met amper gezondheidszorg en onvoldoende voedsel, de rantsoenen van rottende groenten volstonden absoluut niet. Het sojameel zat vol kevers. Er was geen sanitair dat die naam waardig was. Er waren tal van groepsverkrachtingen door Sri Lankese soldaten. De mensen waren absoluut geschokt, ze probeerden in leven te blijven en waren te bang om te spreken.

    Internationale hulpagentschappen en een klein aantal lokale liefdadigheidsorganisaties mochten slechts in een beperkt gebied binnen. Journalisten mochten slechts af en toe eens een stuk van het kamp zien tijdens zorgvuldig in beeld gezette rondleidingen. Een aantal mensen slaagde er in om met smeergeld een uitweg te kopen. Dat was echter ook risicovol met een reis naar de hoofdstad Colombo om van daaruit het land uit te vluchten. Al die tijd was er het risico om opgepakt te worden door het leger of door paramilitaire troepen die straffeloos konden optreden.

    In het laatste hoofdstuk wijst Harrison erop dat het Sri Lankese leger sinds het einde van de oorlog met 100.000 manschappen is aangegroeid. Het leger heeft de grond en de bedrijven in het noorden en het oosten overgenomen, dat is nu een gemilitariseerde zone waar er voor iedere elf inwoners een Sri Lankese soldaat is. Mensen van de Singalese meerderheid worden overgebracht om in traditionele Tamilgebieden te wonen in kolonies.

    Het Amerikaanse Agentschap voor Internationale Ontwikkeling stelde vast dat 89% van de Tamil-gezinnen in het noordoosten geen enkel familielid hebben met een inkomen. In Kilinochchi, een voormalig LTTE-bastion, leeft een kwart van de gezinnen aan minder dan de helft van de officiële armoedegrens. Er zijn nog steeds geheime gevangenenkampen in de regio. De martelingen en verkrachtingen gaan nog door. Sri Lanka is wereldwijd de nummer twee geworden wat het aantal verdwijningen betreft. Enkel Irak gaat nog voor.

    Een groep experten van de VN vroeg een onderzoek naar de rol van de VN tijdens de oorlog en een eigen VN-onderzoek naar de oorlogsmisdaden in Sri Lanka. Beide voorstellen werden niet gerealiseerd. Topmilitair Shavendra Silva was actief in het eindoffensief en werd nadien vice-ambassadeur bij de VN. Het levert hem meteen immuniteit op voor een eventuele vervolging. De VN zet in diverse plaatsen ter wereld Sri Lankese troepen in als onderdeel van een vredesmacht. Met andere woorden: de VN erkent in de praktijk de genocide van Rajapakse en ondersteunt het corrupte regime. Het is een totaal verraad van de Tamil-sprekende bevolking doorheen de wereld.

    Het lot van de Tamils in Sri Lanka wordt er intussen niet beter op. De omstandigheden die hebben geleid tot hun wanhoop en woede – omstandigheden die in het verleden hebben geleid tot guerrillastrijd – zijn nog steeds aanwezig.

    ‘Still Counting the Dead: Survivors of Sri Lanka’s hidden war’ door Frances Harrison. Gepubliceerd door Portobello Books, 2012.


    Eerdere RECENSIES op SOCIALISME.be


  • ‘Abenomics’ in Japan – een wanhopige gok

    Op 4 april verraste de nieuwe gouverneur van de Japanse Nationale Bank, Haruhiko Kuroda, de financiële wereld met de aankondiging van een nooit gezien stimulusplan. Hij kondigde aan dat de regering zou overgaan tot een jaarlijkse aankoop van overheidsobligaties voor een bedrag van 520 miljard dollar. Om het in perspectief te plaatsen: in verhouding tot het BBP is dit stimulusplan twee keer zo omvangrijk als wat de Federal Reserve in de VS heeft gedaan.

    Carl Simmons, Kokusai Rentai (CWI in Japan)

    De aankondiging van Kuroda werd voorzichtig verwelkomd door zowel het IMF als de Japanse werkgeversfederatie Keidanren. Maar doorgaans beseffen analisten dat de Japanse regering een erg risicovolle beslissing heeft genomen. Het is nog geen zes maanden geleden dat vertegenwoordigers van Keidanren waarschuwden voor de gevaren van dit beleid en pleitten voor een onafhankelijke koers door de Nationale Bank en een orthodox financieel beleid.

    Van waar komt deze koerswijziging?

    Wanhopige tijden nopen tot wanhopige maatregelen. Wat aanvankelijk werd omschreven als een “verloren decennium” van beperkte groei en deflatie werden uiteindelijk twintig verloren jaren. Volgens bepaalde metingen zijn de prijzen sinds 1997 met 17% gezakt. Gedurende het grootste deel van die jaren stond de beurswaarde van de Nikkei op een koers die minder dan een derde van haar hoogtepunt in de periode van groei was. De intrestvoeten staan sinds 1995 op 0,5% of minder. De groei van de Japanse economie na 1980 bedraagt gemiddeld amper 0,52%.

    De afgelopen twintig jaar werd zowat iedere mogelijkheid van kapitalistisch economisch beleid uitgetest door de opeenvolgende conservatieve regeringen. Het monetaire beleid van ‘qualitative easing’ (in normale taal: het verlagen van de interestvoeten tot de huidige lage niveaus) heeft niet geleid tot beterschap. Keynesiaanse pogingen om de regeringsuitgaven voor infrastructuur te stimuleren op basis van overheidsschulden om zo de uitgaven op peil te houden, brachten evenmin beterschap. Dit beleid werd tot 1997 uitgebreid toegepast.

    Er volgde dan een poging om het met ‘quantitative easing’ te doen – door geld bij te drukken dus. Tussen 1992 en 2008 waren er maar liefst 18 stimuluspakketten voor een totale waarde van 205 triljoen yen. Maar ook dat leidt niet tot een terugkeer van het tijdperk van grote groeicijfers. Dit beleid werd omgegooid en er volgde een rampzalig besparingsbeleid door opeenvolgende regeringen, in het bijzonder de regering onder Noda. Het falen van dit beleid leidde tot een terugkeer van de LDP (Liberaal Democratische Partij) in de regering onder de rechtse nationalist Abe.

    Het nieuwe beleid wordt ‘Abenomics’ genoemd door de critici. Het doet wat denken aan een wanhopige poging om aan een roulettetafel de familiejuwelen in te zetten bij het gokken. Alle bestaande kapitalistische economische doctrines zijn uitgeprobeerd en niets bleek te werken, de periode van stagnatie blijft maar duren. Abe besloot daarom om alle mogelijke ‘oplossingen’ tegelijk toe passen en dat op een nooit geziene schaal. Het beleid omvat een toename van de fiscale uitgaven met 2%, vooral voor het herstellen en uitbreiden van de infrastructuur. Er komt een verdubbeling van de geldvoorraad, dat is het pakket van Kuroda. En er is een doelstelling om tot een inflatie van 2% te komen.

    Abe hoopt dat deze toename van de geldvoorraad zal leiden tot een daling van de intrestvoeten en dat het bedrijven en particulieren zal aanmoedigen om geld uit te geven. De dreiging van inflatie betekent immers dat hun vermogen zou afnemen indien ze het niet uitgeven. Abe hoopt ook dat een dalende waarde van de yen de export door Japanse bedrijven zal stimuleren. Wat zijn de kansen op succes voor dit beleid?

    Vooruitzichten

    De verkiezing van de regering-Abe heeft al geleid tot een waardeverlies voor de Yen met 27% op zes maanden tijd. Die daling heeft echter nog niet geleid tot een ommekeer in het handelstekort. Het feit dat de meeste kerncentrales in Japan stil gelegd zijn na de ramp in Fukushima heeft ertoe geleid dat de dalende Yen de kosten voor de invoer van fossiele brandstoffen heeft doen toenemen. Het zal wellicht tijd vragen vooraleer de waardedaling de export zal stimuleren. Bovendien kan een dalende waarde van de Yen leiden tot devaluaties door de concurrenten van Japan.

    De ‘Abenomics’ heeft geleid tot een herstel van de beurzen. De Nikkei is eindelijk terug boven de kaap van 10.000 punten gegaan. Het effect op korte termijn zal wellicht volstaan om Abe een overwinning te bezorgen bij de verkiezingen in juli voor het Hogerhuis en het zal Abe toelaten om zijn grondwetsherziening door te voeren. Maar zullen de maatregelen ook een einde maken aan de periode van stagnatie?

    Ten eerste moet opgemerkt worden dat de huidige situatie in Japan niet het gevolg is van een tekort aan cash bij de Japanse bedrijven en banken. Die hebben geld genoeg, maar investeren het niet. De meeste bedrijven hebben een spaaroverschot. Ze stellen echter vast dat de markt geen uitbreiding van de productie toelaat en kiezen er dan voor om schulden af te betalen in plaats van te investeren in productie, wat in het kapitalisme nochtans noodzakelijk is om tot een evenwicht te komen. Waar er wel werd geïnvesteerd, ging het vaak om productie die in het buitenland werd opgestart of versterkt. Het lijkt alsof Abe dit heeft begrepen. Op een recente bijeenkomst van de Raad voor Economie en Financieel Beleid vroeg hij zelfs aan de werkgevers om de lonen op te trekken. Ook de econoom Noriko Hama deed een gelijkaardige suggestie. Maar waarom zouden de werkgevers onder het kapitalisme vrijwillig aanvaarden dat ze een deel van hun winsten afstaan zodat de werknemers een hoger inkomen hebben? Dat is een utopische visie.

    Het is echter niet zeker dat zelfs een stimuluspakket van deze omvang zal leiden tot een inflatie van 2%. Zoals Marx al opmerkte, leidt een drastische verhoging van de geldvoorraad er op een ogenblik dat het geld traag circuleert niet zomaar tot een groeiende vraag. In de VS is de ‘omloopsnelheid’ van geld afgenomen tot het laagste niveau in zestig jaar. Ook in Japan staat het op een historisch laagtepunt. Zelfs indien de prijzen de hoogte zouden ingaan, zal het nieuwe beleid wellicht eerder leiden tot een nieuwe zeepbel op de financiële markten dan tot een toename van productieve investeringen.

    Indien de doelstelling van een hogere inflatie wordt behaald, zou dat niet noodzakelijk het einde van de problemen betekenen. Zoals George Soros stelde: “Wat Japan doet, is erg gevaarlijk omdat ze het doen na 25 jaar van opeenstapeling van schulden zonder dat de economie in gang schoot.”

    Hoogste schuldengraad ter wereld

    De overheidsschulden van Japan behoren tot de hoogste ter wereld. In 2011 al stond het op 230% van het BBP. Dat heeft niet geleid tot een crisis zoals in Griekenland omdat de meeste schulden bij Japanse crediteurs zijn gemaakt en niet bij buitenlandse financiële instellingen. Maar de afbetaling van de rente op de schuld is nu wel goed voor een kwart van de overheidsuitgaven. Indien de rentevoeten samen met de inflatie stijgen, kan dit een schuldencrisis veroorzaken. Als de inflatie de rentevoeten tot 2,8% zou omhoog stuwen, dan zou de afbetaling van de rente goed zijn voor de volledige overheidsbegroting!

    De gok van Abe is een enorm risico. Normaal zouden de nuchtere vertegenwoordigers van het Japanse kapitaal zich niet tot zo’n gok wagen. Maar het zijn geen normale tijden en een voortzetting van het vorige beleid houdt eveneens grote risico’s in. De prijs voor het falen van het beleid wordt afgewenteld op de levensstandaard van de Japanse bevolking en de arbeidersklasse in het bijzonder. De heersende klasse vreest sociale explosies die ongetwijfeld zullen plaatsvinden bij een economische ineenstorting. Er zal alleszins geen terugkeer zijn naar de relatieve sociale stabiliteit van het verleden.

  • Directie Chirec ontslaat de BBTK-hoofddelegee

    Interview met BBTK-secretaris

    Op 29 maart werd Naima Amakran ontslagen. Ze was hoofddelegee voor de BBTK bij Chirec, een associatie van privéziekenhuizen. We spreken met Yves Dupuis, BBTK-BHV-secretaris verantwoordelijk voor de social profitsector en we luisteren naar de opmerkingen van de delegees van Chirec. Hieronder het interview met Yves Dupuis.

    Interview door Anja en Michel (Brussel)

    Kunt u uitleggen wat er is gebeurd? Waar komt dit ontslag ineens vandaan?

    "We weten natuurlijk niet wat er zich afspeelt in het hoofd van dit type werkgever. Het is een bijzonder type, daarop komen we straks misschien nog terug. Naima was de hoofddelegee van de meest strijdbare vakbond in Chirec. De liberalen zijn er altijd geweest, we blijven ervan overtuigd dat ze destijds aangenomen zijn door dokter Wynen om de syndicale actie in te perken. De CNE is wel strijdbaar, maar is sindsdien flink afgekoeld. De BBTK is altijd een vakbond van strijd geweest, dat is duidelijk, het is inherent aan het ABVV. We denken dat Naima iemand was die de juiste vragen stelde, die de vinger legde waar het pijn deed. En dat al jarenlang. Naima is degene die een linkse vakbond heeft durven opbouwen, eerst in Cavell en daarna op de andere sites van Chirec. Eerst alleen, daarna vervoegd door een belangrijk aantal militanten en delegees.

    "En nu komen we op een kritiek moment, nu ze een grote lening hebben bekomen bij de Europese Investeringsbank voor de bouw van een nieuw ziekenhuis op Delta. Dat is niet niets. De vragen die we stellen in de ondernemingsraad over de cijfers enz. zijn soms zeer gericht en « lastig ». De vragen die we stellen over overuren, bijvoorbeeld, waarvan er veel worden gevraagd en die niet worden betaald. Overuren zijn het instrument voor de flexibiliteit in deze instelling. Veel werken of thuis blijven in afwachting van een oproep indien de activiteit het noodzaakt. Het is mijn persoonlijke indruk dat het project er zal komen, de lening is aanvaard en ze willen geen problemen meer tussen nu en de opening van de Deltasite in 1017. En ze willen zeker niet iemand in de buurt die de toewijzing van de financiële middelen op de helling zou kunnen zetten. Maar ik heb daar geen bewijzen voor."

    De Toeuf, medisch directeur van Chirec en vicevoorzitter van het artsensyndicaat ABSYM, had vorig jaar gedreigd dat de regeringsmaatregelen rond de ereloonsupplementen van dokters zouden leiden tot enkele duizenden ontslagen. Denkt u dat we voor herstructureringen moeten vrezen?

    "Toen de minister Onkelinckx haar koninklijk besluit rond de erelonen in de tweepersoonskamers naar buiten bracht, kregen we de harde verklaringen van De Toeuf in Le Soir. Hij stelde er in zijn functie van vicevoorzitter van ABSYM dat erdoor 3000 jobs zouden sneuvelen in België. Hij vergeleek dat met de 3000 jobs die verloren werden bij ArcelorMittal en stelde dat men zich niets aantrok van de tewerkstelling in de ziekenhuissector terwijl voor de metallo’s alles uit de kast werd gehaald. Dat is een volledig overtrokken vergelijking, het ene heeft niets met het andere te maken. Ten tweede zijn we nu enkele maanden verder en er zijn geen duizenden ontslagen gevallen. Bovendien dreigde hij er meteen mee dat het voor Chirec zou neerkomen op het verlies van 90 jobs. Het is waar dat het een probleem is voor Edith Cavell: de kamers daar zijn kamers met twee bedden, die ze nu zullen moeten omvormen tot kamers met één bed. Alle dokters zullen er immers vragen om kamers met één bed te nemen om verder hogere erelonen te kunnen vragen. Maar dat zal hun bezettingsgraad halveren…

    “We hebben ons niet laten doen op dat vlak. We werden er samen met het CNE, niet het CGLSB, van beschuldigd publiciteit te hebben gemaakt met name met het platform Solidarité-Santé. Hij mengt daarbij alles, zo zijn wij zogezegd « van de PS ». Terwijl ik me niets aantrek van de P. We kunnen toch eigen ideeën hebben als vakbond. Ik zeg niet dat het niet een relais kan zijn, maar ze zijn meer rechts dan links op het moment. We hebben niets met hen te maken. Wanneer we bij Onkelinckx zijn geweest, was dat omdat we een hoop cijfers in handen kregen waaruit we niets konden opmaken, zij heeft ze terug in hun context geplaatst. Onkelinckx had de syndicale organisaties uitgenodigd. Wij hadden gezegd samen met de directie te willen komen, maar zij heeft hen niet uitgenodigd. Maar dat is hun probleem. Wij kunnen haar toch niet zeggen wie ze wel en niet moet uitnodigen, we kunnen enkel een voorstel doen.

    “Maar dat alles werd ons verweten, ook aan het CNE, maar vooral het BBTK bleek de “grote duivel”. Ze dachten dat wij aan het manoeuvreren waren. Door met het ontslag van Naima de delegatie te onthoofden, denken ze het BBTK te kunnen raken die hen zogezegd minacht. Maar we minachten hen niet, we zeggen wat er gebeurt. Chirec heeft zeer goede ziekenhuizen, het personeel dat er werkt is uitstekend. De dokters ook, jammer genoeg vaak aan een te hoge prijs. We stellen bijvoorbeeld vast dat er veel dokters zijn die elders werken en in Chirec hun privépraktijk komen presteren. Het is een tweede punt, na de overuren, waarbij ons verweten werd stand te houden en neen te zeggen.

    “En dan probeerde men ons uiteraard te gijzelen met de voorstelling alsof de vakbonden verantwoordelijk zouden zijn voor het verlies van 90 jobs in Chirec “omdat ze Onkelinckx steunen”. Maar wij steunen niets. We stellen wel vast dat er van alle ziekenhuizen slechts 20 zijn die door deze maatregelen worden geraakt, minder dan 20 zelfs, eerder 18 of 19. Waaronder Chirec die de helft van de ereloonsupplementen opeet. Op zijn eentje, de helft van de supplementen in heel België! Die informatie komt niet van mij, ik vind die cijfers niet uit. De statistieken van de ziekenhuizen en het RIZIV bewijzen het. Ik zeg niet dat het daarom een slecht ziekenhuis is, ik stel het gewoon vast. Elk ziekenhuis heeft haar eigen doelstellingen, er zijn publieke ziekenhuizen die beschermd moeten worden en die vandaag ook beschermd worden. Maar we moeten ook zeggen zoals het is: de ziekenhuizen van Chirec zijn niet zomaar een ziekenhuis. Zij zeggen: “ook wij aanvaarden mensen die niet kunnen betalen”. En dat is juist, als de ambulance toekomt met een dakloze, kunnen ze die mens niet wegsturen, ze moeten die aanvaarden, maar het is niet hun gebruikelijk cliënteel. Dat is geen verwijt, het is een vaststelling.”

    Wouter Beke stelde vorige week in De Knack dat de groeinorm in de gezondheidszorg, die vroeger nog op 4,5% stond en toen zakte naar 2,8%, onder de regering Di Rupo verder zou zijn gezakt tot 1,6% dit jaar. Moeten we in de sector vrezen voor herstructureringen, voor gedwongen fusies e.d.? Want we praten hier over een privéziekenhuis, maar een budget dat te weinig toeneemt, zal ook de andere ziekenhuizen raken.

    “Dat is een goede vraag. Het is een verwijt van de voorzitter van het Absym tegenover het kabinet van volksgezondheid, een kabinet dat vaak door socialisten werd geleid. Dat ze nooit werden geprivilieerd en zelfs het tegendeel. Dat is niet waar. Ze werden noch achtergesteld, noch geprivilegieerd, maar ondergingen dezelfde behandeling als de rest. Maar ik hoop dat er geen harde besparingen komen op de gezondheidszorg. Zolang er socialisten in het ministerie van volksgezondheid, zou dat niet moeten gebeuren, maar we weten niet wat morgen brengt. We weten dat er bij de laatste besparingen ook op onderdelen in die sector werd bespaard. Het is niet evident, maar op basis van eigen onderzoek stelt ook het studiebureau van ABVV vast dat er nog altijd misbruiken zijn in een aantal ziekenhuizen en het is daarop dat Onkelinckx probeert te richten.

    "De vermindering van de groeinorm is iets dat we moeten vaststellen. Het is gedaald tot 2,8% en we hopen dat het op dat punt wordt gestabiliseerd. We kunnen een soberheidsbeleid aanvaarden, wat wil zeggen dat het geld wordt gezocht daar waar het niet wordt ingezet voor openbaar nut, waarvoor het moet dienen. Maar op zaken besparen die horen tot het vitaal minimum voor de burgers is iets wat we niet kunnen aanvaarden. Dat zullen we bestrijden. Als we effectief zouden dalen naar 1,6%, dan is dat niet haalbaar. Als dat morgen gebeurt, zie ik niet hoe ze dat zullen doen, waarin ze de hakbijl zullen laten neerkomen.

    “Wat Chirec betreft, zullen ze hun grote Deltaproject volbrengen en het lijkt me waarschijnlijk dat er in dat kader personeel zal wordt geofferd op het altaar van de herstructurering door uitbesteding naar onderaannemers, delokalisatie van de administratieve diensten… Voor de rest van België is het moeilijker te zeggen. Er is al zodanig bespaard door fusies, door de 150 en dan 250 bedden, door de zorgbassins… Ik weet niet wat ze nog zullen uitvinden, maar ze hebben altijd veel rechtse ideeën, minder linkse,… Ik hoop dat links er zal staan om neen te zeggen. Dat is alles wat we kunnen zeggen. En wij zullen hen daarmee helpen.

    “Maar ik weet niet waar Wouter Beke die cijfers vandaan haalt. Ik word ongemakkelijk door zo’n verklaringen, dat maakt me bang. Maar welke cijfers zijn dat, van Onkelinckx horen we andere zaken. In ieder geval kunnen we een soberheidsbeleid wel aanvaarden, maar geen blind besparingsbeleid. Als er misbruiken zijn, moet dat worden opgelost. Openbare middelen moeten niet worden verspild. Daar hebben we geen probleem mee, maar geen besparingsbeleid op dat vlak. We hebben het altijd gezegd: de gezondheidszorg en onderwijs zijn zaken die gratis moeten blijven, ook huisvesting moet betaalbaar zijn. Daaraan mag niet worden geraakt, dat zijn zaken die behoren tot het vitale minimum voor iedere burger. “

    Kunt u wat meer vertellen over de zaak van Naima? Wat was haar rol in de delegatie, in het bedrijf. Waaraan heeft ze dit ontslag “verdiend”?

    “Naima werkt al 20 jaar bij Chirec. Het BBTK is aanwezig sinds de laatste drie sociale verkiezingen en nu zijn we zeer goed vertegenwoordigd. We zijn ook echt een “genante” vakbond. Al acht jaar neemt de angst bij de directie toe, een zeer rechtse directie, over de groei van een linkse vakbond. Volgens mij maakt het hen zeer angstig. De beheerraad, bijna volledig samengesteld uit dokters – en niet van het type dat werkt in de medische wijkcentra, geen linkse of sociale dokters, maar rechtse dokters, van zeer hoge kwaliteit maar rechts – verdraagt het niet dat een linkse vakbond groeit in hun onderneming. En met iemand die hen als hoofddelegee angst aanjaagde. Ze rechtvaardigen haar ontslag met opmerkingen over haar gedrag, maar concreet worden haar enkel syndicale daden verweten. Ik denk dus dat ze haar vakbondswerk te goed deed in hun ogen. Veel te goed. En ze legde haar vinger daar waar dat voor hen niet mocht. “

    De laatste 10 à 20 jaar moeten we vaststellen dat de bescherming van delegees niet voldoende is om dergelijke ontslagen te vermijden. We zitten in een situatie waar het wettelijk niet kan, maar waarbij de herintegratie niet verplicht is, zelfs als het ontslag erkend wordt als abusief. Denkt u dat de wet moet veranderen?

    “Het is een probleem van lange adem. De laatste keer dat de wet ter bescherming van de delegees werd aangepast, was in 1991. Toen werd een procedure vastgelegd dat een patroon die een delegee uit de ondernemingsraad of het comité voor preventie wil ontslaan, verplicht is de goedkeuring te vragen van de voorzitter van de arbeidsrechtbank. En al de patroon een delegee wil ontslaan, moet de arbeider in kwesties laten weten de herintegratie te eisen. Ik ben aanwezig in de non-profitsector sinds 1995 en sindsdien zijn er twee gevallen van ontslag van een delegee geweest. We zouden kunnen denken dat zo’n zaken enkel gebeuren in de banken of de grote bedrijven, en niet in de non-profitsector gezien een delegee ontslaan toch bakken geld kost, maar neen. Het gebeurt ook in onze sector. Het eerste ontslag waarmee ik werd geconfronteerd, dateert van februari 2010 toen twee delegees bij Partenamut op dezelfde manier werden ontslagen. En is er Naima, waar de baas zegt: ik ontsla ze op staande voet, ik respecteer de wettelijke procedure niet en ik aanvaard alle kosten die hieruit voortvloeien. En dat alles met publieke middelen die zouden moeten dienen voor de volksgezondheid.

    “Wat kunnen we doen om dit tegen te gaan? De wet op het functioneren van de ondernemingsraden stelt dat wanneer iemand het goed functioneren van de ondernemingsraad verhindert, er wettelijke sancties kunnen volgen. Misschien moeten hiertoe ook gevangenisstraffen behoren. Misschien brengt dat de patroons op betere gedachten, wanneer ze riskeren ze in de gevangenis te belanden als ze een delegee abusievelijk ontslaan. En ik voeg hieraan toe dat de wet van ’91 voorziet dat de ontslagen delegee zijn/haar herintegratie moet vragen, anders ontslaat de baas zonder compensaties. Het zijn de nieuwe elementen voorzien in de wet van ’91, maar het is nog niet genoeg. De sommen die betaald moeten worden, zijn omvangrijk maar niet voldoende om de patroons echt aan het denken te zetten vooraleer tot ontslag over te gaan.”

    Het is ook een kwestie van krachtsverhoudingen: als de vakbond de integratie wil afdwingen, zal dat niet enkel via justitie gebeuren. Dat is niet het terrein waarop we gemakkelijk kunnen winnen. Moeten de vakbonden niet denken aan een plan voor de strijd tegen deze ontslagen en tegen die bazen die de wet aan hun laars lappen?

    “Sinds 1995 zijn er in de non-profitsector twee gevallen geweest, dat is niet veel. Het is niet anekdotisch gezien de enorme bedragen die ermee gepaard gaan, maar het is geen dagdagelijks gebeuren. Het zou helemaal niet mogen gebeuren, maar er is ook het probleem van een patroon die moet aanvaarden dat er iemand in zijn bedrijf werkt met wie hij totaal niet meer om kan. Dat is een probleem, want als we wetgeving ontwikkelen, kunnen we dat niet helemaal alleen doen. En de bazen zullen van hun kant eisen dat ze zich kunnen ontdoen van wat ze een “lastige” delegee noemen. We leven in een rechtstaat en iedere partij heeft het recht zich uit te drukken en we bevinden ons tussen de sociale partners op veel verschillende niveaus. Dus zullen we moeten discussiëren onder ons en het ontwikkelen van nieuwe wetgeving zal dus moeilijk verlopen.

    “Wat kunnen we ter plaatse doen? Het eerste wat we kunnen doen in geval van misbruiken, waarbij de procedures en wetten niet worden gerespecteerd, is het zoeken naar solidariteit in het bedrijf. In Chirec is dat niet voldoende mogelijk gezien het personeel bang is. Daarom hebben we een collectieve maatregel geëist, naast wat voor Naima zelf werd geëist. De voorzitter van de paritaire commissie heeft goed begrepen dat het voor ons de noodzakelijke voorwaarde was om over een oplossing voor Naima te praten. Daarom hebben we ook onze actie opgeschort. We zullen nu tot het einde van het jaar de overlegorganen kunnen laten opvolgen en kaderen door de paritaire commissie, ook de ondernemingsraad waar de delegees constant mishandeling, vernedering en laster moeten ondergaan.

    “Het is moeilijk om onmiddellijk tot een oplossing te komen, het hangt af van het concrete geval. Normaal gezien heb ik te maken met andere gevallen waarbij de patroons naar de arbeidsrechtbank trekken om de opheffing van de bescherming te vragen, waarbij gedreigd wordt met ontslag, maar waarbij de vraag later wordt ingetrokken. Recent nog was er een geval in een bank. Daar hebben we het ontslag ook kunnen stoppen. Als alles zo kan gebeuren, is dat het beste voor iedereen. En dat gebeurt. Maar hier in de non-profitsector hebben we die twee gevallen, die vrij atypisch zijn. In onze sector staat het personeel en de directie immers vaak aan dezelfde kant om meer middelen te eisen vanwege de politiek en de staat. We verwachten van hun kant dus geen dergelijke zaken. Maar zelfs in de non-profitsector beginnen de bazen steeds meer te lijken op de bazen van de winstgevende sectoren.”

    Dit ontslag vindt ook plaats in de context van de discussies over het eenheidsstatuut arbeiders-bedienden. Dat zal gevolgen hebben in jullie sector die grotendeels uit bedienden bestaat. Welke impact wordt daarvan verwacht?

    “Ik zie geen direct verband met de kwestie van bescherming. Het gaat om de opzegtermijnen van de bedienden die het patronaat naar beneden wil herzien, maar dat zou normaal gezien geen gevolgen hebben voor de bescherming van delegees, waar sinds de wet van ’91 een bescherming van acht jaar is voorzien. Ik heb daar niet onmiddellijk angst voor, maar we weten nooit wat ze voorbereiden.

    “Als los van de bescherming zoals die speelt in het geval van Naima, zullen we een ernstig probleem hebben met onze bedienden, gezien men hen een sociale bescherming afneemt, niet die van de delegees, maar die elke werkende. Nu zijn er kritieken op het ultimatum van het Grondwettelijk Hof tegen 8 juli. Enkelen denken dat die haar boekje te buiten zou zijn gegaan gezien ze een grondwettelijk recht van elke bediende opheft. En men vraagt zich af of het Hof niet te ver is gegaan. We denken dat enkel het parlement hierover wetten kan maken. Sommigen stellen dat de vakbonden gelijk hebben als ze zeggen dat in deze kwesties niet met ultimatums kan worden gewerkt en dat het langzamer moet, op een meer graduele wijze, zoals wij voorstellen. En dat er dus geen breuk moet worden uitgelokt zoals een maatregel die door de regering kan worden genomen, waarbij deze laatste zich gedraagt als een olifant in een porseleinkast en alles kapot maakt.”

    Welke condities heersen er nu in Chirec? De wet helpt niet op het vlak van herintegratie, maar in andere sectoren hebben we gezien dat de mobilisatie van de arbeiders toeliet de herintegratie te eisen.

    “In de profitsector, zoals de handel bijvoorbeeld, is er vaak meer solidariteit. We beschikken over solidariteit, maar hoe verder men verwijderd is van de eigen sector, hoe zwakker ze is.

    “De solidariteit is belangrijk, maar die solidariteit wordt vooral opgebracht voor de eigen sector, hoe verder men ervan weggaat, hoe zwakker ze wordt. Daarin zijn we allemaal een beetje corporatistisch. Maar wat we uiteindelijk hebben beslist, individueel en collectief met de begeleiding van de voorzitter van de paritaire commissie, is belangrijk voor Naima. Haar stem zal zich immers verder kunnen uitdrukken, ook zonder aanwezigheid in het bedrijf, gezien het de dossiers zijn waarvoor zij heeft gevochten en waarvoor zij ontslagen is, die overgemaakt zullen worden aan de voorzitter van de paritaire commissie om prioritair behandeld te worden. Het is ook belangrijk voor de BBTK-ploeg om een objectieve getuige te hebben na wat nu is gebeurd.”

    Kunnen we zeggen dat we, met enerzijds de bestaande krachtsverhoudingen die kunnen spelen in een herintegratie en anderzijds de balans die we moesten opmaken uit de onderhandelingen tussen wat we moesten geven en wat we konden krijgen, de optie van een blokkade moesten laten vallen?

    “We hebben strategische keuzes moeten maken. Het probleem met de herintegratie is immers ook dat als iemand gere-integreerd wordt tegen de wil van de patroon, hij ook opnieuw kan beginnen. Als een patroon iemand echt buiten wil… Hier gaat het niet om een impulsieve beslissing van de patroon, genomen in een vlaag van woede, maar om iets dat volgens mij al minstens een jaar terug is genomen. Het was weloverwogen en de beslissing was om het nu ook te doen. Ook dat moet geëvalueerd worden. Een woedebui vanwege een patroon is iets wat gebeurt en dat voelen we ook aan. En dan volgt de strijd met een blokkade enz. Maar we zouden het ziekenhuis een week geblokkeerd hebben en dan zouden ze gezegd hebben: oké, we laten het vallen. Ze zouden haar opnieuw opgenomen hebben om daarna opnieuw te beginnen, bijvoorbeeld door het zoeken naar een zware fout.”

    Kunt u uitleggen wat de situatie is voor de delegatie bij Chirec? Op welke manier is het plaatsen van de ondernemingsraad onder voogdij een voordeel voor hen?

    “Indien we hadden geblokkeerd voor de herintegratie – wat we niet zouden hebben bekomen, want eens ze beslist hebben, zijn ze ook beslist – zou het gedurende onbepaalde tijd een guerrillaoorlog zijn geworden, met een constante krachtmeting tussen de BBTK en de baas. Dat houd je ook geen maanden vol, op een bepaald moment moet het stoppen. Het zou een hel zijn geweest voor zij die achterblijven en die reeds ten dele gedemoraliseerd waren door de onthoofding van de delegatie. Naima deed een uitzonderlijk werk, uiteraard in samenwerking met de andere delegees, maar zij droeg de delegatie. Ze hebben goed gekozen en goed gemikt, het zijn geen idioten.

    “Wat we hebben bekomen, is dat de baas Naima een correcte ontslagvergoeding moet betalen, evenals een morele schadevergoeding, wat wij hebben gevraagd omdat er schade geleden is. Als ik morgen de delegatie opnieuw wil opbouwen met de delegees die er nog zijn – de vakbondsverantwoordelijke met zijn delegees die van de slag zijn door wat is gebeurd – dan is de enige mogelijkheid door te werken aan de dossiers alsof Naima er nog was, zich snel reorganiseren, met een begeleiding om opnieuw met de patroon te kunnen praten. Naima had geen angst, zij was de woordvoerder. Die is nu afgeschoten, maar haar stem is er nog steeds want het is de stem van een ploeg van een veertigtal delegees. Door een nieuwe collectieve dynamiek te creëren, met externe hulp door iemand van FOD Werkgelegenheid en Arbeid, denken we dat we ons staande kunnen houden en verder de arbeiders ter plaatse verdedigen. Want die hebben daar recht op. Dat staat de delegatie toe verder te gaan op haar elan en het maakt de delegatie nog efficiënter.”

    “Dus de directie heeft enerzijds de vakbondsdelegatie verzwakt door het ontslag van de hoofddelegee, maar er is anderzijds ook de verzwakking van de directie door de verplichte aanwezigheid van iemand van FOD-Werkgelegenheid en Arbeid, die moet verzekeren dat de overlegstructuren gerespecteerd worden. Drie maal tijdens de onderhandelingen heeft de patroon niet geaarzeld te zeggen dat hij de wet niet volgt. Hij geneert zich niet. Niet over het geval van Naima, maar over andere zaken. Over de wet van 16 maart 1971 over de lengte van de arbeidstijd heeft hij drie maal toegegeven dat hij ze niet respecteert. Wie zijn dan die kleine Naima en die kleine Dupuis die ons komen vertellen dat ze geen collectieve arbeidsovereenkomst willen tekenen omdat ze illegaal is. Wat de overuren betreft, willen ze over de wettelijke beperkingen heen gaan, maar wat illegaal is, is illegaal. Noch wij, noch de bazen staan boven de wet.

    “De uitdaging voor morgen is het nieuwe ziekenhuis en de mogelijke herstructureringen, waarbij ze meer geld zullen proberen te maken met minder personeel. De dokters willen niet minder verdienen? De werkenden willen hun jobs niet verliezen! Dat ze het proberen, wij zullen klaar staan!

  • Bedienden protesteren voor behoud van hun statuut. Interview met Eric Vandepoele

    Interview door Bart Vandersteene. Foto: BBTK

    In Oost-Vlaanderen hadden de BBTK-militanten afgesproken in Sint-Niklaas. Na een meeting met twee toespraken van het ABVV en de BBTK trokken de meer dan 200 aanwezigen door het stadscentrum naar het kantoor van UNIZO. Terecht waren de betogers verontwaardigd dat net vandaag werkgeversfederaties als Fedustria (textiel en meubels) en Agoria (technologie) hun leden opriepen om snel nog de arbeiders te ontslaan vooraleer het duurder wordt.

    De werkgevers wachten ook tijdelijk met het ontslaan van bedienden omdat het binnenkort wel eens veel voordeliger zou kunnen zijn. Het zijn cynische berekeningen van een op winst beluste economie waar werknemers zoveel als mogelijk als wegwerpproducten worden beschouwd.

    We spraken voor de manifestatie met Eric Vandepoele, BBTK-secretaris voor de Social Profit.

    Eric, deze actie is het resultaat van een belangrijke campagne voor de BBTK, de inzet is hoog?

    EV: "We zijn al een hele tijd met deze campagne bezig, naar onze leden met een informatie- en bewustmakingscampagne, maar ook binnen het ABVV drongen we al lange tijd aan om deze actie vandaag te organiseren. Met de actie willen we anticiperen op een scenario waarin de regering midden mei met een voorstel op de proppen komt. We mobiliseren nu reeds. Op die manier kunnen we wanneer het echt nodig wordt sneller een grotere dynamiek opbouwen."

    Het ABVV eist een harmonisatie van het statuut naar boven?

    EV: "Ja, inderdaad. Een goede ontslagregeling is de beste vorm van bescherming voor werknemers en creëert een vorm van werkzekerheid. We merken vandaag dat in vele bedrijven oudere werknemers worden afgedankt en deze het heel erg moeilijk krijgen om nog aan de bak te geraken. Bijna dagelijks worden we geconfronteerd met dergelijk verhalen. Een goede bescherming van de werknemers is noodzakelijk. Het feit dat deze bescherming gekoppeld wordt aan anciëniteit lijkt ons evident. Vandaar ons voorstel om de langere opzegtermijnen op basis van anciëniteit te behouden. De werkgevers beweren dat dit een heel duur systeem is. Maar als niemand wordt afgedankt is dit systeem heel goedkoop."

    Zullen de acties van vandaag een vervolg kennen?

    EV: "Voorlopig zijn er geen acties concreet gepland. We wachten nu af tot de regering met een voorstel komt. Er doet een gerucht de ronde dat de datum van 8 juli wel eens zou kunnen worden uitgesteld, misschien zelfs twee jaar. Maar anderzijds kan er misschien ook snel een voorstel op tafel komen. In Brussel gaat de actie door aan het kabinet van Minister van Werk Monica De Coninck. Ondanks het feit dat dit een SP.a minister is, zal het je niet verbazen wanneer ik zeg dat we deze niet echt als een politieke partner kunnen beschouwen in dit dossier. Wellicht zullen we dus opnieuw op straat moeten komen."

  • VS na de tragedie in Boston. Neen aan racisme en repressie!

    De voorbije week was bijna surrealistisch in Boston. Er was de verschrikkelijke aanslag op de marathon op maandag, een vorm van geweld die niet zou mogen gebeuren in deze stad of gelijk waar in de wereld. Er waren tal van spontane vormen van solidariteit om de honderden mensen die door de vernietigende bom waren getroffen bij te staan. Lopers die net de marathon achter de rug hadden, liepen nog enkele extra kilometers om bloed te geven. Tal van gewone inwoners van de stad openden hun huizen voor wie in de stad vast zat.

    Bryan Koulouris, Boston, Socialist Alternative

    Er waren tal van solidariteitsboodschappen voor de inwoners van Boston. Er kwamen berichten van mensen uit Kaboel over Bagdad tot New York. Terwijl bedrijven uit de gezondheidszorg grote bedragen eisen voor het uitvoeren van noodzakelijke medische ingrepen, zijn tal van slachtoffers verplicht om beroep te doen op financiële steun van andere werkenden. De miljardairs maken grote winsten door deze tragedie.

    Een van de drie doden als gevolg van de bommen was een 8-jarig kind, Martin Richard, uit de arbeidersbuurt van Dorchester. De foto van Martin met een zelfgemaakte affiche voor vrede na de racistische moord op Trayvon Martin ging de wereld rond als een van de meest treffende beelden die met deze tragedie verbonden werd. Jammer genoeg werd de daad van Martin Richard al gauw gevolgd door een golf van racisme.

    Maandag werd een student uit Saoedi-Arabië lastig gevallen omdat hij ‘verdacht’ wegliep van de plaats van de explosies in de buurt van de aankomstplaats van de marathon. Een groot deel van de eerste dag van onderzoek werd aan deze verkeerde piste besteed. De student was enkel verdacht omwille van zijn afkomst.

    In de gevestigde media werden islamofobie en antimigrantenstandpunten gestimuleerd, ook CNN deed daar duchtig aan mee. De persoonlijke gegevens van de Saoedische man werden bekend gemaakt en er was een stroom aan verkeerde berichten over verdachten en arrestaties. Zo was er een verslag dat het had over een ‘donker gekleurde’ verdachte. De politie van Boston hield Afro-Amerikanen en Latino’s tegen om hen te fouilleren. Dat gebeurde in een sfeer die deed denken aan een militaire samenleving.

    Oorlog, geweld en terreur

    [box type=”shadow” align=”alignright” width=”100″]

    Afgelopen weekend voerde Socialist Alternative in Boston campagne met de slogan: ‘Our grief is not a cry for anti-immigrant policies’
    [/box]

    Socialisten verzetten zich tegen deze terroristische verschrikking. Wat ook de motieven van de aanvallers waren, dergelijke daden zijn totaal reactionair. De eerste slachtoffers zijn gewone werkende mensen. Terreurmethoden zoals de aanslagen in Boston vormen een voedingsbodem voor rechtse krachten die inspelen op racisme en nationalisme, elementen waarmee de arbeidersklasse wordt verzwakt en de belangen van de grote bedrijven worden gediend.

    De media speculeren dat de aanvallers mogelijk geïnspireerd waren door een rechtse islamistische terroristische ideologie en het lot van de voornamelijk uit moslims bestaande bevolking van Tsjetsjenië wilden aanklagen. Die bevolking gaat gebukt onder een harde Russische repressie.

    Als die beweringen kloppen, is het meteen duidelijk dat de aanslagen in Boston niets zullen veranderen aan de houding van het VS-imperialisme of andere imperialistische krachten tegenover de bevolking van Tsjetsjenië, Irak, Afghanistan, Palestina of de gehele Arabische wereld. Meer nog, deze aanslagen ondermijnen de strijd van de Tsjetsjeense bevolking en andere onderdrukte volkeren. Het leidt immers tot een versterking van de macht van de Amerikaanse staat en het geeft de heersende klasse in de VS en de rest van de wereld een kans om de democratische rechten af te breken.

    Socialisten verzetten zich tegen terrorisme en tegen de rechtse politieke islam, maar ze kunnen zich niet vinden in de racistische methoden van het VS-kapitalisme die aan een politiestaat doen denken of in de imperialistische koers in het buitenland onder de noemer van strijd ‘tegen het terrorisme’. De heersende elite probeert op cynische wijze in te spelen op de woede van de gewonde bevolking tegenover terrorisme.

    In plaats van het zoeken naar zondebokken op racistische basis, is er nood aan eenheid van alle werkende mensen, jongeren en onderdrukten om samen de problemen bij hun wortels aan te pakken. In dezelfde week van de tragedie bij de marathon kwamen 14 mensen om bij een ontploffing in Texas, er vielen ook honderden gewonden bij de explosie in het meststoffenbedrijf dat de veiligheidsnormen niet zo nauw nam. Ondertussen plegen dagelijks 22 veteranen van het Amerikaanse leger zelfmoord.

    De werkende bevolking moet zich verenigen tegen de dominantie van de grote bedrijven zodat de veiligheidsregels om de werkvloer gegarandeerd worden en er een degelijke begeleiding voor mensen met psychische problemen komt, alsook gratis en degelijke gezondheidszorg. Deze strijd kan verenigen over etnische, raciale en religieuze grenzen heen. De benadering van arbeiderseenheid kan een tegengewicht vormen voor religieus en etnisch geweld, niet alleen in de VS maar in de hele wereld.

    Helden van de marathon

    Carlos Arredondo is nu wereldwijd bekend als de “man met de cowboy hoed”. Hij haastte zich naar de plaats van de explosie om slachtoffers naar ambulances en medisch personeel te brengen. Zijn daden hebben ongetwijfeld levens gered. Een van de mensen die door Carlos werd gered, was de eerste die een beschrijving gaf van de eerste verdachte die donderdag door de politie werd neergeschoten bij een confrontatie.

    Carlos is een migrant en een activist die zijn zoon Scott verloor toen die als soldaat in Irak zat. Op het hoogtepunt van de anti-oorlogsbeweging was Carlos een centrale figuur in de protestacties in Boston. Samen met zijn partner Melida nam hij nadien deel aan de acties van Occupy Boston.

    Andere helden blijven anoniem, zoals het personeel dat lid is van de vakbond Massachusetts’ Nurses Association (MNA), een bond die actief strijd levert voor het behoud van personeel en voor degelijke gezondheidszorg op een ogenblik dat de grote ziekenhuizen hun ‘kosten’ willen beperken. Het waren verpleegsters en verplegers die lid waren van de MNA die meteen ter plaatse waren om de slachtoffers van de aanslag te verzorgen. Zij zullen verder campagne blijven voeren om voldoende personeel te behouden.

    Seamus Whelan, een gezondheidswerker die lid is van MNA en bij de komende gemeenteraadsverkiezingen opkomt voor Socialist Alternative, stelde: “Na deze verschrikkelijke en tragische terreurdaad, moeten we opkomen voor een degelijke gezondheidszorg. Gezondheidswerkers zullen ook in het belang van de patiënten vooraan staan in de strijd tegen de door Obama geplande besparingen in de gezondheidssector.”

    Migratiedebat

    De gevestigde politici planden dit jaar een debat over migratie. Deze tragedie wordt nu door de rechtse media gebruikt om antimigrantenstandpunten aan te wakkeren. Dat zal het debat mogelijk doen stoppen of naar rechts duwen.

    De jongeren die de aanslagen zouden gepleegd hebben, waren migranten die al tien jaar legaal in de VS verbleven. Migranten of moslims in het algemeen kunnen hier niet verantwoordelijk voor gesteld worden. Er was al een aanval op een moslima in Malden, een arbeidersbuurt nabij Boston. In tegenstelling tot wat de propaganda in de gevestigde media laat uitschijnen, zijn de meeste massamoorden in de VS het werk van blanke mannen die geen moslim zijn.

    Iedere beperking van de democratische rechten van migranten zal ons allemaal raken. Antidemocratische zogenaamd antiterroristische wetgeving zal zogenaamd gericht zijn tegen ‘terroristen’ of migranten, maar al gauw ingezet worden tegen al wie zich verzet tegen de almacht van de gevestigde orde. Dat zagen we de afgelopen jaren al met de maatregelen die in navolging van 11 september 2001 werden genomen. Die maatregelen werden ook ingezet tegen activisten van Occupy, antioorlogsactivisten of syndicalisten.

    Socialist Alternative komt op voor een regularisatie van alle mensen-zonder-papieren. Dat is niet wat Obama voorstelt in zijn hervorming van de migratiewetgeving waarmee hij de grote bedrijven vooral aan goedkope arbeidskrachten wil helpen waarbij de constante dreiging van deportatie wordt ingezet om de lonen te drukken. Slechts een kleine minderheid van de mensen-zonder-papieren zou een legale status krijgen.

    Als migranten volledige legale rechten zouden krijgen, zou dit hun zelfvertrouwen versterken in de strijd voor hogere lonen en meer sociale zekerheid. Het zou alle werkenden versterken in de loononderhandelingen en in de strijd tegen de besparingen. In het verleden zijn de Amerikaanse vakbonden mee uitgebouwd door migranten en dit kan ook nu het geval zijn.

    Uitgaansverbod

    Vrijdag werden de bijna een miljoen inwoners van Boston en omgeving gevraagd om thuis te blijven en hun huis niet te verlaten. We hoorden dat dit de politie zou helpen in de zoektocht naar de overblijvende 19-jarige verdachte die op de loop was. De straten waren verlaten, het aanbeeld van Boston deed denken aan post-apocalyptische films.

    De verdachte werd al gauw ingerekend en het uitgaansverbod werd opgegeven. De verdachte werd gevonden omdat een man in Watertown, een voorstad, naar buiten ging en de verdachte in zijn boot aantrof.

    Het nieuws dat de verdachte was opgepakt, leidde tot een uitbarsting van vreugde en opluchting. Maar de gevolgen zullen nog lang voelbaar blijven. De heersende klasse zal de gebeurtenissen aangrijpen voor een nieuwe anti-terreurwetgeving die de repressiemogelijkheden van de overheid zal versterken. De rechterzijde zal bovendien proberen om de gebeurtenissen aan te grijpen om racistische antimigranten- en antimoslimgevoelens te stimuleren.

    De sfeer is echter niet dezelfde als vlak na 11 september 2011 toen er een brede steun was voor de oorlog en de bekeringen van de democratische rechten. Toen Socialist Alternative afgelopen zaterdag campagne voerde in de straten van Boston kwam er geen enkele vijandige reactie. We hadden slogans als “Verdedig democratische rechten” en “Geen aanvallen op migranten”.

    Veel mensen werden meegesleurd door de stroom van de gebeurtenissen. Ze zoeken nu naar antwoorden. De basis is het kapitalistische systeem dat leidt tot vervreemding, oorlog, armoede en een gevoel van machteloosheid. Dat ligt aan de oorsprong van deze verschrikkelijke daden. Tegelijk werd ook de kracht van de solidariteit van de werkende bevolking aangetoond, deze solidariteit is in staat om deze tragedie en het systeem dat ertoe leidt te overstijgen.

  • Eenheidsstatuut: harmonisatie naar boven!

    Geen knipperlichtacties, maar een strategie om te winnen!

    Er was de voorbije maanden altijd wel ergens een piket dat versterkt moest worden of een lokale, regionale of nationale betoging. Het was onze manier van reageren tegen de lawine van sociale afbraak, tegen de besdrijfssluitingen, de herstructureringen en de afdankingen. Ook de komende weken en maanden blijven we gemobiliseerd. Onder meer voor de harmonisatie naar boven van het statuut van arbeiders en bedienden.

    LSP-Pamflet. PDF

    We kennen de inzet. Tegen uiterlijk 8 juli eist het Grondwettelijk Hof een einde aan de discriminatie op het vlak van de ontslagvergoeding en de carenzdag. Bij bedienden bedraagt de opzegtermijn één maand per begonnen dienstjaar (met een minimum van drie maanden), bij arbeiders slechts 28 tot 129 dagen, afhankelijk van het aantal dienstjaren. Bij arbeiders wordt de eerste dag ziekte geen loon betaald en daarna slechts een gedeelte door de werkgever, de rest is ten laste van de sociale zekerheid. Bij bedienden wordt bij ziekte vanaf dag 1 het volledig loon uitbetaald door de werkgever. Ook op het vlak van vakantiegeld, uitbetaling en proefperiode zijn er belangrijke verschillen. Globaal is het bediendenstatuut een stuk gunstiger dan dat van arbeiders.

    Voor normale stervelingen betekent een einde maken aan discriminatie, het wegnemen ervan. Niet zo voor onze patroons. Zij zijn het die destijds deze discriminatie hebben ingevoerd om de arbeiders onderling te verdelen. Liefst hadden ze dat zo gehouden. Maar de jongste jaren begonnen arbeiders die voor de rechtbank dezelfde opzegvergoeding eisten als hun collega’s bedienden, hun zaak te winnen, zo ook Georges D. tegen kledingfabrikant Bellerose. Om te vermijden dat voortaan alle arbeiders een behandeling als bediende zouden eisen, waren de patroons plots wel bereid om te praten. In hun denkpatroon schaf je echter een discriminatie af door ze uit te breiden naar iedereen, patroons uitgezonderd.

    In een context met meer dan 26 miljoen werklozen op het continent, van bedrijfssluitingen, herstructureringen en wervingsstops bij de overheid, wordt de discussie over het eenheidsstatuut al gauw verengd tot een debat over ontslagrecht. Er wordt niet meer gedebatteerd over het onrecht dat de arbeiders nu al decennia moeten ondergaan, maar over het gevaar dat een veralgemening van het bediendenstatuut zou betekenen voor de tewerkstelling. Volgens de verzamelde patroons, het zogenaamde interprofesioneel werkgeversoverleg, zou dat tienduizenden jobs kosten. In Spanje, Italië, Frankrijk en Nederland heeft de versoepeling van het ontslagrecht nochtans niet geleid tot het behoud van jobs, integendeel.

    Er is geen enkele reden waarom de vakbonden met minder genoegen zouden nemen dan een veralgemening van het bediendenstatuut. Geen akkoord betekent immers volgens de rechtbank: het beste statuut voor iedereen. De patroons hebben echter een bondgenoot van formaat: de regering. Die zal desnoods haar eigen “compromis” opleggen, t.t.z. het patronaat ter hulp snellen met een voorstel dat ergens tussen beide bestaande statuten in ligt, maar vooral aanleunt bij dat van de arbeiders.

    Tegenover het front van werkgevers en polici staat helaas een verdeeld vakbondsfront. ACV-voorzitter Leemans pleit voor “een globaal evenwicht: voor de werknemer en voor de werkgever. We willen geen onmogelijke competitiviteitshandicap creëren.” En ook in het ABVV weigeren een aantal arbeiderscentrales aangevoerd door Herwig Jorissen van ABVV-metaal deel te nemen aan de acties op 25 april. Volgens Jorissen moet “iedereen zich realiseren dat in sociale aangelegenheden, zoals in de politiek, het resultaat van onderhandelingen er eentje is van een compromis en dus van geven en nemen.” Kortom, zowel Leemans als Jorissen laten zich op sleeptouw nemen door de argumenten van de patroons.

    Hoe is dat mogelijk? Als er geen duidelijke ordewoorden komen gericht op een strategie om te winnen, begint ieder zijn weg te gaan, met als resultaat dat de vakbonden en de arbeidersbeweging zelf verdeeld en verzwakt worden. We kunnen nog honderden keren staken en betogen, maar als dat niet gekoppeld wordt aan een strategie om de regering en de patroons ook effectief klem te zetten, dan verwordt dat tot folklore. Waarom komen Leemans en Jorissen met hun houding weg? Omdat er geen perspectief geboden wordt op een overwinning! Om verdeeldheid te voorkomen en te vermijden dat het debat rond het eenheidsstatuut wordt aangegrepen om de sociale verworvenheden van bedienden af te bouwen, is een sterk, eengemaakt en met de basis uitgediscussieerd actieplan nodig.

  • Recht op abortus – Recht op het krijgen van kinderen zonder te verarmen

    Voor een echte keuze:

    Eind maart vond de Mars voor het Leven plaats. Even was er ook sprake van een Europese Mars voor het Leven en de Familie. Ondertussen hebben de activisten van de Sinterklaasgroep wekelijkse activiteiten voor het abortuscentrum in Gent, waarbij de vrouwen die er komen op schandalige wijze worden geculpabiliseerd en geïntimideerd. Wat begon met een handvol fanatici is aangegroeid tot een groep van een 20-tal. Het is ook niet het enige centrum dat regelmatig door hen bezocht wordt.

    Dossier door Anja Deschoemacker uit de aprileditie van ‘De Linkse Socialist’. Foto hiernaast: Protest tegen ‘Mars voor het leven’ met pro-keuze betoging.

    Het is hoog tijd om een tegenbeweging op te bouwen. De Mars voor het Leven laten doorgaan zonder tegenactie is toelaten dat deze reactionaire groepen de media bezetten zonder enig antwoord. Aan de lokale centra moeten campagnes worden opgebouwd die een einde kunnen maken aan hun aanwezigheid. Vrouwen op zo’n moment moreel en emotioneel onder druk zetten, kan niet onder het recht op vrije meningsuiting vallen, maar onder openlijke pesterijen en intimidatiepogingen.

    Om zo’n beweging uit te bouwen, moet men echter ook een antwoord bieden op het populistisch misbruik door de prolife-beweging van de sociale problemen in de samenleving. De vaststelling dat het liberale verhaal niet heeft volstaan om vrouwen sociale gelijkheid te bieden, leidt tot een zoektocht naar andere oplossingen. In die zoektocht bieden bewegingen als “prolife” een terugkeer naar het verleden aan. Socialisten moeten een weg naar de toekomst tonen, een toekomst waarin geen discriminatie, onderdrukking, uitbuiting… – en geen tweederangsburgers – bestaan.

    Langzame afbouw welvaarstaat in laatste decennia maakt arm – vrouwen het hardst getroffen

    De vervrouwelijking van de armoede wordt regelmatig door onderzoek bevestigd. We citeren hier gegevens uit de brede bevraging van Comeva en de Koning Boudewijnstichting (maart 2010). Een algemeen cijfer om mee te beginnen: 22% van de vrouwen heeft het financieel zwaar (7% komt helemaal niet rond, 15% moeilijk) en nog eens 40% stelt wel rond te komen, maar zich geen extra’s te kunnen veroorloven. Slechts 30% leeft “comfortabel”.

    Lage vrouwenlonen en een stijgende levensduurte (wonen, energiekost,…) maken dat vrouwen zonder partner een veel hoger armoederisico lopen dan vrouwen van wie het gezinsinkomen aangevuld wordt door een (hoger) mannenloon. 60% van de vrouwen die niet rondkomen, is single tegenover 25% van de vrouwen die wel rondkomen.

    Alleenstaande ouders (80% moeders) lopen een armoederisico van 36%. Werk en diploma bieden geen garantie dat je als vrouw aan financiële moeilijkheden ontsnapt: 38% van de vrouwen die met moeite rondkomen, is hoog opgeleid en 30% werkt voltijds. Niet minder dan 1 op de 2 ondervraagde vrouwen stelde financieel afhankelijk te zijn van haar man, 11% zegt bij hun partner te blijven omdat ze het financieel niet alleen aankunnen (14% bij de vrouwen in armoede, 7% bij de vrouwen die rondkomen).

    De studie toont dat een mannelijke kostwinner nog steeds onderdeel uitmaakt van de beste strategie om aan de armoede te ontsnappen. Een pijnlijke vaststelling in een samenleving die lang beweerde dat de gelijkheid van man en vrouw als niet volledig bereikt, dan toch binnen handbereik lag.

    De crisis en het besparingsbeleid dreigen de restanten van de naoorlogse verworvenheden onderuit te halen

    De Belgische bevolking kreeg van de regering Di Rupo al 18 miljard besparingen te verduren en het stopt voorlopig niet. Gevreesd mag ook worden dat een hoop structurele aanvallen gepland worden voor na de verkiezingen van 2014, waarna voor het eerst sinds lang vier jaar zonder verkiezingen volgt.

    Vrouwen werden al hard geraakt door de crisis, hoewel de meest spectaculaire jobverliezen voorkwamen in industriële sectoren waar vooral mannen werken. Ze werden geraakt door de decennialange onderfinanciering van zorg in al haar vormen. De zorg voor kinderen, zieke of bejaarde familieleden, voor personen met een handicap… komt door een tekort aan plaatsen en ellenlange wachtlijsten terug meer en meer op het takenlijstje van het gezin te staan. En in dat gezin verdienen vrouwen minder dan mannen. Als dan iemand minder moet werken om die taken op te vangen, is dat in de meeste gevallen de vrouw.

    De te verwachten verdere afbouw van de openbare diensten zal nog veel meer vrouwen dwingen tot deeltijds werk en het verlies van financiële onafhankelijkheid. Nu reeds worden hele groepen vrouwen gedwongen om minstens tijdelijk uit de arbeidsmarkt te stappen omwille van het gebrek aan voldoende betaalbare plaatsen in de kinderopvang. Ook de ontwikkeling van het plaatsgebrek in het onderwijs, waardoor steeds meer kinderen naar een school gaan die niet in de buurt ligt, maakt dat veel vrouwen het steeds moeilijker hebben om een voltijdse job te behouden of te aanvaarden.

    Vrouwen worden ook harder geraakt door een reeks algemene maatregelen, zoals de afbouw van het wettelijk pensioen of de degressiviteit van de werkloosheidsuitkeringen. Volgens Femma (persbericht van 31/10/2012) worden alleenstaande werkloze vrouwen door het laatste hard geraakt: “Zij stranden binnenkort op 1090 euro/maand. Ver onder de Europese armoedegrens”. Vrouwen zijn ook oververtegenwoordigd in de categorie “samenwonenden”, die op het dieptepunt uitkomen op 485 euro/maand. De maatregel duwt ook het pensioen verder omlaag terwijl nu al 60% van de vrouwen het een pensioen heeft dat lager is dan 1000 euro/maand (tegenover 30% van de mannen).

    “Mannen moeten minder uren werken, vrouwen meer”? (Monica De Coninck)

    Als de dubbele dagtaak vrouwen belet sociaal gelijk te worden met mannen, is de oplossing dan dat mannen meer tijd in het huishouden besteden? Het is onderdeel van de mantra van de burgerlijke feministen. En natuurlijk beperkt de traditionele taakverdeling in de huishoudelijke taken vrouwen in hun vooruitgang op de arbeidsmarkt. Maar de voorstelling alsof het om een gemakzuchtige “keuze” van “mannen” zou gaan, is nogal kort door de bocht. En als dat de oplossing is, wat doen alleenstaande moeders dan?

    Als de man in de leeftijd tussen 25 en 40 jaar de koning van de arbeidsmarkt is, dan is dat niet het gevolg van een beslissing van “de mannen”. Bazen nemen die mannen aan omdat ze niet zwanger worden en omdat bazen ervan uitgaan dat mannen in hun ijver voor het werk niet gestoord worden als hun kinderen bijvoorbeeld ziek worden.

    Bazen nemen mannen aan omdat ze overuren kunnen kloppen, aangemoedigd door de regering (met o.a. Monica De Coninck) via dalende lasten op overuren. Bovendien gaan we steeds meer in de richting van annualisering van de arbeidstijd, waarbij in drukke periodes een meer dan voltijdse job wordt uitgevoerd – wat voor mensen met kinderen onmogelijk te combineren valt met de 32-urenweek in het onderwijs. Als je wil dat mannen meer in het huishouden en de kinderzorg doen, moeten ze minder uren buitenshuis werken, niet meer.

    Als we willen dat vrouwen voltijds werken –het enige dat vrouwen een kans biedt op reële onafhankelijkheid – dan moet het aantal uren voor een voltijdse job omlaag. Een arbeidsduurvermindering naar 32 uur per week zonder loonverlies en met bijkomende aanwervingen zet niet alleen een belangrijke stap in de oplossing van de werkloosheid, maar kan ouders – mannen en vrouwen – ook toelaten om een betere balans te vinden en een betere verdeling van een deel van de zorg- en huishoudelijke taken.

    We moeten vooral ook een deel van dat huishoudelijk werk collectiviseren. Kwaliteitsvolle en verse maaltijden op de werkplaats en in de scholen bevrijdt gezinnen – en daarin vooral vrouwen – van uren onbetaalde arbeid per week (boodschappen, eten bereiden, afwas…). Publieke buurtwasserijen en -strijkateliers, waar het personeel onder overheidsstatuut werkt – zouden niet alleen een pak jobs scheppen, maar ook voor de gezinnen meer vrije tijd creëren. Ook de jobs die vandaag via dienstencheques worden geregeld, zouden binnen dat openbare statuut moeten vallen, opdat iedereen die ze nodig heeft er gebruik kan van maken en opdat het personeel – in grote meerderheid vrouwen – degelijke loon- en arbeidsvoorwaarden krijgt.

    Deeltijds werken is voor veel vrouwen een noodzaak door de flexibiliteit van de arbeidsmarkt en het ontbreken van diensten die de huishoudelijke arbeid beperken. Zolang dat zo blijft, betekenen de woorden van De Coninck enkel dat ze de schuld voor lage lonen en pensioenen doorschuift naar de individuele “keuzes” van vrouwen en mannen. Waarom? Omdat zo’n “oplossing” de staat geen geld kost en bovendien mannen als verantwoordelijken aanstelt voor de lage vrouwenlonen. Een klassieke verdeel-en-heersstrategie.

    De prolife-beweging serveert het verleden als de oplossing

    Dat de prolife-beweging pas vandaag echt zijn kop opsteekt in België, is binnen het kader van de huidige onzekerheid bij grote lagen van de bevolking niet verwonderlijk. We hebben al gezien dat de hang naar het traditionele gezin ondersteund wordt door de realiteit dat vrouwen financieel meestal beter af zijn met een mannelijke partner. We hebben ook gezien dat de verslechterende omstandigheden op de arbeidsmarkt maken dat meer en meer vrouwen, en zeker moeders, geen volwaardig inkomen kunnen bekomen. Waar Monica De Coninck stelt dat de nodige verandering ligt in het meer voltijds werken van vrouwen (ook al weigert ze daar de voorwaarden voor te creëren), stellen de prolifers dat we terug moeten naar het oude gezin, waar de mama tijd had voor haar kindjes (maar wel volledig afhankelijk was van haar echtgenoot en haar bestaan beperkt zag tot haar gezin).

    Veel jonge vrouwen komen tot de conclusie dat gezien de lage lonen voor vrouwen en de hoge prijzen voor kinderopvang het sop de kool niet meer waard is. Zij willen langer thuis blijven bij de kinderen en minstens tijdelijk deeltijds werken om niet totaal afgepeigerd door het leven te gaan voor een inkomen dat de moeite niet waard is. Wij delen die eisen, die met de huidige productiviteit eigenlijk geen probleem zouden mogen vormen. Bovendien weerspiegelen die eisen dat “het gezin” voor vrouwen ook een “werkplaats” is, weliswaar met onbetaalde arbeid. Prolifers spelen daarop in met hun eisen voor een huismoederloon.

    Ons alternatief luidt anders. Meer flexibiliteit ten voordele van de werkende ouders, met de erkenning van minimum zes maand verplicht ouderschapsverlof met uitbetaling van het volle loon (voor vrouwen en voor mannen), met het recht om tijdelijk deeltijds te werken zonder groot loonverlies op momenten dat de gezinstaken meer tijd opeisen (zieke kinderen, verzorgen van bejaarde familieleden,…) zijn zaken die het leven voor veel vrouwen zouden vergemakkelijken en ook meer mannen zouden toestaan zich in zorg- en huishoudelijke taken te engageren zonder een sterk verlies aan inkomen.

    Het uitbreiden van dergelijke mogelijkheden als onderdeel van de sociale zekerheid (waarvoor dan de patronale bijdragen wel terug – en flink! – moeten stijgen) zou veel vrouwen ervoor behoeden permanent huisvrouw te worden, met alle nadelen (afhankelijkheid en isolatie, beperkte mogelijkheden tot zelfontwikkeling, eindeloze herhaling van steeds weer dezelfde simpele taken,…) die eraan verbonden zijn. In de kapitalistische maatschappij worden deze oplossingen “onbetaalbaar” geacht. Niet omdat ze onbetaalbaar zijn, maar omdat je ervoor moet snijden bij die bevolkingsgroep die Monica De Coninck en co vertegenwoordigen: de rijke elite. Dat heeft De Coninck dan toch gemeen met de prolife-beweging: ook hun “oplossingen” brengen geen meerkosten voor de rijke elite mee.

    Pro-abortus of pro-keuze?

    Er mag geen twijfel over bestaan: het recht op abortus is een fundamenteel recht dat met hand en tand verdedigd moet worden. Niemand kan in de plaats van een zwangere vrouw beslissen of zij een kind houdt of abortus pleegt. In die zin is de wet in België nog steeds zeer beperkt: er is slechts een korte periode waarin abortus vrij te bekomen is, nadien is het enkel mogelijk indien er zware implicaties zouden zijn voor het leven of de gezondheid van de vrouw of het kind. Wie geld heeft, kan dan nog in andere landen terecht; de rest zit met de gebakken peren.

    In een samenleving waar vrouwenlonen gemiddeld dalen naarmate vrouwen meer kinderen hebben, waarin alleenstaande moeders een bijzonder groot armoederisico lopen, waarin partnergeweld een wijdverspreide realiteit is, is de controle over de eigen vruchtbaarheid zeer belangrijk. Het krijgen van een kind of nog een kind erbij kan de draagkracht van moeders en gezinnen overstijgen.

    Het is ook een gevaarlijke illusie te denken dat een afschaffing van het recht leidt tot minder abortussen. Een wettelijk verbod leidt immers enkel tot meer onveilige abortussen, waarbij de complicaties kunnen leiden tot verlies van de vruchtbaarheid en zelfs de dood. Onderzoek van de Wereldgezondheidsor-ganisatie toonde dat in 2008 49% van de abortussen in de wereld onveilige abortussen waren, 1 op 8 vrouwen zou daarbij het leven laten.

    De dood van Savita Halappanavar in Ierland heeft ons vorig jaar met de neus op de feiten geduwd. Haar leven kwam in gevaar door zwangerschapscomplicaties, waarbij haar foetus niet meer levensvatbaar was. Een abortus had mogelijk haar leven kunnen redden, maar kon door het absolute verbod niet worden toegepast. De zogenaamde “prolife”-ideologie kost mensenlevens!

    De verdediging van het recht op abortus moet op verschillende vlakken worden gevoerd. In veel landen en regio’s staat het recht onder druk door initiatieven vanuit rechts-conservatieve hoek. Maar ook zogenaamd “progressieve” politici brengen het recht in gevaar door besparingen in de gezondheidssector, door beperking van de financiering van de hulpverlening, door het duurder maken van de ingreep…

    Maar enkel de verdediging van het recht op abortus biedt geen antwoord op het discours waarmee de “prolife”-beweging bredere lagen probeert te verleiden. Zo klaagt ze aan dat de samenleving gezinnen met kinderen onvoldoende ondersteunt en zo arme vrouwen dwingt tot abortus. Ze stellen ook dat met het huidige gebrek aan middelen voor de zorg van gehandicapte personen vrouwen die zwanger zijn van een gehandicapt kind enorm onder druk worden gezet om een abortus te plegen.

    Hun discours naar brede lagen is dan wel wat socialer en “vrouwvriendelijker” geworden, hun “oplossingen” zijn dat niet. Hun alternatief voor abortus is het afstaan voor adoptie – in nieuwe Magdalena-wasserijen? (*) – ook als de zwangere werd verkracht of minderjarig is. De oplossing voor het gebrek aan zorg? Vrouw aan de haard! Vrij te verkrijgen gratis voorbehoedsmiddelen? Neen, onthouding!

    Socialisten moeten het recht op een echt vrije keuze verdedigen en dat omvat uiteraard het recht op abortus, maar het houdt er niet bij op. Vrouwen die wel kinderen willen, maar door financiële redenen tot abortus overgaan – of omdat hun dubbele dagtaak nu al hun draagkracht overstijgt – zouden daartoe de kans moeten krijgen.

    Voor die echt vrije keuze is een samenleving nodig waarin kinderen krijgen niet tot verarming leidt, noch tot een dubbele dagtaak voor vrouwen. Een samenleving waarin kinderbijslag de reële kosten dekt, waar ieder kind een plaats heeft in kwaliteitsvolle en toegankelijke structuren voor kinderopvang en onderwijs, waar kwaliteitsvolle diensten bestaan die de huishoudelijke taken verlichten en zorg bieden aan wie dat nodig heeft,… maar ook waar niemand met armoede wordt bedreigd door lage lonen en uitkeringen.

    In onze samenleving– het kapitalisme – is de vooruitgang van vrouwen op al die vlakken al enige tijd omgebogen tot een achteruitgang. De fundamentele reden hiervoor is niet dat er geen middelen zijn, maar dat meer en meer alle middelen uit de samenleving worden weggezogen door een steeds rijkere minieme elite. Die elite houdt een systeem in stand dat armoede kweekt en steeds meer mensen de mogelijkheid ontzegt gelijk welke keuze te maken. Het is een systeem dat steeds opnieuw haar eigen crisis creëert, om er dan de meerderheid van de bevolking voor te doen opdraaien. Haar controle over de middelen maakt dat vrouwen nooit moeten verwachten dat die worden ingezet voor iets dat wel de samenleving vooruitbrengt, maar geen maximale winst op korte termijn oplevert. De strijd voor een echte keuze zal pas voorbij zijn met de overwinning van de strijd voor democratisch socialisme, een systeem waarin de productie gepland wordt niet in functie van winst, maar om in de behoeften van de meerderheid van de bevolking te voldoen.

    (*) De Magdalena-wasserijen in Ierland (1922-1996) werden beheerd door religieuze congregaties. Er werden vrouwen opgesloten om dwangarbeid te verrichten. De overheid heeft zelf tienduizend vrouwen in de wasserijen ondergebracht. Het ging onder meer om ongehuwde moeders of dochters van ongehuwde moeders.

  • LSP-Nieuws. In en om de partij

    We brengen op socialisme.be een regelmatige rubriek met nieuws vanuit LSP zelf. Deze rubriek moet een plaats bieden aan korte verslagen van acties, campagne-momenten,… Maar even goed voor aankondigingen van bijeenkomsten of oproepen. Nieuwe leden kunnen hier uitleggen waarom ze onze rangen vervoegd hebben.


    [box type=”shadow” align=”alignright” width=”100″]

    Noteer in je agenda

    • do. 25 april. Gent. ALS-debat: is vrouwenstrijd gestreden? Met minister De Coninck, ABVV-topvrouw Katrien Neyt, columniste Annelies Van Belle en Anja Deschoemacker van LSP. 19u30 Blandijn
    • za. 27 april. Meeting van links in Charleroi
    • di. 30 april. Antwerpen. Algemene ledenvergadering: "Margaret Thatcher overleden. Nu haar beleid nog begraven" 19u30 Multatuli
    • di. 30 april. Mei-avondfeest in Aalst
    • woe. 1 mei: deelname aan diverse optochten
    • do. 16 mei. Gent. Debat: Gent, Gas(t)-vrije stad? Met o.a. burgemeester Termont, TegenGAS en anderen. 20u ACV-gebouw, Poel Meer info
    • za. 18 mei. Antwerpen. 12u begraafplaats Berchem (naast Middelheimziekenhuis). Herdenking 4 jaar einde van de oorlog in Sri Lanka
    • 4-7 juli. ALS Zomerkamp
    • 22-26 juli. CWI Zomerschool

    [/box]

    Waarom ik lid werd

    Jochen, Limburg

    Op zoek naar een betere wereld ben ik via het CWI bij de LSP terecht gekomen. De interessante discussies en uiteenzettingen hebben me doen terugkomen, en hebben me samen met de betogingen en bezoeken aan het stakingspiket van Ford geleerd dat dit de echte plaatsen zijn waar de ware sociale en economische problemen aan bod komen en bestreden worden, waar dus echt aan politiek gedaan wordt, in scherp contrast met al onze parlementen van het status quo.


    Meigroeten: bedankt!

    Momenteel wordt de laatste hand gelegd aan onze krant voor op 1 mei. Komende vrijdag komt deze krant normaal gezien van de drukker. In onze mei-editie staan er ‘meigroeten’, strijdbare boodschappen van lezers of organisaties die alternatieve media willen ondersteunen. We hebben ons record van vorig jaar verbeterd en hebben volgens de laatste gegevens voor zo’n 4.300 euro aan (beloofde) steun opgehaald! Bedankt!


    Geslaagd vormings- en discussieweekend

    Met drie centrale meetings en 19 commissies, een (bij het begin van het weekend nog) goed gevulde boekenstand, de eerste lentezon en een strijdbare en kameraadschappelijke sfeer onder de 220 aanwezigen. Dat waren enkele van de ingrediënten die van Socialisme 2013 een topweekend maakten.

    Het is onmogelijk om alle meetings en commissies te overlopen, van enkele publiceren we spoedig een weerslag (onder meer van de internationale spoormeeting, de commissie over marxisme en de centrale meeting over een politiek verlengstuk voor de arbeidersbeweging). Er werd gestart met een meeting waarin het jongerenverzet centraal stond. Een Portugese socialist beet de spits af en werd gevolgd door een Brusselse scholier, een studente uit Namen en de Mathias van de Actief Linkse Studenten en de campagne TegenGAS.

    Op zaterdagavond was er een debat over de politieke vertegenwoordiging van de werkende bevolking. Daniël Piron, regionaal secretaris van het ABVV van Charleroi en Zuid-Henegouwen, was op het laatste moment verhinderd maar vroeg Felipe Van Keirsbilck van de christelijke bediendencentrale CNE om ook in zijn naam te spreken. Aan het debat namen ook Levi Sollie (ABVV Bayer) en Alex Gordon (tot voor kort voorzitter van de Britse transportbond RMT) deel.

    Het weekend werd afgesloten met een meeting over het Europees verzet tegen de besparingen, met sprekers uit Portugal, Frankrijk, Italië en ons land. Het internationale karakter van het weekend werd benadrukt door de aanwezigheid van militanten uit Ierland, Duitsland, Frankrijk, Griekenland, Portugal, Groot-Brittannië en Luxemburg.

    Op het weekend werd een financiële oproep gedaan die reeds 3.500 euro opbracht. We haalden geld op om de uitbouw van de Workers and Socialist Party (WASP) in Zuid-Afrika te ondersteunen, deze partij komt voort uit de revolte onder de mijnwerkers en andere arbeiders die het neoliberale beleid van het ANC niet langer aanvaarden. Op de oprichtingsconferentie van de WASP waren er honderden aanwezigen die duizenden arbeiders vertegenwoordigden. Ook haalden we geld op om de Griekse antifascistische comités te steunen.

    Verder werd aan de stand voor ruim 900 euro aan boeken, brochures, badges en T-shirts verkocht. Vooral opvallend was dat onze stock aan tweedehandsuitgaven van marxistische klassiekers bijna volledig leeg gekocht werd.

    Socialisme 2013 werd gekenmerkt door enthousiasme en strijdbaarheid. Het komt er nu op aan om de lessen van de vele discussies, vormingen en debatten in de praktijk om te zetten. Voor strijd, solidariteit en socialisme!

    Wat wij van Socialisme 2013 vonden

    • Op het Socialisme weekend leerde ik veel bij, van de relevantie van het marxisme vandaag tot de Russische revolutie. Het was vooral moedgevend om zoveel enthousiaste en gelijkgezinde kameraden te zien. Ook de boekenstand prijs ik aan iedereen aan. (Sammy, Gent)

    • Het was frustrerend dat de commissies op hetzelfde ogenblik plaatsvonden en ik dus niet naar allemaal kon gaan. Maar het zorgt er wel voor dat er meer ruimte voor discussie is en iedereen gemakkelijker kan deelnemen aan de discussie. Ik vond het overigens straf hoe alles zo vlot vertaald geraakt. Spijtig dat het weekend zo snel voorbij was. (Robin, Luik)

    4-7 juli. Zomerkamp van de ALS

    Het academiejaar loopt stilaan op zijn einde. Voor studenten en scholieren komen er enkele moeilijke weken aan. Het vooruitzicht van de vakantie die daarop volgt, biedt echter steun. Zeker als die vakantie begint met een spetterend zomerkamp van de Actief Linkse Studenten en Scholieren. Dat is een uitstekende gelegenheid om een bilan op te maken van de activiteiten van het afgelopen jaar en om aan de hand van politieke discussie plannen voor de komende maanden op te maken. Aangevuld met een barbecue, ontspanning, zon (wie weet…) en een gezellige sfeer kan het niet stuk.

    Op het zomerkamp zijn er een reeks discussies met iedereen samen of in kleinere groepen. Er wordt ingegaan op de marxistische benadering van de staat en repressie, de verhoudingen tussen hervormingen en revolutie, economie en kapitalisme, het proces van revolutie en contrarevolutie in Noord-Afrika en het Midden-Oosten, de strijd tegen apartheid in Zuid-Afrika, de actualiteit in Venezuela, de strijd tegen extreemrechts, antiseksisme en de verdediging van vrouwenrechten,… Kortom, er is voldoende stof voor discussie en vorming. Contacteer ons vandaag nog om je in te schrijven. Dat kan via info@socialisme.be. Het volledige programma verschijnt spoedig op socialisme.be en actieflinks.be


    Abonnementencampagne

    Tussen begin maart tot en met Socialisme 2013 wilden we 100 nieuwe abonnementen op onze krant maken. We hebben er in deze campagne 80 gemaakt, wat nog iets onder de 100 blijft maar toch een goede stap vooruit is voor de verspreiding van ons maandblad. Uiteraard zullen we nu niet stoppen met onze abonnementencampagne. Ook in de komende weken en maanden willen we de groep van vaste lezers verder uitbreiden.

    Ben jij een vaste lezer of heb je onze krant voor het eerst vast? Kan je je vinden in onze ideeën en vind je het nuttig dat om eens een andere klok te horen luiden dan wat je doorgaans te lezen krijgt in de gevestigde media? Aarzel dan niet en steun deze krant door er een abonnement op te nemen.

    We bieden iedere maand een pakket aan analyses en artikels die niet alleen de huidige gang van zaken aanklagen, maar tevens proberen om een alternatief naar voor te brengen. Help ons deze politieke werking uit te bouwen door een abonnement te nemen. Dat kan gaan van een proefabonnement van 5 euro voor drie kranten tot een steunabonnement van 30 of 50 euro voor een jaar, of waarom geen doorlopende opdracht vanaf 2 euro per maand? Stort op BE48 0013 9075 9627 van ‘Socialist Press’ met vermelding "abonnement".

  • Kort & Krachtig

    Iedere zaterdag publiceren we een overzicht van enkele opvallende nieuwtjes, feiten, opmerkelijke uitspraken of video’s.


    De kikker en de ooievaar

    Bart De Wever vindt het teveel eer om als lokale politieke erfgenaam van Thatcher door het leeven te gaan. Hij verklaarde: “Thatcher is een figuur uit mijn jeugdjaren naar wie ik opkeek. Maar om met haar vergeleken te worden, dat gaat mij iets te ver. Een Vlaams politicus vergelijken met een wereldleider is zoiets als een kikker naast een ooievaar zetten.” En nog: “Margaret Thatcher was Julius Caesar. Ze ging erop en erover. Ik ben meer Cicero. Ik probeer met schipperen en praten mensen te overtuigen van mijn politiek project. Ik wil graag Caesar zijn. Ik heb heel mijn leven Julius Caesar willen zijn, maar ik ben het niet.” De Wever houdt het op een voorzichtige bewondering, hij zegt niet openlijk dat hij eigenlijk vooral sympathie heeft voor de wijze waarop Thatcher de arbeiders en armen nog dieper in de put heeft geduwd en een onverbiddelijke oorlog voerde tegen de arbeidersbeweging. Of was de sympathie van De Wever misschien ingegeven door de repressieve aanpak van Ierse nationalisten door Thatcher?


    Gemiddeld vermogen van 206.200 euro

    Er is opnieuw een gemiddelde gevonden om de waan te wekken dat de crisis helemaal niet zo erg is. Nochtans bevestigt het cijfer de alarmerende toestand. Gemiddeld zou een Belgisch gezin een vermogen van 206.200 euro hebben. Dat werd door alle media in grote titels meegedeeld. Tegelijk blijkt evenwel dat de 20% armste gezinnen een gemiddeld vermogen van amper 2.800 euro hebben, terwijl de 10% gemiddeld goed zijn voor 1,5 miljoen euro. De Tijd merkte nog op: "Het vermogen is ongelijker verdeeld dan het inkomen. De 10 procent rijkste Belgen bezitten samen 44 procent van het totale vermogen en verdienen 36 procent van het totale inkomen."


    Bij het heengaan van een ‘icoon’

    Nigel Williams stond scherp in de discussies rond het overlijden van de gehate voormalige Britse premier Thatcher. In een opiniestuk in De Standaard schreef hij onder meer: Ik ben geen econoom, maar ik heb me altijd afgevraagd welk goed ‘de economie’ doet als ze er niet is voor de hele bevolking. Als je reality-reeksen ziet op de BBC over Broken Britain en je ziet de verpauperde wijken, de tienerzwangerschappen, de ‘marginaliteit’, weet je wie hiervan de architect was. Als je geconfronteerd wordt met de graaicultuur van topbankiers, met de ‘ik eerst’-mentaliteit, dan zie je thatcherisme. Als je in een land wil wonen, opgesplitst in hen die hebben en hen die ernaast vallen, als je in een land wil wonen waar ‘de economie’ niet in dienst staat van de inwoners maar omgekeerd, als je in een land wil wonen waar mensen tegen elkaar worden uitgespeeld, dan moet je nu een traan laten om het heengaan van je icoon."


    Progressief Gents bestuur pakt armen aan in plaats van armoede

    De Gentse burgemeester Termont eist dat er maatregelen worden genomen tegen bedelarij. De meest logische aanpak – de armoede aanpakken – behoort niet tot de voorstellen. Neen, het Gentse bestuur keert zich tegen de armen zelf en wil dat bedelarij nationaal wordt verboden. De honderden bedelaars en daklozen moeten maar hun plan trekken. In Gent worden zelf GAS-boetes uitgedeeld aan bedelaars, in 2012 waren er 121 dergelijke GAS-boetes voor bedelaars. De Gentse politie klaagt evenwel, dit jaar werden nog maar 7 GAS-boetes uitgeschreven aan bedelaars. "Een GAS-boete kan je alleen uitschrijven als de bedelaar een adres kan opgeven. Wij vermoeden, maar kunnen niet bevestigen, dat bendes die de bedelaars uitsturen dat maar al te goed weten en daarop inspelen, waardoor het nog moeilijk wordt om een GAS-boete op te leggen."


    George Orwell over bedelaars

    Zou de ‘socialist’ Termont ooit van George Orwell hebben gehoord? Die laatste beschreef in ‘Aan de grond in Londen en Parijs’ het leven aan de onderkant van de samenleving. Het werk dateert uit de jaren 1930 maar is bijzonder actueel. In Londen bijvoorbeeld was er een maatregel die bepaalde dat bedelaars niet op de grond mochten neerzitten. Termont zou er enkel nog een GAS-boete aan toe voegen om het helemaal 21ste eeuws te maken. We geven nog even mee hoe Orwell bedelaars omschreef. "Op de keper beschouwd bestaat er geen wezenlijk verschil tussen de broodwinning van een bedelaar en die van talloze nette mensen. (..) Het is een vak als een ander, zonder enige nut natuurlijk, maar vele nette beroepen zijn ook nutteloos (…) Hij is eerlijk vergeleken met de verkopers van de meeste soorten patentgeneesmiddelen, beminnelijk vergeleken met de praatjesmaker die het publiek iets op afbetaling probeert aan te smeren. (…) Wat hij van de gemeenschap loskrijgt is zelden meer dan een boterham waarvoor hij dubbel en dwars betaalt met ontbering."


    Fraudebestrijding in België

    SP.a’er John Crombez werpt zich op als een harde vechter tegen fiscale fraude. De vraag is natuurlijk in welke mate dit imago dan wel realiteit is. Het toekennen van belastingvoordelen zoals de notionele intrestaftrek gebeurt erg professioneel in dit land. Het bestrijden van fraude blijkbaar een pak minder. Op 10 april schreef De Tijd over de lijst van Belgische bedrijven die banden hebben met de Kaaiman- en Maagdeneilanden. "We kregen gisteren van de federale politie de vraag onze lijst door te sturen van de 110 Belgische bedrijven die banden hebben met de Kaaiman- en de Britse Maagdeneilanden, twee notoire belastingparadijzen. De vraag mag verwonderen. De lijst is op verzoek van De Tijd opgesteld door de bedrijvendatabank Graydon. Je zou verwachten dat de politie zulke gegevens zelf kan opvragen bij Graydon of een andere bedrijvendatabank. Maar neen. Kafka komt nog maar eens om de hoek kijken. Want de speurders van de federale politie moeten het nu al maanden stellen zonder toegang tot een uitgebreide bedrijvendatabank. Het contract met de databank Euro DB is door de besparingsdrift van de regering niet verlengd en er is nog geen nieuw contract gegund. Intussen moeten onze financiële politiespeurders het dus stellen met de beperkte Kruispuntbank van Ondernemingen en uittreksels uit het Belgisch Staatsblad. Terwijl de witteboordencriminelen, waartegen onze speurders moeten strijden, wereldwijd bedrijvenconstructies opzetten met de beste adviseurs en fiscale spitstechnologie. Dat is David tegen Goliath. Moeten onze speurders nu echt strijden met pijl en boog?


    22.437 GAS-boetes

    De Standaard online wist vrijdag te melden: "Burgemeester Bart De Wever (N-VA) heeft het aantal in Antwerpen uitgeschreven GAS-boetes bekendgemaakt. Uit de cijfers blijkt dat het aantal GAS-boetes in 2012 nog is toegenomen. In 2010 werden 16.700 boetes uitgeschreven, in 2011 21.507 en in 2012 22.437. Met 5.847 sancties is ‘wijk 2060′ de onbetwiste kampioen. De wijken Stuivenberg, Dam en Amandus-Atheneum in Antwerpen-Noord zijn goed voor meer dan een vierde van het aantal in de stad uitgeschreven boetes. Van alle vormen van overlast steekt sluikstorten er met 8.767 vaststellingen met kop en schouders bovenuit."


    Video: socialistische conferentie in de VS

    Onderstaande video toont een meeting in Boston (VS) in het kader van een Socialisme weekend. Het weekend vond plaats voor de tragische gebeurtenissen bij de marathon van Boston.

  • Recensie. Mexicaanse koffer met foto’s van de Spaanse burgeroorlog

    De recent terug gevonden foto’s van de legendarische fotografen Robert Capa, Gerda Taro en David Seymour (alias Chim) zijn verwerkt in een tentoonstelling en een boek. In een koffer die in Mexico werd teruggevonden, werden maar liefst 4.000 nooit eerder vertoonde foto’s gevonden. Een deel ervan zit in een tentoonstelling die tot eind juni in Parijs loopt. Ook is er een boek over verschenen, dat afgeprijsd te vinden is via boekhandel De Slegte.

    Recensie door David Beale

    De titel van de tentoonstelling – de Mexicaanse koffer – verwijst naar de vondst van zowat 4.000 foto’s van de Spaanse burgeroorlog, foto’s genomen door de legendarische fotojournalisten Robert Capa, Gerda Taro en David Seymour. Het ging om twee koffers vol negatieven waar decennialang naar werd gezocht en die uiteindelijk in 2007 in Mexico stad werd gevonden. Dat leidde tot een boek in twee volumes, een tentoonstelling en een documentaire door Trsiha Ziff (‘La Maleta Mexicana’). Het boek vormt een uitstekend en gedetailleerd fotoverslag van de burgeroorlog. Het boek is jammer genoeg wel duur, de afgeprijsde versie kost nog steeds 25 euro. De film is zeker ook de moeite.

    Robert Capa, Gerda Taro en Chim vormden samen met Henri Cartier-Bresson echte pioniers van de fotojournalistiek in de 20ste eeuw. Hun werk werd mogelijk door de ontwikkeling in de jaren 1930 van 35 mm camera’s van goede kwaliteit en met verwisselbare lenzen, camera’s die je gemakkelijk kon meenemen. Deze technologische ontwikkeling zorgde voor een enorme ontwikkeling van de fotografie met immense mogelijkheden om snel kwaliteitsvolle foto’s te nemen, zowel op straat als pakweg aan het front.

    Robert Capa was snel gewonnen voor het potentieel van de nieuwe technologie. Hij was uit zijn geboorteland Hongarije verbannen wegens zijn linkse politieke activiteiten. Hij leefde in Berlijn. Zijn eerste bekende foto’s zijn er van Leon Trotski tijdens een bekende toespraak in Kopenhagen in 1932 met 2.000 aanwezigen naar aanleiding van de 15de verjaardag van de Oktoberrevolutie in Rusland. Capa verhuisde later naar Parijs waar hij Gerda Taro leerde kennen. Taro was een Duitse en net als Capa van Joodse afkomst met marxistische sympathieën die zich niet aan banden lieten leggen door de stalinistische partijlijn.

    Ze zagen beiden het politieke potentieel van de nieuwe foto-journalistiek die gepopulariseerd werd door kranten en tijdschriften waarin foto’s een belangrijke plaats in namen. Het ging onder meer om Life, Weekly Illustrated, Picture Post, London Illustrated News, het Franse Vu of pro-communistische publicaties als Regard en Arbeiter-Illustrierte Zeitung. Capa en Taro waren al gauw kameraden en geliefden.

    In 1936 was het fascisme al aan de macht in Italië en Duitsland. De Spaanse generaal Franco wilde hetzelfde bereiken en begon met een fascistische rebellie tegen de volksfrontregering in Spanje. Het leidde tot de Spaanse burgeroorlog. Capa, Taro en ook Chim volgde snel, trokken naar Spanje om hun volledige steun aan de republiek te betuigen. Ze brachten uitgebreide verslagen van de oorlog met tal van foto’s die verschenen in een brede waaier van gevestigde en communistische publicaties in Europa en Noord-Amerika. Ze trokken in het door de republiek gecontroleerde gebied rond en bevonden zich vaak aan het front, de meeste belangrijke veldslagen hebben ze gecoverd.

    De vele foto’s van Capa, Taro en Chim over de burgeroorlog die eerder verschenen, komen niet aan bod op de tentoonstelling die nadruk legt op het recent ontdekt materiaal. Er zijn uitzonderingen zoals de bekende foto van Chim van een vrouw die borstvoeding aan een baby geeft midden een groep mensen die omhoog kijken. Voorheen werd aangenomen dat de mensen keken naar aankomende bommenwerpers van de fascisten. Op de tentoonstelling wordt bewijs geleverd dat dit niet klopt. Er was een bijeenkomst om te discussiëren over de landhervorming. Het beeld van de foto krijgt hierdoor een andere en zelfs een revolutionaire betekenis: een inspirerende foto in plaats van een foto waarin de onmenselijke fascistische dreiging centraal staat. Het feit dat de nadruk ligt op een vrouw die deelneemt aan de discussie over de landhervorming terwijl ze borstvoeding aan een kind geeft, is ook symbolisch. Zeker in de context van de traditionele vrouwenonderdrukking in de Spaanse samenleving, niet in het minst onder invloed van de katholieke kerk die tijdens de burgeroorlog aan de kant van de fascisten stond. Net als Hitler, Mussolini en Franco wilde de katholieke kerk in Spanje de vrouwen herleiden tot brave huisvrouwen en moeders.

    In de tentoonstelling domineren de foto’s van Capa. Er zijn heel wat nooit eerder vertoonde beelden van het front die aangeven dat de fotograaf enorme risico’s nam om de foto’s te nemen. Ook blijkt uit de foto’s dat Capa een diepe politieke betrokkenheid had. De tentoonstelling biedt een fascinerend inzicht op hoe Capa met zijn werk omging, er wordt ook stilgestaan bij persoonlijke notities van de fotograaf. Capa zag de brutale realiteit van de oorlog en had al heel wat miserie gezien toen de fascisten de macht overnamen in Spanje. Het maakt zijn fotografische verwezenlijkingen tijdens de Tweede Wereldoorlog enkel nog indrukwekkender. Zijn beelden van de bloedige gevechten in Italië, de landing op D-Day en de daaropvolgende bevrijding door de geallieerde troepen zijn algemeen gekend en worden terecht geroemd. Los van de vraag of Capa genoot van de aandacht en de wereldwijde beroemdheid die hij hierdoor genoot, kan er geen twijfel zijn dat zijn antifascistische overtuigingen overeind bleven.

    Een van de meest interessante en belangrijke aspecten van de Mexicaanse Koffer is dat een nieuw licht wordt geworpen op het werk van Gerda Taro. Naast haar eigen bekende foto’s, is er bewijs dat aangeeft dat een aantal foto’s die aan ‘Capa’ of ‘Capa en Taro’ werden toegeschreven eigenlijk van haar waren. (Hierover verscheen het boek ‘Gerda Taro’ van Irme Schaber en Richard Whelan in 2009). Toen ik de tentoonstelling in New York zag, stelde een personeelslid dat de meer vrouwelijke toets nadrukkelijk aanwezig was in het werk van Taro. Maar haar werk heeft veel meer verdiensten. Het werk van Taro biedt een levendig beeld van de klassenstrijd en haalt een absoluut topniveau, terwijl ze tegelijk ook erg inspirerende foto’s nam van vrouwen en hun vastberadenheid om de ketenen van onderdrukking te breken.

    Een van de meest inspirerende foto’s in de tentoonstelling is die van drie vrouwen die aan de kant van de straat toekijken tijdens de begrafenis van de republikeinse generaal Lukacs in juni 1937. Ze staan met gebalde vuisten toe te kijken en brengen een revolutionaire groet. Ze doen dat vol vertrouwen, vol woede en ze laten zich door niemand intimideren, ook niet door de fascistische aanvallen. Het zijn trotse arbeidersbeelden. Het feit dat het om vrouwen gaat, die dubbel zo hard onderdrukt worden onder het kapitalisme, maakt deze foto des te sterker.

    Er zijn drie andere reeksen van foto’s van Taro die er bovenuit steken. Ten eerste zijn er de beelden die de militaire opleiding van de republikeinse troepen vergelijken voor en na hun reorganisatie door de Communistische Partij in een ‘Nieuw Volksleger’ in de lente en zomer van 1937. Deze beelden tonen aan hoe een standaard uniform werd ingevoerd en een hardere discipline, maar bijvoorbeeld ook een verbod op vrouwelijke soldaten in het republikeinse leger onder CP-controle. We zien enkele symptomen van de meedogenloze stalinistische interventie in het republikeinse kamp.

    Een tweede reeks brengt de gevolgen van een fascistisch bombardement in beeld. We zien verschrikkelijke foto’s van mensen die aanschuiven om in schuilplaatsen te geraken en daarna ongecensureerde beelden van bloed, vernielingen, verwonde lichamen van volwassen en kinderen – de gruwel van het fascisme. Deze foto’s zijn erger en brengen de gruwel sterker naar voor dan gelijk welke foto van Capa in de burgeroorlog. Ten derde is er een reeks foto’s van soldaten die helpen bij de graanoogst op een rustig moment aan het front. Het zijn belangrijke politieke beelden die de nauwe band tonen tussen de arbeiders in uniform en de boeren in de Spaanse republiek. De foto’s getuigen van een eerlijkheid en waardigheid die zo afwezig zijn in het ‘socialistisch realisme’ waar ook de fotografie onder het stalinisme onder leed.

    Ik denk dat Taro een enorme technische vaardigheid koppelde met een sterk fotografisch inzicht waardoor veel werken beter waren dan wat Capa op dat ogenblik bracht. Vooral de selectie van haar onderwerpen en het zien van wat Cartier-Bresson het ‘beslissende moment’ noemde, maken dat haar foto’s er uit springen in de tentoonstelling. Ze bieden ons een breder en diepgaander begrip van waar de burgeroorlog en de revolutionaire politiek over ging, over de complicaties, de nuances, de gruwel, de politieke wil, emoties en inspiratie.

    Gerda Taro werd overreden door een tank toen de republikeinse troepen zich overhaast moesten terugtrekken tijdens de slag om Brunete in 1937. Sommigen suggereren dat ze een bewust slachtoffer van de stalinistische repressie tegen de linkerzijde in Spanje was. Robert Capa kwam in 1954 om door een landmijn in Indochina. Chim overleed in Suez in 1956. Hun foto’s blijven wel doorleven.

    Tentoonstelling ‘La Valise Mexicaine’ tot 30 juni in Musée d’art et d’histoire du Judaïsme, Parijs

    The Mexican Suitcase, boek samengesteld door Cynthia Young en David Balsells, Steidl, 2010. (in het Engels)

    Boekhandel De Slegte biedt dit boek in een aantal vestigingen (voornamelijk in Nederland) aan voor 25 euro. Meer info


    Eerdere RECENSIES op SOCIALISME.be

    • Geschiedenis. De Tweede Wereldoorlog om globale macht
    • Winsthonger. “The Secret Financial Life of Food”
    • Magnum Revolution: 65 years of fighting for freedom
    • Het Midden-Oosten. The times they are a-changin’
    • Zero Dark Thirty. Propagandafilm over de jacht op Bin Laden
    • Recensie. Leven rondom Tahrir
    • Macht, beeld en vrijheid in het Midden-Oosten en Noord-Afrika
    • Film. ‘No’, een oefening in het herschrijven van de geschiedenis
    • Nieuwe film van Steven Spielberg: ‘Lincoln’
    • ‘Rusland in de 21ste eeuw. Verhalen uit een ontketend land’
    • Wiens straten?
    • Vijftig tinten onzin?
    • “Stop deze depressie nu”. Welke uitweg uit de economische depressie?
    • Heeft de wereldbevolking haar grenzen bereikt?
    • De Keizer van Oostende. Hoe de koningin der badsteden werd uitverkocht

0
    0
    Your Cart
    Your cart is emptyReturn to Shop